Slechte voorbereiding nekt zonnestroomprojecten
Veel grote zonne-energieprojecten in Nederland komen vanwege een slechte voorbereiding, onverwachte kosten of tegenwerking van banken en gemeenten niet van de grond. Een derde tot de helft van alle zonnestroomprojecten die de afgelopen jaren SDE+-subsidie kregen gingen niet door of werden kleiner uitgevoerd dan gepland. Daardoor worden honderden miljoenen aan subsidies voor zonne-energie niet benut.
Om dat in de komende jaren te voorkomen is het nodig om de professionaliteit in de branche te vergroten, de drempel voor subsidieaanvragen te verhogen en beter onderbouwde businessmodellen te vragen. Dat stellen deskundigen van RVO, Eneco en Triodos Bank in aanloop naar The Solar Future NL 2017, die op 18 mei wordt gehouden in Bomencentrum Nederland bij Baarn. Voorafgaand aan de jaarlijkse zonne-energie-conferentie wordt op 29 maart een speciaal gratis webinar gehouden over het benutten van SDE+ subsidies.
Marktonderzoeker Peter Segaar houdt exact bij hoeveel SDE en SDE+-subsidie er sinds 2008 is verstrekt en hoeveel projecten zijn gerealiseerd. Volgens hem waren vooral 2011 en 2012 ‘slechte jaargangen’, waarin respectievelijk slechts 58 en 32 procent van de projecten met SDE-subsidie daadwerkelijk werden gerealiseerd. Hoewel veel projecten met een toegekende subsidie pas na enkele jaren worden opgeleverd, zag hij de afgelopen jaren veel uitval. Zo trok de RVO van ‘topjaar’ 2014 - toen er voor een recordcapaciteit van 883 megawattpiek (MWp) subsidie werd verstrekt aan zonneprojecten - tot nu toe al 17,5 procent van het aantal toekenningen in en verdween er 137 MWp aan capaciteit (15,5 procent).
Senior adviseur duurzame energieprojecten Jorn ten Have van RVO, erkent dit, maar is optimistischer. ,,Van de projecten die in 2014 subsidie kregen is 15 procent ingetrokken, maar is ook 25 tot 30 procent gerealiseerd. Die draaien al. Verder zit 55 procent tussen gerealiseerd en ingetrokken in. Ik verwacht dat uiteindelijk meer dan de helft gerealiseerd zal worden”, stelt hij.
Esther Zumpolle, ontwikkelaar zon bij Eneco, merkt dat ongeveer de helft van de projecten die subsidie krijgen niet doorgaan of uiteindelijk kleiner worden uitgevoerd. Dan gaat het vooral om aanvragen van bedrijven die zonnepanelen op hun dak laten leggen.
Alle drie zien ze diverse redenen waarom projecten niet doorgaan. Het beoogde dak is constructief niet onderzocht en blijkt niet sterk genoeg of te klein voor alle aangevraagde panelen. Ontwikkelaars worden verrast door hoge kosten, bijvoorbeeld voor een dure grootverbruiksaansluiting op het net. Ze krijgen onvoorziene problemen bij het aanvragen van een vergunning of door een geweigerde financiering van de bank. Soms blijken afspraken tussen ontwikkelaars en bedrijven niet duidelijk. Dan kiezen bedrijven op het laatste moment voor andere investeringsprioriteiten dan zonnestroom. Of het bedrijf waarop de zonnepanelen zouden komen wordt ineens verkocht.
Een probleem dat de Triodos Bank vaak tegenkomt is dat de huisbank van de organisatie of het bedrijf op wiens dak het zonnestroomsysteem wordt geplaatst geen hypotheek op het opstalrecht voor de panelen wil toestaan. ,,Dat vinden ze lastig. Soms zijn wij met onze klant een half jaar bezig om daar afspraken over te maken. In een aantal gevallen is het project zelfs niet doorgegaan”, zegt Senior Relatiemanager Marius Groenenberg van de Triodos Bank.
Segaar ziet in de sector een gebrek aan professionaliteit. ,,Er worden nogal wat amateuristische fouten gemaakt,” stelt hij. Volgens Zumpolle zijn bedrijven en ontwikkelaars zich vaak niet bewust van alle kosten. ,,Als die te hoog worden schiet de businesscase in het rood en gaat het project alsnog niet door”, vertelt ze.
Ten Have schaart het vooral onder een slechte voorbereiding. ,,De meeste redenen zijn daarop terug te voeren”, zegt hij. ,,Dakconstructies en regelgeving zijn bekend dus dat kun je beter voorbereiden.”
Over de oplossingen zijn de deskundigen eensgezind: bedrijven en ontwikkelaars moeten met meer realistische businesscases komen. Meer banken dan alleen Triodos of ASN Bank moeten durven investeren in zon en meer professionaliteit afdwingen. RVO moet beter selecteren aan de poort en de haalbaarheid van plannen toetsen. ,,Alle betrokken partijen moeten een realistisch beeld schetsen van de kosten en de opbrengsten. De plannen zijn soms veel te opportunistisch”, vindt Zumpolle. Financiering is voor haar klanten overigens geen probleem. Eneco leaset de panelen aan bedrijven en regelt verder alles, van subsidieaanvraag tot installatie.
Volgens Ten Have heeft RVO al diverse verbeteringen doorgevoerd. Banken zijn vaker bereid in zonne-energie te stappen en grote projectontwikkelaars bieden leaseconstructies aan. ,,Je ziet een soort leereffect in de sector”, zegt hij. ,,Als RVO hebben we de drempel al verhoogd door voor projecten van boven de 0,5 megawatt een haalbaarheidsstudie te eisen. Daarbij moeten partijen aangeven wat hun eigen vermogen is en een exploitatiemodel indienen. Daar zijn projecten al op afgewezen of uitgesteld.”
Volgens Zumpolle en Groenenberg zou niet gebruikte subsidie beschikbaar moeten blijven voor andere zonne-projecten en niet teruggestort moeten worden in de grote pot. Zumpolle: ,,Nu worden toegekende subsidies soms achteloos aan de kant geschoven, terwijl bedrijven die bloedserieus zijn buiten de boot vallen.”
In 2017 is 6 miljard aan SDE+-subsidie beschikbaar, een miljard meer dan in 2016. Omdat andere duurzame energiebronnen zoals bijstook van biomassa bijna aan hun maximum zitten, is er volgens Segaar veel subsidie voor zonnestroomprojecten beschikbaar. ,,We zien inmiddels meer professionaliteit ontstaan in de branche”, zegt hij hoopvol. Ook ten Have ziet dat. ,,Ik verwacht dat er voor 2017 en 2018 meer realistische projecten worden ingediend,” aldus de adviseur van RVO.
Om dat in de komende jaren te voorkomen is het nodig om de professionaliteit in de branche te vergroten, de drempel voor subsidieaanvragen te verhogen en beter onderbouwde businessmodellen te vragen. Dat stellen deskundigen van RVO, Eneco en Triodos Bank in aanloop naar The Solar Future NL 2017, die op 18 mei wordt gehouden in Bomencentrum Nederland bij Baarn. Voorafgaand aan de jaarlijkse zonne-energie-conferentie wordt op 29 maart een speciaal gratis webinar gehouden over het benutten van SDE+ subsidies.
Marktonderzoeker Peter Segaar houdt exact bij hoeveel SDE en SDE+-subsidie er sinds 2008 is verstrekt en hoeveel projecten zijn gerealiseerd. Volgens hem waren vooral 2011 en 2012 ‘slechte jaargangen’, waarin respectievelijk slechts 58 en 32 procent van de projecten met SDE-subsidie daadwerkelijk werden gerealiseerd. Hoewel veel projecten met een toegekende subsidie pas na enkele jaren worden opgeleverd, zag hij de afgelopen jaren veel uitval. Zo trok de RVO van ‘topjaar’ 2014 - toen er voor een recordcapaciteit van 883 megawattpiek (MWp) subsidie werd verstrekt aan zonneprojecten - tot nu toe al 17,5 procent van het aantal toekenningen in en verdween er 137 MWp aan capaciteit (15,5 procent).
Senior adviseur duurzame energieprojecten Jorn ten Have van RVO, erkent dit, maar is optimistischer. ,,Van de projecten die in 2014 subsidie kregen is 15 procent ingetrokken, maar is ook 25 tot 30 procent gerealiseerd. Die draaien al. Verder zit 55 procent tussen gerealiseerd en ingetrokken in. Ik verwacht dat uiteindelijk meer dan de helft gerealiseerd zal worden”, stelt hij.
Esther Zumpolle, ontwikkelaar zon bij Eneco, merkt dat ongeveer de helft van de projecten die subsidie krijgen niet doorgaan of uiteindelijk kleiner worden uitgevoerd. Dan gaat het vooral om aanvragen van bedrijven die zonnepanelen op hun dak laten leggen.
Alle drie zien ze diverse redenen waarom projecten niet doorgaan. Het beoogde dak is constructief niet onderzocht en blijkt niet sterk genoeg of te klein voor alle aangevraagde panelen. Ontwikkelaars worden verrast door hoge kosten, bijvoorbeeld voor een dure grootverbruiksaansluiting op het net. Ze krijgen onvoorziene problemen bij het aanvragen van een vergunning of door een geweigerde financiering van de bank. Soms blijken afspraken tussen ontwikkelaars en bedrijven niet duidelijk. Dan kiezen bedrijven op het laatste moment voor andere investeringsprioriteiten dan zonnestroom. Of het bedrijf waarop de zonnepanelen zouden komen wordt ineens verkocht.
Een probleem dat de Triodos Bank vaak tegenkomt is dat de huisbank van de organisatie of het bedrijf op wiens dak het zonnestroomsysteem wordt geplaatst geen hypotheek op het opstalrecht voor de panelen wil toestaan. ,,Dat vinden ze lastig. Soms zijn wij met onze klant een half jaar bezig om daar afspraken over te maken. In een aantal gevallen is het project zelfs niet doorgegaan”, zegt Senior Relatiemanager Marius Groenenberg van de Triodos Bank.
Segaar ziet in de sector een gebrek aan professionaliteit. ,,Er worden nogal wat amateuristische fouten gemaakt,” stelt hij. Volgens Zumpolle zijn bedrijven en ontwikkelaars zich vaak niet bewust van alle kosten. ,,Als die te hoog worden schiet de businesscase in het rood en gaat het project alsnog niet door”, vertelt ze.
Ten Have schaart het vooral onder een slechte voorbereiding. ,,De meeste redenen zijn daarop terug te voeren”, zegt hij. ,,Dakconstructies en regelgeving zijn bekend dus dat kun je beter voorbereiden.”
Over de oplossingen zijn de deskundigen eensgezind: bedrijven en ontwikkelaars moeten met meer realistische businesscases komen. Meer banken dan alleen Triodos of ASN Bank moeten durven investeren in zon en meer professionaliteit afdwingen. RVO moet beter selecteren aan de poort en de haalbaarheid van plannen toetsen. ,,Alle betrokken partijen moeten een realistisch beeld schetsen van de kosten en de opbrengsten. De plannen zijn soms veel te opportunistisch”, vindt Zumpolle. Financiering is voor haar klanten overigens geen probleem. Eneco leaset de panelen aan bedrijven en regelt verder alles, van subsidieaanvraag tot installatie.
Volgens Ten Have heeft RVO al diverse verbeteringen doorgevoerd. Banken zijn vaker bereid in zonne-energie te stappen en grote projectontwikkelaars bieden leaseconstructies aan. ,,Je ziet een soort leereffect in de sector”, zegt hij. ,,Als RVO hebben we de drempel al verhoogd door voor projecten van boven de 0,5 megawatt een haalbaarheidsstudie te eisen. Daarbij moeten partijen aangeven wat hun eigen vermogen is en een exploitatiemodel indienen. Daar zijn projecten al op afgewezen of uitgesteld.”
Volgens Zumpolle en Groenenberg zou niet gebruikte subsidie beschikbaar moeten blijven voor andere zonne-projecten en niet teruggestort moeten worden in de grote pot. Zumpolle: ,,Nu worden toegekende subsidies soms achteloos aan de kant geschoven, terwijl bedrijven die bloedserieus zijn buiten de boot vallen.”
In 2017 is 6 miljard aan SDE+-subsidie beschikbaar, een miljard meer dan in 2016. Omdat andere duurzame energiebronnen zoals bijstook van biomassa bijna aan hun maximum zitten, is er volgens Segaar veel subsidie voor zonnestroomprojecten beschikbaar. ,,We zien inmiddels meer professionaliteit ontstaan in de branche”, zegt hij hoopvol. Ook ten Have ziet dat. ,,Ik verwacht dat er voor 2017 en 2018 meer realistische projecten worden ingediend,” aldus de adviseur van RVO.
Geen opmerkingen: