ECN schrijft Europese norm voor groene producten
Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) is door de Europese Commissie uitgekozen om de norm te schrijven voor het meten van het gehalte aan biomassa in groene producten. Daarmee kunnen groene claims van producenten getoetst worden en kan Europa controleren of groene producten daadwerkelijk groen zijn.
Om onafhankelijker te worden van aardolie en andere fossiele brandstoffen heeft de Europese Commissie bepaald dat er meer biomassa gebruikt moet worden in Europese producten. Zo wil ze de zogeheten bio-based economie stimuleren.
Om dat doel te bereiken is het nodig dat het gehalte aan biomassa meetbaar wordt. ECN heeft veel ervaring in het schrijven van normen en heeft een uniek systeem ontwikkeld dat via rookgassen uit schoorstenen het groene gehalte van brandstoffen meet: 14Credits(r)
'In Europa zijn veel groene labels aan het ontstaan voor allerlei groene producten. De Europese Commissie wil dat iedereen op dezelfde manier het gehalte aan biomassa in die producten gaat meten. Wij zijn dé partij in Europa die weet hoe je het groene deel in producten moet bepalen. Buiten ECN zijn er ook nauwelijks andere spelers die zich bezighouden met het schrijven van normen,' verklaart Jaap Hooijmans van ECN de keuze van de Europese Commissie.
Net als bij de meetmethode voor rookgassen gebruikt ECN voor de biomassanorm de koolstof-14 methode. Van dit koolstofisotoop verdwijnt elke 5730 jaar de helft door radioactief verval. Daarom zit in miljoenen jaren oude fossiele brandstoffen als aardolie en steenkool geen koolstof-14 en in biomassa wel. Door het gehalte koolstof-14 in producten en brandstoffen te meten, kun je berekenen hoe hoog het gehalte aan biomassa is.
ECN heeft voor de Europese Commissie de literatuurstudie uitgebracht over het nemen van monsters en het vaststellen van het koolstofgehalte daarvan. Op basis van die studie wordt nu onderzoek gestart voor de normering van de meetmethode.
De nieuwe meetmethode moet toepasbaar zijn voor allerlei producten: van papier tot constructiematerialen, van petflessen tot verf, van bioplastics tot biobrandstoffen. Door de meetmethode te standaardiseren kan in elk land voortaan precies berekend worden hoe groot het gehalte aan biomassa is in producten. Daardoor kunnen groene claims van producenten toe- of afgewezen worden.
Om onafhankelijker te worden van aardolie en andere fossiele brandstoffen heeft de Europese Commissie bepaald dat er meer biomassa gebruikt moet worden in Europese producten. Zo wil ze de zogeheten bio-based economie stimuleren.
Om dat doel te bereiken is het nodig dat het gehalte aan biomassa meetbaar wordt. ECN heeft veel ervaring in het schrijven van normen en heeft een uniek systeem ontwikkeld dat via rookgassen uit schoorstenen het groene gehalte van brandstoffen meet: 14Credits(r)
'In Europa zijn veel groene labels aan het ontstaan voor allerlei groene producten. De Europese Commissie wil dat iedereen op dezelfde manier het gehalte aan biomassa in die producten gaat meten. Wij zijn dé partij in Europa die weet hoe je het groene deel in producten moet bepalen. Buiten ECN zijn er ook nauwelijks andere spelers die zich bezighouden met het schrijven van normen,' verklaart Jaap Hooijmans van ECN de keuze van de Europese Commissie.
Net als bij de meetmethode voor rookgassen gebruikt ECN voor de biomassanorm de koolstof-14 methode. Van dit koolstofisotoop verdwijnt elke 5730 jaar de helft door radioactief verval. Daarom zit in miljoenen jaren oude fossiele brandstoffen als aardolie en steenkool geen koolstof-14 en in biomassa wel. Door het gehalte koolstof-14 in producten en brandstoffen te meten, kun je berekenen hoe hoog het gehalte aan biomassa is.
ECN heeft voor de Europese Commissie de literatuurstudie uitgebracht over het nemen van monsters en het vaststellen van het koolstofgehalte daarvan. Op basis van die studie wordt nu onderzoek gestart voor de normering van de meetmethode.
De nieuwe meetmethode moet toepasbaar zijn voor allerlei producten: van papier tot constructiematerialen, van petflessen tot verf, van bioplastics tot biobrandstoffen. Door de meetmethode te standaardiseren kan in elk land voortaan precies berekend worden hoe groot het gehalte aan biomassa is in producten. Daardoor kunnen groene claims van producenten toe- of afgewezen worden.
Geen opmerkingen: