Keuze verwarmingstechnologie huishoudens grote invloed op netwerkkosten
Bij de verduurzaming van de huishoudelijke warmtevoorziening moet gekeken worden naar de impact op de gehele energieketen. Als nieuwe warmtetechnieken en isolatie niet goed gecombineerd worden kunnen de kosten voor de infrastructuur behoorlijk stijgen, terwijl de emissiereductie beperkt blijft. Een hoog niveau van isolatie is nodig om emissies sterk te verlagen en de infrastructuurkosten te beperken.
Dat blijkt uit een nieuwe studie ‘De systeemkosten van warmte voor woningen’ van Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) en adviesbureau Ecofys, in samenwerking met onder andere netwerkbeheerders TenneT, Gasunie Transport Services en Alliander.
Het is voor het eerst dat er onderzoek is gedaan naar de integrale kosten over de gehele energieketen. Naast de kosten in de woningen zijn ook de kosten in de energienetten meegenomen op lokaal en nationaal niveau. De energietransitie heeft gevolgen voor de wijze waarop de energievoorziening is ingericht: lokale en regionale eigen productie en gebruik van (hernieuwbare) energie vraagt om een nieuwe balans tussen de van oudsher centraal georganiseerde systemen en de lokale initiatieven voor de opwek van elektriciteit en warmte.
De hoeveelheid energie die een huishouden gebruikt voor verwarming is nu ongeveer vijf maal zo groot als de hoeveelheid elektrische energie. Bovendien is de piekvraag voor verwarming erg hoog. Op grote schaal elektrisch verwarmen heeft daardoor een grote impact op de elektriciteitsnetten.
Vergaand isoleren blijkt in alle opzichten de voorkeur te hebben. Uit de studie blijkt dat dit niet alleen de energievraag van warmte sterk reduceert maar vooral ook de piekvraag. Hierdoor hoeven de bestaande netten minder te worden uitgebreid.
In de studie hebben Ecofys en ECN gekeken naar een aantal scenario’s voor de warmtevoorziening van Nederland in de komende decennia. De vraag daarbij was hoe emissiereductie van de warmtevraag in de gebouwde omgeving optimaal kan worden bereikt op een dusdanige manier dat de stabiliteit en de betaalbaarheid van de warmtevoorziening voor de consument gewaarborgd blijft.
Vanwege de grote verschillen tussen de regio’s in Nederland is er geen sprake van ‘one size fits all’. Alleen op basis van een integrale kostenbatenanalyse zullen per situatie de juiste keuzes kunnen worden gemaakt in de gebouwde omgeving. De deelnemende partijen verwachten met deze studie een bijdrage te leveren aan de actuele discussie over dit onderwerp en daarmee aan een betaalbare, schone en betrouwbare warmtevoorziening in de toekomst.
Dat blijkt uit een nieuwe studie ‘De systeemkosten van warmte voor woningen’ van Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) en adviesbureau Ecofys, in samenwerking met onder andere netwerkbeheerders TenneT, Gasunie Transport Services en Alliander.
Het is voor het eerst dat er onderzoek is gedaan naar de integrale kosten over de gehele energieketen. Naast de kosten in de woningen zijn ook de kosten in de energienetten meegenomen op lokaal en nationaal niveau. De energietransitie heeft gevolgen voor de wijze waarop de energievoorziening is ingericht: lokale en regionale eigen productie en gebruik van (hernieuwbare) energie vraagt om een nieuwe balans tussen de van oudsher centraal georganiseerde systemen en de lokale initiatieven voor de opwek van elektriciteit en warmte.
De hoeveelheid energie die een huishouden gebruikt voor verwarming is nu ongeveer vijf maal zo groot als de hoeveelheid elektrische energie. Bovendien is de piekvraag voor verwarming erg hoog. Op grote schaal elektrisch verwarmen heeft daardoor een grote impact op de elektriciteitsnetten.
Vergaand isoleren blijkt in alle opzichten de voorkeur te hebben. Uit de studie blijkt dat dit niet alleen de energievraag van warmte sterk reduceert maar vooral ook de piekvraag. Hierdoor hoeven de bestaande netten minder te worden uitgebreid.
In de studie hebben Ecofys en ECN gekeken naar een aantal scenario’s voor de warmtevoorziening van Nederland in de komende decennia. De vraag daarbij was hoe emissiereductie van de warmtevraag in de gebouwde omgeving optimaal kan worden bereikt op een dusdanige manier dat de stabiliteit en de betaalbaarheid van de warmtevoorziening voor de consument gewaarborgd blijft.
Vanwege de grote verschillen tussen de regio’s in Nederland is er geen sprake van ‘one size fits all’. Alleen op basis van een integrale kostenbatenanalyse zullen per situatie de juiste keuzes kunnen worden gemaakt in de gebouwde omgeving. De deelnemende partijen verwachten met deze studie een bijdrage te leveren aan de actuele discussie over dit onderwerp en daarmee aan een betaalbare, schone en betrouwbare warmtevoorziening in de toekomst.
Geen opmerkingen: