'Na aardgas komt zonneschijn'
Eind september heeft het Economisch Bureau van ABN AMRO het rapport ‘Na aardgas komt
zonneschijn: de uitdagende overgang naar een duurzame energievoorziening
in Nederland’ gepubliceerd. Om de benodigde energietransitie te kunnen
maken – van fossiel naar hernieuwbare energie – zijn op het gebied van
aanbod, verbruik en economische effecten de nodige stappen te zetten.
Nederland maakt op dit moment harde keuzes om aan de verplichte
klimaatdoelstellingen – CO2-neutraal in 2050 – te kunnen voldoen. In het
rapport wordt beschreven waar de kansen en uitdagingen liggen voor ons
land bij de energietransitie.
Auteur van het rapport Hans van Cleef, Sectoreconoom Energie bij ABN AMRO, geeft antwoord op vier vragen over de energietransitie.
Wat is de visie van het Economisch Bureau van ABN AMRO op de energietransitie?
Hans van Cleef: “De energiemarkt is wereldwijd volop in beweging.
Deels komt dat door de opkomst van ‘nieuwe’ vormen van conventionele
energie, zoals schalieolie, schaliegas en Liquified Natural Gas.
Daarnaast is de opkomst van hernieuwbare energie, zoals wind- en
zonne-energie, van invloed. Tegelijkertijd worden andere vormen van
energieopwekking juist in de ban gedaan, bijvoorbeeld kolen en nucleaire
energie. Een nationaal voorbeeld is het reduceren van de gasproductie
uit het Groningen-gasveld om verergering van aardbevingen tegen te gaan.
Al deze ontwikkelingen bij elkaar helpen mee om de afhankelijkheid van
fossiele energie af te bouwen ten gunste van hernieuwbare energie.”
Is een directe overgang van fossiele naar hernieuwbare energie mogelijk?
“Daar kan ik kort over zijn: nee, dat is niet mogelijk. Om deze
omslag te maken, moet er ook een transitie plaatsvinden in de denkwijze
en, misschien nog wel belangrijker, de manier van consumeren van
energie.”
Hoe lang duurt de overgang naar hernieuwbare energie dan?
“Hoe graag we het ook in korte tijd zouden willen regelen, de
transitie heeft tijd nodig voordat er voldoende capaciteit is op het
vlak van duurzame energie. Tot die tijd blijven conventionele
brandstoffen zoals olie en gas nodig. Zoals ik hiervoor aangaf, gaat
deze transitie verder dan alleen een omslag van fossiel naar
hernieuwbare energie. Er is namelijk een verandering van economie nodig.
De Nederlandse economie is sterk afhankelijk van fossiele brandstoffen.
Dat komt doordat de aardgasbaten direct in de portemonnee van de
Nederlandse overheid vloeien. Bovendien spelen fossiele brandstoffen
spelen een cruciale rol in de Nederlandse industrie, bijvoorbeeld de
havens, de luchtvaart, de zware industrie en de huishoudens. Omdat de
energietransitie gevolgen heeft voor het Nederlandse overheidsbudget is
het kortweg niet mogelijk om de omslag op korte termijn te realiseren.
Wel nam het aandeel hernieuwbare energie de afgelopen jaren toe en dat
zal in de komende jaren alleen maar sneller gaan.”
Hoe ziet de energiemix er uit in de overgangsperiode?
“Het steeds groter wordende aandeel aan hernieuwbare energie
krijgt voorrang in de energiemix. Dit betekent het volgende. Ondanks het
feit dat hernieuwbare energie vooralsnog vaak duurder is dan
conventionele brandstoffen, wordt aan de vraag naar elektriciteit in
eerste instantie voldaan door opwekking uit hernieuwbare energie. De
resterende energiebehoefte wordt vervolgens ingevuld met conventionele
brandstoffen. Dat ziet er als volgt uit: Nederland (en Europa) moet
streven naar een zo snel mogelijke vermindering van het aandeel kolen.
Kolen zijn namelijk schadelijker voor het milieu dan gas. Daarom is
volgens het Economisch Bureau na 2030 alleen voor gas een rol weggelegd
in de back-upcapaciteit. Daarnaast kan gas dienen als energieopwekker
voor regio’s die niet op een betaalbare en betrouwbare manier kunnen
worden voorzien van hernieuwbare energie. Hierbij gaat de voorkeur uit
naar groengas, eventueel aangevuld met Nederlands gas.”Het rapport ‘Na aardgas komt zonneschijn: de uitdagende overgang naar een duurzame energievoorziening in Nederland’ is hier te downloaden.
Geen opmerkingen: