Ads Top

Leven op een gasbel

Afgelopen week werd Nederland met de neus op de feiten gedrukt. Nu de gaskraan Groningen is dichtgedraaid, gaat de aardgasprijs door het dak. Door de aantrekkende economie en doordat vooral China een transitie doormaakt van kolen naar gas, is de vraag hoger dan de productie. En ook de import uit Rusland verloopt trager. In Nederland komt nog steeds 44 procent van ons energieverbruik uit aardgas. Nu pas realiseren we ons in welke weelde we de afgelopen jaren hebben geleefd. Leven op een gasbel is zo slecht nog niet.

Door JAN LIBBENGA

De Belgische senator van het Europees parlement Victor Leemans noemde het in 1960 zijdelings tijdens een debat over een nieuw Europees energiebeleid in Straatsburg. Hij had opgevangen dat in Groningen een aardgasveld ter grootte van 300 miljard vierkante meter was ontdekt, ‘niet minder dan in de Sahara’. De spectaculaire vondst was  door het Vrije Volk, toen de grootste krant van Nederland, weliswaar al in augustus 1959 gemeld, maar toen had de Nederlandse Aardolie  Maatschappij (nam) er verder nog over gezwegen. Men wilde eerst zekerheid over de reserves.

De vondst in Slochteren zette alles op zijn kop: het gas zat drie kilometer diep keurig opgesloten onder een dikke zoutlaag in de bodem van de meest noordelijke provincie, alsof al miljoenen jaren geleden rekening was gehouden met de ruimtelijke ordening van de twintigste  eeuw. Het kon ook makkelijk onttrokken worden door alleen een gat in  de zoutlaag te prikken, zolang de druk tenminste op peil bleef. Er was plotsklaps aardgas voor iedereen, een gasveld dat (uiteindelijk) goed bleek voor de helft van de gasvoorraad van de Europese Unie.

De NAM stelde aanvankelijk voor om aardgas te gaan leveren aan een aantal industriële grootverbruikers en elektrische centrales. Maar toen kwam partner Esso met een beter idee. Men stelde voor om de particuliere markt voor ruimteverwarming te gaan veroveren. Een huishouden zou zo tienmaal meer gas afnemen dan daarvoor.

Haast was geboden, want nog altijd ging men er in die jaren van uit dat kernenergie op niet al te lange termijn zo goedkoop zou worden dat het aardgas in hoog tempo minder waard zou worden. In 1964 werd dan ook begonnen met de aanleg van een landelijk transportnet  door heel Nederland dat het Groningse aardgas naar bestaande lokale en regionale gasnetten zou voeren.

In zestig jaar is ruim 80 procent van het grote gasveld opgebruikt. De aardgasbaten voor de overheid van gaswinning bedroegen in deze periode bijna 417 miljard euro. De Betuweroute, de 160 kilometer lange Nederlandse goederenspoorlijn van Rotterdam naar de grens met Duitsland, is uit aardgasbaten betaald, evenals de infrastructuur voor het hoofdwegennet en het openbaar vervoer, de ontwikkeling van het zakendistrict De Zuidas en de Oosterscheldekering.

Toch werd de bodem eerder bereikt dan was uitgerekend.  Eerst was het Drenthe dat in de jaren tachtig kleine aardschokken voelde: in Assen zakten schilderijtjes scheef en ramen trilden. In 1991 werd het Noord-Groningse Middelstum in alle vroegte opgeschrikt door een aardbeving met een kracht van 2.5 op de schaal van Richter. In de jaren daarna kwamen steeds vaker aardschokken voor, en ze zijn er nog altijd. In Groningen zijn maandag twee aardbevingen geweest. Een in Zeerijp  en de andere in Appingedam.

Nieuwe velden aanboren stuit op maatschappelijke weerstand. Experts laten geen wetenschappelijke twijfel bestaan over de nadelige gevolgen van de gasboringen onder de Waddenzee. De provincie Noord-Holland deed eind september een oproep aan het demissionaire kabinet om gasboringen in de Waddenzee helemaal te stoppen, ook in kleine aardgasvelden.

Lees meer over de aardgasgeschiedenis in het boek Stroomopwaarts.


Geen opmerkingen:

Mogelijk gemaakt door Blogger.