Eickhout scherpt doelstellingen duurzame energie verder aan
Het aandeel duurzame energie in Europa moet in 2030 naar minstens 45 procent, in plaats van de nu voorgestelde 27 procent. Daarnaast moeten EU-landen weer ieder apart een doelstelling krijgen. Europarlementariër Bas Eickhout schrijft namens het Europarlement aan wetsvoorstellen die moeten zorgen voor een duurzame energievoorziening.
“Als we aan de verplichtingen van het klimaatakkoord van Parijs willen voldoen, dan moeten we een tandje bijschakelen, zeker na Trump”, aldus Eickhout. “De volledige energiesector moet in 2040 honderd procent duurzaam zijn.”
Duurzame energie moet dan ook wel echt duurzaam zijn, stelt Eickhout. “Wat betreft duurzame bio-energie zie ik nog een flink aantal beren op de weg, die pak ik aan in mijn wetsvoorstellen.” Eickhout stelt strenge eisen aan het bijstoken van biomassa in elektriciteitscentrales en wil een einde maken aan biobrandstof op basis van voedselgewassen.
Eickhout vindt het onbegrijpelijk dat in de Verenigde Staten bestaande bossen worden kapt, dat de bomen versnipperd worden en dan met de boot naar Nederland gaan om ze als ‘duurzame energie’ in kolencentrales bij te stoken. “En daar krijgen ze nog subsidie voor ook.”
In zijn rapport stelt Eickhout voor om duurzaam afval en resthout toe te staan als biomassa, maar om het verbranden van hele boomstammen bij wet niet meer als duurzame energie te zien. “Als we stoppen met deze subsidies op het verstoken van rondhout, dan voorkomen we dat de markt verstoord wordt en dat hout dus gewoon gebruikt wordt waar het het meest nuttig is: in de bouw of voor meubels.”
Verder stelt Eickhout extra eisen om biodiversiteit te beschermen. Zo moet er genoeg resthout blijven liggen om de bodem gezond te houden, en mag het niet uit gevoelige natuurgebieden gehaald worden.
Biobrandstoffen leveren een positieve bijdrage in de strijd tegen klimaatverandering, maar dan moet wel de juiste soort biomassa als grondstof gebruikt worden. Dat is nu niet het geval. Nog steeds worden er voedselgewassen gebruikt voor biobrandstoffen. “Biobrandstoffen moeten bewijzen dat ze voldoende CO2-besparingen opleveren zonder nadelige effecten op mens en natuur. Pas dan tellen ze mee in de doelstelling voor duurzame energie en komen ze dus voor subsidie in aanmerking.”
Eickhout wil de beste biobrandstoffen (bijvoorbeeld van reststromen of speciaal gekweekte algen) de hoogste investeringszekerheid geven, maar ze moeten wel eerlijk concurreren met duurzame elektriciteit. “Zo ontstaat er een race naar de top”, aldus Eickhout.
Auto’s, vrachtwagens en schepen moeten in de toekomst helemaal af van biobrandstoffen omdat er slimmere alternatieven komen. Elektrisch vliegen is echter nog lang niet binnen bereik. “Voor intercontinentale vluchten zijn biobrandstoffen voorlopig de oplossing voor de toekomst”, meent Eickhout. Hij wil daarom daar het gebruik van biobrandstoffen verder verplichten.
“Als we aan de verplichtingen van het klimaatakkoord van Parijs willen voldoen, dan moeten we een tandje bijschakelen, zeker na Trump”, aldus Eickhout. “De volledige energiesector moet in 2040 honderd procent duurzaam zijn.”
Duurzame energie moet dan ook wel echt duurzaam zijn, stelt Eickhout. “Wat betreft duurzame bio-energie zie ik nog een flink aantal beren op de weg, die pak ik aan in mijn wetsvoorstellen.” Eickhout stelt strenge eisen aan het bijstoken van biomassa in elektriciteitscentrales en wil een einde maken aan biobrandstof op basis van voedselgewassen.
Eickhout vindt het onbegrijpelijk dat in de Verenigde Staten bestaande bossen worden kapt, dat de bomen versnipperd worden en dan met de boot naar Nederland gaan om ze als ‘duurzame energie’ in kolencentrales bij te stoken. “En daar krijgen ze nog subsidie voor ook.”
In zijn rapport stelt Eickhout voor om duurzaam afval en resthout toe te staan als biomassa, maar om het verbranden van hele boomstammen bij wet niet meer als duurzame energie te zien. “Als we stoppen met deze subsidies op het verstoken van rondhout, dan voorkomen we dat de markt verstoord wordt en dat hout dus gewoon gebruikt wordt waar het het meest nuttig is: in de bouw of voor meubels.”
Verder stelt Eickhout extra eisen om biodiversiteit te beschermen. Zo moet er genoeg resthout blijven liggen om de bodem gezond te houden, en mag het niet uit gevoelige natuurgebieden gehaald worden.
Biobrandstoffen leveren een positieve bijdrage in de strijd tegen klimaatverandering, maar dan moet wel de juiste soort biomassa als grondstof gebruikt worden. Dat is nu niet het geval. Nog steeds worden er voedselgewassen gebruikt voor biobrandstoffen. “Biobrandstoffen moeten bewijzen dat ze voldoende CO2-besparingen opleveren zonder nadelige effecten op mens en natuur. Pas dan tellen ze mee in de doelstelling voor duurzame energie en komen ze dus voor subsidie in aanmerking.”
Eickhout wil de beste biobrandstoffen (bijvoorbeeld van reststromen of speciaal gekweekte algen) de hoogste investeringszekerheid geven, maar ze moeten wel eerlijk concurreren met duurzame elektriciteit. “Zo ontstaat er een race naar de top”, aldus Eickhout.
Auto’s, vrachtwagens en schepen moeten in de toekomst helemaal af van biobrandstoffen omdat er slimmere alternatieven komen. Elektrisch vliegen is echter nog lang niet binnen bereik. “Voor intercontinentale vluchten zijn biobrandstoffen voorlopig de oplossing voor de toekomst”, meent Eickhout. Hij wil daarom daar het gebruik van biobrandstoffen verder verplichten.
Geen opmerkingen: