'Steviger fundament nodig voor verduurzaming woningen'
Een versnelling van de verduurzaming van de gebouwde omgeving is volgens ABN AMRO cruciaal om aan het Klimaatakkoord te voldoen. Tegelijkertijd is dit noodzakelijk om de Nederlandse energiemix tegen 2050 voor 80 tot 95 procent te verduurzamen.
De gebouwde omgeving zorgt voor maar liefst 40 procent van de CO2-uitstoot. Hoewel hierover voor kantoren en sociale huurwoningen afspraken zijn gemaakt, geldt dit voor koopwoningen nog niet. In de huursector is echter ook een forse inhaalslag nodig, omdat jaarlijks het energielabel van slechts 60.000 huurwoningen - nog geen 3 procent van de woningvoorraad - verbeterd wordt. Dat concludeert ABN AMRO in het rapport 'Op duurzaamheid kun je bouwen', dat vandaag is gepubliceerd.
Hoewel woningcorporaties steviger moeten inzetten op de verduurzaming van huurwoningen, is dit volgens ABN AMRO niet voldoende. Zo is het cruciaal dat ook particuliere woningeigenaren zich bewust worden van de noodzaak van het verduurzamen van hun woning. Veruit het grootste gedeelte van de woningvoorraad, de koopwoningen, is namelijk in handen van particulieren. Voor deze woningen bestaat geen mogelijkheid om collectieve afspraken te maken, met uitzondering van afspraken die voor nieuwe woningen gelden.
Tegelijkertijd benadrukt ABN AMRO dat lang niet alle huur- en koopwoningen in Nederland een definitief energielabel hebben. Dit geldt slechts voor 33 procent van de totale woningvoorraad. Woningcorporaties hebben zich verbonden aan de verplichting ervoor te zorgen dat al hun huurwoningen tegen 2020 een energielabel van B of hoger hebben. Voor huurwoningen in de vrije sector geldt dan dat 80 procent een energielabel C of hoger heeft.
Een derde van de energieconsumptie komt op het conto van de gebouwde omgeving, waarvan woningen en kantoren de belangrijkste componenten zijn. Zo is 98 procent van de Nederlanders aangesloten op het gasnet, waarmee ons land koploper is in Europa. Dit betekent dat zowel woningcorporaties als particuliere woningeigenaren nieuwe oplossingen moeten zoeken om in de energiebehoefte te voorzien. Dit vraagt volgens ABN AMRO om een flinke investering en hiervan zijn veel woningeigenaren zich nog onvoldoende bewust.
"Als je nu een huis koopt met een gasaansluiting, is het verstandig de woning nu al gereed te maken voor alternatieve energie. Op termijn ligt in de woningbouw immers een transitie van gas naar duurzame energie in het verschiet", benadrukt Madeline Buijs, Sector Econoom Bouw van ABN AMRO. "Verder verkopen woningcorporaties nu vooral vastgoed met een laag energielabel, waardoor hun portefeuille verbetert, maar niet de totale woningvoorraad. Verduurzamen is weliswaar kostbaar, maar levert ook veel op. Naast een lagere energierekening worden woningen meer waard. Zo worden woningen met een hoger energielabel sneller verkocht en hebben zij een hogere verkoopopbrengst. Het op grote schaal verduurzamen, zorgt bovendien voor minder kosten. Er ligt nog een grote opgave voor ons, want minstens de helft van de woningvoorraad moet nog worden aangepast. Hierbij moet de overheid een voortrekkersrol spelen."
De gebouwde omgeving zorgt voor maar liefst 40 procent van de CO2-uitstoot. Hoewel hierover voor kantoren en sociale huurwoningen afspraken zijn gemaakt, geldt dit voor koopwoningen nog niet. In de huursector is echter ook een forse inhaalslag nodig, omdat jaarlijks het energielabel van slechts 60.000 huurwoningen - nog geen 3 procent van de woningvoorraad - verbeterd wordt. Dat concludeert ABN AMRO in het rapport 'Op duurzaamheid kun je bouwen', dat vandaag is gepubliceerd.
Hoewel woningcorporaties steviger moeten inzetten op de verduurzaming van huurwoningen, is dit volgens ABN AMRO niet voldoende. Zo is het cruciaal dat ook particuliere woningeigenaren zich bewust worden van de noodzaak van het verduurzamen van hun woning. Veruit het grootste gedeelte van de woningvoorraad, de koopwoningen, is namelijk in handen van particulieren. Voor deze woningen bestaat geen mogelijkheid om collectieve afspraken te maken, met uitzondering van afspraken die voor nieuwe woningen gelden.
Tegelijkertijd benadrukt ABN AMRO dat lang niet alle huur- en koopwoningen in Nederland een definitief energielabel hebben. Dit geldt slechts voor 33 procent van de totale woningvoorraad. Woningcorporaties hebben zich verbonden aan de verplichting ervoor te zorgen dat al hun huurwoningen tegen 2020 een energielabel van B of hoger hebben. Voor huurwoningen in de vrije sector geldt dan dat 80 procent een energielabel C of hoger heeft.
Een derde van de energieconsumptie komt op het conto van de gebouwde omgeving, waarvan woningen en kantoren de belangrijkste componenten zijn. Zo is 98 procent van de Nederlanders aangesloten op het gasnet, waarmee ons land koploper is in Europa. Dit betekent dat zowel woningcorporaties als particuliere woningeigenaren nieuwe oplossingen moeten zoeken om in de energiebehoefte te voorzien. Dit vraagt volgens ABN AMRO om een flinke investering en hiervan zijn veel woningeigenaren zich nog onvoldoende bewust.
"Als je nu een huis koopt met een gasaansluiting, is het verstandig de woning nu al gereed te maken voor alternatieve energie. Op termijn ligt in de woningbouw immers een transitie van gas naar duurzame energie in het verschiet", benadrukt Madeline Buijs, Sector Econoom Bouw van ABN AMRO. "Verder verkopen woningcorporaties nu vooral vastgoed met een laag energielabel, waardoor hun portefeuille verbetert, maar niet de totale woningvoorraad. Verduurzamen is weliswaar kostbaar, maar levert ook veel op. Naast een lagere energierekening worden woningen meer waard. Zo worden woningen met een hoger energielabel sneller verkocht en hebben zij een hogere verkoopopbrengst. Het op grote schaal verduurzamen, zorgt bovendien voor minder kosten. Er ligt nog een grote opgave voor ons, want minstens de helft van de woningvoorraad moet nog worden aangepast. Hierbij moet de overheid een voortrekkersrol spelen."
Geen opmerkingen: