John Cockerill ontwerpt 's werelds grootste warmterecuperatieketel voor de centrale van Flémalle

De elektriciteitscentrale van Awirs (Flémalle, België) zal tegen 2025 worden vervangen door een nieuwe centrale met gecombineerde cyclus van 875 MW.

Uitbater ENGIE vertrouwde John Cockerill het ontwerp en de levering van de warmterecuperatieketel toe. Het gaat om de grootste en een van de meest efficiënte ketels in zijn soort die ooit in de wereld zijn geïnstalleerd.

De nieuwe gascentrale van Flémalle zal midden 2025 in gebruik worden genomen. De site, waarop sinds de jaren 1970 de grootste thermische centrale van Wallonië gevestigd is, bevindt zich in de deconstructiefase. Ze wordt heropgewaardeerd om er een gloednieuwe elektriciteitscentrale te bouwen. Met een capaciteit van 875 MW zal deze staat zijn elektriciteit te leveren aan bijna 700.000 huishoudens. De centrale zal een rendement van meer dan 63% bereiken, een van de hoogste ter wereld voor een stoom- en gasturbine, en dit door de ketel van John Cockerill, die een derde van de energie van de centrale zal produceren.

ENGIE koos voor dit type apparatuur om op een verantwoorde manier energie te produceren en om de uitstoot van stokstofoxiden sterk terug te dringen. De ketel van John Cockerill wint de restwarmte van de gasturbine terug, zet deze om in stoom en injecteert deze vervolgens in een stoomturbine om  elektriciteit op te wekken. Een geïntegreerde katalysator vermindert de uitstoot van stikstofoxide met 86%. Deze ketel wordt de grootste en meest efficiënte die John Cockerill ooit heeft ontworpen.