Eneco kan verder met de ontwikkeling van de biowarmte installatie Lage Weide
Gisteren heeft de Rechtbank Midden-Nederland geoordeeld dat Eneco verder kan met de ontwikkeling van de biowarmte installatie Lage Weide. In een rechtszaak tegen het provinciale besluit om de milieuvergunning te beschikken oordeelde de rechter dat er geen zwaarwegende argumenten zijn tegen deze vergunning. De rechter bepaalde wel dat de vrijwillig door Eneco gehanteerde strengere emissienormen voor dioxine en furanen in de vergunning opgenomen dienen te worden. De rechtzaak was aangespannen door Mobilisation for Environment en de stichting SSLU. Eneco is tevreden met de huidige uitkomst van deze zaak.
Harold Koekkoek, Locatiemanager Warmteproductie Utrecht bij Eneco: “We zijn blij met de uitspraak van de rechter. De milieuvergunning voldoet aan alle eisen en normen die de wet stelt aan een biomassacentrale. De door de rechter gestelde strengere norm rond dioxines en furanen leidt niet tot aanpassing van het ontwerp. We werkten reeds vrijwillig met de nu verplicht gestelde strengere normen. De uitspraak is tevens in lijn met de recente positieve evaluatie van de BWI plannen door de gemeente Utrecht. Eneco realiseert zich dat er verschillende meningen bestaan over deze installatie. We willen daarom met alle betrokkenen gedurende het vervolg en het bouwproces in gesprek te blijven.”
Eneco ziet de BWI op dit moment als meest kansrijke optie om op korte termijn op grote schaal duurzame warmte te produceren en zodoende het warmteverbruik van onze warmteklanten in de gemeenten Utrecht en Nieuwegein verder te verduurzamen. Wij verwachten binnen nu en enkele maanden alle voorbereidingen voor de bouw van de eerste 30MW BWI af te ronden. De BWI kan dan op zijn vroegst eind 2018 de duurzame warmte gaan leveren.
Harold Koekkoek, Locatiemanager Warmteproductie Utrecht bij Eneco: “We zijn blij met de uitspraak van de rechter. De milieuvergunning voldoet aan alle eisen en normen die de wet stelt aan een biomassacentrale. De door de rechter gestelde strengere norm rond dioxines en furanen leidt niet tot aanpassing van het ontwerp. We werkten reeds vrijwillig met de nu verplicht gestelde strengere normen. De uitspraak is tevens in lijn met de recente positieve evaluatie van de BWI plannen door de gemeente Utrecht. Eneco realiseert zich dat er verschillende meningen bestaan over deze installatie. We willen daarom met alle betrokkenen gedurende het vervolg en het bouwproces in gesprek te blijven.”
Eneco ziet de BWI op dit moment als meest kansrijke optie om op korte termijn op grote schaal duurzame warmte te produceren en zodoende het warmteverbruik van onze warmteklanten in de gemeenten Utrecht en Nieuwegein verder te verduurzamen. Wij verwachten binnen nu en enkele maanden alle voorbereidingen voor de bouw van de eerste 30MW BWI af te ronden. De BWI kan dan op zijn vroegst eind 2018 de duurzame warmte gaan leveren.
Geen opmerkingen: