UT werkt aan zonne-energie Indonesië
Mede dankzij het werk van Angele Reinders van de Universiteit Twente is op het Indonesische eiland Papua een nieuw systeem voor zonne-energie ontwikkeld. Vanwege de enorme groei en stijgende welvaart van Indonesië, stijgt ook de vraag naar elektriciteit. Zonne-energie biedt uitkomst. De UT werkte de afgelopen twee jaar samen met Bandung Institute of Technology (ITB), Cenderawasih University, het Wereldnatuurfonds en verschillende lokale installateurs aan het systeem op het eiland. Ook werden er trainingen over zonne-energie opgezet.
“Indonesië had tot drie jaar geleden nauwelijks ervaring met zonne-energie systemen die gekoppeld waren aan het net”, vertelt Reinders. De Universitair Hoofddocent van de vakgroep Ontwerp, Productie en Management (faculteit CTW) en expert op het gebied van zonne-energie, zag met eigen ogen hoe de energievoorziening in het land geregeld werd. Ze bracht samen met UT-promovendus Hans Veldhuis een tijd door in de stad Jayapura. “Het energienetwerk kent door de groeiende capaciteitsvraag veel black-outs en lawaaierige en vervuilende dieselgeneratoren bepalen het straatbeeld. In afgelegen gebieden van Papua, de provincie op het eiland Nieuw-Guinea waar ik zat, werd diesel ingevlogen voor aggregaten. Soms gebruikt de lokale bevolking wel solar home systems, maar die waren voornamelijk op één huishouden gericht. Nu zijn we zo ver dat er voor zonne-energiesystemen een terugleververgoeding van 25 tot 30 dollarcent per opgewekte kWh wordt gegeven. Dit is een betaling voor de levering van zonnestroom aan het net. Met deze vergoeding wordt het aanzienlijk aantrekkelijker om zo’n PV-systeem aan het net te koppelen. Je kan er namelijk na een terugverdientijd van ongeveer acht jaar geld mee verdienen: iedere kWh levert zo’n 25 cent op. ”
Reinders ontving vanuit de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (het vroegere Agentschap NL) zeven ton om gekoppelde PV-systemen in Indonesië te ontwikkelen. Het programma is gericht op onderwijs, kennisoverdacht, netwerken en onderzoek. De resultaten zijn tot nu toe erg positief. “Het systeem produceert ongeveer 50.000 kWh aan elektriciteit per jaar. Dit staat gelijk aan een besparing van vijfduizend liter diesel en 11.000 kilo steenkool per jaar. Ook de reductie van CO2-emissie is gigantisch”, zei het hoofd van Jayapura Environmental Agency in de krant Jakarta Post. Het project leverde veel aandacht op in de Indonesische media.
“Er is een pilot plant geplaatst in Papua, we hebben trainingen op het gebied van zonne-energie verzorgd en er is een monitoringsysteem voor het PV-systeem gekomen”, vervolgt Reinders. “Het lokale gemeentehuis voorziet door het zonne-energiesysteem voor een groot deel in zijn eigen energiebehoefte. Bij het instituut ITB zijn nu tien docenten bezig met zonne-energie en er worden meer Indonesische ingenieurs opgeleid.”
Inmiddels volgt een aantal van deze ingenieurs het double degree programma van de master Sustainable Energy Technology, die in samenwerking met prof. Theo van der Meer (faculteit CTW) van de Universiteit Twente is opgezet. Reinders: “Bovendien krijgen we binnen de vakgroep OPM een Indonesische PhD-student die zich gaat richten op de stimulering van zonne-energie in haar land. Dus hoewel het project nu officieel is afgerond, gaan we zeker met het thema door in de toekomst.”
“Indonesië had tot drie jaar geleden nauwelijks ervaring met zonne-energie systemen die gekoppeld waren aan het net”, vertelt Reinders. De Universitair Hoofddocent van de vakgroep Ontwerp, Productie en Management (faculteit CTW) en expert op het gebied van zonne-energie, zag met eigen ogen hoe de energievoorziening in het land geregeld werd. Ze bracht samen met UT-promovendus Hans Veldhuis een tijd door in de stad Jayapura. “Het energienetwerk kent door de groeiende capaciteitsvraag veel black-outs en lawaaierige en vervuilende dieselgeneratoren bepalen het straatbeeld. In afgelegen gebieden van Papua, de provincie op het eiland Nieuw-Guinea waar ik zat, werd diesel ingevlogen voor aggregaten. Soms gebruikt de lokale bevolking wel solar home systems, maar die waren voornamelijk op één huishouden gericht. Nu zijn we zo ver dat er voor zonne-energiesystemen een terugleververgoeding van 25 tot 30 dollarcent per opgewekte kWh wordt gegeven. Dit is een betaling voor de levering van zonnestroom aan het net. Met deze vergoeding wordt het aanzienlijk aantrekkelijker om zo’n PV-systeem aan het net te koppelen. Je kan er namelijk na een terugverdientijd van ongeveer acht jaar geld mee verdienen: iedere kWh levert zo’n 25 cent op. ”
Reinders ontving vanuit de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (het vroegere Agentschap NL) zeven ton om gekoppelde PV-systemen in Indonesië te ontwikkelen. Het programma is gericht op onderwijs, kennisoverdacht, netwerken en onderzoek. De resultaten zijn tot nu toe erg positief. “Het systeem produceert ongeveer 50.000 kWh aan elektriciteit per jaar. Dit staat gelijk aan een besparing van vijfduizend liter diesel en 11.000 kilo steenkool per jaar. Ook de reductie van CO2-emissie is gigantisch”, zei het hoofd van Jayapura Environmental Agency in de krant Jakarta Post. Het project leverde veel aandacht op in de Indonesische media.
“Er is een pilot plant geplaatst in Papua, we hebben trainingen op het gebied van zonne-energie verzorgd en er is een monitoringsysteem voor het PV-systeem gekomen”, vervolgt Reinders. “Het lokale gemeentehuis voorziet door het zonne-energiesysteem voor een groot deel in zijn eigen energiebehoefte. Bij het instituut ITB zijn nu tien docenten bezig met zonne-energie en er worden meer Indonesische ingenieurs opgeleid.”
Inmiddels volgt een aantal van deze ingenieurs het double degree programma van de master Sustainable Energy Technology, die in samenwerking met prof. Theo van der Meer (faculteit CTW) van de Universiteit Twente is opgezet. Reinders: “Bovendien krijgen we binnen de vakgroep OPM een Indonesische PhD-student die zich gaat richten op de stimulering van zonne-energie in haar land. Dus hoewel het project nu officieel is afgerond, gaan we zeker met het thema door in de toekomst.”
Geen opmerkingen: