Waterschappen: investeren in duurzaamheid loont
Kostenefficiency en investeren in een duurzame toekomst kunnen prima samen gaan." Dat zegt Hennie Roorda, bestuurslid van de Unie van Waterschappen, naar aanleiding van het verschijnen van de Klimaatmonitor 2012. Het onderzoek van ingenieursbureau Arcadis toont aan dat de waterschappen hard op weg zijn de ambities rond duurzame energie waar te maken. Kostenefficiency, duurzaamheid en innovatie gaan bij waterbeheer hand in hand.
Als geen andere organisatie in Nederland hebben waterschappen te maken met de gevolgen van de klimaatverandering. Waterschappen investeren daarom in aanpassingen aan waterkeringen en het watersysteem om hierop te anticiperen. Duurzame energie is een speerpunt in het beleid van de waterschappen. Dit blijkt uit de door Arcadis opgestelde Klimaatmonitor 2012, waarin de waterschapssector verantwoording aflegt over haar inzet op duurzaamheid. Spraakmakende innovaties zijn van de grond gekomen, zoals de 'Energiefabriek', waarbij rioolwater niet alleen wordt gezuiverd maar ook benut als bron van energie. Vaak gecombineerd met een 'Grondstoffenfabriek', waar grondstoffen als fosfaat worden teruggewonnen uit het afvalwater. De meeste investeringen verdienen zich terug binnen een periode van 5 tot 10 jaar.
Op dit moment produceren waterschappen al ruim 100 miljoen kuub biogas voor eigen gebruik. Voldoende om de bevolking van een stad als Tilburg of Haarlem van elektriciteit te voorzien. De potentie van biogas uit afvalwater is nog vele malen groter. Op diverse locaties worden de komende jaren Energiefabrieken gebouwd, waarbij meer dan 120 miljoen euro wordt geïnvesteerd. Eind februari gaat een gecombineerde Energie- en Grondstoffenfabriek proefdraaien in Echten en eind april opent er een in Olburgen. In 2015 zullen er naar verwachting 15 Energiefabrieken gerealiseerd zijn en circa 10 Grondstoffenfabrieken.
Roorda: "We zijn trots op wat we tot nu toe hebben bereikt, maar gaan zeker niet achterover leunen. Er liggen grote uitdagingen. Het terugwinnen van energie en grondstoffen uit rioolwater heeft hoge prioriteit. We zijn momenteel bezig met het sluiten van de fosfaatkringloop en verwachten dat de hoeveelheid en diversiteit aan teruggewonnen grondstoffen in de komende jaren fors zal toenemen. Naast fosfaat kan ook worden gedacht aan vezels, polymeren en bioplastics. Door samen te werken met kennisinstellingen en het bedrijfsleven kunnen we Nederland duurzamer maken. Daarmee leveren we tevens een bijdrage aan de Nederlandse economie. Kostenefficiency en investeren in een duurzame toekomst kunnen prima samen gaan. De voordelen moeten ten goede komen aan de burger. We onderzoeken momenteel de mogelijke inzet van andere duurzame energiebronnen, zoals wind- en zonne-energie. Het is van belang onze ogen open te houden voor nieuwe, slimme toepassingen die zich financieel terugverdienen. Met deze focus op innovatie en duurzaamheid blijft het Nederlandse waterbeheer internationaal voorop lopen zonder concessies te doen aan veiligheid en de portemonnee."
Als geen andere organisatie in Nederland hebben waterschappen te maken met de gevolgen van de klimaatverandering. Waterschappen investeren daarom in aanpassingen aan waterkeringen en het watersysteem om hierop te anticiperen. Duurzame energie is een speerpunt in het beleid van de waterschappen. Dit blijkt uit de door Arcadis opgestelde Klimaatmonitor 2012, waarin de waterschapssector verantwoording aflegt over haar inzet op duurzaamheid. Spraakmakende innovaties zijn van de grond gekomen, zoals de 'Energiefabriek', waarbij rioolwater niet alleen wordt gezuiverd maar ook benut als bron van energie. Vaak gecombineerd met een 'Grondstoffenfabriek', waar grondstoffen als fosfaat worden teruggewonnen uit het afvalwater. De meeste investeringen verdienen zich terug binnen een periode van 5 tot 10 jaar.
Op dit moment produceren waterschappen al ruim 100 miljoen kuub biogas voor eigen gebruik. Voldoende om de bevolking van een stad als Tilburg of Haarlem van elektriciteit te voorzien. De potentie van biogas uit afvalwater is nog vele malen groter. Op diverse locaties worden de komende jaren Energiefabrieken gebouwd, waarbij meer dan 120 miljoen euro wordt geïnvesteerd. Eind februari gaat een gecombineerde Energie- en Grondstoffenfabriek proefdraaien in Echten en eind april opent er een in Olburgen. In 2015 zullen er naar verwachting 15 Energiefabrieken gerealiseerd zijn en circa 10 Grondstoffenfabrieken.
Roorda: "We zijn trots op wat we tot nu toe hebben bereikt, maar gaan zeker niet achterover leunen. Er liggen grote uitdagingen. Het terugwinnen van energie en grondstoffen uit rioolwater heeft hoge prioriteit. We zijn momenteel bezig met het sluiten van de fosfaatkringloop en verwachten dat de hoeveelheid en diversiteit aan teruggewonnen grondstoffen in de komende jaren fors zal toenemen. Naast fosfaat kan ook worden gedacht aan vezels, polymeren en bioplastics. Door samen te werken met kennisinstellingen en het bedrijfsleven kunnen we Nederland duurzamer maken. Daarmee leveren we tevens een bijdrage aan de Nederlandse economie. Kostenefficiency en investeren in een duurzame toekomst kunnen prima samen gaan. De voordelen moeten ten goede komen aan de burger. We onderzoeken momenteel de mogelijke inzet van andere duurzame energiebronnen, zoals wind- en zonne-energie. Het is van belang onze ogen open te houden voor nieuwe, slimme toepassingen die zich financieel terugverdienen. Met deze focus op innovatie en duurzaamheid blijft het Nederlandse waterbeheer internationaal voorop lopen zonder concessies te doen aan veiligheid en de portemonnee."
Geen opmerkingen: