Ads Top

Hoe maakt het nieuwe kabinet 2022 hét doorbraakjaar van elektrisch transport?

We zijn nu twee jaar op weg in een kritiek decennium - 2030 markeert belangrijke deadlines in de energietransitie. Het begin van dit jaar markeerde ook het begin van een nieuw kabinet dat miljarden heeft begroot voor duurzaamheid. Transport (en de elektrificatie van transport) speelt een grote rol in het bereiken van onze duurzame doelen.  De vraag is: wanneer we over acht jaar terugkijken, kunnen we 2022 dan zien als hét doorbraakjaar voor elektrisch transport?

Door Christelle Verstraeten, Head of European Policy, ChargePoint

In december 2021 werd een mijlpaal bereikt van 50.000 publieke laadpunten. Maar dat is een kleinigheidje vergeleken met de 1,7 miljoen laadpunten die Nederland volgens de RVO tegen 2030 nodig heeft. Daarbij zou de focus moeten liggen op de publieke laadinfrastructuur. Een eigen laadpunt is voor een groot deel van de hurende bevolking niet mogelijk. Het nieuwe kabinet zou dus een deel van het groene miljardenfonds moeten reserveren voor de uitbreiding van de publieke laadinfrastructuur.
Dit raakt een hoofdpijndossier: het energienet. Het huidige net is niet ingericht op de energietransitie en staat daardoor steeds meer onder druk. Een mogelijke oplossing is om kabels te vervangen zodat de capaciteit wordt vergroot. Maar dit is een duur én tijdrovend proces. Om de elektrificatie van transport op schema te houden, zou het nieuwe kabinet er dus goed aan doen dit jaar nog stappen te maken om de uitrol van publieke laadpunten op te schalen.

Bij deze uitrol moet goed worden overwogen welke laadsnelheden nodig zijn. Zo is er op veel werkplekken en parkeerterreinen weinig behoefte aan dure snelladers omdat de voertuigen elke dag urenlang ongebruikt blijven staan. Reizigers en forenzen kunnen daarentegen wél profiteren van snelladers, die strategisch kunnen worden geplaatst op knooppunten van snelwegen, benzinestations en winkelcentra. 

Ook laadtarieven zouden onder de loep moeten worden gehouden. Publiek laden versus het gebruik van private laadpunten kan momenteel een verschil opleveren van honderden euro’s op jaarbasis. Om elektrisch rijden toegankelijker te maken voor de bevolking, moet dit verschil kleiner worden.

Nederland is een van de landen die graag tegen 2030 een verbod op de verkoop van auto’s met verbrandingsmotoren wil hebben. Maar om een deadline van 2030 voor de geleidelijke stop op de verkoop van diesel- en benzineauto's te halen, komen autofabrikanten al snel in tijdnood om over te schakelen op elektrisch. Om zo'n drastische omschakeling in zo'n kort tijdsbestek te doen slagen, moet snel de stap worden gezet van overleg naar actie. Het liefst dit jaar al. Wetgeving die deze overstap ondersteunt, is de enige manier om ervoor te zorgen dat fabrikanten de productie en verkoop van elektrische voertuigen gestaag en in overeenstemming met de vraag opschalen.  

Wachten tot het einde van dit decennium leidt niet alleen tot uitstel van het onvermijdelijke, maar ontneemt bedrijven, wagenparken en bestuurders ook de kans om zich voor te bereiden en de benodigde laadinfrastructuur te realiseren. Gelukkig is dit soort wetgeving niet nieuw: zowel Californië als het Canadese Brits-Columbia hebben soortgelijke wetgeving succesvol ingevoerd, die voor Nederland als model zou kunnen dienen. 

Volgens het regeerakkoord wordt “ernaar gestreefd” dat uiterlijk 2030 alle nieuwe auto’s emissieloos zijn. Daarmee houdt het kabinet een slag om de arm. De basis wordt gelegd, maar is dat voldoende? Steeds meer consumenten willen elektrisch rijden, wagenparken willen elektrische voertuigen vanwege de efficiëntie en de total cost of ownership - en iedereen heeft ze nodig om de aarde leefbaar te houden. De vraag is dus eigenlijk: "Waar wacht iedereen in hemelsnaam nog op?"

Geen opmerkingen:

Mogelijk gemaakt door Blogger.