Eerste ‘stopcontact op zee’ klaar voor gebruik
Het eerste grote ‘stopcontact’ (platform Borssele Alpha) voor het elektriciteitsnet op zee is door TenneT opgeleverd. Hiermee zal de windenergie van de windparken Borssele I en II (700MW) naar het vaste land worden getransporteerd. Via platform Borssele Alpha zal vanaf volgend jaar ongeveer 2,5% van de in Nederland gebruikte elektriciteit van het windpark op zee naar het vaste land worden gebracht. TenneT heeft het platform conform de afgesproken planning opgeleverd. De komende jaren worden er in totaal tien van dit soort stations geplaatst.
De gecoördineerde aanleg van een elektriciteitsnet op zee door TenneT is een belangrijke pijler onder het succes van windenergie op zee, naast de succesvolle subsidievrije tenders voor de windparken. De tijdige oplevering door TenneT voedt het vertrouwen bij windparkontwikkelaars dat ook toekomstige delen van het net op zee tijdig gereed zullen zijn. Een ander voordeel van de aanleg door TenneT is de goede afstemming met het hoogspanningsnet op land dat ook onder beheer van TenneT is. Daardoor kunnen problemen door gebrek aan transportcapaciteit zoveel mogelijk worden voorkomen. Met behulp van de Rijkscoördinatieregeling hebben het Rijk, TenneT en overige belanghebbenden samengewerkt aan een goede ruimtelijke inpassing van de verbinding tussen het windpark en het landelijk hoogspanningsnet.
In het Klimaatakkoord staat dat in 2030 70% van onze elektriciteitsverbruik duurzaam is (wind of zon). Dat komt neer op in elk geval 84 TWh. Meer dan de helft daarvan komt van windparken op zee (49 TWh). De overige 35 TWh komt uit windparken op land en zonneparken op land. Windenergie op zee is niet alleen belangrijk voor de elektriciteitsbehoefte van huishoudens en bedrijven. Ook de industrie heeft windstroom hard nodig om de huidige fossiele brandstoffen en grondstoffen te kunnen vervangen door ‘groene moleculen’, zoals waterstof uit elektrolyse met stroom uit windparken.
De komende jaren zal de hoeveelheid stroom die windparken op zee leveren sterk toenemen – er breekt als het ware een ‘oogsttijd’ aan. Momenteel staan er windparken in zee met een totaalvermogen van ongeveer 1 gigawatt (GW). In 2023 staat er voor minimaal 4,5 GW vermogen. Dat is 16% van de elektriciteitsproductie. In 2030 zal er ca. 11 GW aan windparken op zee staan. Deze leveren dan 40% van ons elektriciteitsverbruik en beslaan minder dan 3% van de Nederlandse Noordzee. Tussen de windturbines (die circa 1 km uit elkaar liggen) is ruimte voor medegebruik, zoals kweek van zeewier en visserij op krabben en kreeften. De plannen voor windparken tot 2030 liggen vast in de routekaart windenergie op zee. Onderstaand schema vat deze samen.
De gecoördineerde aanleg van een elektriciteitsnet op zee door TenneT is een belangrijke pijler onder het succes van windenergie op zee, naast de succesvolle subsidievrije tenders voor de windparken. De tijdige oplevering door TenneT voedt het vertrouwen bij windparkontwikkelaars dat ook toekomstige delen van het net op zee tijdig gereed zullen zijn. Een ander voordeel van de aanleg door TenneT is de goede afstemming met het hoogspanningsnet op land dat ook onder beheer van TenneT is. Daardoor kunnen problemen door gebrek aan transportcapaciteit zoveel mogelijk worden voorkomen. Met behulp van de Rijkscoördinatieregeling hebben het Rijk, TenneT en overige belanghebbenden samengewerkt aan een goede ruimtelijke inpassing van de verbinding tussen het windpark en het landelijk hoogspanningsnet.
In het Klimaatakkoord staat dat in 2030 70% van onze elektriciteitsverbruik duurzaam is (wind of zon). Dat komt neer op in elk geval 84 TWh. Meer dan de helft daarvan komt van windparken op zee (49 TWh). De overige 35 TWh komt uit windparken op land en zonneparken op land. Windenergie op zee is niet alleen belangrijk voor de elektriciteitsbehoefte van huishoudens en bedrijven. Ook de industrie heeft windstroom hard nodig om de huidige fossiele brandstoffen en grondstoffen te kunnen vervangen door ‘groene moleculen’, zoals waterstof uit elektrolyse met stroom uit windparken.
De komende jaren zal de hoeveelheid stroom die windparken op zee leveren sterk toenemen – er breekt als het ware een ‘oogsttijd’ aan. Momenteel staan er windparken in zee met een totaalvermogen van ongeveer 1 gigawatt (GW). In 2023 staat er voor minimaal 4,5 GW vermogen. Dat is 16% van de elektriciteitsproductie. In 2030 zal er ca. 11 GW aan windparken op zee staan. Deze leveren dan 40% van ons elektriciteitsverbruik en beslaan minder dan 3% van de Nederlandse Noordzee. Tussen de windturbines (die circa 1 km uit elkaar liggen) is ruimte voor medegebruik, zoals kweek van zeewier en visserij op krabben en kreeften. De plannen voor windparken tot 2030 liggen vast in de routekaart windenergie op zee. Onderstaand schema vat deze samen.
Geen opmerkingen: