Ads Top

Warmtenetten met verschillende temperaturen: kansen voor een klimaatneutrale toekomst

Warmtenetten transporteren warmte op verschillende temperaturen. Zo heeft restwarmte van datacenters een lagere temperatuur dan bijvoorbeeld restwarmte uit afvalverbranders. Welke temperaturen zijn de juiste keuze voor een aardgasvrije - en uiteindelijk klimaatneutrale - gebouwde omgeving? Nieuw onderzoek geeft inzichten voor de toekomst.

Het is de bedoeling dat de gebouwde omgeving in 2050 klimaatneutraal is. Nederlandse gemeenten zijn inmiddels druk bezig met de transitie naar een aardgasvrije energie- en warmtevoorziening. "In steden met collectieve warmtenetten is de aansluiting op stadsverwarming een voor de hand liggende keuze. Een warmtenet biedt voor zowel bestaand vastgoed als nieuwbouw een goede mogelijkheid om te verwarmen zonder aardgas", zegt onderzoeker Benno Schepers van onderzoeks- en adviesbureau CE Delft, dat recent onderzoek uitvoerde naar de CO2-emissies van stadsverwarming in Amsterdam.

Op dit moment zijn binnen Nederlandse warmtenetten verschillende soorten warmtebronnen in gebruik: van geothermie tot restwarmte van bijvoorbeeld elektriciteitscentrales, afvalverwerkers en datacenters. De bronnen variëren in de temperatuur waarop ze beschikbaar komen. Zo komt warmte uit een afvalverbrander of diepe geothermiebron vrij op hoge temperaturen van 100 °C of meer. Restwarmte uit datacenters komt gemiddeld op slechts 25 °C beschikbaar en warmte uit oppervlaktewater (ook wel aquathermie genoemd) op nog lagere temperaturen.

Er zijn verschillende opties om warmte op de juiste temperatuur aan een woning af te leveren, vertelt Bart Dehue, programmamanager duurzame warmte bij Nuon/Vattenfall. "Restwarmte die op 25 tot 30 °C beschikbaar komt, kan in de woning met een warmtepomp opgewarmd worden om gebruikt te kunnen worden voor ruimteverwarming en warm tapwater. Een andere optie is om de lagetemperatuurwarmte centraal op te werken naar 40 °C. Dat is voor nieuwbouw warm genoeg voor ruimteverwarming. In de woning is dan alleen nog een apparaat nodig dat het tapwater verder verwarmd naar 60 °C om legionella te voorkomen." Een derde mogelijkheid is om de warmte centraal op te werken tot 65 °C en op deze temperatuur aan de woningen te leveren. Dit is voldoende voor zowel ruimteverwarming als tapwater: in de woning hoeven dan geen extra maatregelen getroffen te worden.

"De ideale temperatuur van een warmtenet is een kwestie van maatwerk. Het idee is dat de hogetemperatuurwarmte vooral ten goede komt aan bestaande woningen, die doorgaans slechter geïsoleerd zijn en daardoor aan lagetemperatuurwarmte niet voldoende hebben", vertelt Jannis van Zanten van AEB Amsterdam, dat restwarmte uit afvalverbranding aan het Amsterdamse warmtenet levert. "De retourwarmte van de warmte die aan moeilijk isoleerbare gebouwen in de oudere delen van de stad wordt geleverd, kunnen we weer inzetten voor de verwarming van de nieuwere buitenwijken."

Van Zanten ziet dit zogenoemde cascaderen als een belangrijk instrument in de warmte- en energietransitie. "Het warmtenet is dusdanig flexibel dat bij verdere isolatie van alle woningen de temperatuur van de levering in de toekomst verder omlaag kan worden gebracht en de woningen toch comfortabel warm blijven."

Volgens een scenariostudie van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) zouden warmtenetten in 2050 in een kwart tot een derde van het nationale energieverbruik in de gebouwde omgeving kunnen voorzien. Als deze warmte klimaatneutraal is, kunnen de warmtenetten dus een enorme bijdrage leveren aan een duurzame energievoorziening en een energieneutrale gebouwde omgeving.

Volgens het onderzoek van CE Delft zijn er op dit moment nergens in Nederland grootschalige lagetemperatuurwarmtenetten in gebruik. Schepers: "Er zijn wel enkele kleine initiatieven en projecten. Daarnaast wordt nagedacht over het gebruik van lagetemperatuurbronnen voor het voeden van bestaande warmtenetten in de gebouwde omgeving. Rioolwaterzuiveringsinstallaties, grote koel- en vrieshuizen, industriële wasserijen, schaatsbanen en zwembaden zijn daarvoor potentiële warmteleveranciers. Maar we weten niet of en hoeveel warmte zij beschikbaar hebben. Bovendien zijn het gemiddeld genomen kleine leveranciers en is de langjarige beschikbaarheid onzeker, vooral in vergelijking met de betrouwbare hogetemperatuurwarmtebronnen die we nu al hebben."

Geen opmerkingen:

Mogelijk gemaakt door Blogger.