Aardgasbaten op laagste niveau in ruim 40 jaar
De overheid verdiende in 2016 2,4 miljard euro aan de winning van aardgas. Dit is bijna 3 miljard euro minder dan in 2015 en de laagste opbrengst sinds 1975. In 2013 ontving de overheid met 15,4 miljard euro nog de hoogste opbrengst ooit aan aardgasbaten. In de drie jaren daarna namen de aardgasbaten met circa 85 procent af. Ondanks de lagere aardgasbaten sloot de overheid 2016 af met een overschot op de begroting van 2,9 miljard euro. Dit blijkt uit een nieuwe statistische analyse van het CBS op basis van de laatste cijfers over het jaar 2016, gecombineerd met historische data.
De daling van de aardgasbaten van de afgelopen jaren kwam enerzijds door lagere winning van aardgas.
Vanwege de negatieve gevolgen van de gaswinning in Groningen heeft de overheid het winningsplafond naar beneden bijgesteld. Werd in 2013 nog 54 miljard m3 aardgas uit het Groningenveld gewonnen, in 2016 werd het plafond voor de toegestane winning verlaagd tot 24 miljard m3 aardgas. Ook de overige winning op land neemt af. Tenslotte neemt de jaarlijkse gaswinning uit de velden in het Nederlandse deel van de Noordzee, sinds de piek in de productie rond 2000, gestaag af en is sindsdien gehalveerd. De totale winning van aardgas daalde van bijna 85 miljard m3 in 2013 naar ongeveer 48,5 miljard m3 in 2016. Daarnaast droegen ook lagere prijzen sterk bij aan de dalende inkomsten uit aardgas. De producentenprijzen voor aardgas zijn in 2016 bijna gehalveerd ten opzichte van 2013.
In 2016 waren de aardgasbaten met 2,4 miljard euro goed voor 0,8 procent van de totale overheidsinkomsten, het laagste aandeel sinds 1968. De eerste aardgaswinning in Nederland vond plaats in de jaren vijftig, maar kwam aan het eind van de jaren zestig serieus op gang. De daarop volgende jaren nam de winning van aardgas een enorme vlucht en piekte midden jaren zeventig met een jaarlijkse winning van rond de 100 miljard m3. Tussen begin jaren tachtig en 2013 schommelde de winning rond de 70 – 80 miljard m3 per jaar. Daarna daalde de winning sterk. Gecombineerd met stijgende prijzen drukten de aardgasbaten in de jaren zeventig en de eerst helft van de jaren tachtig een steeds grotere stempel op de overheidsinkomsten. Op het hoogtepunt in 1985 bedroegen de inkomsten uit aardgas meer dan 10 procent van de overheidsinkomsten. Door halvering van de prijs in 1986 lagen de aardgasbaten in daaropvolgende jaren op een lager niveau. Pas aan het begin van de 21ste eeuw begonnen de aardgasbaten weer te stijgen. Als aandeel van de overheidsinkomsten kwamen de aardgasbaten niet meer boven de 6 procent uit.
Vanwege de negatieve gevolgen van de gaswinning in Groningen heeft de overheid het winningsplafond naar beneden bijgesteld. Werd in 2013 nog 54 miljard m3 aardgas uit het Groningenveld gewonnen, in 2016 werd het plafond voor de toegestane winning verlaagd tot 24 miljard m3 aardgas. Ook de overige winning op land neemt af. Tenslotte neemt de jaarlijkse gaswinning uit de velden in het Nederlandse deel van de Noordzee, sinds de piek in de productie rond 2000, gestaag af en is sindsdien gehalveerd. De totale winning van aardgas daalde van bijna 85 miljard m3 in 2013 naar ongeveer 48,5 miljard m3 in 2016. Daarnaast droegen ook lagere prijzen sterk bij aan de dalende inkomsten uit aardgas. De producentenprijzen voor aardgas zijn in 2016 bijna gehalveerd ten opzichte van 2013.
In 2016 waren de aardgasbaten met 2,4 miljard euro goed voor 0,8 procent van de totale overheidsinkomsten, het laagste aandeel sinds 1968. De eerste aardgaswinning in Nederland vond plaats in de jaren vijftig, maar kwam aan het eind van de jaren zestig serieus op gang. De daarop volgende jaren nam de winning van aardgas een enorme vlucht en piekte midden jaren zeventig met een jaarlijkse winning van rond de 100 miljard m3. Tussen begin jaren tachtig en 2013 schommelde de winning rond de 70 – 80 miljard m3 per jaar. Daarna daalde de winning sterk. Gecombineerd met stijgende prijzen drukten de aardgasbaten in de jaren zeventig en de eerst helft van de jaren tachtig een steeds grotere stempel op de overheidsinkomsten. Op het hoogtepunt in 1985 bedroegen de inkomsten uit aardgas meer dan 10 procent van de overheidsinkomsten. Door halvering van de prijs in 1986 lagen de aardgasbaten in daaropvolgende jaren op een lager niveau. Pas aan het begin van de 21ste eeuw begonnen de aardgasbaten weer te stijgen. Als aandeel van de overheidsinkomsten kwamen de aardgasbaten niet meer boven de 6 procent uit.
Geen opmerkingen: