Milieuorganisaties opnieuw naar Raad van State om kolencentrales
Geen natuurvergunning voor de kolencentrales van Eon en GDF. Dat is de inzet van het beroep dat Natuur & Milieu en Greenpeace vandaag hebben ingediend bij de Raad van State tegen de vergunning van de Provincie Zuid-Holland voor twee nieuwe kolencentrales op de Maasvlakte. De kolencentrales schaden de kwetsbare en waardevolle natuur in de Zuid-Hollandse duinen door de uitstoot van stikstof terwijl het technisch en economisch mogelijk is om een installatie te bouwen die deze uitstoot halveert, zo stellen de organisaties.
In de Europese Habitatrichtlijn en de Nederlandse Natuurbeschermingswet is vastgelegd dat geen schade mag worden toegebracht aan het duinengebied. Alleen bij een groot maatschappelijk belang zijn er mogelijkheden om toch een vergunning te verlenen op voorwaarde van natuurcompensatie. Dat is onlangs nog uitdrukkelijk bevestigd door het Europese Hof van Justitie in een zaak over de A2. Maar in het geval van de kolencentrales is niet bekeken of deze een groot maatschappelijk belang dienen. De milieuorganisaties stellen dat dit niet het geval is, aangezien Nederland een stroomoverschot heeft en in de toekomst steeds meer wordt ingezet op schone energie.
De stikstofuitstoot van de nieuwe kolencentrales op de Maasvlakte leidt tot een forse vergrassing in de duinen. Het gevolg is dat daar straks alleen nog brandnetels groeien en voor de duinen waardevolle planten en dieren zoals orchideeën, viooltjes, het rozenkransje, het gele gentiaantje, de duinparelmoervlinder, de bitterling en de zandhagedis verdwijnen. De provincie vindt het voldoende als de kolencentrales herstelmaatregelen laten nemen, zoals afplaggen. Dat is echter dweilen met de kraan steeds verder open, stellen Natuur & Milieu en Greenpeace. Bovendien kunnen de bijzondere duinen niet tegen plaggen.
Het is de derde keer dat de milieuorganisaties naar de Raad van State stappen om de natuurvergunning voor de kolencentrales op de Maasvlakte tegen te houden. In 2011 en 2013 oordeelde de Raad dat de Provincie Zuid-Holland ten onrechte een natuurvergunning had verleend.
In de Europese Habitatrichtlijn en de Nederlandse Natuurbeschermingswet is vastgelegd dat geen schade mag worden toegebracht aan het duinengebied. Alleen bij een groot maatschappelijk belang zijn er mogelijkheden om toch een vergunning te verlenen op voorwaarde van natuurcompensatie. Dat is onlangs nog uitdrukkelijk bevestigd door het Europese Hof van Justitie in een zaak over de A2. Maar in het geval van de kolencentrales is niet bekeken of deze een groot maatschappelijk belang dienen. De milieuorganisaties stellen dat dit niet het geval is, aangezien Nederland een stroomoverschot heeft en in de toekomst steeds meer wordt ingezet op schone energie.
De stikstofuitstoot van de nieuwe kolencentrales op de Maasvlakte leidt tot een forse vergrassing in de duinen. Het gevolg is dat daar straks alleen nog brandnetels groeien en voor de duinen waardevolle planten en dieren zoals orchideeën, viooltjes, het rozenkransje, het gele gentiaantje, de duinparelmoervlinder, de bitterling en de zandhagedis verdwijnen. De provincie vindt het voldoende als de kolencentrales herstelmaatregelen laten nemen, zoals afplaggen. Dat is echter dweilen met de kraan steeds verder open, stellen Natuur & Milieu en Greenpeace. Bovendien kunnen de bijzondere duinen niet tegen plaggen.
Het is de derde keer dat de milieuorganisaties naar de Raad van State stappen om de natuurvergunning voor de kolencentrales op de Maasvlakte tegen te houden. In 2011 en 2013 oordeelde de Raad dat de Provincie Zuid-Holland ten onrechte een natuurvergunning had verleend.
Geen opmerkingen: