Werkgroep ‘Energie uit Landschap’ opgericht
Tijdens de afgelopen ledenvergadering van de Rijn en IJssel Energie coöperatie is een werkgroep ‘energie uit landschap’ opgericht. De werkgroep werkt aan een regionaal plan om het landschap in Rheden en ruime omgeving te benutten voor duurzame energie uit biomassa.
Concreet gaat de werkgroep werken aan draagvlakonderzoek, voor het winnen van energie uit landschap, onderzoek naar de feitelijke opbrengsten van het landschap in termen van energie en grondstoffen voor bio-based materialen, en een business case met plan van aanpak. In deze case wordt aangegeven op welke wijze het landschap en de behoefte aan (dit type) energie zich kunnen ontwikkelen tot een reguliere markt.
Natuur wordt vaak louter gezien als een kostenpost. Bermen, plantsoenen, parken, lanen, bomen langs wegen: ze moeten allemaal onderhouden worden, terwijl ze – zo is maar al te vaak de gedachte – helemaal niets opleveren. Het tegendeel is echter waar. Uit steeds meer onderzoek blijkt dat natuur de mens allerlei baten levert, bijvoorbeeld in de vorm van houtproductie, voedsel, rust, koolstofvastlegging, recreatieve mogelijkheden, bestuiving, educatie, enzovoorts.
Daarnaast levert het natuurlijk landschap op velerlei manieren energie op. Zo biedt natuur in de gemeente Rheden, dat voor 40 procent uit bosareaal bestaat, onder meer materiaal voor biovergassing, en houtpellets voor verbranding. Maar ook levert het grote areaal aan bos grondstoffen voor bio-based producten (dit zijn producten die afbreekbaar zijn), zoals houten meubelen en papier. Van belang daarbij is dat afzonderlijke groenelementen in de gemeente, zoals plantsoenen, landgoederen, bermen, parken, etc. niet langer op een versnipperde manier worden onderhouden, maar in onderlinge samenhang en gecoördineerd. Bovendien moet er een omslag in het denken tot stand komen: het onderhoud van deze elementen levert geld op, want snoeisel en maaisel zijn niet langer afval dat moet worden afgevoerd, maar dienen als input voor lokale energie en bio-based producten. Constans Pos, contactpersoon van de werkgroep: ‘door het boom- en bermmateriaal lokaal te gebruiken, verbeteren we de landschapskwaliteit, stimuleren we het behoud van ons cultureel erfgoed, besparen we energiekosten voor transport (geen gesleep meer met groenafval), en kunnen we de energie uit het landschap gebruiken om bijvoorbeeld een lokaal zwembad te verwarmen. Leuker kan je het niet krijgen!’
De werkgroep ‘Energie uit Landschap’ gaat werken aan een concreet samenhangend (beheers)plan waarbij groen niet louter als kostenpost wordt gezien, maar ook nadrukkelijk opbrengsten genereert voor de lokale economie. Binnen dit plan komen de verschillende betrokkenen in de gemeente elk tot hun recht komen: aanbieders van groen, overheden, belangengroepen, en vragers naar en consumenten van groene lokale energie en bio-based producten.
Concreet gaat de werkgroep werken aan draagvlakonderzoek, voor het winnen van energie uit landschap, onderzoek naar de feitelijke opbrengsten van het landschap in termen van energie en grondstoffen voor bio-based materialen, en een business case met plan van aanpak. In deze case wordt aangegeven op welke wijze het landschap en de behoefte aan (dit type) energie zich kunnen ontwikkelen tot een reguliere markt.
Natuur wordt vaak louter gezien als een kostenpost. Bermen, plantsoenen, parken, lanen, bomen langs wegen: ze moeten allemaal onderhouden worden, terwijl ze – zo is maar al te vaak de gedachte – helemaal niets opleveren. Het tegendeel is echter waar. Uit steeds meer onderzoek blijkt dat natuur de mens allerlei baten levert, bijvoorbeeld in de vorm van houtproductie, voedsel, rust, koolstofvastlegging, recreatieve mogelijkheden, bestuiving, educatie, enzovoorts.
Daarnaast levert het natuurlijk landschap op velerlei manieren energie op. Zo biedt natuur in de gemeente Rheden, dat voor 40 procent uit bosareaal bestaat, onder meer materiaal voor biovergassing, en houtpellets voor verbranding. Maar ook levert het grote areaal aan bos grondstoffen voor bio-based producten (dit zijn producten die afbreekbaar zijn), zoals houten meubelen en papier. Van belang daarbij is dat afzonderlijke groenelementen in de gemeente, zoals plantsoenen, landgoederen, bermen, parken, etc. niet langer op een versnipperde manier worden onderhouden, maar in onderlinge samenhang en gecoördineerd. Bovendien moet er een omslag in het denken tot stand komen: het onderhoud van deze elementen levert geld op, want snoeisel en maaisel zijn niet langer afval dat moet worden afgevoerd, maar dienen als input voor lokale energie en bio-based producten. Constans Pos, contactpersoon van de werkgroep: ‘door het boom- en bermmateriaal lokaal te gebruiken, verbeteren we de landschapskwaliteit, stimuleren we het behoud van ons cultureel erfgoed, besparen we energiekosten voor transport (geen gesleep meer met groenafval), en kunnen we de energie uit het landschap gebruiken om bijvoorbeeld een lokaal zwembad te verwarmen. Leuker kan je het niet krijgen!’
De werkgroep ‘Energie uit Landschap’ gaat werken aan een concreet samenhangend (beheers)plan waarbij groen niet louter als kostenpost wordt gezien, maar ook nadrukkelijk opbrengsten genereert voor de lokale economie. Binnen dit plan komen de verschillende betrokkenen in de gemeente elk tot hun recht komen: aanbieders van groen, overheden, belangengroepen, en vragers naar en consumenten van groene lokale energie en bio-based producten.
Geen opmerkingen: