Voorzichtig optimisme door extra capaciteit en lokale energiehubs

De Netinfra-update van Holland Solar en NedZero van oktober 2025 laat zien dat het elektriciteitsnet langzaam beter wordt benut, terwijl tegelijk nieuwe uitdagingen ontstaan voor ontwikkelaars van duurzame energie. Realistischere groeiscenario’s creëren mogelijk extra netcapaciteit, lokale energiehubs bieden kansen, maar onzekerheden rond storingsreserve, contractvormen en prioritering blijven. 

Netbeheerders reserveren minder ruimte voor de groei van zonnepanelen op daken. Hierdoor kan vanaf 2026 op meerdere plekken extra invoedingscapaciteit ontstaan voor zon- en windprojecten. De definitieve ruimte wordt begin 2026 zichtbaar na herberekeningen van congestierapporten.

Onderzoek toont aan dat combinaties van lokale opwek, opslag en energiedeling effectief afnamecongestie verminderen en bedrijven kostenvoordelen bieden. Dit maakt verduurzaming en uitbreiding van industriële locaties realistischer binnen congestiegebieden.

Steeds meer bestaande zonneparken worden door netbeheerders zonder overleg op de storingsreserve geplaatst. Dit kan tot wekenlange afschakeling leiden. De sector pleit voor compensatie op basis van gemiste inkomsten en duidelijkere afspraken rondom onderhoud en aansprakelijkheden.

De komst van reststroom- en blokstroomcontracten is uitgesteld tot eind 2025. Ook het nieuwe capaciteitssturingscontract (CSC) biedt kansen om batterijen in te zetten voor congestievermindering, maar roept nog praktische vragen op.

In het prioriteringskader van de ACM krijgen congestieverzachters de hoogste prioriteit bij aansluiting op het net. Door een gebrek aan duidelijke criteria dreigen regionale verschillen. De sector vraagt om heldere definities en transparantie.

Met pilots zoals GOTORK, het ontwikkelen van flextenders en onderzoek naar zwaardere netbelasting proberen netbeheerders het bestaande net beter te benutten. Tegelijkertijd worden stappen gezet om de bouw van nieuwe infrastructuur te versnellen.