Pagina's
vrijdag 30 mei 2025
RaboResearch: Op termijn kunnen datacenters bijdragen aan de energietransitie
De snelle opkomst van AI en de datacenters die daarvoor nodig zijn biedt uitdagingen voor het Nederlandse energiesysteem. Terwijl de vraag naar datacenters blijft groeien, stagneert de uitbreiding ervan in Nederland. Dit komt onder andere door een gebrek aan draagvlak en een gebrek aan transportcapaciteit op het stroomnet. Toch kunnen datacenters op lange termijn bijdragen aan de energietransitie doordat ze de businesscase voor hernieuwbare energie kunnen versterken en restwarmte kunnen leveren aan lokale warmtenetten.
Datacenters kunnen de ontwikkeling van hernieuwbare energieprojecten stimuleren door langlopende stroomcontracten af te sluiten. Rabo stelt: 'Als datacenters bereid zijn om zogeheten Power Purchase Agreements (PPA's) te ondertekenen met ontwikkelaars van wind- en zonneparken, biedt dit zekerheid voor de financiering daarvan. Dit biedt een kans om de energietransitie te versnellen, omdat de ontwikkelaars van deze parken via de PPA’s gegarandeerde inkomsten hebben en dus hun businesscase eerder rond kunnen hebben.'
Datacenters produceren bovendien continu restwarmte die geschikt is voor hergebruik in lokale warmtenetten, legt de analist uit. De nieuwe Warmtewet kan helpen om restwarmteprojecten makkelijker van de grond te krijgen. Met de juiste samenwerking kunnen datacenters dus ook langs die weg een waardevolle bijdrage leveren aan de energietransitie.
Enerco verschuift dalcontract naar midden op de dag
Met dit dynamische contract kunnen klanten profiteren van lagere tarieven door hun energieverbruik te plannen tijdens deze goedkopere uren. De Eneco-app biedt inzicht in de uurprijzen, waardoor gebruikers hun verbruik kunnen afstemmen op de meest voordelige momenten .
Huishoudens kunnen volgens Eneco een wezenlijk verschil maken in de beschikbare capaciteit van onze elektriciteitsnetten. Zij kunnen elektriciteitsverbruik vaak eenvoudig verschuiven van de ochtend- en avondpiek naar rustigere dalmomenten.
Klanten krijgen met dit contract twee vaste stroomtarieven met een looptijd van een jaar. Een laag tarief dat geldt tussen 10:00 en 17:00 en tussen 22:00 en 5:00 uur, wanneer er meestal meer groene stroom beschikbaar is en minder verbruik. Dit elektriciteitstarief ligt 30 procent lager dan het kale tarief dat de klant betaalt op de andere uren. Met Eneco VoordeelMomenten heeft de klant dus zekerheid van vaste tarieven én door slim om te gaan met het stroomverbruik is er direct financieel voordeel te behalen voor de energierekening.
As Tempelman vertrekt als CEO van Eneco per 1 augustus
De Raad van Commissarissen van Eneco wil zijn oprechte dank uitspreken aan As Tempelman. Mel Kroon, voorzitter van de Raad van Commissarissen, zegt: "We hebben grote waardering voor de belangrijke bijdrage van As aan het succes van Eneco. Onder zijn inspirerende leiderschap zijn zowel de financiële als de duurzaamheidsdoelstellingen ruimschoots behaald. De lancering en succesvolle implementatie van het One Planet Plan is mogelijk zijn grootste prestatie voor ons bedrijf. We zullen zijn visie, energie en ondernemerschap enorm missen en wensen hem veel succes in zijn nieuwe rol."
Tempelman werd op 20 juli 2020 benoemd tot lid van de Raad van Bestuur van NV Eneco in de functie van CEO. Voorafgaand aan Eneco bekleedde hij senior leiderschapsposities bij Shell in Azië, Europa, het Midden-Oosten en Afrika.
woensdag 28 mei 2025
Meer dan 1 miljoen stekkerauto’s in Nederland
Op 1 april 2025 waren er in totaal 9,3 miljoen personenauto’s. Benzine blijft de meest voorkomende brandstof voor Nederlandse personenauto’s. Begin 2025 reed drie kwart van de personenauto’s op benzine. Het aantal benzineauto’s nam wel met 1,3 procent af ten opzichte van een jaar eerder.
Op 1 januari 2025 was het aantal stekkerauto’s vergeleken met een jaar eerder met 33,3 procent toegenomen. Het aantal ‘reguliere’ hybride auto’s steeg met 23,9 procent. Dat zijn auto’s met een hybride aandrijving zonder stekker.
Het aantal diesels blijft afnemen; dat aantal daalde in 2024 met 12,3 procent vergeleken met een jaar eerder.
Begin 2025 waren er voor het eerst meer stekkerauto’s in particulier bezit (503.000) dan in zakelijk bezit (442.000). Onder zakelijke rijders is de stekkerauto echter nog steeds populair. 39 procent van de zakelijke auto’s is een stekkerauto, ten opzichte van 6 procent bij de particulieren.
Bij particulieren ligt het aantal volledig elektrische auto’s (245 duizend) en het aantal plug-in hybrides (258 duizend) vrij dicht bij elkaar. Bij auto’s van zakelijke rijders zijn de volledig elektrische auto’s met 324 duizend ruim in de meerderheid tegenover de plug-in hybrides (118 duizend).
Bij 46 procent van de particuliere huishoudens met een stekkerauto is alleen één stekkerauto aanwezig, 4 procent heeft meerdere stekkerauto’s (en geen enkele brandstofauto). Bij 50 procent is naast één of meerdere stekkerauto’s, ook nog tenminste één brandstofauto aanwezig. Meestal is dat een auto op benzine.
Zonneplan breidt aansturing thuisbatterij uit naar meerdere energiemarkten
Energiebedrijf Zonneplan maakt de aansturing van zijn Nexus thuisbatterij flexibeler. Behalve overdag eigen zonnestroom opslaan en helpen onbalans op het net te verminderen, kan de batterij nu ook stroom in- en verkopen op basis van de prijzen op de day-ahead- en intraday-markt. De software bepaalt automatisch elke seconde de beste strategie. Hiermee zet het energiebedrijf in op stabielere verdiensten voor batterij-eigenaren.
Een klassieke thuisbatterij fungeert vooral als nachtbuffer voor je zonnepanelen, zegt Jochem van Vuren, Managing Director van Zonneplan. ;Onze versie doet dat nog steeds, maar schakelt als eerste thuisbatterij in de markt voortaan tussen drie marktkansen: eigen verbruik, het helpen balanceren van het stroomnet én het slim in- en verkopen van stroom. Dat spreidt de inkomsten, verkort de terugverdientijd en ontlast tegelijk het steeds drukkere stroomnet.;
De slimme software kijkt elke seconde naar drie prijssignalen. Het onbalanssignaal geeft aan of er acuut een overschot of tekort op het net is, waarop batterijen kunnen anticiperen. Op de day-aheadmarkt ontstaan de uurprijzen al een dag van tevoren, terwijl er op de intraday-markt ook op de dag zelf nog voor het verloop van de dag stroom ingekocht of verkocht kan worden. Als er in de toekomst andere flexibiliteitsmarkten beschikbaar worden, kan Zonneplan de aansturing bovendien op afstand updaten. Dankzij deze slimme strategie profiteert de klant van stabielere opbrengsten, een toekomstbestendige batterij en volledig automatische aansturing.
Daarnaast kan een deel van de accucapaciteit worden ingezet voor het ondersteunen van de stroomvraag in huis. Daardoor verbruiken batterij-eigenaren een groter deel van hun zelfopgewekte zonnestroom. Door deze diverse mogelijkheden is het financiële voordeel voor de eigenaar minder afhankelijk van grillige prijspieken en speelt Zonneplan bovendien alvast in op het eindigen van de salderingsregeling vanaf 2027.
Volgende stap richting eigen warmtebedrijf Leidse regio
De ondertekening van de intentieovereenkomst valt nagenoeg samen met de inhoudelijke behandeling van de Wet collectieve warmte door de Tweede Kamer vanaf 19 mei aanstaande. Dit wetsvoorstel bevat belangrijke randvoorwaarden voor de uitrol van warmtenetten en het ontstaan van publieke warmtebedrijven. Zo bepaalt de wet dat warmtenetten in publieke handen moeten komen. Ook stelt de wet scherpere eisen qua toezicht op de betaalbaarheid, duurzaamheid en betrouwbaarheid van de geleverde warmte.
Als de nieuwe wet wordt aangenomen, kunnen gemeenten en provincies vanaf 1 januari 2026 warmtebedrijven met een publiek meerderheidsbelang opzetten. Staatsbedrijf EBN is namens de Staat de beoogde partij om als Nationale Deelneming Warmte (NDW) hierbij ondersteuning te geven. Dat betekent dat EBN, als de wet van kracht wordt, vanaf 2026 kan mee investeren in warmtenetten, waaronder die in de Leidse regio.
Alliander kan als publiek netwerkbedrijf een belangrijke rol spelen bij de realisatie van warmtenetten in de regio. Ook voor Alliander, schept de nieuwe wetgeving belangrijke voorwaarden voor deelname aan een gezamenlijk warmtebedrijf in de Leidse regio via dochteronderneming Firan. Hoewel de nieuwe wet nog in behandeling is, willen de partijen alvast stappen zetten richting de realisatie van een duurzame publieke warmtevoorziening in de Leidse regio. Dat is niet alleen van belang voor de warmtevoorziening, maar het kan ook netcongestie verlichten.
In het najaar verwachten de samenwerkende partijen een uitgewerkt kader te hebben voor de oprichting van een regionaal warmtebedrijf. Daarbij hoort onder andere een globale business case, de juridische structuur en de planning voor de realisatie van warmtesystemen in de regio.
Vattenfall optimaliseert grootschalige batterij van Return
“Flexibele opslagsystemen worden steeds belangrijker voor een stabiele, fossielvrije en efficiënte energievoorziening”, zegt Honey Duan, verantwoordelijk voor externe batterijopslagsystemen bij Vattenfall. “De grootschalige batterij van Return biedt ons een waardevolle aanvulling op onze portefeuille van hernieuwbare elektriciteitsproductie.”
De groei van hernieuwbare energiebronnen leidt tot grotere schommelingen in elektriciteitsproductie en -prijzen. In 2024 was geregeld sprake van negatieve elektriciteitsprijzen. In Nederland was dat in 5% van de uren het geval. Hierdoor stijgt de vraag naar stabiele prijzen en flexibele opslagsystemen.
Return zal Vattenfall voorzien van een batterij met een vermogen van 50 megawatt en een opslagcapaciteit van 100 megawattuur. Het contract van 8 jaar gaat de eerste helft van 2026 in. De batterij wordt door Return rechtstreeks aangesloten op het net.
In Nederland beheert Vattenfall al eigen batterijen in de energieparken Haringvliet en Alexia. Vattenfall streeft ernaar om de komende jaren tot 1,5 gigawatt externe batterijcapaciteit op de markt te brengen in Noordwest-Europa.
dinsdag 27 mei 2025
KiesZon wordt Greenchoice Integrated
Om een complete energieoplossing te realiseren heeft een ondernemer in de praktijk vaak veel verschillende partijen nodig, elk met specifieke kennis en expertise van slechts een deel van de complete energiepuzzel. Greenchoice Integrated maakt deze integrale oplossingen eenvoudig en toegankelijk door te fungeren als één aanspreekpunt voor de ondernemer en het gehele proces te begeleiden. Van analyse, advies en ontwerp tot realisatie, onderhoud, beheer en financiering.
Greenchoice is al lang niet meer alleen leverancier van groene stroom en ontwikkelaar van zonneprojecten. Greenchoice verbindt klanten, met robuuste energieoplossingen, met de juiste partners, met elkaar en met de natuur, waardoor Greenchoice integrale energieoplossingen aanbiedt. In 2023 werd het fundament voor deze manier van werken gelegd en in 2024 is dit verder geïntegreerd in de organisatie en in de samenwerking met klanten en partners.
Greenchoice Integrated heeft als doel om met betrouwbare, geïntegreerde energieoplossingen klanten optimaal te ondersteunen in het afstemmen van hun stroomverbruik op opwek, waardoor afhankelijkheid van het elektriciteitsnet verminderd kan worden.
RENDO en Waterschap Drents Overijsselse Delta ondertekenen overeenkomst voor levering groengas
Met deze overeenkomst spreken beide partijen af dat WDODelta gemiddeld 285 kuub groengas per uur levert. Daarmee is WDODelta de vierde leverancier van groengas op het RENDO-net.
De handtekeningen werden gezet door Eddy Veenstra, algemeen directeur van RENDO, en door Mirjam Werges, directielid van Waterschap Drents Overijsselse Delta. Eddy Veenstra: “Het hergebruik van de bestaande gasinfrastructuur vormt een belangrijk onderdeel van de energietransitie, zeker in het landelijk gebied. RENDO doet er dan ook alles aan om de invoeding van groengas mogelijk te maken. Het project van de groengasinstallatie op de rioolwaterzuivering in Echten is een prachtig voorbeeld van innovatieve en realistische energietransitie.”
Bij het zuiveren van rioolwater blijft slib als restproduct over. Dit slib wordt vergist tot biogas. Door dit biogas extra goed te filteren, wordt het opgewaardeerd tot groengas. Dit gas is van aardgaskwaliteit en wordt aangesloten op het gasnet. Hiermee kunnen ongeveer 2000 huishoudens van duurzaam groengas worden voorzien. “Deze nieuwe groengasinstallatie past uitstekend binnen onze ambities om duurzaamheid en circulair werken zoveel mogelijk te verweven in het waterschapswerk”, vult Mirjam Werges aan. “Dat betekent minder grondstoffen gebruiken, grondstoffen terugwinnen, de uitstoot van broeikasgassen verminderen en energie en warmte winnen uit afvalwater. Hiermee dragen we bij aan het landelijke klimaatakkoord. Onder andere in Echten voegen we de daad bij het woord.”
AeroDelft eerste studententeam dat aandrijfsysteem op vloeibare waterstof test voor luchtvaart
De succesvolle test werd uitgevoerd op de vloeibare waterstof testlocatie van TNO in Ypenburg, Den Haag. Het was een belangrijke mijlpaal in de missie van het team, namelijk om vloeibare waterstof te bewijzen en te promoten als een haalbaar en duurzaam alternatief voor conventionele vliegtuigbrandstoffen.
Werken met vloeibare waterstof brengt unieke technische en logistieke uitdagingen met zich mee. Het moet namelijk worden opgeslagen bij -253°C, waarna het weer opgewarmd wordt tot kamertemperatuur. Vervolgens wordt de waterstof in een brandstofcel gecombineerd met zuurstof, wat elektriciteit opwekt en alleen water uitstoot. Dit proces combineert de risico’s van cryogene temperaturen met de ontvlambaarheid en vluchtigheid van waterstofgas. Om hiermee te kunnen werken, ontwikkelde AeroDelft – in samenwerking met Cryoworld – een vacuümgeïsoleerde tank en een op maat gemaakte elektrische warmtewisselaar die een temperatuurverschil van 300 °C aankan. Het hele systeem is op afstand te bedienen, het beschikt over speciale ontluchtingssystemen en heeft ingebouwde veiligheidsvoorzieningen. Het werd geïntegreerd in samenwerking met TNO en leverancier van vloeibare waterstof Air Products. Voordat de test met vloeibare waterstof plaatsvond, werd het systeem eerst uitvoerig getest met vloeibare stikstof, gasvormige helium en gasvormige waterstof.
Stedin voltooit groot kabeltracé met 17 grondeigenaren
De verbinding is van groot belang voor de economische ontwikkeling van de regio, waar inmiddels sprake is van netcongestie, zowel voor afname als teruglevering. Dankzij dit tracé kunnen twaalf grote bedrijven worden aangesloten, wordt teruglevering van lokaal opgewekte zonne-energie mogelijk en blijft de betrouwbaarheid van de stroomvoorziening behouden. De capaciteit van de kabels is vergelijkbaar met het stroomverbruik van circa 8.000 huishoudens.
De aanleg van het tracé vergde meer dan technische expertise. Pas na twee jaar aan keukentafelgesprekken, bijeenkomsten en afstemming met 17 grondeigenaren werd in goed overleg gekozen voor gestuurde boringen onder watergangen – een alternatief dat slechts vijftien graaflocaties vereiste en de overlast voor grondeigenaren aanzienlijk beperkte.
Het project onderstreept hoe belangrijk samenwerking is tussen netbeheerder, overheden, grondeigenaren en andere betrokkenen. Tegelijkertijd laat het zien hoe complex het uitbreiden van het stroomnet is: schaarse ruimte, langdurige procedures en ingewikkelde besluitvorming blijven grote obstakels.
Onderzoek naar gezamenlijk warmtebedrijf Drenthe en Overijssel
De aanleiding voor deze samenwerking heeft ook te maken met de nieuwe landelijke Wet collectieve warmte. In de nieuwe wet - die naar verwachting 1 januari 2026 van kracht is - staat dat een warmtenet van een publieke partij (overheden of netwerk- en staatsbedrijven) moet zijn. Nu zijn warmtenetten voornamelijk in handen van private bedrijven. Om deze omslag goed te kunnen maken, willen de betrokken partijen de komende maanden analyseren wat nodig is voor een gezamenlijk publiek warmtebedrijf in Drenthe en Overijssel. Het wetsvoorstel Wet collectieve warmte wordt vanaf 19 mei in de Tweede Kamer behandeld.
In Nederland voeren de gemeenten de regie voor het verduurzamen van warmtevoorzieningen. De gemeenten in Overijssel en Drenthe leveren daarom waardevolle input voor de analyse van EBN, Enexis Groep, Cogas, RENDO Groep en beide provincies. Deze analyse kijkt ook naar de samenwerking met bestaande en in oprichting zijnde gemeentelijke warmtebedrijven.
Naast een bijdrage aan de energietransitie, is het doel ook om met een gezamenlijk warmtebedrijf schaalvoordelen te realiseren, die leiden tot lagere bedrijfskosten en stabielere warmteprijzen.
maandag 26 mei 2025
Zonnepark Markiezaat Rilland sluit capaciteitsbeperkend contract voor terugleveren stroom
De samenwerking tussen Klimaatfonds Nederland, Vandebron en Stedin is belangrijk om flexoplossingen als deze te realiseren. Dit capaciteitsbeperkende contract is belangrijk in opmaat naar de komende maanden waarin veel zonne- en windenergie wordt opgewekt in Rilland. Door op vooraf afgesproken momenten het zonnepark af te schakelen wordt er geschoven met transportvermogen en blijft er meer vermogen beschikbaar. Het vermogen dat vrijkomt wordt gebruikt om het stroomnet stabiel te houden en storingen te voorkomen. Het biedt nog geen ruimte voor klanten die op de wachtlijst staan.
Sinds juli 2024 is er congestie voor teruglevering in Zuid-Beveland. Uit het congestiemanagementonderzoek, waarin wordt gekeken naar oplossingen voor congestie, bleek dat er mogelijkheden zijn om afspraken te maken met bedrijven voor flexibel vermogen. Dit contract zorgt ervoor dat het stroomnet veilig blijft. Het betekent niet dat er meer ruimte vrijkomt en er klanten van de wachtlijst af kunnen. Daar zijn meer flexcontracten voor nodig.
Een project van 5 nieuwe windturbines in Vaux-sur-Sûre
De nieuwe windturbines, met elk een maximale capaciteit van 7,2 MWW, zullen elk jaar ongeveer 77.000 MWh groene stroom produceren, goed voor het jaarlijks elektriciteitsverbruik van ongeveer 21.000 gezinnen. Hiermee wordt ieder jaar 11.200 ton CO2 (eq) vermeden in vergelijking met de gemiddelde uitstoot van de Belgische elektriciteitsmix. Deze besparing is vergelijkbaar met de uitstoot van ongeveer 5.800 heen- en terugvluchten Brussel-New York.
De huidige geopolitieke en energiecrises herinneren ons eraan hoe afhankelijk we nog steeds zijn van fossiele brandstoffen. Europa heeft geen grote voorraden fossiele brandstoffen, waardoor het afhankelijk is van import. Om onze energieonafhankelijkheid te vergroten en het concurrentievermogen van onze bedrijven te verzekeren, moeten we streven naar een grotere energie-efficiëntie, de ontwikkeling van hernieuwbare energiebronnen en de geleidelijke elektrificatie van onze samenleving.
Easee stelt netwerk van 850.000+ slimme EV-laders beschikbaar voor netstabiliteit in Europa
Easee’s aanbod van verbonden laadpalen, inmiddels compleet met de aankondiging van de Charge Pro, biedt een oplossing voor een betere balans op het elektriciteitsnet. Dankzij geavanceerde functies zoals load balancing, dynamische laadsnelheden en vraagrespons kunnen de laders het verbruik automatisch aanpassen aan de actuele condities op het stroomnet. Zo kan het stroomverbruik worden verplaatst naar momenten met lagere belasting en meer beschikbaarheid van duurzame energie, wat het net ontlast zonder dat de gebruiker inlevert op gebruiksgemak.
Easee beheert inmiddels een van de grootste geaggregeerde netwerken van controleerbare elektrische assets in Europa. Door samenwerking met netbeheerders, energiebedrijven en overheden kan dit netwerk bijdragen aan de balans op zowel lokaal als nationaal niveau.
Tijdens piekuren — bijvoorbeeld op winteravonden tussen 17:00 en 20:00 uur — kunnen duizenden laders gelijktijdig hun vermogen tijdelijk terugschalen. Daarmee wordt de piekbelasting verlaagd, terwijl voertuigen nog steeds voldoende worden opgeladen. In het Verenigd Koninkrijk zijn met deze aanpak al succesvolle pilots uitgevoerd, met meetbare resultaten én behoud van een positieve gebruikerservaring.
De slimme technologie van Easee bevat functies zoals Slim Laden, dat het laadproces afstemt op netcondities in real-time. Ook legt het netwerk de basis voor Vehicle-to-Grid (V2G), zodat EV’s in de toekomst energie kunnen terugleveren aan het net. Daarnaast zorgt Time-of-Use-optimalisatie ervoor dat laden verschuift naar momenten waarop stroom goedkoper, duurzamer en ruimer beschikbaar is — wat zowel het net als de eindgebruiker ten goede komt.
vrijdag 23 mei 2025
Fluvius legt in Genk warmtenet van de toekomst
Warmte en koude zijn belangrijke energiedragers in de energietransitie. Naast de elektrificatie van ons energiesysteem – met toepassingen zoals warmtepompen en elektrische voertuigen – is er ook nood aan slimme oplossingen die collectieve opslag en uitwisseling van thermische energie mogelijk maken. CollecThor speelt hierop in met een modulair en laagtemperatuur thermisch net dat verwarming en koeling op een efficiënte manier optimaliseert over meerdere gebouwen heen.
In de eerste fase verbindt CollecThor de gebouwen van THOREAQ, Thor Central, IncubaThor en EnergyVille 1 en 2, nadien ook de toekomstige gebouwen op zeven bouwkavels. De gebouwen van EnergyVille, IncubaThor en THOREAQ werden al aangesloten. Vandaag, exact 101 jaar na de start van de steenkoolontginning op deze historische mijnsite, werd met Thor Central – het iconische, centrale mijngebouw – een symbolisch belangrijke volgende koppeling bereikt.
De bedoeling is om via het thermisch net de gebouwen duurzaam te verwarmen én te koelen en tevens maximaal restwarmte en -koude onderling uit te wisselen. Zo kan bijvoorbeeld de restwarmte van het ene gebouw gebruikt worden om de energievraag van het andere gebouw te beantwoorden. Ook opslag wordt voorzien in de ondergrond, op een diepte van 65 meter of meer via zogeheten ‘aquifers’. Hierdoor kan warmte of koude die op overschot is, tijdelijk opgeslagen worden om later opnieuw te gebruiken.
Het modulaire karakter maakt van CollecThor ook een ‘levend’ thermisch net. Het maakt immers verdere uitbreiding en upgrades mogelijk, in tegenstelling tot de warmtenetten die vandaag standaard in Vlaanderen uitgerold worden.
CollecThor is bovendien een intelligent thermisch net. Het collectieve karakter is essentieel: in plaats van elke individuele woning of gebouw te verwarmen, gebeurt dit collectief en geoptimaliseerd. Het thermisch net fungeert daarbij als een gedeelde bron voor de warmtepompen die zich in de individuele gebouwen bevinden. Dat maakt het systeem uitermate geschikt voor stedelijke omgevingen waar ruimte beperkt is. Het slimme aansturingssysteem zorgt bovendien voor real-time inzicht in productie, distributie en afname, en maakt zo lokale optimalisatie mogelijk.
Zonnepark Zevent levert stroom
Zonnepark Zevent is één van de zeven zonneparken die PowerField dit jaar realiseert. Met projecten verspreid over verschillende delen van Nederland, waaronder nu twee in Gelderland, kan PowerField stabieler groene stroom leveren aan het elektriciteitsnet. Wanneer het bijvoorbeeld in het noorden minder zonnig is, kan PowerField vanuit het oosten alsnog zonne-energie leveren. Daarmee wil PowerField bijdragen aan een betrouwbare en groene energievoorziening.
Het zonnepark is aangesloten op een bestaande netaansluiting die wordt gedeeld met een ander duurzaam energieproject in de omgeving. Hiermee wordt de beschikbare capaciteit op het elektriciteitsnet optimaal benut.
Er zijn verschillende acties ondernomen om het zonnepark te laten opgaan in het landschap en om de biodiversiteit in de omgeving te bevorderen. De lokale natuurvereniging, Vereniging Streekbeheer Rijk Maas & Waal, heeft de aanleg van de landschappelijke inpassing uitgevoerd.
Zonnepark Zevent is op twee percelen gebouwd. Het gebied wordt gescheiden door bestaande sloten, waar natuurvriendelijke oevers zijn aangelegd. Dit trekt verschillende planten en dieren aan. Aan de randen van het zonnepark zijn lage bomen en struiken ingeplant. Dit zorgt ervoor dat de zonnepanelen aan het zicht van de omgeving worden onttrokken. Daarbij wordt op deze manier het open karakter van het gebied in stand gehouden. Aan de zuidzijde van het zonnepark wordt de bestaande natuurstrook uitgebreid.
Als onderdeel van het beheer laat PowerField schapen grazen op het zonnepark. Dit draagt bij aan een voedselrijke en veilige leefomgeving voor de schapen, versterkt de bodem en vergroot de biodiversiteit.
Inwoners van de gemeente Druten krijgen de mogelijkheid om te investeren in het zonnepark. Daarnaast levert PowerField een jaarlijkse bijdrage aan het lokale gebiedsfonds. Hiermee kunnen duurzame en maatschappelijke doelen in de gemeente gerealiseerd worden.
Subsidie voor uitbreiding en verzwaring elektriciteitsnetwerk
Het gaat om het plaatsen van transformatorstations en de verbinding tussen deze stations door netbeheerders. Dit is nodig om ervoor te zorgen dat bedrijven kunnen uitbreiden en nieuwe woningen aangesloten kunnen worden op het netwerk. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de locaties en vergunningverlening van transformatorstations en leidingen. Op dit moment hebben zij vaak te weinig mensen en kennis om dit tijdig te kunnen doen. De subsidie kunnen zij hiervoor gebruiken.
Het stroomnetwerk in Noord-Holland zit vol. Ook de woningbouw heeft hier last van omdat nieuwe woningen niet altijd meer aangesloten kunnen worden op het stroomnetwerk. En bedrijven die willen uitbreiden of zich willen vestigen in onze provincie, kunnen dit niet als het stroomnetwerk niet snel uitgebreid en verzwaard wordt. Daarnaast kunnen producenten van duurzame stroom deze niet altijd meer kwijt op het netwerk. Dat heeft grote gevolgen voor onder andere de economie, woningbouw en het tempo waarin we onder andere onze industrie kunnen verduurzamen.
Netbeheerders zijn met de overheid bezig om nieuwe leidingen, (hoogspanning)stations en transformatorstations aan te leggen en te bouwen om elektriciteit te kunnen blijven transporteren vanaf wind- en zonneparken naar huizen en bedrijven.
Dat betekent dat er extra hoogspanningsstations en hoogspanningsmasten worden gebouwd, maar ook dat de ‘zijwegen’ naar bedrijventerreinen en woonwijken worden uitgebreid. Voor gemeentes betekent het dat er in hun gemeente onder andere in hoog tempo transformatorstations bijgeplaatst moeten worden en de verbindingen worden gelegd tussen de stations onderling en de eindgebruikers.
donderdag 22 mei 2025
Gasprijs nog altijd dubbel zo hoog als vóór energiecrisis
De hoge gasrekening voor huishoudens wordt tegenwoordig vooral bepaald door de energiebelasting. De all-inprijs voor huishoudens ligt momenteel rond de 1,30 euro per kuub. Ter vergelijking: zo'n vijf jaar geleden waren er nog volop contracten met tarieven van ongeveer 80 cent.
Sinds 2018 is het belastingdeel op gas bijna verdubbeld. Hierdoor behoort Nederland, volgens Eurostat, nog altijd tot de duurste landen van Europa op het gebied van energie. Volgens energie-experts is dit een politieke keuze.
De betaalbaarheid van gas blijft voor veel huishoudens een probleem. In 2026 stijgt de belasting opnieuw. Vooral bewoners van woningen zonder goede isolatie dragen de hoogste lasten, blijkt uit een analyse.
Ook Martien Visser, emeritus-lector Energietransitie aan de Hanzehogeschool, stelt dat het systeem in Nederland oneerlijk kan uitpakken: “De Nederlandse energiebelasting pakt heel unfair uit voor huishoudens die in een matige of slecht geïsoleerd (huur)huis moeten wonen. Het ene huishouden krijgt dit jaar ruim 600 euro cadeau, de ander moet meer dan 1.000 euro betalen. Waarom zou geen enkel ander EU-land het Nederlandse systeem hebben ingevoerd?”
Dat de problemen met betaalbaarheid groot zijn, blijkt onder meer uit het feit dat het Noodfonds Energie, met een budget van 56,3 miljoen euro, razendsnel leeg was. Drie op de vier Nederlanders grepen echter naast hulp, volgens het Armoedefonds.
Nog nooit zoveel klachten over malafide elektriciens
In zowel Nederland als België duiken steeds meer schrijnende verhalen op van consumenten die slachtoffer zijn geworden van malafide elektriciens. Een gezin uit Alphen aan den Rijn kreeg een factuur van duizenden euro’s voor werkzaamheden die nooit zijn uitgevoerd. In het Belgische Hasselt moest een inwoner maar liefst 2.345 euro afrekenen voor het aandraaien van een paar schroeven. En in Krommenie werd een nep-elektricien op heterdaad betrapt door een oplettende bewoner. Maar dat is eerder uitzondering dan regel: in de meeste gevallen komen mensen pas achteraf tot de pijnlijke ontdekking dat ze zijn opgelicht.
De werkwijze van malafide elektriciens is geraffineerd. Oplichters kopen advertentieruimte in bij zoekmachines, zodat hun website bovenaan verschijnt bij zoekopdrachten als ‘elektricien spoed’. Eerder verwijderde de zoekgigant al tienduizenden advertenties van malafide slotenmakers vanwege vergelijkbare praktijken. Diezelfde problematiek doet zich nu ook voor in de wereld van elektriciens. Maar daar blijft het niet bij. Steeds vaker verschijnen deze nepbedrijven ook bovenaan de reguliere zoekresultaten. En dat probleem is in de afgelopen tijd alleen maar verergerd door de opkomst van kunstmatige intelligentie, zo concludeert Rob van Vondel, oprichter van een vergelijkingssite voor elektriciens in Nederland en België.
Met vooruitziende blik lanceerde Van Vondel daarom in 2021 het platform Elektricien.com waar consumenten rechtstreeks in contact komen met een betrouwbare elektricien in de buurt. Het platform werkt enkel met zorgvuldig geselecteerde vakmensen door een externe partij. “Niet iedereen kan zich zomaar aansluiten”, vertelt Van Vondel. “Elke elektricien wordt handmatig gescreend door onze partner op ervaring, certificering en klanttevredenheid. Zo maakt Elektricien.com het voor consumenten eenvoudig en veilig om een vakbekwame elektricien te vinden.” Inmiddels zijn tientallen betrouwbare elektriciens door heel Nederland en België aangesloten via het platform. Elektricien.com is bovendien gratis te gebruiken voor consumenten en ook elektriciens kunnen zich vrijblijvend aanmelden.
Om consumenten beter te beschermen tegen oplichters, deelt Van Vondel tot slot enkele handige tips om onbetrouwbare elektriciens te herkennen. "Een eerste aanwijzing is een beschrijvende bedrijfsnaam, zoals ‘Elektricien Amsterdam 020’ of iets dergelijks. Dit zijn vaak geen echte bedrijfsnamen, maar zoektermen die oplichters gebruiken om beter gevonden te worden in de zoekmachine. Maar ook achter ‘gewone’ bedrijfsnamen kunnen oplichters schuilen, dus het is altijd belangrijk om een bedrijfsnaam te verifiëren via het register van de Kamer van Koophandel. Als er geen KvK-nummer op de website staat, is dat direct al een belangrijk signaal”, aldus Van Vondel.
“Daarnaast is het verstandig om altijd het adres van een bedrijf te controleren. Gebruik bijvoorbeeld Google Streetview om te checken of er daadwerkelijk een bedrijfsnaam op de gevel staat. Wees dus ook alert als het bedrijf gevestigd is in een bedrijvenverzamelgebouw. Een andere rode vlag is een overvloed aan positieve reviews, die zelfs op externe platforms nep kunnen zijn. Zoek daarom altijd de bedrijfsnaam op, gevolgd door het woord 'oplichters', om eerdere ervaringen te checken. En vergeet niet om keurmerken en een lidmaatschap bij brancheorganisaties te verifiëren. Enkel en alleen een logo op een website zegt vandaag de dag helaas niets meer. Twijfel je of vertrouw je het niet? Gebruik dan een online vergelijker als veilig alternatief”, besluit Van Vondel.
Gezamenlijke investering Duitsland en Nederland voor import duurzame waterstof
Het is uniek dat twee landen op deze wijze samen optrekken en is daarmee een belangrijke eerste stap in Europese samenwerking bij de import van duurzame waterstof. Duurzame waterstof gaat een belangrijke rol spelen in de energietransitie. Naast de eigen productie van duurzame waterstof in Nederland zal er ook import nodig zijn. Met deze regeling willen Duitsland en Nederland deze import op gang brengen.
Producenten van duurzame waterstof wereldwijd kunnen inschrijven op de tender. Bedrijven in Nederland en Duitsland nemen de geïmporteerde hernieuwbare waterstof vervolgens af, om te gebruiken voor hun bedrijfsprocessen. Dit maakt de import makkelijker en zorgt dat de producenten van duurzame waterstof zekerheid hebben.
H2Global is een publiek-private samenwerkingsstichting waaraan naast het Duitse ministerie van Economische Zaken en Energie ook een groot aantal bedrijven uit de energiesector deelneemt. Duitsland heeft hiervoor in 2021 het initiatief genomen omdat de import van waterstof nog niet tegen commercieel aantrekkelijke prijzen beschikbaar is. Nederland vindt H2Global een goede invulling van het Nederlandse importbeleid van hernieuwbare waterstof vanwege het belang van import voor de leveringszekerheid van het energie- en grondstofsysteem.
Nederland en Duitsland stellen elk 300 miljoen euro beschikbaar voor de gezamenlijke tender. De Duitse organisatie Hintco zal de tender uitvoeren.
woensdag 21 mei 2025
Eerste stappen op weg naar een publiek Amsterdams Warmtebedrijf
De Gemeente Amsterdam, netwerkbedrijf Alliander en Energie Beheer Nederland (EBN - 100% eigendom van de Nederlandse Staat) gaan onderzoeken hoe zij een volledig publiek Amsterdams warmtebedrijf kunnen oprichten. Hiervoor is vandaag een intentieverklaring getekend. Met een warmtebedrijf in publieke handen is er meer grip en controle op een snelle uitrol van warmtenetten.
De partijen gaan samen onderzoeken hoe zij dit publieke warmtebedrijf vorm kunnen geven. Het doel is om daarna snel voor grote delen van Amsterdam warmtenetten te ontwikkelen en aan te leggen. Het is een gezamenlijke wens van de betrokken partijen dat op termijn omliggende gemeenten zich aansluiten bij dit initiatief en het bedrijf een regionaal publiek warmtebedrijf wordt. Amsterdam, Alliander en EBN verwachten nog voor het einde van 2025 duidelijkheid te kunnen geven over verdere stappen richting de oprichting van het nieuwe Amsterdamse warmtebedrijf.
Amsterdam staat voor een grote opgave als het gaat om de warmtetransitie. Collectieve warmtenetten zijn op veel plekken in de stad de beste oplossing om bestaande huizen duurzaam en betrouwbaar te verwarmen. In de afgelopen jaren bleek de samenwerking tussen Amsterdam en private partijen in warmteprojecten niet te leiden tot de gewenste groei in het aantal aansluitingen op warmtenetten. Projecten kwamen stil te staan, terwijl de warmtenetten essentieel zijn voor de energietransitie.
Veel van de warmte die nu in Amsterdam geleverd wordt, wordt nu nog opgewekt door middel van aardgas. Dit aardgas is overwegend afkomstig uit het buitenland.
Alliander wijst op een ander voordeel van warmtenetten: “Collectieve warmtenetten zijn essentieel, want het is onmogelijk om alle huizen met elektriciteit te verwarmen. De files op het elektriciteitsnet nemen alleen maar toe en de oplossing wordt onbetaalbaar. Warmtenetten zijn daarom een van de belangrijke fundamenten voor het energiesysteem van de toekomst,” zegt Guido Frenken directeur Warmte en Waterstof bij Alliander dochter Firan.
Als een huis is aangesloten op een warmtenet, is een aardgasgestookte cv-ketel niet meer nodig. De warmte komt namelijk via ondergrondse leidingen met warm water het huis binnen. Dit water verwarmt het huis en het tapwater. Koken gebeurt dan elektrisch. In verschillende wijken in de stad zijn warmtenetten al tientallen jaren in gebruik. Op dit moment zijn daarvoor vaak commerciële partijen verantwoordelijk. Vanaf 1 januari 2026 moeten nieuwe warmtenetten volgens de nog aan te nemen Wet collectieve warmte in meerderheid in publieke handen zijn.
Nederlandse pan met rakettechnologie
De meeste hitte van je gasfornuis bereikt nooit je eten. Meer dan twee-derde van de energie glipt simpelweg langs de randen van je koekenpan. Zonde van je tijd, energie, en een hete keuken tot gevolg.
De Delfste startup Effium brengt hier verandering in: hun onlangs gelanceerde Effium Pan, ontwikkeld door afgestudeerden van de Technische Universiteit Delft en ondersteund door het Europees Ruimteagentschap Business Incubator Centre (ESA BIC), maakt gebruik van gepatenteerde rakettechnologie om de warmteopname te verdubbelen. Het resultaat? 35% sneller koken terwijl je tot 50% gas bespaart, onafhankelijk gevalideerd door het Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoeksinstituut (TNO) en omarmd door Michelin chefs en hobbykoks wereldwijd.
Het geheim achter de Effium Pan is de gepatenteerde hitte-vin technologie, geïnspireerd door het thermodynamisch ontwerp van raketmotoren. Waar traditionele pannen de hete lucht simpelweg langs de gladde bodem laten ontsnappen, vangt Effium’s unieke ontwerp de hete lucht op en leidt het langs de bodem voor maximale efficiëntie. Dit verdubbelt de warmteopname en verbetert de hitteverdeling drastisch over de gehele pan, zodat je eten gelijkmatig wordt verwarmd.
“Toen ik begon met koken in mijn studententijd, zag ik hoe traag mijn eten opwarmde en hoe bizar veel hitte er ‘weglekt’ tijdens het koken.” zegt Surya Prakash, CEO en medeoprichter van Effium. “We zijn Effium begonnen om dat op te lossen. "En we zijn trots dat het niet zomaar een idee is: het is nu bewezen door de wetenschap, een patent en echte chefs wereldwijd.”
750 miljoen euro extra voor Nationaal Warmtefonds
In 2024 hebben bijna 21.000 particuliere woningeigenaren een lening afgesloten bij Nationaal Warmtefonds. Dat is ruim tien procent meer dan in 2023 toen het om een kleine 19.000 eigenaren ging. Het merendeel van deze woningeigenaren (58%) kwam in aanmerking voor een renteloze lening. In eerdere jaren maakten woningeigenaren uit de lagere inkomensgroepen nauwelijks gebruik van Nationaal Warmtefonds. Dat veranderde door de introductie van de rentevrije lening eind 2022. Destijds is er ook voor gezorgd dat nagenoeg alle woningeigenaren terecht kunnen bij Nationaal Warmtefonds. Zo komen mensen zonder leenruimte en mensen van 75 jaar en ouder ook in aanmerking voor een lening.
Ook Verenigingen van Eigenaren (VvE’s) kunnen een lening afsluiten bij Nationaal Warmtefonds. Dit is belangrijk, want VvE’s lopen achter met het nemen van energiebesparende maatregelen. In 2024 verstrekte Nationaal Warmtefonds 235 leningen aan VvE’s met in totaal ruim achtduizend huishoudens. Dat is een verdubbeling ten opzichte van 2023. De verwachting is dat deze aantallen verder groeien in 2025. De minister biedt Verenigingen van Eigenaren een helpende hand en continueert de rentekorting. Daarnaast regelt ze een wetswijziging waardoor de interne besluitvorming gaat vereenvoudigen. En er is een onafhankelijk landelijk kenniscentrum geopend. Vanaf dit najaar kunnen appartementseigenaren daar terecht met hun vragen, maar de website is nu al beschikbaar.
In het regeerprogramma is afgesproken om door te gaan met renteloze leningen voor energiebesparende maatregelen voor woningeigenaren met een laag- of middeninkomen via Nationaal Warmtefonds. Deze investering in bestaanszekerheid wordt door het hele kabinet gedragen. Daarom zijn de extra middelen afkomstig van het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO), het klimaatfonds van het ministerie van Klimaat en Groene Groei (KGG) en het Social Climate Fund. Dit is een Europees Fonds waarvoor het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) een aanvraag zal doen. De Europese Commissie zal de aanvraag dit najaar beoordelen. Minister Keijzer zal de middelen toevoegen aan het fonds zodra beide Kamers akkoord zijn met de begrotingswijzigingen. Met deze middelen kan Nationaal Warmtefonds komende jaren doorgroeien zodat nog veel meer huishoudens profiteren van een energiezuinige woning.
dinsdag 20 mei 2025
Warmtenet Zuid-Limburg in stroomversnelling
Warmtenetten kunnen een belangrijke rol spelen in de overgang naar duurzame energie. Ze helpen bijvoorbeeld om te voorkomen dat we het elektriciteitsnet nog verder belasten. Daarnaast gebruiken warmtenetten lokale warmtebronnen, waardoor we minder afhankelijk worden van buitenlandse energie. Tot slot dragen warmtenetten bij aan het behalen van klimaatdoelen. Voor Warmtenet Zuid-Limburg wordt in de komende maanden onderzocht welke structuur het benodigd warmtebedrijf gaat krijgen en welk aandeel elk van de partijen daarin gaat krijgen.
Als een huis is aangesloten op een warmtenet, is een aardgasgestookte cv-ketel niet meer nodig. De warmte komt namelijk via ondergrondse leidingen met warm water het huis binnen. Dit water verwarmt het huis en het tapwater. Koken gebeurt dan elektrisch. Warmtenetten besparen per huishouden veel CO₂-uitstoot ten opzichte van een cv-ketel. Daarnaast moeten ze leiden tot stabiele warmtetarieven. “Ik ben blij dat we starten met Warmtenet Zuid-Limburg, dicht bij de bron van de restwarmte", zegt wethouder Ivo Tillie (energietransitie, Sittard-Geleen). ''WZL is van de overheid en biedt een goed alternatief voor aardgas. Het belangrijkste is dat warmte betaalbaar blijft voor iedereen. Een warmtenet is een prima oplossing zonder grote aanpassingen aan woningen. Daar teken ik voor.”
Vanaf 1 januari 2026 moeten nieuwe warmtenetten waarschijnlijk in meerderheid van de overheid zijn. Dat staat in de Wet collectieve warmte (Wcw). Warmtenet Zuid-Limburg kan een dergelijk publiek warmtebedrijf worden. De Tweede Kamer debatteert vanaf 19 mei over het wetsvoorstel Wcw.
Wederom klachten over malafide 'thuisbatterij-verkoper' Batteroo
Mensen vertellen Radar dat ze ongevraagd gebeld worden door een onbekend nummer. Dat ze vragen aan de beller of het gesprek vrijblijvend is, waarop bevestigend wordt geantwoord. Ze krijgen een digitale offerte aangeboden, die ze tekenen. Vervolgens kunnen ze er niet meer onderuit, volgens het bedrijf, maar dat klopt niet.
Radar kreeg inzicht in wat zo’n telefonisch verkoper per dag omzet en wat deze zelf verdient. In de bestanden is te zien dat sommigen voor wel 40.000 euro aan batterijen verkopen. Daar houdt de verkoper zelf zo'n 2.000 euro per persoon aan over. De dagwinnaar verkocht voor zo'n 84.000 euro en stak daarvan 3.600 euro in eigen zak. Of dat netto of bruto is, vermeldt het overzicht niet.
Ook bij de Autoriteit Consument & Markt zijn honderden klachten bekend over de telefonische verkoop van thuisbatterijen, en rechtsbijstandverzekeraars ARAG, Achmea en DAS hebben samen ruim 670 dossiers. Om deze redenen waarschuwt consumentenbank Santander dat zij geen goederenkrediet aanbieden voor thuisbatterijen. Ook waarschuwt het Warmtefonds dat een uitgave van tienduizenden euro's teveel is voor een thuisbatterij. Met 5.000 euro zou je genoeg moeten hebben.
Mijlpaal 25.000 laadpunten in Zuidwest Nederland
Voor veel inwoners is de zekerheid van voldoende laadpunten belangrijk om de overstap naar elektrisch rijden te maken. In de Regionale Aanpak Laadinfrastructuur Zuidwest (RAL Zuidwest) werken provincies, gemeenten en netbeheerders samen om te zorgen dat er voldoende laadpunten beschikbaar zijn – op straat, bij winkels, op bedrijventerreinen en bij sportverenigingen.
“Er zijn al zo'n 600.000 volledig elektrische auto’s in Nederland, en steeds meer mensen willen elektrisch rijden. Dan moeten we als overheid zorgen dat opladen makkelijk en aantrekkelijk is, ook in kleinere dorpen of buitengebieden. En bij toeristische locaties, zoals langs de stranden in Voorne aan Zee. En dat is precies wat we met deze samenwerking bereiken,” zegt gedeputeerde Frederik Zevenbergen (Verkeer en vervoer) van de provincie Zuid-Holland.
De NAL-regio Zuidwest is een samenwerkingsverband van 61 gemeenten in Zuid-Holland en Zeeland, met ondersteuning van beide provincies. Deze samenwerking is onderdeel van de Nationale Aanpak Laadinfrastructuur (NAL), waarin het Rijk, provincies, gemeenten en netbeheerders samenwerken aan een toekomstbestendig laadnetwerk. Met als doel dat de groei in het aantal laadpunten gelijke tred houdt met de groei van het aantal elektrische voertuigen. Via de NAL-regio Zuidwest helpen de provincies de gemeenten bij het maken van plannen, het verzamelen van data, het slim plannen van laadpunten en afstemming tussen regio’s. Gemeenten bepalen zelf waar en wanneer laadpunten worden geplaatst. Laadpunten in de gemeenten Den Haag en Rotterdam zijn niet meegeteld. Omdat uitdagingen in grote steden vergelijkbaar zijn, vormen zij samen met Amsterdam en Utrecht een aparte NAL-Regio.
De vraag naar laadpunten groeit hard door de toename van elektrische auto’s. Ook verandert het laadgedrag, met meer behoefte aan snel laden in de buurt van voorzieningen, zoals bij supermarkten. Gemeenten gebruiken data om slim te plannen waar en hoeveel laadpunten er nodig zijn. En binnen de NAL-regio Zuidwest wordt samengewerkt aan uitdagingen, zoals duidelijke prijzen, netcongestie en cybersecurity. Binnen aanbestedingen en concessies zorgen gemeenten en provincies voor eerlijke tarieven en veilige, slimme laadoplossingen – ook in de toekomst.
Een toekomstbestendig laadnetwerk is belangrijk voor de overgang naar schoon vervoer. En daarmee voor de doelen van het Klimaatakkoord en de Nationale Aanpak Laadinfrastructuur. Elke laadpaal draagt bij aan schonere lucht, minder uitstoot en een bereikbare, leefbare regio. Het 25.000ste laadpunt in de regio Zuidwest laat zien dat de samenwerking werkt – en dat we samen stappen zetten naar een schoon, stil en duurzaam vervoersnetwerk.
maandag 19 mei 2025
Provincie Overijssel geeft klap op ontvangen windprojecten en beoordeelt nieuwe aanvragen
Het vervolgproces ziet er als volgt uit: de provincie gaat in gesprek met de initiatiefnemers om een overeenkomst te sluiten. De provincie publiceert dan een ‘kennisgeving voornemen’, waarmee het project officieel van start gaat. De initiatiefnemers onderzoeken daarna de gevolgen voor de omgeving, zoals milieu- en gezondheidseffecten, en doorlopen een uitgebreid participatieproces. Dit alles bij elkaar duurt een aantal jaar. Vervolgens wordt door de provincie een zogenaamd projectbesluit genomen. In de projectbesluitprocedure wordt gekeken of het project (volgens de geldende wet- en regelgeving) in de omgeving past en welke vergunningen nodig zijn. Zodra het projectbesluit afgegeven is, kan de bouw van de turbines beginnen. Het proces is dan zo’n vijf tot zes jaar bezig.
Inmiddels zijn ook weer nieuwe aanvragen voor windinitiatieven binnengekomen bij de provincie.
De komende periode gaat de provincie bekijken welke van bovenstaande aanvragen voldoen aan het beleid van de provincie én de beste keuze zijn voor het betreffende gebied. Voor het ATT-gebied zijn meer initiatieven ingediend dan er in het gebied mogelijk zijn. Daarom bekijkt de provincie op die locaties welk initiatief - of een combinatie van initiatieven - het beste in de omgeving past. Denk hierbij aan minimale afstand tot woningen en beschermde natuur. Hoe groter de afstand tot bebouwing, hoe beter. Ook heeft de provincie liever turbines langs bestaande infrastructuur, in open landschappen en op bedrijventerreinen.
Uniek regionaal warmtenet van start in Oostland
Met het warmtenet kunnen straks 250 glastuinders (1500 hectare kassen) en 45.000 woningen met warm water verwarmd worden. Dat betekent een aanzienlijke ontlasting van het stroomnet.
Zuid-Holland heeft veel restwarmte uit de industrie en kan veel warmte uit de bodem halen (aardwarmte of geothermie). Er is dus juist in deze provincie veel potentie om huizen en bedrijven met warm water te verwarmen. Glastuinders hebben nu al geothermiebronnen waarmee ze bedrijven en in sommige gevallen huizen verwarmen. Er zijn in deze regio al zes geothermiebronnen in bedrijf en er wordt nog een aantal bronnen ontwikkeld. Nu wordt onderzocht of een regionaal warmtenet aangelegd kan worden waarin verschillende initiatieven met elkaar kunnen worden verbonden. Dit maakt het warmtesysteem robuuster en goedkoper.
De provincie Zuid-Holland ziet deze ontwikkeling als een belangrijke stap in de warmtetransitie. Een warmtenet in Oostland is een goed voorbeeld van de clusteraanpak waar de provincie Zuid-Holland achter staat (zie het advies Vlottrekken warmte in Zuid-Holland). De clusteraanpak houdt in dat gemeenten niet ieder voor zich met warmte aan de slag gaan, maar dat gemeenten samenwerken om zo tot efficiënte warmtesystemen te komen.
Voor glastuinbouwondernemers is de inzet hoog. De sector heeft veel warmte nodig, maar wordt geconfronteerd met steeds duurdere gasprijzen, stijgende CO2-heffingen en een vastlopend stroomnet. Het warmtenet biedt dé uitweg: betaalbare, betrouwbare, duurzame warmte - geleverd via aardwarmte.
In 2027 staan de eerste werkzaamheden gepland in Noordpolder en Zuidplaspolder. In het kader van de intentieovereenkomst biedt de provincie de mogelijkheid om subsidie (2 miljoen euro) aan te vragen om een geplande verbindingsleiding van Berkel en Rodenrijs naar Zuidplas groter te maken zodat er straks naast kassen ook woningen verwarmd kunnen worden. Ook neemt de provincie het regionale warmtenet in Oostland mee in de ruimtelijke regels (herziening Omgevingsbeleid).
Volgende generatie laadtechnologie benut ongebruikte netcapaciteit voor elektrificatie van wagenparken
De Prime Grid Gateway is met succes operationeel op meerdere locaties in Australië en Nieuw-Zeeland en biedt een directe oplossing voor de toenemende netcongestie waarmee veel Europese exploitanten worden geconfronteerd. Dankzij speciaal ontwikkelde vermogenselektronica ontsluit de technologie capaciteit in het bestaande elektriciteitsnet die voorheen onbenut bleef. De Prime Grid Gateway houdt de spanning op het net stabiel, regelt onbalans in het vermogen en filtert elektrische ruis uit het systeem. Daardoor wordt het net efficiënter gebruikt en komt er meer bruikbare capaciteit beschikbaar — zonder de noodzaak van kostbare netverzwaring of grootschalige batterijopslag.
In samenwerking met Z Energy en netbeheerder Powerco heeft Kwetta de technologie al in de praktijk gedemonstreerd. Binnen vier maanden werd een bestaande laadlocatie opgeschaald van 50 kW naar 500 kW, zonder conventionele netverzwaring die normaal gesproken meer dan een miljoen Euro zou kosten en maanden vertraging zou opleveren.
Deze resultaten hebben geleid tot brede steun uit de sector. Naast de strategische samenwerking met Z Energy (dochteronderneming van Ampol Ltd, een van de grootste energiebedrijven van Nieuw-Zeeland), haalde Kwetta ook €9,25 miljoen op in een Series A-financieringsronde. De investering werd geleid door toonaangevende klimaattechnologie-investeerders Blackbird Ventures en Virescent Ventures, ter ondersteuning van een snelle expansie naar Europa.
Kwetta richt zich in eerste instantie op Nederland, Zweden en Noorwegen – landen met een hoge vraag naar elektrificatie en ernstige beperkingen in netcapaciteit. Het bedrijf is actief in gesprek met Europese wagenparkbeheerders en bereidt laadlocaties voor die direct kunnen worden ingezet.
Kabinet vernieuwt eisen voor nieuw windpark op zee
Windenergie op zee is onmisbaar in ons huidige én toekomstige energiesysteem. Het is een relatief betaalbare en goed schaalbare bron van schone energie. Het kabinet wijst daarom kavel Nederwiek I-A aan voor een volgend windpark op zee. Dit windpark zal een vermogen hebben van 1 gigawatt (GW), wat goed is voor ongeveer 3,5 procent van ons Nederlandse elektriciteitsverbruik.
Kavels IJmuiden Ver Gamma-A en Gamma-B (2 x 1 GW) stonden ook op de planning voor deze tenderronde. Vanwege de verslechterde marktomstandigheden voor windenergie op zee projecten, onder andere door het uitblijven van grootschalige vraagtoename naar elektriciteit, worden Gamma-A en B later getenderd.
Ook worden de regels en criteria versoepeld in de tender voor Nederwiek I-A. In september 2024 werd al aangekondigd dat de kavelgrootte wordt verkleind van 2 GW naar 1 GW. Dit verlaagt de benodigde investering per kavel, waardoor de financiële risico’s voor windparkontwikkelaars lager worden. Ook is de maximale aansprakelijkheid voor een windparkontwikkelaar gelimiteerd in de eerste twee jaar van de vergunning. De windparkontwikkelaar kan in die periode de minister vragen de vergunning in te trekken bij betaling van de bankgarantie. Bijvoorbeeld als de marktomstandigheden te slecht zijn om door te gaan met de ontwikkeling van het windpark.
Daarnaast heeft het kabinet de criteria waarop het aanbod van de windparkontwikkelaars wordt beoordeeld verlicht. Deze criteria stimuleren partijen tot innovaties op bijvoorbeeld ecologie of circulariteit. Door te verlichten kunnen kosten voor de windparkontwikkelaars voor het toepassen van die innovaties worden verlaagd. Bovendien hoeft het vrijwillige financieel bod pas te worden betaald vanaf de realisatie van het windpark, in plaats van vanaf het moment van vergunning.
Voor kavel Nederwiek I-A is voor het eerst een maatwerktraject afgerond om te zorgen voor een veilige bereikbaarheid per helikopter van het nabijgelegen gasplatform K13-A. Uit onderzoek blijkt dat de operatie op K13-A niet in het geding komt en er dus ruimte is voor zowel het windpark als het mijnbouwplatform op dit stukje Noordzee. Ook uit het maatwerktraject in kavel IJmuiden Ver Gamma-B is een positieve uitkomst gekomen, waarbij door slimme en ruimtebesparende oplossingen de mogelijkheid blijft om nieuwe gasreserves aan te boren. Het hierop aangepaste kavelbesluit zal binnenkort worden gepubliceerd. Dit is een eerste mijlpaal in maatwerk op zee voor het combineren van windparken en gaswinning, beide prioriteiten voor het kabinet.
De verslechterde marktomstandigheden vragen om een overheid die de markt door deze fase heen helpt. Het kabinet werkt daarom nu aan een actieplan voor windenergie op zee waarmee het investeringsklimaat voor windenergie op zee en tegelijkertijd het investeringsklimaat voor elektrificatie door de afnemers hiervan kan worden verbeterd. Daarbij wordt voor de periode vanaf 2027 ook gekeken naar instrumenten voor financiële ondersteuning, zoals een minimum en maximum prijsgarantie (Contract for Difference).
vrijdag 16 mei 2025
De mogelijkheden en onmogelijkheden van batterijen bij stroomuitval
Los van de specifieke situatie van de stroomuitval in Spanje en Portugal – waarvan de oorzaak op dit moment nog onderzocht wordt – vormt de kans op stroomuitval een steeds groter risico. In dit artikel zetten we uiteen welke rol batterijen wel en (nog) niet kunnen spelen om stroomuitval in Nederland te voorkomen.
De kans op een grootschalige stroomuitval zou zich volgens TenneT ook in Nederland kunnen voordoen. Dit heeft onder andere te maken met de transitie naar een volledig duurzaam energiesysteem. Het toekomstige systeem vraagt om nieuwe en andere schokdempers om het net stabiel te houden. Tennet verwacht dat in de periode na 2030 de leveringszekerheidsnorm, die uitzonderlijk hoog is in Nederland met een betrouwbaarheid van 99,9996%, in gevaar kan komen. Dit onderzoekt TenneT jaarlijks via de Monitoringsrapportage Leveringszekerheid. Flexibel vermogen – zoals batterijen – zal een belangrijke rol kunnen spelen om de leveringszekerheid te waarborgen. Alhoewel TenneT geen uitspraken doet over hoeveel batterijen daarvoor noodzakelijk zijn, volgen zij in de Monitoringsrapportage nadrukkelijk de ontwikkeling van de hoeveelheid batterijvermogen om daarmee de consequenties voor de leveringszekerheidsnorm te meten. Daarmee worden batterijen gezien als een van de belangrijke opties om op korte termijn de leveringszekerheid te bewaken en daarmee het elektriciteitssysteem overeind te houden.
Batterijen kunnen op twee manieren een belangrijke rol spelen bij stroomuitval. Batterijen kunnen enerzijds de kans op stroomuitval voorkomen door netstabilisatiediensten en anderzijds, als stroomtuitval toch optreedt, kunnen ze bijdragen aan een snelle herstart van het systeem.
Door op de juiste momenten op de juiste locatie energie op te slaan of terug te leveren wanneer er sprake is van een onverwachte piekvraag naar elektriciteit of juist bij een onverwachte aanboddaling van elektriciteit kunnen batterijen op milliseconden nauwkeurig het systeem in balans houden. Dit voorkomt storingen op lokaal niveau die via een domino-effect kunnen leiden tot problemen op regionaal en zelfs op nationaal niveau.
Officiële opening zonthermiepark Dorkwerd
De realisatie van dit zonthermiepark is een direct gevolg van het feit dat bodemwarmte bij de start van WarmteStad geen optie bleek vanwege de aardbevingsgevoeligheid in de regio. In plaats van terug te deinzen, is er gekeken naar alternatieve technieken. Daarmee is bij Dorkwerd gekozen voor zonthermie: een toekomstbestendige, veilige en betaalbare oplossing.
Vanaf de allereerste fase is het project gedragen door een brede coalitie. WarmteStad – het publieke warmtebedrijf van de gemeente Groningen én Waterbedrijf Groningen – werkt hierin samen met ontwikkelaars Novar, K3 en technologiepartner TVP Solar.
Met het zonthermiepark worden straks 2.600 huishoudens in Groningen voorzien van duurzame warmte. Het park is gerealiseerd op een voormalig baggerdepot van K3, met een totale oppervlakte van 22 hectare. Hiervan is 12 hectare bestemd voor de zonthermie-installatie, terwijl de overige 10 hectare is ingericht als natuurgebied, volledig in lijn met het ecologisch inrichtingsplan.
Het park bevat 24.000 geavanceerde zonnecollectoren, geleverd door TVP Solar. Dankzij een unieke vacuümtechniek zetten deze collectoren zonlicht bijzonder efficiënt om in warmte, zelfs op bewolkte dagen of in de winter. De panelen verwarmen water tot zo’n 95°C, dat via buizen naar een buffervat op het terrein wordt gevoerd.
Uniek zonnepark geopend in Schiebroek
Al in 2015 spraken de ondernemers en vastgoedeigenaren van bedrijventerrein Schiebroek – verenigd in de BedrijvenInvesteringsZone (BIZ) Schiebroek – de ambitie uit om hun bedrijventerrein energiepositief te maken door zelf meer groene stroom te produceren dan het eigen verbruik. Dit als onderdeel van het plan om het bedrijventerrein toekomstbestendig te maken en de CO2-uitstoot actief te verminderen.
In 2018 ontstond het idee om zelf een zonnepark aan te leggen. Ondernemers en vastgoedeigenaren richtten de Energiecoöperatie Schiebroek op. Samenwerking werd gezocht met energieleverancier Greenchoice en de gemeente Rotterdam. Beide omarmden het plan van harte. Greenchoice gaf de ontwikkeling van het zonnepark in handen van dochteronderneming KiesZon, de gemeente Rotterdam gaf de grond in erfpacht uit aan de initiatiefnemers.
Eind juni 2023 gingen de eerste graafmachines aan het werk op het 2 hectare grote zanddepot aan de Landscheiding/G.K. van Hogendorpweg. Tegelijkertijd werd onder de bewoners van Schiebroek een uitnodiging verspreid om met voorrang deel te nemen aan dit zonneproject en zo te investeren in groene stroom. Vervolgens kon iedereen zich inschrijven. Deze crowdfunding leverde uiteindelijk in drie weken tijd de gewenste investering van 915.000 euro op. Uiteindelijk is het totale project gefinancierd door de ondernemers en vastgoedeigenaren, Greenchoice en dochterbedrijf KiesZon en dus voor circa 50% door Rotterdammers via crowdfunding. Hiermee is het een echt Rotterdams project geworden.
Dit is het eerste energieproject in Rotterdam, waarbij de ondernemers op een bedrijventerrein voor 50 procent mede-eigenaar zijn van een zonnepark. Op het terrein liggen 5.400 panelen die ongeveer 2,25 MWh opbrengen, voldoende om 1.000 huishoudens een jaar van stroom te voorzien. De verduurzaming op het bedrijventerrein gaat verder. De ondernemers willen met de opgewekte stroom uit het zonnepark een gezamenlijk (snel)laadstation voor vrachtwagens en busjes gaan exploiteren, iets waar mogelijk buren uit Schiebroek ook hun voordeel mee kunnen doen. Daarnaast zijn ze bezig met solar carports op het bedrijventerrein en installeren ze op zoveel mogelijk daken zonnepanelen.