Pagina's
vrijdag 28 februari 2025
Met uurmatching op weg naar 24/7 groene stroom dekking
Veel bedrijven gebruiken hernieuwbare energiecertificaten (Guarantees of Origin, GO's) om hun elektriciteitsgebruik te vergroenen. Dit betekent dat een bedrijf een certificaat koopt dat aantoont dat ergens op een bepaald moment een kilowattuur (kWh) groene stroom is opgewekt. Er is echter geen garantie dat deze stroom op het moment van consumptie beschikbaar was. Steeds meer bedrijven willen echter bijdragen aan een CO₂-vrije energievoorziening en zetten ambitieuzere doelen dan alleen “groene stroom op papier”. Ook regelgevers en investeerders kijken kritischer naar duurzaamheidsclaims, waardoor bedrijven meer druk voelen om daadwerkelijk 100% hernieuwbare energie op elk uur van de dag te gebruiken.
Door uurmatching toe te passen zorgen bedrijven ervoor hun energieverbruik te verschuiven naar momenten waarop er veel duurzame elektriciteit beschikbaar is, waardoor netcongestie en het gebruik van fossiele back-upcentrales worden verminderd. Dit maakt het elektriciteitssysteem robuuster en toekomstbestendiger.
Uurmatching van stroom betekent dat de elektriciteit die wordt verbruikt volledig wordt gedekt door hernieuwbare energie die op datzelfde moment (real-time) wordt opgewekt. Als een fabriek in een bepaald uur 10 MWh elektriciteit verbruikt, moet diezelfde hoeveelheid in dat uur worden opgewekt door een hernieuwbare bron, zoals een windturbine of een zonnepark.
Het speelt een belangrijke rol in de energietransitie door vraag en aanbod van duurzame energie beter op elkaar af te stemmen, wat leidt tot efficiënter energiegebruik en een vermindering van CO₂-uitstoot.
Het idee is om een meer directe koppeling te creëren tussen elektriciteitsverbruik en de productie van schone energie, in tegenstelling tot de huidige praktijk waarbij jaarlijkse gemiddelden worden gebruikt om energieverbruik "groen" te maken. Dit betekent dat apparaten en systemen in bijvoorbeeld kantoren of scholen flexibel worden ingezet om te profiteren van periodes met een hoog aanbod van groene stroom, zonder in te leveren op comfort of gemak.
Bij uurmatching wordt specifiek gekeken of het elektriciteitsgebruik in elk afzonderlijk uur overeenkomt met de productie van hernieuwbare energie in datzelfde uur. Dit vraagt om real-time monitoring en data-uitwisseling tussen energieproducenten en consumenten. Dat vereist een combinatie van technologieën en strategieën om de variabiliteit van duurzame energiebronnen, zoals zon en wind, op te vangen. Een datacenter dat om 15:00 uur 10 MWh stroom gebruikt, moet bijvoorbeeld kunnen aantonen dat op datzelfde moment 10 MWh hernieuwbare energie (zoals wind- of zonne-energie) beschikbaar was en is afgenomen.
Mufasa van Lion Storage 'herdefinieert' de Nederlandse energieopslagmarkt
Het project wordt ondersteund door Macquarie Capital als hoofdinvesteerder, samen met TINC en bestaande Return-investeerders, evenals zes banken, allemaal met ruime ervaring in het financieren van projecten in de energietransitie.
Mufasa wordt in de eerste helft van 2027 operationeel en wordt gebouwd in Vlissingen, in de haven van Zeeland (North Sea Port), een belangrijke spil in de doorvoer van duurzame energie in Nederland. Het project vervangt een voormalige kolencentraleaansluiting op het hoogspanningsnet en is een belangrijke stap in de versnelling van de Nederlandse energietransitie. Tegelijkertijd versterkt het de energie-infrastructuur van het land.
Het batterijproject maakt gebruik van de Megapack 2 XL, het grootschalige energieopslagsysteem van Tesla. De batterijen kunnen dagelijks meerdere keren 1.400 MWh opladen en ontladen met een vermogen van 350 MW—genoeg om meer dan 200.000 huishoudens van stroom te voorzien. Als het grootste BESS-project in Nederland en een van de grootste in Europa, zet het een nieuwe standaard in energieopslag en netstabilisatie.
Vooroploper in financiering en marktinnovatie
Mufasa is het eerste grootschalige batterijopslagproject in Nederland dat volledig gefinancierd is met 100% projectfinanciering ter waarde van meer dan 350 miljoen euro. De succesvolle afronding van deze financiering laat zien dat zowel projectfinanciers als internationale investeerders het volste vertrouwen hebben in batterijopslag als essentieel onderdeel van onze toekomstige energie-infrastructuur.
32 verzoeken voor windprojecten in Overijssel, provincie gaat selecteren
Voor de gemeenten Dinkelland, Enschede, Hardenberg, Hellendoorn, Kampen en Wierden zijn meer initiatieven binnengekomen dan mogelijk zijn in het gebied. Daarom bekijkt de provincie op die locaties welk initiatief - of een combinatie van initiatieven - het beste in de omgeving past. Denk hierbij aan minimale afstand tot woningen en beschermde natuur. Hoe groter de afstand tot bebouwing, hoe beter. Ook heeft de provincie liever turbines langs bestaande infrastructuur, in open landschappen en op bedrijventerreinen.
Het streven is dat Gedeputeerde Staten in de loop van april vaststellen welke initiatiefnemers door kunnen met hun windproject. Het duurt dan nog circa zes jaar voordat de turbines er ook daadwerkelijk staan. Eerst moet de initiatiefnemer onderzoeken doen en buurtbewoners nauw betrekken. Gemeenten en provincie zetten erop in dat windparken voor minimaal 50% invulling geven aan lokaal eigendom. Dat betekent dat omwonenden, lokale energie coöperatie(s), etc. voor minimaal de helft kunnen profiteren van het windproject.
donderdag 27 februari 2025
Essent investeerde recordbedrag van 158 miljoen in de energietransitie ondanks dalende winst
Het bedrijfsresultaat voor afschrijvingen en belastingen daalde met 35 miljoen naar 192 miljoen euro. Aanleiding voor de winst- en omzetdaling is dat klanten nog altijd zuinig omgaan met energie. Door verbeteringen in de Essent app hebben klanten meer inzicht in het eigen energieverbruik en mogelijkheden voor besparing. Bovendien was 2024 een van de warmste jaren ooit gemeten.
Om de meest kwetsbare huishoudens niet in de kou te laten zitten, heeft Essent in 2024 voor het tweede jaar op rij substantieel financieel bijgedragen aan het Tijdelijk Noodfonds Energie. Hiermee heeft het fonds ruim honderdduizend huishoudens direct verlichting kunnen geven. Om de rekening bij deze groep structureel te verlagen, is het heel belangrijk dat dit fonds wordt uitgebreid met een gerichte aanpak om de woningen van deze huishoudens versneld te verduurzamen.
Een ander effect van de energietransitie zijn de oplopende kosten, die gepaard gaan met de overproductie van zonnestroom. Om deze eerlijker te verdelen en financieel gezond te blijven, was ook Essent in 2024 genoodzaakt terugleverkosten in te voeren voor klanten met zonnepanelen. Dit stelde ons ook in staat om het stroomtarief voor alle klanten met ruim 30 procent te verlagen. De markt voor het installeren van zonnepanelen en warmtepompen stond flink onder druk. Het lang uitblijven van politieke duidelijkheid over de salderingsregeling versterkte dat effect. Dit is van invloed geweest op de dalende winst. Mensen besparen vooralsnog vooral op energie door hun gedrag aan te passen, niet zozeer door extra te investeren in het verduurzamen van de woning.
Gasprijs komende zomer hoger dan in de winter
De huidige situatie heeft twee oorzaken. Enerzijds wordt er vanaf volgend jaar wereldwijd een extra aanbod van vloeibaar aardgas (LNG) verwacht, wat de winterprijs drukt. Anderzijds zorgt Europees beleid voor extra hoge vuldoelen in de zomer, waardoor de vraag naar en de prijs van gas stijgen. De combinatie leidt ertoe dat het vullen van opslagen financieel onaantrekkelijk wordt, wat juist een risico vormt voor de leveringszekerheid. Om die reden pleit Energie-Nederland voor flexibelere vuldoelen binnen Europa.
Een hoge mate leveringszekerheid met reserves die waarschijnlijk niet nodig zijn leidt tot extra hoge gasprijzen.
Start onderzoek naar duurzame energie binnen de glastuinbouwsector
Glastuinbouwbedrijven kunnen met MTO meer warmte opslaan dan bij traditionele warmte-koudeopslag. Met de nieuwe techniek MTO kunnen we warmte opslaan tot 50°C, terwijl traditionele systemen rond de 25°C blijven. Dit zorgt voor een efficiëntere benutting van energie en verlaagt zowel de kosten als de CO₂-uitstoot.
De samenwerking loopt van 2025 tot en met 2028. Naast de provincie doen onder andere de onderzoeksbureaus KWR, Normec, BlueTerra, DivisionQ, glastuinbouwbedrijf Anthura en stichting Kennis in je Kas mee. Samen ontwikkelen zij een monitoringsprogramma en testen zij technieken om MTO-systemen efficiënter te maken. Dit onderzoek draagt bij aan de ambitie om de glastuinbouw in 2040 klimaatneutraal te maken, door innovatieve warmteopslag verder te ontwikkelen en de opgedane kennis breed te delen.
woensdag 26 februari 2025
Nieuw opleidingscentrum en centraal magazijn TenneT in Apeldoorn
Na 105 jaar sluit de Plaatijzerindustrie op 1 juni haar deuren. Aansluitend starten we met de bouwvoorbereidingen. Na de zomer begint de sloop van vrijwel alle gebouwen op het terrein, met uitzondering van een grote hal die behouden blijft. De komende jaren bouwen we hier aan opleidingsfaciliteiten, waaronder een hal voor trainingen met hoogspanningscomponenten in een veilige omgeving, kantoorruimtes en een groot magazijn met buitenopslag.
Apeldoorn is een centrale en goed bereikbare locatie voor onze huidige en toekomstige medewerkers en cursisten.
De komende maanden selecteert TenneT aannemers voor onder meer de sloop- en saneringswerkzaamheden. Na de sloop – waarbij een grote hal behouden blijft – volgen de grondsanering en de inrichting van de werkterreinen. De bouw start naar verwachting begin 2027 en in 2028 nemen we het opleidingscentrum en magazijn in gebruik.
Brabant onderzoekt mogelijkheden warmtebedrijf
Het beoogde nieuwe integrale warmtebedrijf zal zich richten op de ontwikkeling, realisatie en exploitatie van collectieve warmte in Brabant. Hoe dit precies wordt vormgegeven zal komende tijd worden verkend. Dit is in lijn met de nieuwe Wet collectieve warmte (Wcw), die momenteel door de Tweede Kamer wordt besproken. De Wcw heeft onder andere als doel om een nieuwe marktordening gestalte te geven, waardoor de rol van de overheid toeneemt.
Het beoogde warmtebedrijf kan een belangrijke rol spelen in het aardgasvrij maken van de gebouwde omgeving in Noord-Brabant. In oktober 2024 werd bekend dat tijdens de eerder dat jaar gehouden Brabantse Warmtedialogen er een groot draagvlak was voor de oprichting van een warmtebedrijf met een publiek meerderheidsbelang.
Een toekomstig warmtebedrijf zou, zo bleek uit de Warmtedialogen, niet alleen (grote) warmtenetten in stedelijk gebied moeten ontwikkelen en exploiteren. In het kader van de warmtetransitie leeft de wens dat het Brabants warmtebedrijf in kleinere kernen alternatieve oplossingen als kleinere warmtenetten en andere oplossingen ondersteunt.
Om dit aspect van de verkenning te onderstrepen, wordt de intentieovereenkomst op 30 januari ondertekend in het dorpshuis van de Oost-Brabantse kern Lieshout, gemeente Laarbeek. Joan Briels, wethouder Duurzaamheid van Laarbeek: "Als kleinere gemeente zijn wij zoekende in collectieve warmteoplossingen. "Het is een onderwerp dat vraagt om meer collectiviteit. Het is positief dat de provincie samen met Enexis Groep en EBN ook dit punt in het onderzoek mee willen nemen."
Enexis Groep benadrukt dat – hoewel ‘Den Haag’ nog geen definitieve beslissing over de Wcw heeft genomen – er vaart moet worden gemaakt met collectieve warmte. Bram Gerrist, directeur Enpuls Warmte Infra (onderdeel Enexis Groep): “Met deze publieke samenwerking zetten we een stap in de goede richting. Een warmtebedrijf kan betaalbare en duurzame warmte leveren voor de woningen en bedrijven.
dinsdag 25 februari 2025
Infraroodcamera’s op windturbine moeten beter beeld geven van aantal vogelslachtoffers
Zestien camera’s hangen er op turbine ‘W6’ van windpark Hollandse Kust Zuid. Twaalf stuks houden alle hoeken van de horizon in de gaten, vier stuks zijn omhoog gericht op de bladen. Zodra een vogel binnen hun bereik komt, houden ze de vlucht bij. Als het lijkt of een vogel tegen de turbine vliegt, dan worden de beelden verder geanalyseerd.
Doel van de camera’s is om beter inzicht te krijgen in de hoeveelheid vogelslachtoffers die turbines op zee maken en onder welke omstandigheden dat gebeurt. Op dit moment wordt gebruikgemaakt van theoretische modellen om dat aantal in te schatten. Waarnemingen die de modellen kunnen ondersteunen ontbreken.
De infraroodcamera’s werken dag en nacht en ook onder moeilijke omstandigheden zoals mist en regen. Ze kunnen kleine zangvogels spotten tot een afstand van ongeveer 120 meter. Voor lijsters is het bereik van de camera 200 meter en zeemeeuwen kunnen zelfs al op 500 meter worden waargenomen. De videobeelden worden geanalyseerd met behulp van kunstmatige intelligentie.
Het onderzoek richt zich op de migratie van kleine vogels zoals zangvogels en lijsters, maar omvat alle vogelactiviteiten en kijkt ook naar vleermuizen. De studie wordt samen met Wageningen Environmental Research uitgevoerd, onderdeel van Wageningen Universiteit, en duurt een jaar. Daarna wordt bepaald of meer turbines met camera’s zullen worden uitgerust.
Uitbreiding elektriciteitsnet Bemmel van start
In totaal worden er in Bemmel tien nieuwe elektriciteitsruimtes geplaatst en worden 27 bestaande ruimtes omgebouwd. Daarnaast wordt er 52 kilometer aan nieuwe middenspanningskabels in de grond gelegd. Deze ingrijpende operatie is noodzakelijk vanwege de toenemende vraag naar en teruglevering van stroom, onder andere door de groei van elektrisch vervoer, warmtepompen en zonnepanelen. Met deze uitbreidingen wordt een stevige basis gelegd om het elektriciteitsnet klaar te maken voor de toekomst.
Daarbij maakt Liander het middenspanningsnet in verschillende delen van Gelderland toekomstbestendig. Dit net verbindt het landelijke hoogspanningsnet met het lokale laagspanningsnet dat woningen van stroom voorziet. Het programma omvat ongeveer zestig projecten in de Achterhoek, Arnhem-Nijmegen en Rivierenland. In totaal wordt er meer dan 2.000 kilometer aan middenspanningskabels gelegd en worden circa 1.175 elektriciteitsruimtes gebouwd of vervangen. Een aantal projecten in de Achterhoek en Rivierenland zijn al in uitvoering.
maandag 24 februari 2025
Energieleverancier Kikker Energie lost financiële problemen op na ingrijpen ACM
Alle bedrijven die gas en/of elektriciteit willen leveren aan consumenten en andere kleinverbruikers moeten hiervoor een vergunning hebben van de ACM. De ACM controleert of leveranciers op een betrouwbare manier energie kunnen leveren en of bedrijven voldoen aan de organisatorische, financiële en technische kwaliteiten. Als een energieleverancier niet aan de vergunningvoorschriften voldoet, treedt de ACM hier tegen op.
Kikker Energie staat sinds maart 2024 onder verscherpt toezicht van de ACM, nadat het bedrijf de klanten van toenmalig energieleverancier DGB heeft overgenomen via wederverkoper Volti. Na de overname bleek dat veel oud-klanten van DGB vaste contracten hebben met tarieven die lager zijn dan de toenmalige inkoopprijzen voor elektriciteit en gas. Kikker Energie leed verlies op deze contracten en kwam hierdoor in financiële moeilijkheden.
Om te zorgen dat het bedrijf deze financiële moeilijkheden zo snel mogelijk zou oplossen heeft de ACM Kikker Energie een bindende aanwijzing opgelegd.
Kikker Energie heeft hieraan voldaan door kosten te besparen, extra financiering aan te trekken en betalingen en teruggaven van belastingen te verrekenen. Hierdoor zijn de financiële problemen die op korte termijn bestonden opgelost. De ACM blijft de financiële situatie van Kikker Energie de komende tijd monitoren. Als zou blijken dat de financiële positie van Kikker Energie niet duurzaam op orde blijft, zal de ACM opnieuw handhavende maatregelen nemen.
TNO: duurzame toekomst voor kolencentrales mogelijk door omschakeling op biomassa
Begin november ging het project ARBAHEAT van start, met 19 miljoen euro subsidie vanuit het EU-onderzoeksprogramma Horizon2020 en met investeringen van de deelnemende bedrijven. Het Noorse bedrijf Arbaflame levert technologie om kolen te vervangen door stoombehandelde biomassapellets.
Het ARBAHEAT project is gericht op het integreren van deze innovatieve biomassa voorbehandelingstechnologie in de kolencentrale van ENGIE en op de inzet van de geproduceerde pellets in de centrale voor de productie van elektriciteit en warmte. TNO zorgt voor de wetenschappelijke ondersteuning, samen met onderzoeksinstituut Sintef en de universiteit van Bergen uit Noorwegen en de Vrije Universiteit Brussel. Het uiteindelijke doel is efficiënte en kosteneffectieve concepten voor de ombouw van de kolencentrales te realiseren.
Het Europese onderzoeksproject is voor ons land van groot belang gezien de beoogde sluiting van de vijf kolencentrales uiterlijk in 2030 en het beëindigen van de subsidie voor het bijstoken van biomassa in kolencentrales in 2024.
Eigenaren van kolencentrales beraden zich op een duurzame toekomst en investeren daarom in dit onderzoek. Het niet langer bijstoken maar volledig overstappen op biomassa en de omschakeling van alleen elektriciteitsproductie naar gecombineerde productie van elektriciteit en warmte worden gezien als kansrijke opties.
TNO heeft een uitgebreide set aan onderzoeksfaciliteiten om de omschakeling naar biomassa en de geïntegreerde productie van met stoom behandelde biomassapellets experimenteel te ondersteunen. Binnen het project wordt de verbranding van de gebruikte brandstoffen op laboratoriumschaal beproefd, waarbij de verbrandingscondities in de centrale van ENGIE nauwkeurig worden nagebootst.
Verder worden de eigenschappen van de biomassapellets gekarakteriseerd om hun gedrag tijdens transport, op- en overslag te voorspellen, en wordt het verbrandingsproces in de centrale zelf gemeten en bemonsterd. Daarnaast levert TNO een belangrijke bijdrage aan de bureaustudies naar de technische-economische haalbaarheid van ontwikkelde concepten voor ombouw van kolencentrales tot biomassa gestookte warmtekrachteenheden.
Charlotte Sanders en Sarike van Wette benoemd als COO's Alliander
De maatschappelijke opdracht van Alliander om een toekomstbestendig en duurzaam energiesysteem te realiseren en daarmee klanten ook in de toekomst tijdig van een passende oplossing te voorzien is groot. Dit vraagt de komende jaren een exponentiële groei in de verzwaring en uitbreiding van de energienetten en klantaansluitingen. Om daar gericht aan te kunnen werken past Alliander de besturing aan, en krijgt de uitvoering van het werkpakket met twee COO’s nadrukkelijk meer focus en aandacht. Dit past bij de groei die het bedrijf de afgelopen jaren heeft gerealiseerd. Zo verdrievoudigde het investeringsportfolio en er werken inmiddels meer dan 10.000 mensen bij het netwerkbedrijf. De investeringen zullen in de komende jaren verder blijven oplopen. Alliander wil alles in het werk stellen om economische groei, woningbouw en ambities van bedrijven en consumenten te faciliteren.
COO Customers Sarike van Wette gaat zich bezighouden met de dienstverlening aan klanten, het realiseren van aansluitingen, de continuïteit van energielevering en het faciliteren van energiemarkten. De focus van COO Networks Charlotte Sanders ligt op het plannen, prioriteren en realiseren van de exponentiële groei van werkzaamheden aan de energienetten en het organiseren van de voorwaarden die daarvoor nodig zijn in samenwerking met externe partners. Ze leveren daarmee een significante bijdrage aan de veilige realisatie van de productiedoelstellingen van Alliander en het voorzien in de energiebehoefte van bijna 3 miljoen consumenten en ruim 500.000 zakelijke klanten. Momenteel werken Van Wette en Sanders respectievelijk als directeur Onderhoud en Storingen en directeur Consument en Kleinzakelijk bij Alliander.
vrijdag 21 februari 2025
Vattenfall lanceert nieuw loyaliteitsprogramma Vooruit voor klanten
Met Vooruit kunnen klanten automatisch punten ontvangen en inwisselen voor gratis energiebesparende producten, kortingen op zonnepanelen, warmtepompen of de energierekening, en andere voordelen. Hoe langer je klant bent, hoe meer punten je maandelijks spaart.
Vooruit is daarnaast gekoppeld aan het persoonlijke bespaarplan in Mijn Vattenfall en de app. Bij elk advies ziet de klant hoe de Vooruit-punten slim ingezet kunnen worden. Klanten zetten zo bespaarstappen met korting of zelfs helemaal gratis.
Vattenfall waardeert de loyaliteit van haar klanten en wil hen belonen met extra voordelen. Het programma biedt meer voordelen dan het eerdere Exclusief-programma, dat nu is vervangen door Vooruit. Aanmelden voor Vooruit is gratis en eenvoudig en kan via de speciale Vooruit-pagina.
Sterk stijgende gasprijzen consumenten februari
Op jaarbasis zijn de verschillen nog groter. Variabele gasprijzen lagen medio februari 30,5 procent hoger dan een jaar eerder. Vaste prijs contracten voor een jaar stegen met gemiddeld 36,3 procent. Wie de energierekening nu voor drie jaar vastzet betaalt 29,5 procent meer dan een jaar eerder.
Deze flinke verhoging in slechts een paar weken wordt vooral gedreven door een forse stijging van de groothandelsgasprijzen in combinatie met de fluctuatie daarvan op de inkoopmarkten én de koudere winterweken.
De stroomprijzen lieten medio februari een gemengd beeld zien. Variabele stroomtarieven daalden met 3 procent ten opzichte van januari. Dit bood enige verlichting voor huishoudens met een variabel contract. Vaste contracten stegen echter wel: eenjarig met 6,6 procent en driejarig met 2 procent. Essent meldt dat haar variabele tarieven per 1 april gaan dalen met 8 procent.
Als we de stroomtarieven van februari 2025 vergelijken met februari 2024, zien we duidelijke verschillen afhankelijk van het type contract. De variabele prijzen zijn 17,4 procent hoger dan een jaar geleden. Een contract van een jaar vast kent een stijging van 8,7 procent terwijl een contract van drie jaar vast 8,1 procent goedkoper is geworden.
Hans de Kok, directeur van Pricewise: 'De koudegolf in januari en medio februari heeft geleid tot meer verbruik en bewustwording van hoge gasprijzen. De stroomprijzen stegen ook, onder andere door de matige windproductie en beperkte zonopbrengst. Ook de sterke correlatie met gas voor de opwek van stroom had invloed. De minimale verlaging van energiebelastingen per 1 januari heeft huishoudens enige verlichting geboden. Toch drukken de gestegen netbeheerkosten dit voordeel grotendeels.'
Realtime inzicht in energieverbruik thuis door samenwerking NET2GRID en Eneco
Met RealtimeThuis wil Eneco klanten inzicht geven in hun totale energieverbruik en de bijbehorende kosten. Met de aanschaf van een speciale P1 meter die wordt aangesloten op de slimme meter in de meterkast, kunnen klanten via de Eneco app realtime zien hoeveel het totale energieverbruik is en waar dit vandaan komt.
In eerste instantie ligt de focus op de grootste energieverbruikers in huis, zoals de wasmachine, droger, vaatwasser en koelkast. Op termijn is het de bedoeling ook meer inzicht op andere categorieën van apparaten te kunnen geven. Daarnaast wil Eneco ook tips en push notificaties geven die specifiek passen bij het energieverbruik van de klant om bijvoorbeeld energiekosten te besparen.
De komende maanden werkt Eneco de RealtimeThuis service uit in de praktijk. Dat wil zeggen dat klanten nu al een NET2GRID P1 meter kunnen aanschaffen voor 39 euro in combinatie met een abonnement dat het eerste half jaar gratis is en daarna maandelijks 1,90 euro kost. De dienst wordt steeds verder geoptimaliseerd en uitgebreid zodat klanten met de RealtimeThuis service veel inzicht krijgen in hun energieverbruik en het eenvoudiger wordt om besparingen mogelijk te maken.
donderdag 20 februari 2025
Maakindustrie zonnepanelen als sleutel tot strategische onafhankelijkheid
De Nederlandse zonne-energiesector, met meer dan 40.000 medewerkers, werkt hard aan het onafhankelijk maken van de energievoorziening. Zonnestroom verlaagt de elektriciteitsprijzen, met prijzen die tijdens zonnige uren meer dan 50% lager liggen, en steeds vaker worden afnemers betaald voor het verbruik van 'gratis' elektriciteit. Dit staat in contrast met de stijgende gasprijzen door de verhoogde LNG-importen. Zonne-energie vermindert de afhankelijkheid van andere regio’s en verlaagt de kosten voor ondernemers, wat het concurrentievermogen van de Nederlandse economie versterkt.
Echte geopolitieke onafhankelijkheid kan echter alleen bereikt worden als de toeleveringsketen van zonne-energie competitief is, dat vereist een nieuwe focus op een Nederlandse en Europese maakindustrie voor zonnepanelen. De economische potentie van deze maakindustrie is groot, met een verwachte bijdrage van €500-700 miljoen euro per jaar in 2031 en de creatie van minstens 1.000 nieuwe banen. Echter, het huidige beleid biedt te weinig kans om de productiecapaciteit voor zonnepanelen naar Nederland terug te halen. Holland Solar pleit voor maatregelen die de kans op succes voor een Nederlandse maakindustrie voor zonnepanelen vergroten.
Men de minister onder andere om de maakindustrie voor zonne-energie aan te wijzen als prioritaire industrie en hiervoor een eigen actie-agenda op te stellen. Daarnaast pleiten we voor het snel en breed implementeren van Europese wetgeving, het creëren van een gelijk speelveld en het behouden van financiering voor toegepaste innovatie in de sector.
Ondersteuning voor bedrijventerreinen bij laadinfrastructuur
Bedrijventerreinen in de provincies die hier hulp bij willen, kunnen dit aanvragen bij het gezamenlijke programmabureau MRA-Elektrisch.
Zo'n 30 gemeenten stellen vanaf 2025 gefaseerd emissievrije zones voor stadslogistiek in.
Bedrijventerreinen die voor ondersteuning in aanmerking willen komen, moeten voldoen aan een aantal criteria. Zo moet er bij de aanwezige bedrijven behoefte aan laadinfrastructuur zijn en/of is er sprake van een bepaalde mate van urgentie om het wagenpark te elektrificeren. Daarnaast is het belangrijk dat er actief parkmanagement of een andere vorm van bestaande samenwerking op het bedrijventerrein is.
Om aan de verwachte vraag te kunnen voldoen, heeft MRA Elektrisch drie partijen in de hand genomen die de bedrijventerreinen gaan ondersteunen. De Europese aanbesteding is verleend aan 1. het consortium APPM, Mobilyze en The New Drive, 2. Stantec en 3. het consortium KplusV, CE Delft en Districon. De drie partijen onderscheidden zich onder meer in hun efficiënte en transparante aanpak. Opgedane kennis en ervaring wordt actief gedeeld zodat verbeteringen direct worden doorgevoerd.
Onderzoek: Vraagcreatie belangrijk voor toekomst groene waterstof
Groene waterstof speelt een belangrijke rol in de transitie naar een duurzaam energiesysteem, omdat het bijdraagt aan het verminderen van de CO₂-voetafdruk van de industrie. Ondanks de potentie blijft de ontwikkeling van groene waterstof achter door hoge productiekosten en een gebrek aan stabiele vraag. Dat stellen onderzoekers van Deloitte in een rapport dat dinsdag werd gepresenteerd bij een gezamenlijk evenement van VNO-NCW, NVDE, Invest-NL, Energie-Nederland en de VNCI over vraagcreatie.
Het onderzoek laat zien dat gerichte regelgeving en beleidsmaatregelen essentieel zijn om de vraag naar groene waterstof te stimuleren. De analyses benadrukken dat vraagverplichtingen het meest effectief zijn wanneer ze zo ver mogelijk in de keten, richting de eindgebruiker, worden ingevoerd. Een stabiele en voorspelbare vraag kan de financiering en verdere ontwikkeling van groene waterstofprojecten bevorderen.
Een ander belangrijk inzicht is dat een Europese aanpak leidt tot een grotere impact én tot een eerlijker speelveld voor de hele industrie. Momenteel richt het Europese klimaatbeleid zich sterk op emissiehandel en richtlijnen die industriële producenten verplichten om te verduurzamen. Hoewel dit een belangrijke stap is richting een groenere toekomst, brengt het ook extra kosten met zich mee voor Europese bedrijven die investeren in duurzame oplossingen, zoals groene waterstof. Dit maakt hun producten vaak duurder dan conventionele alternatieven en geïmporteerde goederen.
Juist hier wringt de schoen: zolang importeurs niet aan dezelfde duurzaamheidsverplichtingen hoeven te voldoen, ontstaat er een ongelijk speelveld. Dit is niet alleen oneerlijk voor de bedrijven die wél investeren in duurzaamheid, maar het vertraagt ook de noodzakelijke transitie naar een klimaat neutrale economie.
Zonder aanvullende beleidsmaatregelen bestaat het risico dat de energietransitie stagneert in sectoren waar groene waterstof van cruciaal belang is, zoals in de zware industrie. De inzichten van het rapport bieden beleidsmakers, industriepartners en andere stakeholders een waardevolle leidraad. Het laat zien hoe regelgeving kan zorgen voor een stabiele vraag naar groene waterstof en daarmee bijdraagt aan een duurzaam energiesysteem en een toekomstbestendige, concurrerende Europese industrie.
woensdag 19 februari 2025
Inhaalslag nodig om doelen voor aardwarmteproductie te halen
Vorig jaar is er in Nederland in totaal 7,9 PJ (petajoule) aan aardwarmte geproduceerd. Deze productie van aardwarmte zorgt voor een besparing van meer dan 225 miljoen m3 aardgas per jaar. Dit staat gelijk aan de hoeveelheid aardgas die alle huishoudens in een stad als Den Haag jaarlijks verbruiken. Het productiecijfer van 2024 laat een stijging zien van ruim 16 procent ten opzichte van voorgaande jaren. Na jaren van gelijke productie is dit een lichte groei, die hopelijk het startpunt vormt voor versnelling. Er is nog een enorme inhaalslag nodig om het doel van 40-50 PJ in 2035 te halen.
Geothermie is met name geschikt wanneer warmte kan worden geleverd aan grote kassencomplexen, bedrijven of duizenden woningen. Er zijn veel wijken waar de keuze voor een warmtenet het logische alternatief vormt voor verwarming met aardgas. Logisch vanuit het oogpunt van betaalbaarheid van warmte, weinig ruimtegebruik en ontlasting van het elektriciteitsnet. Toch komt de productie van aardwarmte op dit moment nagenoeg alleen ten goede aan de glastuinbouw. Projecten in de gebouwde omgeving komen moeizaam tot stand. De onzekerheden rond de warmtenetten (en Wcw) remmen de investeringen in geothermie op dit moment af. Ook het niet kunnen krijgen van een aansluiting op het elektriciteitsnet leidt tot vertragingen voor nieuwe projecten.
In Nederland zijn 28 aardwarmtelocaties met in totaal 42 aardwarmte-productieputten. In 2024 hebben 28 productieputten aardwarmte geproduceerd. Er zijn acht nieuwe doubletten die nog niet produceren en zes doubletten die op dit moment niet actief zijn.
Het aandeel aardwarmte in Nederland leverde omgerekend 426.000 ton minder aan CO2-uitstoot op. De productie van aardwarmte in 2024 is ten opzichte van 2023 en 2022 gestegen met ruim 16% (van 6,8 naar 7,9 PJ per jaar).
De stijging zit met name in het feit dat een groot deel van de doubletten meer productie heeft gedraaid dan het voorgaande jaar. Dit kwam door een grotere vraag van de afnemers en minder stilstand door onderhoud. Ook zijn er drie nieuwe productieputten die al produceren, al zitten die nog in de opstartfase. Het aankomende jaar zullen deze nieuwe putten meer effect hebben op de productiecijfers.
Belgische energiecoöperaties lanceren Onze Energie
Tegen 2030 wil het platform een half miljoen Belgen laten participeren via coöperaties, voor en van burgers: een verviervoudiging in vergelijking met vandaag.
Seacoop heeft een akkoord gesloten om zich in naam van 34 Belgische burgerenergiecoöperaties in te kopen in Aspiravi Offshore voor 10 procent van het kapitaal. Aspiravi Offshore is eigenaar van 70 procent van het Northwind offshore windpark.
Het belang in Aspiravi Offshore geeft Seacoop indirect een productiecapaciteit van 15 MW, het equivalent van vijf windturbines, wat overeenkomt met een elektriciteitsproductie voor circa 15.000 huishoudens.
Arnhem organiseert tweede Burgerberaad over duurzame warmte in de stad
Een belangrijk onderdeel om te komen tot een betere stad is de overstap naar duurzame energiebronnen en het verminderen van de CO₂-uitstoot. Op dit moment wordt de meeste warmte in Arnhem opgewekt met aardgas. De gemeente wil, samen met inwoners, de overstap maken naar duurzame warmtebronnen.
Het Burgerberaad is een instrument om meer te weten over welke ideeën en meningen er leven in de samenleving over maatschappelijke kwesties. Daardoor is betere besluitvorming mogelijk. Het is daarnaast een goede manier om nieuwe, creatieve oplossingen te verzamelen. Bovendien zorgt het burgerberaad ervoor dat Arnhemmers meer invloed hebben op de politiek. Dat zorgt voor een sterkere democratie en een betere stad.
De ideeën, zorgen en ervaringen van inwoners vormen de basis voor de adviezen die het Burgerberaad zal formuleren. De adviezen van het Burgerberaad zijn zwaarwegend in de besluitvorming door de raad rondom duurzame warmte. De 150 Arnhemmers die meedoen aan het burgerberaad zijn een representatieve afspiegeling van de stad. Ze worden ondersteund door onafhankelijke experts en belanghebbenden. Dit alles om de stap van gas naar andere bronnen, zo goed mogelijk laten te gaan in Arnhem.
dinsdag 18 februari 2025
Isolatieglas verovert Nederland
Homedeal, platform voor vakspecialisten, heeft op basis van de data van duizenden aanvragen onderzocht welke projecten Nederlanders in 2025 op de planning hebben staan.
Sinds 1 januari 2025 is de ISDE-subsidie voor isolatieglas aanzienlijk verhoogd, vooral voor triple glas. Waar huiseigenaren in 2024 nog 65,50 euro per vierkante meter ontvingen, is dat in 2025 gestegen naar 111 euro per vierkante meter. Wie een tweede isolatiemaatregel toevoegt, kan zelfs 222 euro per vierkante meter ontvangen.
Het effect van deze subsidieregeling is duidelijk zichtbaar in de data. In januari 2025 was een stijging van 31 procent te zien in aanvragen voor isolatieglas ten opzichte van januari 2024. De grootste groei werd gemeten in Friesland, Noord-Holland en Zuid-Holland.
De bredere trend in isolatiemaatregelen zet zich voort. In januari 2025 steeg het aantal aanvragen voor spouwmuurisolatie met 183 procent. De opvallendste stijging werd echter gemeten bij kruipruimte-isolatie, waar het aantal aanvragen steeg met maar liefst 270 procent. Ook tuinprojecten staan hoog op de agenda in 2025. Het aantal aanvragen voor tuinrenovaties steeg in januari met 28% ten opzichte van dezelfde maand in 2024. Daarnaast nam de vraag naar bestrating met 21% toe en werden 20% meer aanvragen voor een volledig nieuwe tuin ingediend. Vooral in Limburg, Friesland en Noord-Brabant was de stijging het sterkst.
Terwijl sommige sectoren in de woningmarkt groeien, zien andere juist een afname in de vraag. Vergeleken met januari 2024 is het aantal aanvragen voor schilderwerk met 38% gedaald, voor airco-installaties met 30 procent, en voor dakkapellen zelfs met 59 procent.
De voorkeur van huiseigenaren lijkt nu meer uit te gaan naar het vergroten van hun woonruimte door middel van aanbouwen, wat blijkt uit een stijging van 10 procent in het aantal aanvragen hiervoor. Dit gebeurt in plaats van het plaatsen van dakkapellen. Ook de fluctuaties op de woningmarkt spelen een grote rol. Veel huiseigenaren laten hun woning schilderen bij de aan- of verkoop, waardoor een daling in het aantal woningtransacties zorgt voor minder opdrachten voor schilders. Tegelijkertijd leidt een stabiele of minder dynamische woningmarkt ertoe dat mensen vaker kiezen voor investeringen in het onderhoud en de uitstraling van hun eigen huis en tuin, in plaats van te verhuizen. Dit lijkt momenteel de belangrijkste trend te zijn.
TU Delft ontvangt subsidie voor nucleair onderwijs en onderzoek
Twee leerstoelen op de gebieden Stralingsdosimetrie en Kernreactorfysica zijn ingebed bij het TU Delft Reactor Institute van de faculteit Technische Natuurwetenschappen (TNW), terwijl de leerstoelen op het gebied van Nucleaire Energie Technologie en Nucleaire Materialen zijn ondergebracht bij de faculteit Mechanical Engineering (ME). Recentelijk heeft het ministerie van Klimaat en Groene Groei subsidie verleend voor de leerstoelen Kernreactorfysica, Nucleaire Energie Technologie en Nucleaire Materialen. Voor de leerstoel op het gebied van Stralingsdosimetrie is eerder subsidie verleend door het toenmalig ministerie van Economische Zaken en Klimaat.
Met deze versterking van het nucleaire onderwijs en onderzoek wil TU Delft een grote bijdrage leveren aan de opleiding van nucleaire ingenieurs en experts ter ondersteuning van de kabinetsplannen voor uitbreiding van het aantal kerncentrales in Nederland. Ook zullen promovendi worden aangesteld voor nucleair onderzoek en voor de begeleiding van studenten bij hun afstudeerproject.
Met de nieuwe leerstoelen slaat de faculteit Mechanical Engineering een brug tussen werktuigbouwkunde en de specifieke toepassing ervan voor nucleaire energieopwekking. De leerstoel Nuclear Energy Technology wordt ingebed binnen de afdeling Proces & Energy. De focus zal liggen op het ontwikkelen van nieuwe ontwerpen, zoals kleine modulaire reactoren, en de integratie in de Nederlandse energie-infrastructuur.
Binnen de afdeling Materials Sciences and Engineering (MSE) wordt de leerstoel Materials Science for Nuclear Reactors ondergebracht. Materialen in nucleaire toepassingen staan bloot aan extreme condities, zoals hoge temperaturen en stralingsdoses. Nieuwe nucleaire systemen leiden doorgaans tot nog extremere condities voor het materiaal. Het is van groot belang om de levensduur van materialen te verlengen, maar vooral ook nauwkeurig te kunnen voorspellen op een tijdschaal die relevant is voor nucleaire systemen. De nieuw aan te wijzen hoogleraren zullen tevens zorgdragen voor een nieuwe generatie werktuigbouwkundige ingenieurs met solide basiskennis van nucleaire technologie.
Hoe de Baltische synchronisatie de energiezekerheid van Europa versterkt
Tegelijkertijd hebben Estland, Letland en Litouwen hun elektriciteitsnetten losgekoppeld van het door Rusland gecontroleerde BRELL-energiesysteem. Dit garandeert meer energieonafhankelijkheid voor de drie Baltische staten, vermindert hun afhankelijkheid van Russische elektriciteitsimport en versterkt de (energie)zekerheid in de bredere regio.
De Europese Commissie heeft samen met de regeringen van Estland, Letland, Litouwen en Polen een belangrijke rol gespeeld bij het versnellen van dit megaproject. Het synchronisatie-initiatief heeft aanzienlijke steun ontvangen van de Connecting Europe Facility (CEF) van de EU, die sinds 2014 meer dan 1,2 miljard euro aan subsidies heeft ontvangen.
Estland, Letland en Litouwen schakelen in een ongekend tempo over op hernieuwbare energiebronnen. In 2018 haalden ze meer dan 60 procent van hun elektriciteit uit fossiele brandstoffen. Nu, minder dan tien jaar later, halen ze 72 procent daarvan uit hernieuwbare energiebronnen. Wind genereert 28 procent van alle elektriciteit die ze verbruiken.
maandag 17 februari 2025
Groen licht voor energiefonds in 2025
Het gaat om een publiek-privaat fonds, waarbij kwetsbare huishoudens ondersteuning krijgen bij het betalen van de energierekening. Vanuit het kabinet is er dit jaar 60 miljoen euro gereserveerd voor hulp bij het betalen van de energierekening. De energiesector is bereid de uitvoeringskosten van het fonds te dragen.
Het kabinet is voornemens een subsidie te verlenen aan de Stichting Tijdelijk Noodfonds Energie (TNE). Dit vanwege de ervaring en expertise die zij de afgelopen jaren hebben opgedaan met het noodfonds energie. TNE heeft tenminste 8 weken nodig om het energiefonds operationeel te krijgen. Voordat het loket open kan, dient bevestigd te zijn dat de uitvoeringskosten definitief gedekt worden door andere partijen dan het Rijk. Dit is belangrijk, omdat er anders het risico bestaat dat het fonds gezien wordt als staatsteun.
Het is op dit moment nog niet bekend per welke datum huishoudens een aanvraag kunnen indienen bij het energiefonds. Ook de manier waarop de hulp bij verduurzaming vorm krijgt, wordt verder uitgewerkt. Het kabinet informeert de Tweede Kamer hier op korte termijn nader over.
Mensen kunnen op de website van het Tijdelijk Noodfonds Energie (Tijdelijk Noodfonds Energie) hun gegevens achterlaten. Zij krijgen dan bericht op het moment dat duidelijk is wanneer het energiefonds opengaat.
Gemiddeld een derde van de energierekening bestaat uit belastingen
Voor een huishouden met een typisch verbruik van 2.479 kWh stroom en 1.169 m3 gas resulteert dit in een jaarlijkse belastingafdracht van 853 euro.
De belastingdruk op energie varieert sterk per verbruiksniveau. Zo betaalt een zuinig huishouden met een jaarlijks verbruik van 1.500 kWh stroom en 400 m3 gas slechts 6 procent belasting (75 euro per jaar). Dat komt mede dankzij de vaste vermindering energiebelasting van circa 635 euro.
Aan de andere kant lopen ‘grootverbruikers’ (4.000 kWh/1.800 m3) op tegen een belastingaandeel van 40,9 procent, goed voor 1.599 euro op jaarbasis.
Opvallend is dat gasgebruik zwaarder wordt belast dan stroom, waarbij 59 procent van de gasprijs uit belastingen en btw bestaat. Veel meer dan in de rest van Europa, blijkt uit onderzoek.
Duurzame investeringen blijken een grote rol te spelen in de hoogte van de belastingen. Zo zien huishoudens met zonnepanelen, die netto geen stroom afnemen, hun belastingdruk dalen naar 25,3 procent (482 euro per jaar).
Bij een hybride warmtepomp met een typisch verbruik van 4.500 kWh en 400 m3 gas bedraagt de belasting 527 euro (25,2 procent), terwijl huishoudens die volledig van het gas af zijn tussen de 214 en 363 euro (16,1 tot 22,6 procent) betalen.
De hoge belastingen zetten veel Nederlanders onder druk. Energievergelijk.nl ontvangt dagelijks berichten, e-mails en telefoontjes van huishoudens die moeite hebben hun energierekening te betalen.
De overheid rechtvaardigt de hoge belastingen als middel om CO2-reductie aan te moedigen en duurzame energieprojecten te financieren, zoals windparken. Ook wordt de energiebelasting gebruikt voor het subsidiëren van duurzame oplossingen voor huishoudens, zoals zonnepanelen, isolatie en warmtepompen.
Zeeuwse huishoudens die tijdelijk zonnepanelen uitzetten helpen bij vol stroomnet
De druk op het elektriciteitsnet nam bij deze klanten tot 57 procent af. De bereidwilligheid van de deelnemers was groot. In de lente van 2025 krijgt de pilot een vervolg.
Een kleine groep klanten van Eneco uit Tholen, Sint-Philipsland en Schouwen-Duiveland deed mee met de pilot, waarin hen werd gevraagd op zonnige dagen tijdelijk hun zonnepanelen uit te zetten. Op die drie Zeeuwse eilanden wordt op sommige momenten meer zonnestroom opgewekt dan verbruikt. De deelnemers werden in totaal 10 keer gevraagd hun zonnepanelen handmatig af te schakelen op een veilige manier. Naast het handmatig uitzetten van de zonnepanelen zagen de deelnemers meer mogelijkheden om de druk op het net te verminderen. Namelijk door duurzame energie te gebruiken wanneer het er is, ook voor huishoudens zonder zonnepanelen. Zo hield een deel van de groep bij een afschakelmoment rekening met hun energiegebruik, door bijvoorbeeld op dat moment de elektrische auto te laden, zodat ze hun zonnepanelen niet uit hoefden te zetten en ook niet terug leverden aan het net. Zonnestroom die wordt ingezet voor zelfconsumptie wordt een belangrijk aandachtspunt in een grotere vervolgpilot in 2025.
De voornaamste reden voor de deelnemers om mee te doen was het kunnen bijdragen aan de energietransitie. Door op een paar piekmomenten een aantal zonnepanelen uit te zetten of de zelfconsumptie te verhogen kunnen er meer zonnepanelen worden aangesloten op hetzelfde net. Zowel de dag waarop het afschakelmoment plaatsvond als de hoogte van de vergoeding heeft weinig invloed gehad op de resultaten. De motivatie was hoog, net als de conversie en deelname, ondanks het eenvoudige karakter van de pilot. Of een vergoeding een juiste oplossing is voor de lange termijn en voor grotere groepen deelnemers, gaan we verder onderzoeken. Indirect worden die vergoedingen namelijk betaald door alle afnemers van het elektriciteitsnet in de vorm van nettarieven. De nettarieven zijn de afgelopen jaren flink gestegen.
In de lente van 2025 wil Stedin de pilot uitbreiden. Dat gebeurt door naast Eneco met meerdere energieleveranciers samen te werken.
vrijdag 14 februari 2025
Vlaanderen bereikt mijlpaal van 1 miljoen zonnepaneelinstallaties
Dit markeert een belangrijke stap in de overgang naar hernieuwbare energie. De Vlaamse regering benadrukt het belang van investeren in schone en betrouwbare energie van eigen bodem, zoals zonne-energie, en streeft ernaar om deze duurzame energie ook de goedkoopste optie te maken.
Met een geïnstalleerde capaciteit van bijna 7 GW aan zonne-energie staat Vlaanderen in de top van Europa wat betreft zonnepanelen per inwoner.
Energiemonitor ACM: nieuwe vaste contracten tot 3% duurder
De prijzen op de groothandelsmarkt voor gas zijn vanwege het koude weer en de onzekere geopolitieke omstandigheden gestegen naar 54€/MWh. Huishoudens met een dynamische energiecontract zien dit soort prijsstijgingen (en prijsdalingen) direct terug in de tarieven die zij moeten betalen. Bij variabele contracten beweegt het tarief dat huishoudens moeten betalen gestaag mee met de ontwikkelingen op de energiemarkten, zowel omhoog als omlaag. Bij vaste contracten staat het tarief gedurende de hele looptijd vast.
Energieleveranciers hanteren verschillende inkoopstrategieën voor hun vaste en variabele contracten. Bij een vast contract heeft de leverancier gas en elektriciteit vaak kort voor het contractaanbod ingekocht, voor de gehele looptijd van het contract. Op deze manier dekt de leverancier zich financieel in tegen het risico van stijgende energieprijzen (hedging) en is ook de consument gegarandeerd van een vaste prijs gedurende de looptijd van het contract. Omdat er voor vaste contracten vaak korter van te voren wordt ingekocht zijn ontwikkelingen op de groothandelsmarkt wel snel terug te zien bij nieuwe vaste contracten.
Bij variabele contracten worden gas en elektriciteit vaak langer van te voren ingekocht, maar wel voor een kortere leveringsperiode (zoals een kwartaal). Als de energieprijzen dan stijgen, stijgen ook de inkoopkosten voor de volgende leveringsperiode en zal de leverancier het variabele tarief verhogen. De consument is in dit geval dus niet gegarandeerd van een vaste prijs. De consumententarieven bewegen mee met de ontwikkelingen op de energiemarkten, zowel omhoog als omlaag.
Bij energiecontracten met dynamische prijzen werken ontwikkelingen op de groothandelsmarkten de volgende dag al door naar de consumententarieven. Dit komt omdat je bij dynamische contracten de prijs op de dag-vooruit groothandelsmarkt plus een inkoopvergoeding betaalt. Uit de Monitor van de ACM blijkt dat het aantal klanten met een dynamisch contract de afgelopen maand gestegen is. Op dit moment heeft 6% van de Nederlandse huishoudens een dynamisch contract, in totaal 423.000 huishoudens.
Toezicht op tarieven
Benzineprijs bereikt hoogste punt in 2025
De Gemiddelde Landelijke Adviesprijs (GLA) van benzine komt vandaag uit op 2,188 euro per liter. Daarmee is de prijs op het hoogste punt in 2025. Daarnaast is het bijna drie maanden geleden dat de benzineprijs voor het laatst zo hoog was, namelijk op 22 november 2024.
Ten opzichte van oudejaarsdag (31 december 2024) steeg de benzineprijs al bijna vijf cent. Dus voor wie vaak moet tanken, is 2025 tot nu toe een duur jaar. Wie bijvoorbeeld gemiddeld 40 liter benzine per week tankt, is bij dit prijsverschil zo’n 2 euro duurder uit per volle tank. Per jaar komt dit neer op 100 euro meer brandstofkosten, zo laat een snelle rekensom zien.
De hoge koers van de dollar is één van de verklaringen voor de prijsstijging: Een vat olie wordt betaald in dollars en de dollar is sterker geworden ten opzichte van de euro. Oftewel: je krijgt minder dollar voor een euro. Dat maakt het duurder om olie in te kopen. En de inkoopprijs van ruwe olie vertaalt zich door naar de prijzen aan de pomp.
Politieke spanningen zorgen ook voor onzekerheid over de levering en voorraden van olie. Daardoor is de ontwikkeling van brandstofprijzen vaak moeilijk te voorspellen.
Documenten:
donderdag 13 februari 2025
Duurzame warmte van HoSt Group uit Enschede voor stadsverwarming Chemnitz, Duitsland
HoSt Energy Systems, onderdeel van energietechnologie familiebedrijf HoSt Group met hoofdkantoor in Enschede, heeft een 20-jarig contract getekend met Eins Energie in sachsen GmbH & Co KG (hierna Eins Energie), een groot Duits nutsbedrijf, voor de levering van warmte uit hernieuwbare energiebronnen aan het stadsverwarmingsnetwerk van Chemnitz. Centraal in dit partnerschap staat de 31 MW warmtekrachtkoppelingscentrale (WKK) van HoSt, die duurzame warmte opgewekt uit EEG-conforme biomassa aan het stadsverwarmingsnetwerk van Chemnitz, Duitsland gaat leveren. De geproduceerde elektriciteit zal aan het openbare net worden geleverd. De ingebruikname van de installatie is gepland voor medio 2027.
Deze overeenkomst ondersteunt het plan van Eins Energie om het aandeel duurzame warmte voor de stad Chemnitz aanzienlijk te vergroten. Met Eins Energie als het toonaangevende nutsbedrijf in de regio, zet het project zich in om een benchmark te zetten voor duurzame stadsverwarmingssystemen wereldwijd.
De hight-tech WKK-centrale, bestaande uit duurzame energietechnologie uitgerust met een uitgebreid uitlaatgaszuiveringssysteem, zorgt ervoor dat de NOx-emissies minder dan 1/3 van de al lage wettelijke limieten bedragen. De aanzienlijk betere intern overeengekomen emissiewaarden van de installatie, die voor de eerdergenoemde NOx bijvoorbeeld slechts 60 mg/Nm³ bedragen in vergelijking met de wettelijke limiet van 200 mg/Nm³, waren een van de criteria voor de gunning van het contract aan HoSt in een concurrerende aanbestedingsprocedure. De warmtekrachtkoppelingsinstallatie op basis van biomassa zal worden uitgerust met een systeem voor continue emissiemeting in overeenstemming met de Duitse wet inzake middelgrote stookinstallaties: 44e BImSchV.
De installatie wordt geëxploiteerd met EEG-conforme biomassa, de Duitse "Erneuerbare-Energien-Gesetz" of wet op hernieuwbare energiebronnen, in de vorm van onbehandeld hout uit bosresiduen, versnipperd materiaal uit landschapsbehoud of gemaaid straathout. 90% hiervan is afkomstig uit een straal van maximaal 250 kilometer rond Chemnitz. Om te garanderen dat de brandstofinkoop in overeenstemming is met de EEG, moet de exploitant volledige en transparante kwaliteits- en oorsprongsdocumentatie uitvoeren en dit door een onafhankelijke milieuauditor laten bevestigen door middel van een jaarlijkse certificering.
AEB blijft in handen van gemeente Amsterdam
In april vorig jaar de werd het verkoopproces gestart. AEB is nu in handen van de gemeente Amsterdam, maar voor de publieke belangen van afvalverwerking, het opwekken van energie en de warmtevoorziening is dat niet noodzakelijk. Het hebben van een groot bedrijf in de afval- en energiesector brengt ook financiële risico’s met zich mee. Daarom koos het college voor een verkoopproces, waarbij behoud bij een onacceptabel bod ook een optie was. Dat proces is zorgvuldig verlopen en een koper met kennis en ervaring had interesse. Maar na een periode van onderhandelingen lag er een prijs en voorwaarden die voor de gemeente niet acceptabel waren.
De gemeente gaat samen met AEB werken aan de toekomst van het bedrijf. Het is goed voor het bedrijf dat er helderheid is voor een langere periode. Dat is nodig omdat de onderneming stabiliteit en een helder richtpunt nodig heeft om goed te functioneren. Wim van Lieshout is kwartiermaker en gaat binnen de onderneming werken aan een plan om AEB in te richten voor het langdurige behoud van de gemeente.
Het Afval Energie Bedrijf verwerkt afval van Amsterdam, maar ook van andere gemeenten en bedrijven. Uit het afval worden grondstoffen gehaald en wat overblijft wordt verbrand. Daarmee wekt AEB energie op én zorgt het voor warmte voor tienduizenden huishoudens en bedrijven, voornamelijk in de stadsdelen Nieuw-West en Noord. Voor de Amsterdammer blijft alles hetzelfde. Het is de tweede keer dat de gemeente een verkoopproces voor AEB heeft doorlopen.
Opschaling groene waterstof met een open innovatiecentrum voor elektrolysers
Waterstof speelt een cruciale rol in het verduurzaming van de chemieclusters binnen de Nederlandse industrie. Daarbij heeft Nederland een unieke positie dankzij onze infrastructuur, een sterke maakindustrie en innovatiekracht.
Het programma dat TNO en GroenvermogenNL gaan ontwikkelen omvat zowel faciliteiten als organisatiekracht. Een belangrijk uitgangspunt van de samenwerking is om risico’s weg te nemen die een grootschalige inzet van elektrolyse in Nederland in de weg staan. Dit gaat om zowel technische als bedrijfseconomische knelpunten.
Deze samenwerking is uniek in Europa en biedt het Nederlandse bedrijfsleven een belangrijke kans om te profiteren van gezamenlijke expertise en middelen. TNO en GroenvermogenNL hebben beide al grote programma’s voor groene waterstof en bundelen nu hun krachten om de opschaling te versnellen.
GroenvermogenNL, een initiatief van het Nationaal Groeifonds, richt zich op het ondersteunen en versnellen van de overgang naar grootschalig gebruik van groene waterstof in de industrie. Ze werken samen met bedrijven, de overheid en kennisinstellingen aan innovatieve oplossingen. Hun programma omvat R&D-projecten, pilots, demonstraties, opschalingsprojecten en een human capital agenda.
woensdag 12 februari 2025
Gasverbruik niet veranderd in 2024
De industrie verbruikte 877 miljoen kubieke meter (+9 procent) meer aardgas dan het jaar ervoor. Dit waren vooral raffinaderijen en de chemische industrie. Het aardgasverbruik voor elektriciteitsopwekking daalde met bijna 600 miljoen kubieke meter (-8 procent) vergeleken met 2023. Dit komt vooral door meer gebruik van hernieuwbare bronnen als wind en zon. De laatste twee maanden werd er wel meer gas verbruikt dan in dezelfde periode in 2023. Er waren toen veel dagen met zowel weinig wind als weinig zon in Noordwest-Europa, en een kerncentrale in België was in onderhoud.
In 2024 werd er 8,2 miljard kubieke meter minder aardgas ingevoerd. Ook de uitvoer nam af, met 6,1 miljard kubieke meter. Hierdoor daalde het invoersaldo met 11 procent. De invoer van vloeibaar aardgas (lng) via tankerschepen daalde met 15 procent. Het is voor het eerst sinds het begin van de energiecrisis in 2022 dat de invoer van lng afneemt. De hoeveelheid lng uit de Verenigde Staten nam af met 3,1 miljard kubieke meter (-18 procent). Het land blijft wel met afstand de belangrijkste leverancier van vloeibaar aardgas: 68 procent (14,4 miljard kubieke meter) van het ingevoerde lng kwam er vandaan. Nederland haalde meer lng uit Rusland (+68 procent) en minder uit Noorwegen (-2 procent), dat gaat in verhouding om kleine hoeveelheden. Op dit moment valt lng uit Rusland buiten de sanctiemaatregelen van de Europese Unie.
De gaswinning in Nederland nam in 2024 opnieuw af: er werd 1,9 miljard kubieke meter minder gas uit de grond gehaald. Deze afname van 17 procent is in lijn met het definitief sluiten van het Groningenveld bij Slochteren in april 2024.
Omdat er minder gas werd gewonnen en ingevoerd, terwijl het gebruik gelijk bleef, was er eind 2024 minder aardgas opgeslagen dan een jaar eerder (-3,7 miljard kubieke meter, -31 procent).