Pagina's
zaterdag 31 juli 2021
Twee nieuwe windturbines om te voldoen aan de energiebehoefte farmabedrijf Takeda in Lessines
Hierdoor wordt 10.158 ton CO2 (eq.) vermeden in vergelijking met de gemiddelde Belgische elektriciteitsmix. Deze besparing is vergelijkbaar met de uitstoot van ongeveer 1.250 dieselauto's (1).
Het windproject in Lessines zou het Waalse Gewest helpen zijn klimaatdoelstelling van 100 MW geïnstalleerd vermogen per jaar, of ongeveer 30 windturbines per jaar, te halen, wat de minimumdoelstelling die voor 2030 is vastgesteld.
De windturbines zouden worden geplaatst in een landbouwgebied, in de buurt van een hoofdweg (RN56) en een bedrijvenpark waar Takeda via een directe lijnverbinding rechtstreeks van de geproduceerde elektriciteit zal kunnen profiteren. Takeda streeft ernaar haar koolstofvoetafdruk tegen 2025 met 40 procent te verminderen en tegen 2040 koolstofneutraal te zijn.
vrijdag 30 juli 2021
Suzan Schakenraad interim-CEO Essent
Met ingang van 1 augustus wordt Suzan Schakenraad de nieuwe CEO van Essent. Suzan kiest ervoor om deze rol op interimbasis in te vullen, omdat ze heel graag op termijn aan een nieuw persoonlijk avontuur met haar gezin wil beginnen.
Met de benoeming van Schakenraad heeft Essent een goede oplossing gevonden voor de promotie van de huidige CEO Patrick Lammers. Hij wordt op 1 augustus Chief Operations Officer van E.ON Customer Solutions, één van de twee bedrijfsonderdelen van E.ON waar ook Essent onder valt.
Het selectieproces voor haar opvolger in de vorm van een vaste CEO is opgestart.
Hoogspanningsinfrastructuur Pepinster en On hersteld
De hoogspanningsposten met de meeste schade in Belgie zijn die van Pepinster en On. Het hoogspanningsstation van On bij Rochefort is sinds begin deze week weer volledig operationeel.
Eén dag na de overstromingen was de voeding al tijdelijk hersteld maar nu is ook de back-up lijn terug in dienst.
In Pepinster waar de overstroming van de Vesder grote schade veroorzaakte, zal de hoogspanningspost niet operationeel zijn voor eind augustus. Netbeheerdert Elia werkt nauw samen met de distributienetbeheerder en de verschillende spelers op het terrein om ervoor te zorgen dat de elektriciteitsbevoorrading in de regio gegarandeerd kan worden.
Simon Bushell (Sympower): 'Op weg naar een flexibeler energiemarkt'
Het huidige elektriciteitsnet is nog onvoldoende ingericht op een toekomst met duurzame energie. Op dit moment is het zo dat het aanbod op de voortdurend wisselende vraag wordt afgestemd. Op het moment dat je aanbod wordt geleverd door zonne- en windenergie is dat veel complexer. Je kunt moeilijk zeggen dat de zon meer moet schijnen of de wind harder moet waaien. Sympower biedt daar een oplossing voor.
Varen op methanol is technisch haalbaar
Terwijl er een groeiende vraag naar goederenvervoer is, vereisen de doelstellingen vanuit de klimaatconferentie van Parijs en de daaropvolgende strategie van de Internationale Maritieme Organisatie (IMO), een reductie van de CO2-uitstoot door maritiem transport met 50% in 2050 ten opzichte van 2008.
In het project Green Maritime Methanol heeft een consortium van dertig vooraanstaande Nederlandse en internationale maritieme bedrijven en kennisinstellingen de handen ineengeslagen om de bestaande lacunes te vullen. Daarbij is een breed scala aan onderwerpen onderzocht om de technische, operationele en economische haalbaarheid van methanol in verschillende scheepvaartmarkten te beoordelen en de volgende stap naar implementatie te maken.
In het consortium waren scheepseigenaren Boskalis, de Koninklijke Marine, Rijksrederij, DEME, Arklow Shipping,Van Oord, Wagenborg Shipping en branche organisatie KVNR, scheepswerven Damen, Feadship en IHC actief betrokken.
Vanuit de maritieme keten werden zij ondersteund door motorleveranciers Pon Power, MTU, Wärtsilä en hun brancheorganisatie VIV, maritieme toeleveranciers Marine Service Noord en C-Job Naval Architects en klassebureaus Bureau Veritas en Lloyd’s Register.
donderdag 29 juli 2021
McDonald’s gaat samen met Eneco energievoorziening verduurzamen
Om dat doel te bereiken stapt McDonald’s per januari 2023 over op volledige groene energie uit nieuw te ontwikkelen zon- en windparken in Nederland. Ook kijken de partners samen naar mogelijkheden om het energieverbruik van de restaurants te reduceren en de energievoorziening verder te verduurzamen door zelf energie op te wekken.
Om de energievoorziening van de 254 restaurants in Nederland te verduurzamen stapt McDonald’s vanaf januari 2023 over op regionaal opgewekte zonne- en windenergie van Eneco. Daarnaast kunnen restaurants – afhankelijk van de locatie – ook zelf duurzame energie opwekken. Denk bijvoorbeeld aan mogelijkheden met zonnepanelen op het dak van de locatie of met de aanleg van een solar carport. Voor de momenten dat de zon even niet schijnt en het windstil is, wordt gekeken naar de mogelijkheid van energieopslag. Natuurlijk komt ook het vraagstuk aan bod hoe bestaande restaurants van het aardgas af kunnen.
Bij het verduurzamen van het energieverbruik wordt steeds gekeken naar de lokale mogelijkheden, want ieder restaurant kent andere uitdagingen. Een restaurant midden in de stad kan wellicht heel beperkt zonnepanelen plaatsen, waar een restaurant langs de snelweg afhankelijk is van een aardgasvoorziening. Samen gaan we werken aan slimme oplossingen om de energievoorziening en energieverbruik van de restaurants verder te verduurzamen.
TU Delft ontwikkelt kostenrichtlijnen voor CO2-opslag
Een wereldwijd consortium van twaalf onderzoekers op het gebied van CCS, onder leiding van Andrea Ramirez van de TU Delft, heeft samengewerkt aan een uitgebreide whitepaper hierover.
Om de kosten te bepalen van CO2-afvangtechnologieën die nog niet commercieel zijn, worden verschillende kostenmodelleringstechnieken gebruikt. Een probleem is dat in de studies vaak afwijkende aspecten worden genomen, waardoor vergelijkingen zeer moeilijk zijn. Ramirez:
De onzekerheid in de schattingen is groot, vooral wanneer de technologieën nog in ontwikkeling zijn op laboratoriumniveau.
Het whitepaper effent de weg voor de CCS-technologie van morgen. Een volgende stap in CCS zou zijn om de afgevangen CO2 te gebruiken als bouwsteen, bijvoorbeeld voor synthetische brandstoffen of voor kunststoffen. De methoden om dergelijke omzettingen te doen worden ontwikkeld binnen het e-Refinery programma aan de TU Delft.
Nieuwe regels voor aardwarmteprojecten in consultatie
Daarom ligt een voorstel tot wijziging van de Mijnbouwwet in de Tweede Kamer en heeft de ministerraad op voorstel van Staatssecretaris Yeşilgöz-Zegerius van Economische Zaken en Klimaat ingestemd met de start van de internetconsultatie van het ontwerp-Mijnbouwbesluit voor aardwarmte dat daaraan uitwerking geeft.
Dit voorstel stelt nadere regels aan de toetsing van vergunningsaanvragen, bevat regels ter bescherming van de grondwaterkwaliteit en legt een basis voor versnelling van de aardwarmtesector en het veilig en verantwoord winnen van aardwarmte in Nederland.
In Nederland zijn de afgelopen jaren steeds meer projecten gestart waarbij duurzame aardwarmte wordt gewonnen. Dit onderstreept de noodzaak voor specifieke regels die een veilige en verantwoorde manier van aardwarmtewinning in Nederland borgen. Daarom is in 2020 een voorstel tot Wijziging van de Mijnbouwwet voor aardwarmte ingediend bij de Tweede Kamer. Daarnaast heeft het kabinet in 2019 een tijdelijk beleidskader ingesteld voor aardwarmteprojecten. De uitgangspunten uit het tijdelijk beleidskader wil het kabinet structureel vastleggen in de nieuwe wet- en regelgeving.
Met de start van de consultatie van het ontwerp-Mijnbouwbesluit in de week van 28 juni 2021 en de start van de consultatie van de ontwerp-Mijnbouwregeling later dit laar, geeft het kabinet alvast uitwerking aan de wijzigingen van de Mijnbouwwet voor aardwarmte, zodat deze regelgeving gelijktijdig met de Mijnbouwwet in werking kan treden, mits het Wetsvoorstel door de Tweede- en Eerste Kamer wordt aangenomen.
Het ontwerp-Mijnbouwbesluit bevat regels ter bescherming van de grondwaterkwaliteit en werkt de toetsing van vergunningaanvragen met betrekking tot afzet van warmte, risico's en schade, technische en financiële capaciteiten verder uit. Burgers, bedrijven en organisaties kunnen gedurende vier weken reageren op het ontwerpbesluit via www.internetconsultatie.nl. De internetconsultatie voor het ontwerp-Mijnbouwbesluit start in de week van 28 juni 2021.
'Verborgen' materialen bekijken voor groenere accu's en waterstof
Binnenin een materiaal kijken, op de grens tussen twee materialen, is één. Maar het liefst wil je dit ook nog doen onder realistische omstandigheden, waarbij de materialen ‘aan het werk zijn’.
Dat is precies wat onderzoekers van het MESA+ Instituut van de Universiteit Twente willen doen, met de speciale machine die zij gaan bouwen.
Ook als, zoals de algemene verwachting is, accu’s straks van vaste stof gemaakt zijn, is de nieuwe machine in staat om laagjes materiaal die ‘begraven’ liggen onder het oppervlak, te analyseren om optimale combinaties te vinden van nieuwe, duurzamer materialen.
Niet alleen in de energieopslag en -conversie, maar ook in de katalyse, wordt de nieuwe techniek, naar verwachting, waardevol. Bijvoorbeeld bij de ontwikkeling van katalysatoren die worden ingezet bij de productie van waterstof. Daarmee wordt HAXPES, volgens projectleider prof. Gertjan Koster, een zeer waardevolle uitbreiding van de infrastructuur van het MESA+ NanoLab. De machine, die deels gaat bestaan uit commercieel beschikbare modules en deels uit ‘in huis’ ontwikkelde techniek, wordt de komende jaren modulair opgebouwd.
woensdag 28 juli 2021
Belgische nutsbedrijven werken samen voor aankoop nieuwe types digitale meters en uitleessystemen
Fluvius trad op als aankoopcentrale voor andere energiedistributiebedrijven in België: Resa en Ores uit Wallonië en Sibelga uit Brussel. En ook de Vlaamse waterbedrijven Farys, De Watergroep en Pidpa tekenen voorwaardelijk in voor de uitleesdiensten.
Het contract werd gegund aan twee bedrijven: technologiepartner IBM en metering-specialist Landis+Gyr. Zij leveren elk apart digitale meters en uitleesdiensten.
De periode dat er binnen dit contract energiemeters afgenomen kunnen worden, loopt tot maximaal 2034. Daarin kunnen tot 7,2 miljoen energiemeters (5,2 miljoen elektriciteitsmeters en 2 miljoen gasmeters) worden aangeboden.
Geen toestemming voor windparken bij Houten en Oss
Dit betekent dat er op dit moment geen toestemming is om deze windturbines te bouwen. Hoewel het eindresultaat hetzelfde is, vernietigt de Afdeling bestuursrechtspraak de besluiten elk om een andere reden.
De omgevingsvergunning voor windpark Goyerbrug in Houten is vernietigd, omdat het college van burgemeester en wethouders in de omgevingsvergunning de landelijke windturbinenormen uit het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling heeft toegepast. Die normen mogen echter als gevolg van een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van 30 juni jl. niet meer worden gebruikt totdat de regering daarvoor een milieubeoordeling heeft gemaakt. Een gemeente is overigens niet verplicht om gebruik te maken van de nationale windturbinebepalingen. Zij kan ook eigen normen vaststellen voor bijvoorbeeld geluid en slagschaduw.
Dat is waar de gemeenteraad van Oss voor heeft gekozen om het windmolenpark Elzenburg – De Geer mogelijk te maken. Dat betekent dat de uitspraak van 30 juni geen gevolgen heeft voor dit windpark. Er is immers geen gebruik gemaakt van de landelijke windturbinenormen uit het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling.
De Afdeling bestuursrechtspraak constateert echter wel dat het bestemmingsplan voor de windmolens in Oss onder meer in strijd is met provinciale windturbineregels. In de Verordening ruimte van de provincie Noord-Brabant is bepaald dat er financiële zekerheid moet zijn dat de windturbines na 25 jaar worden afgebroken. De gemeenteraad van Oss had deze voorwaarde moeten opnemen in het bestemmingsplan, maar heeft dat niet gedaan.
In beide gevallen betekenen de uitspraken dat er op dit moment geen toestemming is om de windturbines te bouwen. Beide gemeenten kunnen nieuwe besluiten nemen om de windparken alsnog mogelijk te maken.
Stedin Gebiedsanalysetool helpt gemeenten bij optimale alternatieven voor aardgas
Stedin introduceert een nieuwe oplossing om gemeenten te ondersteunen bij de warmtetransitie: de Stedin Gebiedsanalysetool. Deze tool helpt bij de verduurzaming van buurten en specifiek met de warmtetransitie in de gebouwde omgeving. De tool berekent het optimale alternatief om woningen in het Stedin- en Enduris-verzorgingsgebied zonder aardgas te verwarmen.
Vorig jaar lanceerde Stedin het Openingsbod, een modellenstudie om het maatschappelijk beste alternatief voor aardgas aan te wijzen per buurt. Door op een logische wijze gebouwen aan elkaar te koppelen, kijkt de Gebiedsanalysetool over buurtgrenzen heen en helpt het gemeenten waar te starten met de warmtetransitie. Gemeenten krijgen zo extra ondersteuning om een gerichte warmteoplossing binnen buurten te kiezen.
De komende jaren gaat de gebouwde omgeving over op duurzame alternatieven voor aardgas. Gemeenten moeten daarom kiezen voor nieuwe warmtesystemen voor gebouwen. Door met zogenaamde intelligente gebouwclusters te rekenen maakt Stedin het voor gemeenten mogelijk om diep in de haarvaten van de gemeente te kijken en logische oplossingen te bieden. Deze intelligente clusters worden gevormd op basis van een bepaalde afstand tussen gebouwen, gebouwtypen die op elkaar lijken en het bouwjaar. Een flat vereist bijvoorbeeld een andere aanpak dan een villa. Nog niet eerder is op deze schaal gewerkt met clustering.
Het Openingsbod in combinatie met de Gebiedsanalysetool geeft inzicht in welke mate de indeling van panden in een wijk gevolgen heeft voor de beste warmteoplossing. Ook krijgen gemeenten informatie over welke impact een andere gebiedsindeling heeft op de kosten, de energievraag, het verschuiven van de uitkomsten en de robuustheid, oftewel of starten met de warmteoplossing mogelijk is.
Partners Nationaal Consortium Zon in Landschap ontwerpen zonnepark samen met omwonenden
De aanpak binnen dit project is een hemelsbreed verschil met de huidige praktijk, waarbij ontwikkelaars van zonneparken doorgaans eerst plannen maken voor locatie en ontwerp, bij de gemeente een vergunning aanvragen en omwonenden dan achteraf vaak beperkt inspraak hebben.
In de nieuwe aanpak, die voor het eerst is beproefd in de gemeente Zaanstad, bepalen bewoners, ondersteund door ontwerpers, hoe een zonnepark in hun directe omgeving eruit zou kunnen komen te zien. Kenmerkend hierbij is dat de locatie, de omvang en vormgeving van het zonnepark in grote vrijheid gekozen kunnen worden en dat esthetische innovaties deel uitmaken van het ontwerp.
In verschillende sessies met bewoners zijn ideeën opgehaald, verbeeld en besproken. Gedragswetenschappers van TNO hielden voorafgaand aan de co-creatiesessies uitgebreide interviews met de bewoners. Begin juli bezochten inwoners van buurtschap Nauerna in Zaanstad de mogelijke locatie voor het zonnepark op het terrein van Afvalzorg. Hun bevindingen worden vastgelegd en benut om later het eindontwerp te bepalen.
dinsdag 27 juli 2021
Erasmus Universiteit sluit zich aan bij project van €25 miljoen aan duurzame energie voor haven
Het project, onder leiding van het Havenbedrijf Rotterdam, start naar verwachting in september 2021 en loopt vijf jaar.
Het Erasmus Centre for Data Analytics (ECDA), gehost door Rotterdam School of Management, Erasmus University (RSM) en het Erasmus Centre for Urban Port and Transport Economics (Erasmus UPT) zullen een prominente en leidende rol spelen in verschillende delen van het project dat het acroniem MAGPIE heeft gekrert Green Ports as Integrated Efficient multimodal hubs.
De verwachting is dat de transportsector de komende jaren zal overstappen op schone energie, maar het is nog niet duidelijk welke typen en voor welke vervoersmiddelen. Het versnellen van de implementatie van duurzame energie en het verbeteren van de uitrol ervan op grotere schaal is afhankelijk van de ontwikkeling van nieuwe digitale tools, nieuwe marktmechanismen en niet-technologische kaders. Hier wordt de expertise van de twee gespecialiseerde EUR-centra ingezet in het MAGPIE-project. Gezien de thematische focus van MAGPIE op groene energie en autonome mobiliteit, het collaboratieve karakter en de focus op het versterken van de regionale economie, past het perfect in de EUR-strategie om positieve maatschappelijke impact te creëren, evenals bij de Erasmus strategische convergentie-initiatieven op het gebied van AI, data en digitalisering van de universiteiten en medische faculteiten van Delft, Rotterdam en Leiden, en op Resilient Delta.
Het MAGPIE-project zal demonstratie- en proefprojecten creëren in de living lab omgeving van de haven van Rotterdam, om de technologische, operationele, digitale en organisatorische aspecten van de energievoorziening te verbeteren voor gebruik in havens. Zodra de subsidieovereenkomsten en het formele selectieproces naar tevredenheid zijn afgerond, verwachten ECDA en Erasmus UPT aan de proefprojecten te werken en ondersteunend onderzoek op verschillende gebieden te doen. Zij gaan nauw samenwerken met TU Delft en met TNO.
maandag 26 juli 2021
GIGA Storage en Eneco realiseren samen de grootste batterij van Nederland
GIGA Storage en Eneco starten met de realisatie van de grootste batterij van Nederland; GIGA Buffalo. De batterij krijgt een vermogen van maar liefst 24 MW en 48 MWh. Met GIGA Buffalo is het mogelijk productie van en vraag naar energie met elkaar in balans te brengen met behulp van groene energie. Hiermee is een verdere integratie van duurzame productiemiddelen in de elektriciteitsmarkt mogelijk en het levert naar verwachting een CO2 besparing op van ruim 23 duizend ton per jaar.
De bouw van GIGA Buffalo gaat dit jaar nog van start, zodat de batterij na de zomer van 2022 operationeel is. De elektriciteit die jaarlijks in de batterij wordt opgeslagen is ruim 30.000 MWh, te vergelijken met het jaarlijkse energieverbruik van circa 9.000 huishoudens. Daarmee wordt GIGA Buffalo ruim zes keer zo groot als de huidige GIGA Rhino batterij. Eneco gaat de batterij langjarig huren van GIGA Storage en inzetten voor haar energiediensten.
ACM schetst varianten voor toekomstige warmtemarkt
Voor de verwarming van huizen en van tapwater zal in de toekomst steeds vaker gebruik gemaakt worden van warmtenetten. Om de ambities van het Klimaatakkoord te realiseren, moeten voor 2030 ongeveer 750.000 huishoudens de overstap van een gasgestookte installatie naar een warmtenet maken.
De Autoriteit Consument & Markt (ACM) vindt het belangrijk dat publieke belangen zoals betaalbaarheid, leveringszekerheid en duurzaamheid goed geborgd zijn bij het realiseren van deze ambitie. Daarom moeten er in een nieuwe warmtewet keuzes gemaakt worden over de ordening van de warmtemarkt.
De ACM beschrijft per model hoe de warmtemarkt er uit zou zien en wat de rollen en posities van partijen die actief zijn op de warmtemarkt dan zullen zijn. Hierbij wordt per model beschreven op welke manier de publieke belangen zeker gesteld kunnen worden. Verder gaat de ACM in op de rol van private bedrijven en op die van bedrijven die in publieke handen zijn, waaronder ook netwerkbedrijven die al actief zijn in het beheer van elektriciteits- en gasnetten. Ook beschrijft de ACM bij elk van de drie modellen op welke manier de ACM toezicht kan houden op het goed functioneren van de warmteketen.
Het eerste model gaat uit van één warmtebedrijf dat de warmte produceert (of inkoopt) én levert aan gebruikers via een eigen lokaal warmtenet. Dit is het model wat nu al het meeste voorkomt in Nederland.
Het tweede model gaat uit van een splitsing tussen levering en transport. Het bedrijf dat warmte produceert of inkoopt en levert is een ander bedrijf dan het bedrijf dat de warmte via een eigen netwerk transporteert.. Het derde model gaat uit van de mogelijkheid dat er meerdere warmteleveranciers zijn die via een apart transportbedrijf de warmte leveren. Dit model lijkt erg op de huidige elektriciteits- en gasmarkt.
Het is echter onduidelijk of dit model in de praktijk goed gerealiseerd kan worden. In Nederland en in andere landen zijn ook (nog) geen praktijkvoorbeelden van een dergelijke ordening.
Shell in hoger beroep in klimaatzaak
Shell gaat in beroep tegen de uitspraak van de rechtbank in Den Haag in de zaak die Milieudefensie en anderen aanspanden tegen Shell. Twee maanden geleden stelde de rechter dat Shell haar wereldwijde netto CO2-uitstoot in 2030 met 45 procent moet verminderen ten opzichte van het niveau van 2019.
'We zijn het erover eens dat dringende actie nodig is en we versnellen onze transitie naar netto-nul', zegt Shell-CEO Ben van Beurden. 'Maar we gaan in beroep omdat een rechterlijke uitspraak tegen één enkel bedrijf niet effectief is. Er is duidelijk, ambitieus beleid nodig dat fundamentele verandering in het hele energiesysteem stimuleert. Klimaatverandering is een uitdaging die zowel dringende als mondiale actie vereist; actie die de samenwerking bevordert en de coördinatie tussen alle partijen aanmoedigt.'
Shell publiceerde in april 2021 de details van haar Powering Progress-strategie richting netto nul uitstoot. Dit vond plaats na de hoorzittingen bij de rechtbank en is daarom niet meegenomen in het vonnis. Tijdens de jaarlijkse aandeelhoudersvergadering in mei 2021 legde Shell haar strategie voor de energietransitie ter stemming voor aan de aandeelhouders. Shell zal investeerders overigens jaarlijks een stem blijven geven over de voortgang.
vrijdag 23 juli 2021
72 procent van de Amsterdamse kantoren nog niet klaar voor verplicht energielabel C
Als gebouwen groter dan 100 vierkante meter over twee jaar nog geen energielabel C of hoger hebben, mogen ze niet meer als kantoor worden gebruikt.
De gemeente Amsterdam en de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied (OD NZKG) wijzen kantooreigenaren in Amsterdam en haar buurgemeenten daarom deze week per brief op de aankomende verplichtingen.
Meer dan 1850 Amsterdamse kantoren, van de in totaal 2500 kantoren, hebben momenteel nog geen of een te laag energielabel (D, E, F of G). Dit blijkt uit een inventarisatie van de OD NZKG, in opdracht van de gemeente Amsterdam. 59 procent van de kantoren heeft momenteel nog helemaal geen energielabel. 41 procent heeft deze al wel, maar 13 procent van alle kantoren heeft een te laag energielabel. In totaal is dus 72 procent onvoldoende voorbereid op de aanstaande wetgeving.
In 2019 zijn in het Klimaatakkoord nieuwe doelstellingen geformuleerd voor de gebouwde omgeving, zoals het realiseren van een energieneutrale gebouwde omgeving in 2050. Voor 2030 is een tussendoelstelling geformuleerd. De verplichting voor kantoren om minimaal energielabel C te hebben in 2023, vormt een stap richting deze doelstellingen en is opgenomen in het Bouwbesluit. Nog beter dan energielabel C is energielabel B of A.
ALLSAFE gaat 80.000 m2 dak bedekken met zonnepanelen
In Nederland is ongeveer twaalf procent van het zogeheten theoretisch potentiële dakoppervlak van bedrijfsdaken voorzien van zonnepanelen. Dat blijkt uit het recente benchmarkonderzoek ‘Zon op bedrijfsdaken 2021’, uitgevoerd door adviesbureau Over Morgen. Ten opzichte van anderhalf jaar geleden is het dakoppervlak met 5 procent gestegen.
Aanvraag opsporingsvergunning aardwarmte voor Edam-Volendam
Bij geothermie wordt op een diepte van 2-3 kilometer warmte gewonnen uit de aarde. Voor deze technologie hebben SVP en HVC een samenwerkingsovereenkomst getekend. Met de gemeente Purmerend als gedeelde aandeelhouder, SVP als eigenaar van het warmtenet en afnemer van de warmte en HVC als operator vormen deze partijen een logisch combinatie om de aardwarmteontwikkelingen in het gebied op een veilige en succesvolle manier verder te ontplooien. Beide bedrijven hebben nu gezamenlijk een opsporingsvergunning aangevraagd voor de ontwikkeling van een geothermiebron in Edam-Volendam.
In gesprekken met de gemeente Edam-Volendam is verkend in welke mate deze bron kan bijdragen aan de verduurzaming van de warmtevraag in de gemeente Edam-Volendam. In principe is de gemeente hier ook in geïnteresseerd. In dat verband wordt het tracé van de aansluitende leiding vanaf een productielocatie naar het warmtenet in Purmerend zo gekozen dat het mogelijk is om in wijken van Edam-Volendam ook op deze warmtebron aan te sluiten.
donderdag 22 juli 2021
Bedrijven zien kansen voor kernenergie, zolang de belastingbetaler het risico draagt
De bouw van kerncentrales blijft omstreden. De kosten zijn erg hoog, tussen de 7 en 13 miljard euro per centrale.
Ook de verwerking van radioactief afval, de kosten voor eventuele extra veiligheidseisen en het betalen van de ontmanteling van de centrales zou voor rekening moeten komen van de overheid en de belastingbetaler.
Toch willen veel partijen, waaronder de VVD, PVV, FVD en CDA de optie niet zomaar aan de kant schuiven.
TNO en GE Renewable Energy testen innovatieve windturbinebladen
Het TIADE-project heeft een nieuwe mijlpaal bereikt met de onderzoekswindturbine die volledig operationeel is. Onderzoekers in dit project gaan de ontwikkelde innovaties testen op de grootschalige windturbine met een diameter van 130 m, die onlangs in bedrijf is genomen in Wieringermeer. De turbine wordt aangedreven door tweedelige wieken, waarvan de buitenste 12 meter vervangen kan worden door
Diverse innovatieve ’add-ons’ op de bladen, zoals spoilers, zaagtanden, vortexgeneratoren, ‘turbulators’ en verbeteringen aan de bladuiteinden worden door de onderzoekers gevalideerd met behulp van geavanceerde meettechnieken.
Dit gaat de toepassing van rotoren op grote schaal met een hogere jaarlijkse energieproductie versnellen en betekent dus aanzienlijk lagere kosten van offshore windenergie.
Deze innovaties zijn toepasbaar op nieuwe windturbines, maar kunnen deels ook achteraf worden ingebouwd in bestaande offshore windparken. De implementatie van deze technologieën in offshore windparken kan vanaf 2023 plaatsvinden.
Huiseigenaren mogen duurzame subsidies combineren
Per ingang van dit jaar is een aantal regelingen om je huis te verduurzamen aangepast door de overheid. Volgens de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland blijkt dat na uitbreiding van de ISDE bij sommige maatregelen aan aanvullende subsidie wordt geboden door provincies en gemeenten. Alleen was het combineren van subsidies eerder niet toegestaan.
Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat hoopt dat mensen door subsidies te combineren eerder overstag gaan met het verduurzamen van hun woning. De ISDE-subsidie kan pas na een investering worden aangevraagd, bij sommige lokale subsidies kan dit al vooraf worden gedaan - wat een grote investering gemakkelijker maakt.
Dit jaar mogen huiseigenaren voor het eerst subsidie aanvragen voor een aansluiting op een warmtenet of stadswarmte. De vergoeding ligt rond de 50 procent van de kosten, gemiddeld kost zo'n aansluiting vijfduizend euro.
Zeven duurzame Rotterdamse innovaties ontvangen tot 100.000 euro uit Smart Energy Systems programma
Zeven Rotterdamse initiatieven ontvingen een financiële bijdrage van de Gemeente Rotterdam om hun slimme en duurzame innovatie verder te helpen. De initiatieven variëren van het terugwinnen van verloren warmte uit afvalwater en slim gebruik van uitklapbare zonnepanelen tot het verduurzamen van complete bedrijventerreinen en het realiseren van een klimaatneutraal Schouwburgplein. De maximale subsidie voor een project bedraagt 100.000 euro.
De zeven geselecteerde initiatieven zijn:
1. Riothermie Relining is een innovatief systeem van Jules Dock, waarbij verloren warmte uit het riool wordt gebruikt voor het verwarmen of verkoelen van objecten, of gebouwen in de omgeving. De innovatie speelt slim in op de onderhoudsbehoefte van het circa 20 kilometer lange hoofdriool in Rotterdam. Het Riothermie Reliningsysteem levert twee functies. Naast de hiervoor genoemde functie van energie terugwinning ook de functie van het herstel (relinen) van het riool, waardoor het weer 70 jaar mee gaat. Het marktpotentieel in Rotterdam is vergelijkbaar aan het energieverbruik (woningequivalent) van meer dan 40.000 huishoudens.
2. Onder de noemer Lokalektriciteit zetten Delfshaven Energie Coöperatie (DEC), Mattijs Taanman en CoRenew zich gezamenlijk in voor het bereikbaar maken van duurzame energie voor alle inwoners van de wijk Bospolder Tussendijken. Om energie-armoede te voorkomen realiseert DEC op dit moment de eerste twee zonnedaken in deze wijk met als doel om meer coöperatieve zonnedaken in de toekomst te realiseren. Een nieuw verdienmodel van CoRenew moet duurzame energie voor de bewoners daarnaast goedkoper maken.
3. De samenwerkende partijen onder de naam 7 Square Endeavour staan aan de start van de uitvoering van een energieplan voor het realiseren van een klimaatneutraal Schouwburgplein in 2030. Samen met Eneco wordt de komende jaren uitvoering gegeven aan het innovatieve energieconcept. Het realiseren van een CO2 neutraal Schouwburgplein levert een bijdrage aan de energietransitie en biedt daarnaast een showcase voor vergelijkbare lokale initiatieven op andere (Rotterdamse) locaties in de toekomst.
4. SDC Verifier holding heeft met Next Level fabricage Rotterdam een goedkopere methode ontwikkeld voor de montage en installatie van (inklapbare) zonnepanelen voor platte daken en grondposities en biedt een oplossing voor de problematiek rondom zonnepanelen op zwakke daken. Een nieuwe haalbaarheidsstudie heeft tot doel het realiseren van assemblage-straat in combinatie met het monteren van een kleine installatie bij het hoofdkantoor van Xtra Materieel in Rotterdam.
5. Greenchoice, Spectral, J-OB slaan de handen ineen om Rotterdamse bedrijventerreinen grootschalig te verduurzamen en te verslimmen. Met een gezamenlijke aanpak moeten bedrijventerreinen sneller kunnen verduurzamen, waarmee zij een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de versnelling van de energietransitie. Bedrijventerreinen zijn verantwoordelijk voor 60% van het Nederlandse energieverbruik. Een eerste haalbaarheidsstudie is inmiddels van start bij drie regionale bedrijventerreinen: Hoek van Holland, Loswal de Bonnen en Diergaarde Blijdorp.
6. Het elektriciteitsnet van de toekomst moet nieuwe vormen van belasting en opwekking door bijvoorbeeld zon en wind aankunnen. Om dit goed te kunnen monitoren ontwikkelen Methetnet en Crest Sensors Smart transformer monitoring: een uniek voorspelmodel dat de belastbaarheid van de transformatoren in het elektriciteitsnet inzichtelijk maakt. Hiermee wordt onder andere meer inzicht verkregen in de restlevensduur van de transformatoren en kan het aantal onderhoudsinspecties in de toekomst mogelijk afnemen.
7. Starke Energy levert dienstverlening voor de stabilisatie van het laagspanningsnet. Onder de naam Ressort Urban Power Bank verkent de organisatie de haalbaarheid voor opschaling naar een Urban Power Bank van 1,5MW voor zestien locaties in Rozenburg. De nieuwe toepassing, ook wel ´Storage as a Service´ genoemd, wordt getest bij woningcorporatie Ressort Wonen. Beide partijen zetten hiermee een belangrijke stap naar Rozenburg energieneutraal.
In navolging op de subsidietoekenning van de zeven projecten opent de gemeente deze zomer nog een derde en laatste subsidieronde binnen het Smart Energy Programma voor dit jaar. Deze ronde richt zich met name op bedrijven en organisaties die met duurzame oplossingen inspelen op sociale innovatie en participatie.
woensdag 21 juli 2021
4500 nieuwe zonnepanelen op Rotterdamse daken
De gemeente Rotterdam en het Klimaatfonds slaan de handen ineen voor de realisatie van 4500 nieuwe zonnepanelen op Rotterdamse daken. Rotterdamse bewonersorganisaties, VvE’s, maatschappelijke organisaties en instellingen zonder winstoogmerk zoals scholen, sportverenigingen, welzijn-, zorg- en culturele instellingen kunnen vanaf nu een financiële bijdrage aanvragen voor zonnepanelenprojecten. De regeling levert hen per zonnepaneel zo’n 30 euro voordeel op.
De samenwerking met het Klimaatfonds betreft een aanvulling op de huidige subsidieregelingen van de gemeente Rotterdam, waaronder het onlangs gelanceerde Energietransitiefonds en de Energietransitielening voor kleine VVE’s die na de zomer beschikbaar komt. Met de optelsom aan financieringsmogelijkheden wil de gemeente het de Rotterdammer nog aantrekkelijker maken om woningen en woongebouwen versneld te verduurzamen.
Voor de realisatie van de zonnepanelen op de Rotterdamse daken wordt samengewerkt met de Rotterdamse sociale onderneming WijkEnergieWerkt. Deze organisatie leidt Rotterdammers op zodat zij als zonnepanelen-installateur aan het werk kunnen.
Gasunie: belangrijke energietransitiestappen gezet
In Duitsland transporteerde Gasunie in de eerste zes maanden van dit jaar 133 TWh aardgas (-4%). In Nederland vervoerde Gasunie het afgelopen halfjaar 459 TWh aardgas (+4%). Gasunie’s stikstofinstallaties converteerden 201 TWh hoogcalorisch aardgas (+5%) naar laagcalorisch aardgas.
Het marktaandeel van Gasunie’s aardgashandelsbeurs TTF steeg in de eerste vijf maanden van dit jaar van 72% naar 77%. Op de beurs verwisselde tot en met mei 20.338 TWh (-5%) aan aardgasleveringscontracten van eigenaar.
Gasunie is blij dat de energietransitie het afgelopen halfjaar in een stroomversnelling is gekomen. Nederland start als eerste Europese land met de aanleg van een landelijke waterstofinfrastructuur. Gasunie gaat, op verzoek van de Nederlandse overheid, deze waterstofinfrastructuur ontwikkelen.
Locatie voor drijvend zonnepark bij de Krammersluizen aan lokale coöperaties gegund
Zeeuwind en Deltawind zijn verheugd dat na een openbare procedure ‘Voornemen tot Overeenkomst’ het gebruiksrecht door het RVB aan hen gegund is. Van de bassins die in totaal rond de 80 ha beslaan, mogen de energiecoöperaties 20 - 40 ha voor het drijvende zonnepark ontwikkelen. De doorstroming en de veiligheid van het scheepvaartverkeer staat daarbij voorop.
Ook is er aandacht voor het behoud van het planten- en dierenrijk. De mogelijke impact die het zonnepark heeft op onder andere de natuur en waterveiligheid wordt nog nader onderzocht. Pas als dat goed in beeld is, kunnen vervolgstappen worden gezet. Daarbij is acceptatie van de plannen door bewoners, bedrijven en maatschappelijke organisaties een essentieel onderdeel. Het gaat hier om een burgerinitiatief van 2 lokale coöperaties, die veel ervaring hebben met het borgen van maatschappelijk draagvlak.
De coöperaties kennen de locatie goed. Eerder ontwikkelden Zeeuwind en Deltawind hier al succesvol het Windpark Krammer; het grootste burgerinitiatief van Nederland. De energiecoöperaties kunnen daardoor optimaal gebruikmaken van de al bestaande infrastructuur.
Netbeheerders alert op ‘stoorsignalen’ door elektronica
Stoorsignalen (afwijkende energiestromen) kunnen ontstaan als gevolg van het stijgend gebruik van (vermogens)elektronica, defecte apparatuur of onjuist gebruikte apparaten. Dit kan in individuele gevallen, afhankelijk van de duur en sterkte van het stoorsignaal en de omstandigheden op de locatie, invloed hebben op de energiemeting.
Het nationale meetinstituut VSL en het testlaboratorium NMi hebben in opdracht van Netbeheer Nederland onderzoek gedaan naar stoorsignalen. Dit gebeurde op geselecteerde locaties waar de kans aanwezig was om de stoorsignalen daadwerkelijk te vinden. Met speciaal gebouwde apparatuur slaagden zij erin de signalen te identificeren en op te slaan. Dit was nog niet eerder gelukt. Daarom is er vanuit wetenschappelijke kring veel belangstelling.
Bij klachten over mogelijke afwijkingen aan de elektriciteitsmeter houden netbeheerders al langer rekening met stoorsignalen als zeldzame mogelijke oorzaak. Daarvoor is een duidelijk en uniform stappenplan ingericht (zie ook verderop). Ter illustratie: in 2020 zijn door de netbeheerders circa 1000 elektriciteitsmeters onderzocht naar aanleiding van klachten over mogelijke afwijkingen van de meter; in twee gevallen waren stoorsignalen de oorzaak.
Larense boeren onderzoeken omzetten biogas in waterstof
Twaalf boerenbedrijven in het Gelderse Laren onderzoeken de mogelijkheid om biogas afkomstig uit rundveemest om te zetten in waterstof.
Er is een haalbaarheidsstudie gestart om te onderzoeken of een aantal mono-mestvergisters aangesloten kunnen worden op het plasmalyseproces, wat in Duitsland is ontwikkeld.
et onderzoeksproject kost naar schatting 30.000 euro. Gemeente Lochem draagt 20.000 euro bij, de overige 10.000 euro komt uit het LTO Noord Innovatiefonds.
dinsdag 20 juli 2021
EU-systeem voor de handel in emissierechten laat zijn tanden zien
De Europese Unie heeft het ambitieuze doel om tegen 2050 klimaatneutraal te zijn: zij streeft naar een 'netto-nul'-uitstoot van broeikasgassen, als bijdrage van onze regio aan het realiseren van het doel van het Klimaatakkoord van Parijs om de opwarming van de aarde tot 1,5 °C te beperken.
De sleutel voor het bereiken van de nieuwe klimaatdoelen van de EU ligt in het EU-systeem voor de handel in emissierechten (EU ETS). Deze marktgebaseerde tool plaatst een absoluut en degressief plafond voor de totale CO2-emissies van de sectoren die het reguleert (elektriciteit en stadsverwarming, energie-intensieve industrieën en luchtvaart binnen de EU). Tegelijkertijd stimuleert het kosteneffectieve CO2-emissiereducties op basis van de EU-brede en uniforme CO2-prijs die door de markt wordt bepaald. Momenteel wordt ongeveer 45 procent van de totale broeikasgasemissies van de EU gereguleerd door de EU ETS-richtlijn.
Het EU-systeem voor de handel in emissierechten staat er vandaag de dag veel beter voor dan een paar jaar geleden, beweert Erik Filipsson, Policy Advisor bij Vattenfall Public & Regulatory Affairs EU. Hij wijst erop dat de ETS-marktprijzen in de eerste week van mei voor het eerst in de geschiedenis boven de 50 euro per ton CO2 uitkwamen.
De Europese Commissie wil de klimaatdoelen van de EU bereiken door de vervuiler te laten betalen. Zonder een CO2-prijs zouden bijvoorbeeld kolengestookte elektriciteitscentrales veel goedkoper zijn dan gas. Ze zijn echter ook dubbel zo vervuilend.
Het basisprincipe is simpel: voor elke ton CO2 die wordt uitgestoten, moet een onderneming CO2-rechten annuleren. En als in verhouding tot de rechten te veel CO2 wordt uitgestoten, zijn hoge boetes het gevolg.
Ondernemingen kunnen ook handel drijven met hun CO2-rechten, de zogenaamde EUA's. De handel vindt dagelijks plaats op de EEX- en ICE-termijnmarkten. In 2017 was het vertrouwen in het EU ETS-systeem op een dieptepunt en waren de CO2-prijzen zo'n 5 euro per ton. Omdat er te veel emissierechten in omloop waren, bleven de prijzen laag. Dit moedigde ondernemingen niet aan om te investeren in duurzame productiemethoden.
Eneco neemt midzakelijke klanten van Essent over
Eneco neemt de middelgrote zakelijke klanten over van Essent. Het Rotterdamse bedrijf ziet kansen om deze bedrijven te helpen hun energieverbruik en CO2-uitstoot te verlagen.
Essent heeft zo’n 4.700 klanten in het middelgrote zakelijke segment. Na de transactie worden de klanten overgedragen aan Eneco. De contractvoorwaarden en tarieven blijven gelijk, maar Eneco zal de dienstverlening en de verlenging van de contracten gaan verzorgen. Naast het beheer van de energievoorziening ontvangen de klanten straks ook advies over de mogelijkheden om hun CO2-uitstoot de komende jaren te verlagen.
De Essent medewerkers die werken voor de middelgrote zakelijke klanten kunnen hun werkzaamheden gewoon voortzetten, aangezien zij bij Eneco in dienst zullen komen.
Hoge energietarieven drijven contractduur op
De vaste gastarieven liggen momenteel op het hoogste niveau sinds 2015. De vaste tarieven voor stroom zijn zelfs sinds 2009 niet zo hoog geweest als nu, signaleert Pricewise.
Hoewel de inkoop van energie met directe levering momenteel erg duur is, kost de inkoop van energie met levering over een jaar beduidend minder. Daardoor lijken energieleveranciers in te kopen voor de langere termijn, wat voor een verschuiving zorgt in het contractaanbod. Voor het eerst in de geschiedenis van de online energievergelijker van Pricewise (2008), lijkt het voordeliger om in plaats van een looptijd van één jaar, te kiezen voor een driejarig energiecontract.
Het opwekken van stroom is kostbaar vanwege weinig zon en wind en de vraag naar gas is groter dan het aanbod. Deze twee factoren zorgen ervoor dat de vaste tarieven momenteel op het hoogste niveau sinds 2015 liggen. Het inkopen van energie voor lange termijn is daardoor voor leveranciers goedkoper dan het inkopen op korte termijn.
Ook de prijzen voor levering in het komende kwartaal liggen rond dezelfde prijs als die voor directe levering.
Volgens Tomas Bleker, energiespecialist bij Pricewise, is dus te verwachten dat de hoge energietarieven van dit moment nog een aantal maanden aanhouden. Wat daarna gebeurt, hangt af van het energie-aanbod. Meer zon en wind kan ervoor zorgen dat de prijs voor elektriciteit gedrukt wordt. En een groter aanbod van gas stabiliseert de prijsopdrijving van gas.
maandag 19 juli 2021
Extra subsidiemogelijkheden Energietransitie Utrecht
Maandag 19 juli gaat de nieuwe Uitvoeringsverordening Subsidies Energietransitie (USET) in en verhoogt de provincie Utrecht het subsidieplafond tot 6 miljoen euro. Voor ondersteuning van inclusieve projecten (zorgen dat iedereen mee kan doen) en innovatieprojecten komen extra subsidiemogelijkheden beschikbaar.
Om de energietransitie in provincie Utrecht te versnellen met oog voor haalbaar- en betaalbaarheid, hebben GS in september 2020 subsidie beschikbaar gesteld. Welke projecten daarvoor in aanmerking komen staat beschreven in de Uitvoeringsverordening Subsidies Energietransitie.
Sinds 1 oktober 2020 was twee miljoen euro beschikbaar gesteld en zijn aanvragen ingediend ter waarde van bijna 2,5 miljoen euro. Ongeveer een miljoen euro is inmiddels toegewezen. Het grootste deel ging naar de opstartfase van collectieven zoals energiecoöperaties, en naar samenwerkingsverbanden die zich richten op het nemen van energiebesparende maatregelen door burgers. De overige aanvragen zijn nog in behandeling.
Elia Group publiceert witboek over een consumentgericht en duurzaam elektriciteitssysteem
Digitalisering en de opkomst van elektrische voertuigen en warmtepompen zorgen voor een veranderende interactie van consumenten met het elektriciteitssysteem. De flexibiliteit van deze apparaten kan een belangrijke rol spelen bij het in evenwicht houden van een energiesysteem dat steeds grotere hoeveelheden variabele hernieuwbare energie integreert en alsmaar minder thermische productie omvat.
De publicatie van een witboek over een consumentgericht marktontwerp (Consumer-Centric Market Design of CCMD) moet het debat openen over concurrentie ‘achter de meter’ waardoor consumentgerichte diensten mogelijk worden
Elia Group wil hierbij alle marktpartijen betrekken en organiseert in oktober haar eerste hackathon rond de ontwikkeling van consumentgerichte diensten. Geïnteresseerden kunnen vanaf nu inschrijven.
vrijdag 16 juli 2021
Powerrr for kids in de regio
Om kinderen in Zuid-Beveland te informeren over het project, de werking van elektriciteit en verkeersveiligheid tijdens grote bouwprojecten, heeft TenneT een speciaal scholenpakket gemaakt.
In de COVID-19-periode is het niet mogelijk om een gastles of excursies te organiseren. Daarom maakte TenneT een speciale, regionale, toolbox voor de bovenbouw van de basisscholen in Zuid-Beveland. Op de manier blijven we op afstand in contact. In de toolbox zit specifieke informatie over het project en verkeersveiligheid, maar ook het eerder ontwikkelde lespakket van TenneT over de werking van elektriciteit: Powerrr for Kids.
Zwerm autonome kleine drones kan gaslekken lokaliseren
De kunstmatige intelligentie voor deze complexe taak vormde de belangrijkste uitdaging voor de onderzoekers, aangezien rekenvermogen en geheugen van de kleine drones zeer beperkt waren. Ze losten dit probleem op door middel van op de natuur geïnspireerde navigatie- en zoekstrategieën.
Autonome lokalisatie van gasbronnen is een complexe taak. Kunstmatige gassensoren zijn minder goed dan dierenneuzen in staat om kleine hoeveelheden gas te detecteren en te reageren op snelle veranderingen in de gasconcentratie. Bovendien kan de omgeving waarin het gas zich verspreidt complex zijn. Veel van het onderzoek op dit gebied heeft zich dan ook gericht op zelfstandige robots die naar een gasbron zoeken in vrij kleine omgevingen zonder obstakels, waarin de bron gemakkelijker te vinden is.
Het onderzoeksteam heeft commercieel verkrijgbare CrazyFlie-drones gebruikt, die een diameter van 12 cm hebben en slechts ongeveer 37.5 gram wegen.
De kleine drones beschikken voor hun navigatie over een nieuw ‘insectenalgoritme’, genaamd Sniffy Bug. Zolang er nog geen drone gas heeft geroken, verspreiden de drones zich zoveel mogelijk over de omgeving, terwijl ze obstakels en elkaar ontwijken. Als een van de drones gas detecteert, geeft hij dit door aan de anderen. Vanaf dat moment gaan de drones met elkaar samenwerken om zo snel mogelijk de gasbron te vinden. De zwerm zoekt dan de maximale gasconcentratie met een algoritme genaamd ‘particle swarm optimization’ (PSO), waarbij elke drone fungeert als een ‘deeltje’.
Samenwerken aan waterstof in agribusiness
Om op deze manier vorm te geven aan energietransitie binnen de regio NHN, en hierbij in het bijzonder Noord-Holland Noord te positioneren als testbed voor waterstofketens in de agribusiness.
De regiodeal zet in op het realiseren van een waterstofeconomie in de Kop van Noord-Holland. De agribusiness is daarbij in beeld gekomen als sector waar zowel mogelijkheden zijn voor opwek van waterstof, als de toepassing daarvan. Zo kan het dienen als vervanging van diesel bij tractoren en zwaar transport, de rol van aardgas overnemen en knelpunten in het elektriciteitsnetwerk wegnemen.
Daarnaast kan bij overproductie van zonne- en windenergie, deze energie gebruikt worden om waterstof van te produceren. Om zo tijdelijke opslag van energie mogelijk te maken. Zo worden pieken en dalen in de opwek en afname van energie beter opgevangen. ONHN, NEC en GPNHN willen samenwerken om deze mogelijkheden voor ondernemers concreet te maken.
Er is nu nog geen infrastructuur voor het leveren van waterstof, er is nog vrijwel geen praktische kennis in de agribusiness en het aanbod van machines dat op waterstof kan draaien is nog beperkt. Door het organiseren en uitvoeren van praktijkonderzoek en pilots, waarin praktijkervaring en kennis opgedaan wordt, willen ONHN, NEC en GPNHN de introductie van waterstof in de agri versnellen. Vanuit hun eigen expertises en netwerken zoeken zij daar waardevolle partners bij.
Lokaal netwerk op N470 resultaat van innovatie in gelijkspanning
Powermanagementbedrijf Eaton bereikt met het nieuwe DC-grid op de N470 naar eigen zeggen een nieuwe mijlpaal in de energietransitie.
Dit netwerk, het eerste van deze omvang in Nederland, is een grote stap naar een efficiënter energienet op basis van gelijkspanning dat beter is toegerust op het grootschalig gebruik van duurzame energie. Na uitvoering van het testprogramma en de inbedrijfstelling is het netwerk nu volledig operationeel.
De N470 is de duurzaamste weg van Nederland, mede dankzij een zelfvoorzienend lokaal energienet. Dit net is ontwikkeld door Eaton, Smart Grid, Dynniq Energy en DC Systems in opdracht van de provincie Zuid-Holland en Boskalis en werkt op basis van gelijkspanning - een unicum in Nederland.
Gelijkspanning is uitermate geschikt voor duurzame energienetten. Duurzame opwek is decentraal, waardoor je al snel meerdere verschillende energiebronnen op één netwerk hebt, die allen zijn gebaseerd op gelijkspanning. Ook de grootste verbruikers zoals straatverlichting met led-armaturen en de verkeersregelinstallaties worden gevoed via gelijkspanning. Het ligt dan voor de hand om ook het tussenliggende net in gelijkspanning uit te voeren.
donderdag 15 juli 2021
Zutphen aan de slag met thermische energie uit oppervlaktewater
Op 30 april jl. werd in Zutphen een intentieovereenkomst ondertekend voor ‘TEO Zutphen Helbergen’. Daarmee onderschrijven de ketenpartners gemeente Zutphen, Stichting Woonbedrijf ieder1, Coöperatieve vereniging ZutphenEnergie, Firan en Rijkswaterstaat (als beheerder van de IJssel) en de transitiepartners gemeente Zutphen, Provincie Gelderland, Waterschap Rijn en IJssel en Warmte uit Water (Alliander en Rijkswaterstaat) de inspanningsverplichtingen gericht op TEO Zutphen Helbergen.
In deze intentieovereenkomst hebben de partners elk hun eigen rol. Zo willen de ketenpartners investeren in de realisatie van een nieuw warmtenet en een nieuw energiesysteem. Hiermee willen zij de warmte voor Zutphen Helbergen op een duurzame manier opwekken en daarmee de CO2-uitstoot verminderen. De transitiepartners hebben op hun beurt de intentie om te motiveren, te ondersteunen en waar mogelijk belemmeringen weg te nemen. Bovendien leveren ze inhoudelijke bouwstenen – zoals technisch ontwerp, financieel economische haalbaarheid en organisatie van de keten – aan de betrokken ministeries I&W, EZK en BZK op het gebied van landelijke kennisopbouw en de uitrol van andere projecten op het gebied van thermische energie uit oppervlaktewater. Met deze samenwerkingsvorm is tegelijk de basis gelegd voor een duurzame verbinding tussen de ketenpartners en de transitiepartners om zo samen de warmtetransitie vorm te geven.
'Onoverzichtelijke stapeling van verduurzamingsmaatregelen is onverstandig'
"Deze plannen zullen een grote impact krijgen op de zeggenschap van huiseigenaren en op hun portemonnee” zegt Cindy Kremer, directeur van vereniging Eigen Huis.
Vereniging Eigen Huis ondersteunt de klimaatdoelen, maar om deze te halen zullen huiseigenaren veel meer moeten worden betrokken bij het klimaatbeleid en bij een evenwichtige verdeling van de lasten tussen burgers en bedrijven. Zonder deze betrokkenheid zal er geen succesvolle energietransitie plaatsvinden, zo waarschuwt de vereniging.
In dit pakket zitten ruim tien extra regelingen die ervoor moeten zorgen dat de uitstoot van CO2 in Europa in 2030 met 55 procent is gedaald (ten opzichte van 1990). Deze nieuwe maatregelen moeten niet klakkeloos bovenop bestaande nationale regels worden gestapeld, zoals het Klimaatakkoord. Een nieuw kabinet moet hierin stevig de regie nemen, vindt de vereniging.
Belgische Mega betreeft Nederlandse markt
De Belgische energieleverancier Mega wil de Nederlandse energiemarkt veroveren met zeer goedkope groene energie. Drijvende kracht is onder meer de bekende Rotterdamse investeerder Pieter Schoen van de Nederlandse Energiemaatschappij (NLE). Doelstelling is dat Mega binnen drie jaar tijd ten minste 1,5 miljoen Europese klanten bedient.
Zeer recent verkreeg Mega toestemming van de Autoriteit Consument en Markt om ook energie aan Nederlandse consumenten te gaan leveren. De Rotterdamse investeerder Pieter Schoen, onder meer bekend van het tv-programma Dragons’ Den, heeft sinds 2019 samen met collega-investeerder Theo de Rooij een meerderheidsbelang in de Belgische onderneming.
Mega gaat klanten niet alleen energie leveren, het gaat ze ook helpen energie te besparen door hun huis voordelig te isoleren. Een paar maanden geleden stak Schoen enkele miljoenen in Isolatiespecialist.nl, een van de grootste isolatiebedrijven van Nederland. Een gecombineerd aanbod voor klanten in Nederland, België en Frankrijk was een van de redenen om in het bedrijf te stappen.
De Nederlandse energiemarkt is bekend terrein voor Pieter Schoen: in 2005 zorgde hij samen met toenmalig zakenpartner Harald Swinkels voor een revolutie op de Nederlandse energiemarkt door met de Nederlandse Energie Maatschappij (NLE) in recordtijd uit het niets een groot marktaandeel te veroveren. In ruim tien jaar groeiden zij met NLE uit tot de vierde energiemaatschappij van Nederland.
Toekenningen voor Delfts onderzoek naar energietransitie
De energietransitie is een van de grootste uitdagingen van deze tijd. De overgang naar duurzame energie is complex en vraagt op meerdere niveaus om verandering. Drie Delftse onderzoeksgroepen gaan met een toekenning van NWO onderzoek doen naar systeemintegratie binnen de energietransitie.
De digitalisering van onze energiesystemen zorgt ervoor dat de systemen steeds beter op elkaar afgestemd zijn en efficiënter worden ingezet. Tegelijkertijd betekent het dat de digitale besturingssystemen een doelwit kunnen zijn voor cyberaanvallen.
Alex Stefanov, onderzoeker bij Intelligent Electrical Power Grids (EWI), leidt het project RESCUE: Resilience and Cyber Security of Integrated Cyber-Physical Energy Systems. Binnen het onderzoeksproject werken de verschillende partijen samen om de ‘control room of the future’ weerbaarder te maken en zo in te richten dat het land niet zomaar plat kan komen te liggen. Het inzetten van innovatieve technologieën, het ontwikkelen van reactiestrategieën en het opleiden van de netbeheerders worden gecombineerd om zo een optimale bescherming te bieden tegen gevaar van buitenaf. De softwareoplossingen zullen worden getest in een onderzoeksfaciliteit van de TU Delft dat onderdeel is van het nieuwe Electrical Sustainable Powerlab (ESP Lab) van de TU Delft.
woensdag 14 juli 2021
Consumentenbond: Philips maakt stofzuigers weer onzuiniger
Philips heeft 16 bestaande stofzuigermodellen opnieuw op de markt gebracht met een hoger motorvermogen. Dat blijkt uit een test van de Consumentenbond.
Philips schroefde het motorvermogen op naar het maximaal toelaatbare, waarmee de stofzuigers een stuk minder zuinig zijn. De aanpassing lijkt het gevolg van het tijdelijk ontbreken van een energielabel voor stofzuigers.
Van de 16 Philips stofzuigers kwamen er 12 eerder op de markt met een motorvermogen van 650 watt en 4 met een vermogen van 750 watt. Nu hebben al deze stofzuigers een vermogen van 900 watt. Voor consumenten is dat verschil nauwelijks te achterhalen, omdat een energielabel ontbreekt.
Als het label er wél was, dan zouden de Philips-stofzuigers in een lagere klasse terechtkomen dan hun voorgangers.
Forse besparing voor milieu door nieuwe inkoopmethode Windpark Nieuwe Hemweg
Bij de bouw van het windpark maakte Vattenfall voor het eerst gebruik van de milieukostenindicator (MKI)-methode. Bij die methode wordt per bouwmateriaal een score toegekend voor de schade die gedurende de gehele levenscyclus van een project wordt veroorzaakt. Denk daarbij aan zaken als klimaatverandering, toxiciteit, verzuring en uitputting van grondstoffen die wordt veroorzaakt vanaf de grondstoffenwinning tot en met de afdanking. Door de scores van alle onderdelen op te tellen ontstaat een eindbedrag van de verwachte kosten om schadelijke milieueffecten ongedaan te maken.
De methode werd ingezet bij de bouw van de zogeheten Balance of Plant. Dat zijn alle onderdelen van een windpark, behalve de windturbines zelf. Bijvoorbeeld de wegen die aangelegd moeten worden, de kabels en het grondwerk, de bouw van de kraanopstelplaatsen en de funderingen van de turbines.
Elke gecontracteerde aannemer leverde naast de MKI-waarde voor hun product ook een lijst aan met vijf maatregelen die de meeste reductie gingen opleveren. Sommige maatregelen richtten zich op het verminderen van de benodigde hoeveelheid materiaal, andere suggesties gingen over beperking van milieu-impact (uitgedrukt in MKI-waarde) van het gebruikte materiaal. “Denk daarbij bijvoorbeeld aan een ander type beton dat duurzamer is dan het beton dat wij hadden voorgeschreven, of hergebruik van zand en fundatiemateriaal”, aldus Annemarie Kerkhof.
Nederland is het enige land waar Vattenfall met de MKI-methode werkt. Dat komt omdat de onderliggende rekenregels zijn opgesteld voor de Nederlandse markt. In andere landen waar Vattenfall actief is zijn nog geen vergelijkbare breedgedragen methoden en tools beschikbaar.
NewMotion eerste laadpuntaanbieder licentie voor netbalancering op megawattschaal
De hoeveelheid duurzame energie op het elektriciteitsnet neemt toe. In 2020 nam volgens het CBS de productie van groene stroom met 40 procent toe ten opzichte van het jaar ervoor. Hoewel dit een positieve ontwikkeling is, zorgt deze toename van hernieuwbare energie op het net voor meer frequentieschommelingen.
De noodzaak van netbalancering wordt hierdoor groter. Netbalancering - het opvangen van fluctuaties in het stroomnetwerk - met elektrische voertuigen (EV’s) is een duurzamer alternatief dan bestaande oplossingen. Wanneer EV’s hiervoor op grote schaal worden ingezet, wordt afhankelijkheid van kolen- en gascentrales gereduceerd.
Om frequentieschommelingen op te vangen gaat NewMotion de netbalanceringsdienst frequency containment reserve (FCR) leveren aan TenneT. FCR is het belangrijkste middel om grote stroomonderbrekingen op te vangen. Met hun reserves kunnen marktpartijen, zoals NewMotion, transmissienetbeheerders zoals TenneT helpen om het Europese net op 50 Hertz frequentie te houden en stroomstoringen te voorkomen. NewMotion’s netwerk van slimme laders kan binnen enkele seconden reageren op afwijkingen van de netfrequentie. Dit is tot 600% sneller dan alternatieven op basis van fossiele brandstoffen, terwijl het geen noemenswaardig effect heeft op de laadervaring.
dinsdag 13 juli 2021
Gooi en Vechtstreek eerste Nederlandse regio met CO2-vrij busvervoer
De provincie Noord-Holland heeft met Transdev (voorheen rijdend onder de naam Connexxion) de eerste uitstootvrije busconcessie van Nederland ontwikkeld.
In de loop van 2022 worden alle bussen op fossiele brandstoffen vervangen door elektrisch aangedreven bussen. De nieuwe concessie en de aangepaste dienstregeling voor de Gooi en Vechtstreek zijn zondag 11 juli 2021 van start gegaan.
Gedeputeerde Jeroen Olthof en Transdev directeur Manu Lageirse presenteerden zondag de nieuwe bussen die vanaf volgend jaar in de Gooi en Vechtstreek gaan rijden.
De bussen krijgen de uitstraling van Transdev, het moederbedrijf van Connexxion. De groene bussen van Connexxion verdwijnen geleidelijk uit het straatbeeld. De provincie Noord-Holland stimuleert bewust reisgedrag met schone vervoersmiddelen. Het verminderen van de CO2 uitstoot door bussen maakt daar een belangrijk onderdeel van uit.
Transdev gaat voor het busvervoer in de Gooi en Vechtstreek gebruik maken van elektrische bussen van Ebusco. Het Brabantse bedrijf heeft een elektrische bus ontwikkeld die voor een belangrijk deel bestaat uit composiet in plaats van metaal. Composiet weegt veel minder. Dat geeft de bus een grotere actieradius.