Pagina's

vrijdag 31 mei 2019

Start groen gas in Zeeuws-Vlaanderen

Aben Green Energy is gestart met het aanbieden van groen gas. Op het bedrijventerrein Axelse Vlakte bij Westdorpe produceert Aben biogas dat wordt opgewerkt tot groen gas. Vanaf daar wordt het groene gas ingevoed in het regionale gasnet van netbeheerder Enduris en het landelijke gasnet van Gasunie Transport Services (GTS).

Op jaarbasis gaat het om ongeveer 18 miljoen kuub groen gas, waarmee ongeveer 25 procent van de woningen in Zeeuws-Vlaanderen (12.000) van gas kunnen worden voorzien. Omdat groen gas aan dezelfde strenge kwaliteitseisen moet voldoen als bij de invoeding van aardgas, controleren de netbeheerders GTS en Enduris bij de invoeding van Aben in het Zeeuwse gasnet de gaskwaliteit.

Groen gas is één van de duurzame alternatieven voor aardgas. Volgens het Klimaatakkoord is er in 2030 2 miljard kubieke meter groen gas nodig voor de duurzame verwarming van woningen en gebouwen. Dat is meer dan momenteel wordt geproduceerd. De Nederlandse netbeheerders nemen daarom gezamenlijk maatregelen om de invoeding van groen gas mogelijk te maken en te bevorderen.
Consumenten merken geen verschil tussen aardgas en groen gas. Gasfornuizen of cv-ketels hoeven niet te worden aangepast. Daarnaast kan groen gas over de bestaande gasnetten van de netbeheerder worden getransporteerd.

Energierekening Eneco fors omlaag

Door de zachte winter zijn de gasprijzen onverwacht fors gedaald. Klanten van Eneco gaan gemiddeld 133 tot 164 euro minder betalen op jaarbasis. Bij Essent blijven de prijzen gelijk. Vattenfall (Nuon) geeft nog geen prijzen, zo blijkt uit een rondgang door het AD.

De gestegen energienota zorgde afgelopen halfjaar voor politiek vuurwerk. Veel huishoudens zagen hun maandelijkse voorschot per januari met meerdere tientjes stijgen.

Nu worden de prijzen weer bijgesteld. Eneco verlaagt de tarieven vanaf 1 juli: gas gaat met ruim 9 cent per kubieke meter omlaag, stroom met iets meer dan 2 cent per kilowattuur. Wel stijgt het vastrecht voor zowel gas als stroom met 2 euro per maand.

De prijzen op de energiemarkt zijn sinds januari opnieuw volop in beweging. Het vaststellen van energietarieven is een complex proces waarbij diverse factoren een rol spelen. De energieprijs wordt voor een groot deel beïnvloed door de prijs van CO2-emissierechten. De prijzen voor CO2-emissierechten zijn de afgelopen maanden sterk gestegen. Een andere factor betreft de (oplopende) spanningen tussen Amerika en Iran, die de olieprijzen en ook de algemene energieprijzen opdrijven. Anderzijds zorgt de handelsoorlog tussen de VS en China voor lagere energieprijzen. 

Wettelijke certificering maakt cv-ketels veiliger

Vanaf januari 2021 mogen alleen gecertificeerde bedrijven met vakbekwame monteurs nog werkzaamheden verrichten aan cv-ketels, geisers en gashaarden. Techniek Nederland is tevreden met het besluit, omdat het een belangrijke stap is naar minder ongevallen met cv-ketels. In 2015 bleek uit een rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid dat koolmonoxide bij cv-ketels onnodig veel slachtoffers eist. 

Voorzitter Doekle Terpstra: ‘Elk jaar is er een aantal ongevallen met cv-ketels te betreuren als gevolg van koolmonoxide. Techniek Nederland heeft in 2015, na de publicatie van het rapport van de Onderzoeksraad, meteen haar maatschappelijke verantwoordelijkheid genomen. Wij pleiten al jaren voor een wettelijk verplichte certificering voor cv-bedrijven. We zijn blij dat de Tweede Kamer daar nu mee heeft ingestemd. Ieder slachtoffer is er één te veel.’

De wetswijziging gaat januari 2020 in. Tijdens de overgangstermijn van een jaar, die dan begint, helpt Techniek Nederland monteurs om te voldoen aan de nieuwe vakbekwaamheidseisen. Daarvoor zijn binnenkort een online-zelftoets en een theorie- en praktijkexamen beschikbaar. De installatie- en servicebedrijven krijgen ondersteuning van Techniek Nederland bij het certificeringsproces.

'Duurzaam Europa vereist ambitieuzer beleid'

Wat is de toekomst van het Europese energiebeleid? Het energiebeleid moet duurzamer, eerlijker en competitiever, stelt Eurelectric, de Europese brancheorganisatie voor energiebedrijven, in hun onlangs gepubliceerde manifest voor de Europese verkiezingen. Iedere stem vóór een Europese Energietransitie is daarom hard nodig.

De EU moet zich meer inzetten om in 2045 een volledig CO2-neutrale energievoorziening aan te kunnen bieden. Ook de bevolking laat die voorkeur zien: onderzoek van Eurobarometer toonde al eerder de behoefte van Europese inwoners voor efficiënt energiegebruik om klimaatverandering tegen te gaan in een duurzaam Europa. Momenteel wordt 60% van de Europese energie duurzaam opgewerkt. Verduurzaming van vervuilende sectoren als de bouw en transport vereist meer aandacht van de EU. Bijvoorbeeld door gebruik van duurzame elektriciteit voor warmte in de industrie of voor de productie van waterstof mogelijk te maken.

Nieuwe technologie en innovatie vormen de ruggengraat van die Energietransitie. Om in 2030 aan de doelstellingen van het Parijsakkoord te kunnen voldoen en 40% minder CO2 uit te stoten, moet de EU 180 miljard euro extra investeren in schone technologie. De Europese financiering van vernieuwende technologieën moet daarom meer aandacht krijgen. Met een sterke langetermijnplanning kan de EU bereiken dat bestedingen aan onderzoek, ontwikkeling en innovatieve projecten effectief worden ingezet.

De Energietransitie moet sociaal verantwoord worden uitgerold voor alle inwoners en regio’s. De overgang naar een klimaatneutrale economie zal namelijk gepaard gaan met knelpunten en hick-ups die gevolgen hebben voor onder andere werkgelegenheid en leefomstandigheden. Met een nieuw investeringsfonds kan de EU de energietransitie versoepelen voor bedrijven, regio’s en gemeenschappen die vaak nog in grote mate afhankelijk zijn van fossiele brandstoffen. Daarbij kan het bijvoorbeeld gaan om middelen voor omscholing van werknemers en voor het creëren van duurzame banen.

Inwoners van de Europese Unie voelen de energietransitie ook in de portemonnee. In de afgelopen tien jaar zijn de energieprijzen continu gestegen. Tussen 2008 en 2017 met maar liefst 70% (zie afbeelding). De energierekening van de gemiddelde Europeaan omvat daardoor gemiddeld een derde van alle belastingen en heffingen. Dat ontmoedigt het gebruik van duurzame energie. De EU moet zich daarom inzetten om energieprijzen onder controle te houden. Dat vereist een controversieel debat met lidstaten over hervorming van de belastingen, zodat die eerlijker uitpakken de Energietransitie niet bemoeilijken, maar deze juist stimuleren.

donderdag 30 mei 2019

Ondernemers MKB-metaal en provincie Drenthe gaan samen energieverbruik terugdringen

Metaalunieleden die voortvarend aan de slag willen met energiebesparing en CO2-reductie, kunnen sinds vandaag gebruik maken van het programma ‘Op voorsprong met nieuwe energie in Drenthe’. Binnen dit programma kunnen leden van Koninklijke Metaalunie gebruikmaken van subsidies en begeleiding door een energieadviseur ter ondersteuning van het nemen van energiebesparende maatregelen. Het programma is tot stand gekomen door een samenwerking tussen Koninklijke Metaalunie en de provincie Drenthe.

De provincie Drenthe is ambitieus in haar doelstellingen rond CO2-uitstoot. Zo streeft ze ernaar nog verder te gaan in de reductie van CO2 en stelt daarbij extra financiële instrumenten beschikbaar voor ondersteuning van Metaalunieleden. Hiervoor is het programma ‘Op voorsprong met nieuwe energie in Drenthe’ gestart. Dit programma draagt bij aan het verzilveren van de kansen die energiebesparing biedt en helpt ook ondernemers te voldoen aan de informatieplicht maatregelen energiebesparing die 1 juli a.s. van kracht wordt.

Alle Metaalunieleden in de provincie Drenthe kunnen deelnemen aan het programma. De ondernemers kunnen gebruikmaken van subsidie en voor een eigen bijdrage van € 500,-- kan een energieadviseur ingeschakeld worden. De adviseur wordt als coach aan het bedrijf verbonden en helpt het bedrijf met het invullen van een speciale digitale energiebesparingstool, het uitvoeren van de maatregelen, het geven van verdiepend advies waar nodig en het invullen van de informatieplicht op het e-Loket. Bij dit laatste wordt de output van de digitale tool in de vorm van een pdf-rapportage gebruikt als hulpmiddel bij het invullen ervan. De gespecialiseerde energieadviseurs komen voor zover beschikbaar uit Drenthe en beschikken over specifieke kennis van het MKB-metaal.

Voor ondernemers in het MKB-metaal liggen er grote kansen op het gebied van slim omgaan met energie. Met energie is namelijk veel winst te behalen. Energiebesparing levert een kostenreductie op, maar er is veel meer mogelijk. ‘Groene’ bedrijven hebben een streepje voor en daarnaast ontstaat door de verduurzaming van de energieketen een nieuwe markt van producten en diensten. ‘Op voorsprong met nieuwe energie’ helpt bedrijven deze ambities te verwezenlijken. Aanmelden kan via https://metaalunie.nl/Metaalunie/Districten/Noord/Programma-energiebesparing- Drenthe.

1000 uitstootvrije taxi’s in de stad

Sinds dit jaar rijden er 1000 uitstootvrije taxi’s in Amsterdam. Dat is het dubbele ten opzichte van begin 2018. Per jaar betekent dit maar liefst zo’n 8.804.340 schone taxikilometers. En dat Amsterdammers die bij willen dragen aan een gezondere lucht vaker kunnen kiezen voor een uitstootvrije taxi. Om de 1000ste elektrische taxi te vieren verloten we samen met de taxiorganisaties 20 uitstootvrije ritjes.

De taxibranche is koploper op het gebied van elektrisch rijden in Amsterdam. Dit is mede te danken aan de afspraken tussen de gemeente en de taxiorganisaties. Daarnaast ondersteunen we de taxibranche met subsidie voor de aanschaf van elektrische taxi’s. Dit is een van de maatregelen die we inzetten om onze ambities op het gebied van schone lucht waar te maken. Taxichauffeurs Van Hus en Chatian zijn er blij mee, maar zien ook ruimte voor verbetering.

De gemeente weet dat snellaadpalen erg belangrijk zijn voor taxichauffeurs en werkt aan uitbreiding. Zo zijn er begin deze maand vier nieuwe snelladers geplaatst bij de Europaboulevard. Sommige chauffeurs kan het niet snel genoeg gaan. Zoals mijnheer Chatian van VOF Taxi Chatel. Sinds kort rijdt hij ook elektrisch. Hij waarschuwt dat massaal overstappen nu nog wat te vroeg is. “De techniek is er nog niet klaar voor en de stad ook niet. De actieradius van de huidige e-taxi’s is niet zo groot en er staan vaak rijen om op te laden.” Toch maakte ook hij de overstap: “Natuurlijk, elektrisch is goed.”

VUB-studenten bouwen volledig elektrische racewagen

Elektrische auto’s veroveren ook steeds meer de racecircuits. Twaalf studenten industrieel ingenieur van de Vrije Universiteit Brussel hebben hun eigen elektrische VUB Melexis e-car gebouwd. Uitzonderlijk is dat alle onderdelen door de studenten zelf zijn ontworpen en gemaakt in het gloednieuwe Fablab van de VUB. Met de wagen zullen ze deze zomer meedingen in de Europese Formula Student Competitions.

Built not bought. De slogan die de ingenieursstudenten die deel uitmaken van VUB Racing gebruiken voor dit unieke project waarbij ze de theorie omzetten in de praktijk zegt het dan ook helemaal. Want elk onderdeel van de wagen is door de studenten zelf gebouwd en in elkaar gestoken. Dit laat hen toe een wagen te bouwen die ze helemaal kunnen africhten zoals ze willen. En tegelijkertijd doen ze de nodige ervaring op voor de arbeidsmarkt. Centraal in het ontwikkelingsproces van de racebolide stond het Fablab van de Vrije Universiteit Brussel waar de onderdelen voor de wagen zelfstandig werden gemaakt met behulp van de 3D-printers, lasercutters een CNC-draaibank en freesmachines die er voorhanden zijn.

De studenten nemen met hun wagen deze zomer ook mee aan twee manches van de internationale Europese Formula Student Competitions, een wedstrijd waarin bijna 600 teams van over de hele wereld deelnemen. De bedoeling van elk team is een wagen te bouwen aan de hand van een uitgebreide reeks regels waar alle deelnemers zich dienen te houden. Op die manier worden ze aangemoedigd innovatief om te gaan met de beschikbare materialen om zo originele oplossingen te bedenken die de wagen ten goede komen. Het VUB Racing Team, dat sinds 2017 bestaat, zal dit jaar aan de start staan van het TT Circuit in Assen (Nederland) van 7 t/m 11 juli en het Circuit Parcmotor Castelloli  (Andorra).

woensdag 29 mei 2019

Raad van State: windpark N33 mag er komen

Het windmolenpark N33 in de omgeving van Veendam in Groningen kan er komen. In een ruim 200 pagina’s tellende uitspraak van vandaag (29 mei 2019) heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State de bezwaren tegen het windmolenpark ongegrond verklaard. De Afdeling bestuursrechtspraak heeft alle stukken en onderzoeken bestudeerd en concludeert dat de plannen voor het windpark voldoen aan de eisen die de wet daaraan stelt. Dat betekent dat het windpark met 35 windturbines er kan komen.

Er is veel weerstand tegen het windpark. In totaal hebben 20 bezwaarmakers beroep ingesteld tegen het inpassingsplan van de toenmalige ministers van Economische Zaken en Infrastructuur en Milieu en de daarbij behorende besluiten die het windpark mogelijk maken. Daaronder zijn omwonenden, maar ook organisaties als Platform Tegenwind N33 en de Stichting Landschap Oldambt. Zij vinden dat het windpark het landschap aantast en overlast zal veroorzaken in de omgeving.

Volgens de bezwaarmakers is er geen draagvlak voor het windpark. Zij vinden dat de overheid meer moeite had moeten doen om dat draagvlak te krijgen, onder meer door beter te communiceren over de plannen voor het windpark. Maar in de uitspraak legt de Afdeling bestuursrechtspraak uit dat het ontbreken van draagvlak niet betekent dat het windpark er daarom niet mag komen. Er is geen wet die bepaalt dat een besluit pas mag worden genomen als daarvoor voldoende draagvlak bestaat. De overheid moet "een afweging maken tussen het nationale belang van een duurzame energievoorziening en de belangen van de omwonenden". Dat er op lokaal niveau onvoldoende draagvlak is, wil niet zeggen dat dat belang voorrang moet krijgen boven het nationale belang van verduurzaming van de energievoorziening.

n Nederland besluit de overheid over nieuwe ontwikkelingen, zoals het windmolenpark N33. De overheid wordt bij verkiezingen ook gekozen om dat soort besluiten te nemen. Die besluiten kunnen vervolgens worden voorgelegd aan de bestuursrechter – in dit geval aan de Afdeling bestuursrechtspraak. De bestuursrechter kan niet zijn eigen oordeel over de wenselijkheid van het windpark in de plaats zetten van de afweging die de overheid maakt, maar kan alleen beoordelen of een overheidsbesluit voldoet aan de eisen die de wet daaraan stelt. Daarbij kun je in dit geval bijvoorbeeld denken aan de maximale normen voor geluidhinder of slagschaduw. In de uitspraak van vandaag komt de Afdeling bestuursrechtspraak na bestudering van alle stukken en onderzoeken tot de conclusie dat de besluiten voor het windpark aan die eisen voldoen. De besluiten over het windpark zijn daarom rechtmatig en blijven in stand.

Het beroep van de bezwaarmakers slaagt waar het gaat om de woningen die als 'sfeerwoningen' bij het windpark zijn aangemerkt. Omdat die woningen als sfeerwoning waren aangemerkt, waren die woningen niet beschermd tegen geluid en slagschaduw. De bezwaarmakers hadden daartegen bezwaar, en ook de ministers wilden die sfeerwoningen bij nader inzien niet handhaven in het inpassingsplan. De Afdeling bestuursrechtspraak heeft het inpassingsplan voor die woningen daarom vernietigd, maar laat het inpassingsplan verder in stand.

Rijksvastgoedbedrijf / Corne Bastiaansen

'Pensioenfondsen duelleren om Eneco'

De strijd om wie energiebedrijf Eneco mag kopen, lijkt uit te draaien op een gevecht tussen de twee grootste pensioenbeleggers van ons land. Dat meldt De Telegraaf.

PGGM is al jaren geïnteresseerd in Eneco. Het pensioenfonds onderhield jaren geleden al nauwe contacten met de inmiddels ontslagen Eneco-topman Jeroen de Haas.

De belangrijkste concurrent van PGGM lijkt APG te worden. De grootste pensioenbelegger van ons land is eveneens op zoek naar langetermijnbeleggingen met een duurzaam karakter.

APG beheert van origine de pensioenen van het ambtenarenpensioenfonds (ABP), maar werkt inmiddels ook voor onder meer BPF Bouw, het architectenpensioenfonds en de schoonmakers.

Aandeel hernieuwbare energie naar 7,4 procent

Het energieverbruik uit hernieuwbare bronnen in Nederland is in 2018 uitgekomen op 7,4 procent van het totale energieverbruik. Een jaar eerder was dit 6,6 procent. Deze toename werd voor ruim de helft veroorzaakt door een hoger verbruik van biomassa, vooral in de vorm van biodiesel en biobenzine. Dit maakt het CBS bekend.

Het verbruik van hernieuwbare energie  in Nederland bedroeg in 2018 in totaal 158 petajoule (PJ), dit is 13 procent meer dan het jaar daarvoor. Het totale finale energieverbruik was in 2018 ongeveer 2 100 PJ, net als in 2017.

Het verbruik van zonne-energie (elektriciteit en warmte) groeide in 2018 met 40 procent naar 13 PJ. De opgestelde capaciteit van zonnepanelen voor zonnestroom steeg met een recordhoeveelheid van ruim 1 500 megawatt (MW) naar totaal 4 400 MW.

Het verbruik van energie uit wind nam met 4 procent toe tot 36 PJ. De opgestelde capaciteit van windmolens nam toe van 4 200 MW eind 2017 naar 4 400 MW eind 2018. Op land werden 66 windmolens geplaatst met een gezamenlijke capaciteit van 210 MW, en werden 18 molens met in totaal 20 MW capaciteit afgebroken. Op zee veranderde het windmolenpark niet en bleef de totale capaciteit staan op ongeveer 1 000 MW.

Biomassa is met 61 procent van het totaal de grootste bron van hernieuwbare energie. Het energieverbruik uit deze bron is in 2018 met 13 procent toegenomen naar 96 PJ. Vooral het verbruik van biodiesel en biobenzine nam toe. Belangrijke oorzaak is een aanscherping van de wet- en regelgeving Energie voor Vervoer, waarin de bijmengplicht is geregeld.

Het verbruik van energie uit biomassa groeide ook doordat kolencentrales 33 procent meer biomassa zijn gaan meestoken. Het verbruik van biomassa in warmteketels bij bedrijven steeg met 16 procent, vooral omdat er nieuwe biomassaketels zijn bijgeplaatst.

Er zijn ook installaties die elektriciteit produceren uit het verstoken van vaste biomassa, al dan niet in combinatie met warmteproductie. De trend van de laatste twee jaar is dat deze installaties meer warmte zijn gaan produceren en leveren aan industriële bedrijven en voor stadsverwarming. Deze extra warmte is ten koste gegaan van de productie van elektriciteit. Warmte wordt met een hoger rendement geproduceerd dan elektriciteit, zodat per saldo het verbruik van hernieuwbare energie toenam.

Het verbruik van hernieuwbare energie uit afvalverbrandingsinstallaties daalde met 15 procent ten opzichte van 2017. Hier werd de productie van warmte teruggebracht ten gunste van elektriciteit, die met een veel lager rendement dan warmte wordt geproduceerd.

IONITY joint venture opent 100e snellaadstation

Enkele maanden vóór de première van de Taycan, Porsche's eerste volledig elektrische sportwagen, is het Europese netwerk van IONITY-snelladers verder uitgebreid. IONITY, een joint venture van de Volkswagen Group (met partners Porsche en Audi), BMW, Daimler en Ford, heeft enkele dagen geleden in het Noorse Rygge het honderdste high-power laadpunt geopend. Noorwegen telt nu zes laadpunten met een capaciteit tot 350 kW die compatibel zijn met het Europese Combined Charging System (CCS).

Naast dit honderdste laadstation naderen nog 51 laadpunten hun voltooiing. In Duitsland zijn al 24 laadparken geopend, elk met minstens vier laadpunten. Elf andere locaties staan daar nog gepland. Ook in Nederland zijn de eerste IONITY laadpunten langs de A1 inmiddels een feit, en volgen er spoedig meer. In heel Europa zullen in 2020 in totaal 400 snellaadstations worden gecreëerd; zo’n 95 procent van deze contracten zijn al met de verhuurders gesloten.

IONITY, gevestigd in München, is in 2017 opgericht als joint venture van de BMW Group, Daimler AG, Ford Motor Company en de Volkswagen Group met de merken Porsche en Audi. Het doel van de joint venture is om een high powered charging netwerk (HPC) voor elektrische voertuigen in Europa op te zetten, om hiermee comfortabele elektromobiliteit over lange afstanden te garanderen.

Derde zonnepanelen bijeenkomst in Limburg

Volta Limburg en gemeente Maastricht bieden een dienst voor huiseigenaren die aan de slag willen met energiebesparing en duurzame energieopwekking onder de naam PlusJeHuis. Op woensdag 29 mei is er een bijeenkomst in De Amyerhoof, Severenplein 27.

Tijdens de bijeenkomst wordt speciale aandacht besteed aan zonnepanelen. Meld u aan via https://www.voltalimburg.nl/plusjehuismaastricht.

dinsdag 28 mei 2019

Gutami bouwt zonnepark Terneuzen

Het Groningse bedrijf Gutami Holding gaat een zonnepark van vijftig megawatt bouwen en exploiteren aan de Braakmanhaven bij Terneuzen. Dat meldt onder meer RTV Noord.

Het is de bedoeling dat het circa dertig hectare grote zonnepark genoeg stroom gaat opwekken voor ruim twaalfduizend huishoudens.

Met de komst van het zonnepark proberen het chemieconcern en het havenbedrijf de verduurzaming van de Zeeuwse energievoorziening vooruit te helpen.

Klimaatwet aangenomen

Vandaag stemde de meerderheid van de Eerste Kamer in met de Klimaatwet. De wet, ontworpen door Jesse Klaver en Diederik Samsom, legt voor het eerst klimaatdoelstellingen wettelijk vast. Daarnaast voert de wet een mechanisme in dat ervoor zorgt dat overheid die klimaatdoelen ook gaat halen.

GroenLinks en PvdA hebben de Klimaatwet gemaakt, deze is daarna door SP, D66, ChristenUnie, VVD en CDA omarmd waardoor de wet door zeven partijen werd aanboden aan de Tweede Kamer. Daar werd de wet al in december aangenomen.

De Klimaatwet legt vast dat er al in 2019 een Klimaatplan wordt gepresenteerd waarin de maatregelen staan die nodig zijn om de doelen van de Klimaatwet te halen.

In de Klimaatwet staan drie doelen:
Een vermindering van 49 procent (ten opzichte van 1990) van de broeikasgasuitstoot in 2030.
Een vermindering van 95 procent van de broeikasgasuitstoot in 2050.
100% broeikasgas-neutrale elektriciteit in 2050

Nederland is niet het eerste land dat een Klimaatwet kent. In Europa waren het Verenigd Koninkrijk, Denemarken, Finland, Frankrijk, Noorwegen en Zweden waren Nederland voor. In Duitsland staat in het coalitieakkoord dat er een Klimaatwet zal komen. Wel is de Nederlandse Klimaatwet op dit moment de meest ambitieuze Klimaatwet ter wereld met een reductiedoel van 95% in 2050.

PFZW investeert in revolutionaire groene energietechnologie

Pensioenfonds Zorg en Welzijn heeft een minderheidsbelang genomen in SCW Systems. Met deze kapitaalinjectie kan SCW Systems zijn technologie van ‘superkritische watervergassing’ opschalen. Dit is een revolutionaire, in Nederland ontwikkelde technologie, die organische rest- en afvalstromen omzet in duurzame energie.

Het is de eerste belegging van PFZW vanuit een nieuwe private equity duurzaamheids-strategie waarvoor de komende jaren 500 miljoen euro beschikbaar is. Via dit mandaat kan privaat kapitaal worden geïnvesteerd in ondernemingen die oplossingen bieden op vier thema’s: klimaat, waterschaarste, voedselzekerheid en zorg. PGGM is verantwoordelijk voor de uitvoering van investeringen die actief zijn op deze thema’s.

SCW Systems zet (natte) organische reststromen zoals rioolslib, agrarische biomassa, GFT, reststoffen uit de industrie en mogelijke nieuwe (aquatische) stromen om in groene grondstoffen voor de energie- en chemische industrie. Deze conversie vindt plaats bij hoge druk en temperatuur boven het zogenaamde superkritische punt van water. Hierbij is de temperatuur minimaal 375 graden Celsius en de druk minimaal 221 bar. De output bestaat voornamelijk uit groen gas (methaan) en groene waterstof.

De technologie sluit volledig aan op de bestaande Nederlandse gasnetwerk en dit heeft geen verdere aanpassingen nodig. Omdat het groene gas onder hoge druk beschikbaar komt kan het zonder verdere afzetbeperkingen worden geïnjecteerd in het hogedrukleidingnetwerk van Gasunie en daarmee direct worden geleverd aan industriële grootgebruikers of worden opgeslagen voor later gebruik in de bestaande opslaginfrastructuur.

Peter Borgdorff, directeur PFZW: 'Deze nieuwe technologie verdient een vaste plek in de Nederlandse energieproductie: ze laat zien dat we binnen de bestaande economie met relatief weinig ingrepen in de infrastructuur kunnen verduurzamen. Bovendien is het een veelbelovend exportproduct. Pensioenfonds Zorg en Welzijn financiert dit soort klimaatoplossingen graag: het draagt bij aan een goed pensioen voor onze deelnemers en aan een leefbare wereld voor huidige en toekomstige generaties.'

Aardgasbaten uit gaswinning bijna 417 miljard euro


Op 29 mei 1959 werd het grootste aardgasveld van Europa ontdekt bij Slochteren. Met deze vondst werd aardgas zeer belangrijk voor de Nederlandse energievoorziening. Midden jaren zeventig bestond ongeveer de helft van de energievoorziening uit aardgas. In 60 jaar is ruim 80 procent van dit grote gasveld opgebruikt. De aardgasbaten voor de overheid van gaswinning bedroegen in deze periode bijna 417 miljard euro. Dit blijkt uit cijfers van het CBS.

Sinds 1965 bedroegen de aardgasbaten van de overheid in totaal 416,8 miljard euro (uitgedrukt in prijzen van 2018). Ter vergelijking: de overheidsinkomsten bedroegen 337 miljard euro in 2018. De aardgasbaten fluctueerden vooral als gevolg van schommelingen in de aardgasprijs.

Naast de aardgasbaten had de Nederlandse economie ook profijt van de bedrijfstak delfstoffenwinning. Het merendeel van de delfstoffenwinning bestaat uit winning van gas. Sinds 1969 genereerde deze bedrijfstak een toegevoegde waarde van bijna duizend miljard euro (uitgedrukt in prijzen van 2018).

De toegevoegde waarde van alle bedrijfstakken, plus het saldo van productgebonden belastingen en subsidies, vormt het bruto binnenlands product (bbp), een indicator voor de omvang van de Nederlandse economie. In de jaren 1975-1985 groeide het aandeel van de toegevoegde waarde van de delfstoffenwinning in het bbp van 3,4 naar 6,9 procent. Na 1987 kwam het aandeel niet meer boven de 4 procent uit.

Elektriciteitsbedrijven gebruikten aardgas het eerst als energiebron. Het gasverbruik voor de productie van elektriciteit nam fors toe tussen 1966 en 1975. Ook de nijverheid, en dan vooral de kunstmestproducenten, maakte volop gebruik van aardgas. Bij huishoudens nam het gasverbruik later toe. Na het besluit van de overheid om zoveel mogelijk huishoudens op het gasnet aan te sluiten, duurde het tot eind jaren zeventig voordat vrijwel alle huishoudens voorzien waren van een gasaansluiting. Huishoudens gebruiken gas vooral voor verwarming (80 procent). Het overige gas gaat bijna volledig op aan warmwatervoorziening en het laatste restje aan koken.

Tussen 1975 en 1995 waren de energiesector en de huishoudens grootgebruikers van aardgas. Door de toename van de productie van elektriciteit nam het gasverbruik bij de energiesector verder toe tot 2010. Daarentegen nam het gasverbruik bij huishoudens geleidelijk aan af, ondanks de toename van het aantal huishoudens. Het lagere gasverbruik kwam vooral door betere isolatie van woningen en aanschaf van verwarmingsketels met hoger rendement.

De werkzaamheden aan Tihange 2 duren nog tot 30 juni

De werken aan het beton van het bijgebouw in het niet-nucleaire gedeelte van de Belgische kerncentrale Tihange 2 lopen op hun einde. Op basis van de vooruitgang van de werkzaamheden heeft Electrabel de planning van de onbeschikbaarheid van de eenheid aangepast.

De heropstart van de centrale, die eerder werd ingeschat op 1 juni, is uitgesteld tot 30 juni 2019, behoudens finale goedkeuring van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle.

De zes andere nucleaire eenheden, in totaal 5000 MW, zijn momenteel in werking en produceren plaatselijke en koolstofvrije elektriciteit.

De aanpassing van de planning heeft geen materiële impact op de prognoses van de resultaten van Electrabel.

Foto Jullie

Provincie stimuleert aanschaf elektrische deelauto’s

De provincie Noord-Brabant stelt een subsidie beschikbaar voor de aanschaf van elektrische deelauto’s. Hiermee wil de provincie meer ondernemers en consumenten verleiden om elektrische deelauto’s te gebruiken. Elektrische deelauto’s besparen sterk de CO2-uitstoot en verminderen de parkeerdruk.

Met de subsidie wil de provincie dit jaar het aantal elektrische deelauto’s in Brabant verdubbelen naar circa 300. De provincie verwacht dat er met deze subsidie een sneeuwbaleffect ontstaat, mede vanwege de grotere bekendheid. In 2020 wil de provincie dat er 1000 elektrische deelauto’s in Brabant zijn.

“We maken de stap naar een elektrische deelauto kleiner”, aldus gedeputeerde Anne-Marie Spierings (Energie). “En de ervaring leert dat een elektrische deelauto de tweede auto van meerdere huishoudens overbodig maakt. Dat is duurzamer en er is meer plek in de wijk om te spelen.”

De subsidie is beschikbaar voor ondernemers uit het MKB en consumenten die zich verenigd hebben in een stichting of vereniging. De subsidie bedraagt maximaal € 4.500 per elektrische deelauto. Consumenten kunnen daarnaast subsidie krijgen voor organisatiekosten tot maximaal € 2.500. Een bedrijf of coöperatie kan voor 2 tot 6 elektrische deelauto’s subsidie krijgen. Voor aanvragen zie het loket

De provincie stimuleert al langere tijd het gebruik van elektrische deelauto’s. In 2017 ondersteunde de provincie de coöperatie Duurzame Energie Haren met een proef voor het gebruik van elektrische deelauto’s in een plattelandsgemeente. Deze proef is inmiddels succesvol afgerond en overgedragen aan een particulier bedrijf.
Samen met Natuur & Milieu heeft de provincie de campagne Auto van de straat opgezet. Van maart tot juli dit jaar doen drie straten in Brabant (in Woudrichem, Rosmalen en ’s-Hertogenbosch) ervaring op met elektrisch autodelen. Ze delen hun ervaringen met bijeenkomsten en via de (social) media. De straat die daar het beste in slaagt, mag de elektrische deelauto’s nog vier maanden langer gebruiken.

Transporttarieven gas stijgen met gemiddeld 8,6 procent

De transporttarieven van Gasunie Transport Services (GTS) stijgen in 2020 met gemiddeld 8,6 procent. Dat heeft de Autoriteit Consument & Markt (ACM) vastgesteld. Deze stijging is minder groot dan de 10 procent die GTS had voorgesteld, omdat de ACM de stijging heeft verdeeld over de komende jaren.

De belangrijkste reden voor de stijging is dat GTS in de jaren 2017 tot en met 2019 volgens de rechter meer inkomsten mocht behalen dan de ACM destijds had bepaald. Het verschil wordt nu verrekend in de tarieven voor 2020. Wat de stijging precies betekent voor consumenten, is nog niet bekend.

Als gevolg van nieuwe Europese regelgeving berekent de ACM de transporttarieven voor gas nu op een andere manier dan voorheen. Hierdoor zijn bijvoorbeeld de landelijke transporttarieven vanaf 2020 in het hele land gelijk. Momenteel zijn de tarieven hoger naarmate afnemers verder van Groningen af liggen.

De transportkosten van GTS worden niet rechtstreeks bij consumenten in rekening gebracht, maar bij gasleveranciers. Hoe groot het effect voor consumenten zal zijn, is afhankelijk van de mate waarin deze kostenstijgingen worden doorberekend.

maandag 27 mei 2019

Kamerlid Agnes Mulder geeft startsein voor bouw zonnepark Groningen Airport Eelde

Kamerlid Agnes Mulder heeft vrijdag het startsein gegeven voor de bouw van het zonnepark op het middenterrein van Groningen Airport Eelde. Samen met Marco van de Kreeke, directeur Groningen Airport Eelde, en Roland Pechtold, eindverantwoordelijke GroenLeven, plaatste zij het eerste zonnepaneel.

Zonnepark Groningen Airport Eelde komt tussen start- en taxibaan en het platform en bestaat uit 63.196 zonnepanelen die genoeg groene stroom opwekken voor zo’n 6.200 huishoudens. Ook wordt er een overkapte doorgang naar het platform aangelegd. Op het dak van de doorgang worden zonnepanelen geplaatst. Met de zonnepanelen die op de doorgang worden geplaatst kan Groningen Airport Eelde straks haar eigen stroom opwekken. Hierdoor is de luchthaven zelfvoorzienend in haar elektriciteitsverbruik.

De initiatiefnemers voor dit zonnepark, waaronder het bedrijf Groenleven, werden door Provincie Drenthe samengebracht. Gedeputeerde Tjisse Stelpstra gaf in zijn toespraak aan dat de provincie enorm zuinig is op de kwaliteit van het landschap. 'Dat betekent niet dat er niks kan, maar dat we vooral kijken hoe het mooi en verantwoord kan. Na bijvoorbeeld de zonneparkeerplaats op het TT-circuit, krijgen we nu een prachtig zonlandschap op de luchthaven en straks misschien nog een aantrekkelijke zonneroute langs de A37.'


Alliander tekent intentieverklaring voor V2X technologie

Op 21 mei tekende Alliander samen met autoproducenten, energie- en EV-specialisten, overheden en ElaadNL, wethouder Sharon Dijksma een intentieverklaring om Vehicle-to-Anything (V2X) in te zetten in de regio Amsterdam.

V2X is een verbreding van de technologie van V2G (Vehicle-to-Grid). Bij V2X worden batterijen in elektrische auto’s gebruikt als extra opslag of buffer voor duurzame energie. De batterijen worden opgeladen op momenten dat er veel duurzame wind- en zonne-energie beschikbaar is. In de avonduren en andere momenten waarop het elektriciteitsnet veel vraag heeft kunnen de batterijen een deel van de energie terug leveren. Waar bij V2G wordt teruggeleverd aan het energienet (grid), wordt bij V2X ook teruggleverd aan woningen, kantoorgebouwen en andere energieleveranciers die zijn aangesloten op de autobatterij.

Alliander is ook initiatiefnemer van het project Flexpower. Hierbij worden in daluren van het elektriciteitsnet en bij zonnig weer meer stroom gegeven en gedurende piektijden iets minder. Deze vorm van flexibel laden helpt de groeiende vraag aan het elektriciteitsnet beter te verdelen.

Alliander tekende samen met ElaadNL, gemeente Amsterdam, gemeente Weesp, Engie, Mitsubishi Motors, Nissan, Hitachi, NewMotion, Hogeschool van Amsterdam en de Johan Cruyff ArenA de intentieverklaring.

Duitsland kiest Nederlands consortium voor duurzame stroom scheepvaart

Het Wasserstraßen- und Schifffahrtsamt Rheine, onderdeel van het Duitse ministerie voor Infrastructuur, heeft, na een aanbesteding, gekozen voor een Nederlands consortium om op meer dan 20 locaties in totaal 120 walstroompunten te realiseren en te exploiteren. Het Nederlandse consortium, bestaande uit Seijsener en Involtum, had kwalitatief en prijstechnisch de meest aantrekkelijke aanbieding. De nieuwe walstroomkasten komen onder meer langs de Rijn te staan, de belangrijkste vaarroute van  Duitsland. In Riesenbeck zijn deze week de eerste walstroomkasten in gebruik genomen.

Walstroom is al bijna 10 jaar een succesverhaal in Nederland en zal nu ook breed worden uitgerold in Duitsland. Walstroom is een ‘slimme’ stroomvoorziening voor schepen, zodat ze tijdens het verblijf aan de kade hun stroomaggregaten op diesel niet hoeven te gebruiken. Op deze manier wordt de uitstoot van CO2, NOx en fijnstof in en rondom de ligplaatsen drastisch verminderd. Om deze reden is de aanleg van Walstroom ook een belangrijk speerpunt in het duurzaamheidsbeleid van de Europese Unie.

De bedrijven Seijsener en Involtum zijn Europese marktleider op het gebied van Walstroom en mogen door deze opdracht verder in Duitsland aan de slag. Seijsener zal de walstroomkasten produceren en Involtum verzorgt het beheersysteem en de inkoop en afrekening van de stroom naar de schippers. Daarnaast verzorgt het Duitse Tokheim de elektrotechnische installatie en het onderhoud van de walstroomkasten. De walstroomkasten zullen conform het Duitse ijkrecht worden uitgevoerd.

Het van oorsprong Nederlandse Walstroom is inmiddels langs vele grote rivieren in Europa te vinden. Van de Maas, Waal en Rijn tot aan de Seine en de Donau. In Scheveningen liggen zelfs zeeschepen aan Walstroom, 100% opgewekt met windenergie.

Walstroom streeft naar minder vervuiling in Europa zowel voor haar huidige als toekomstige inwoners. Met name voor mensen die in het havengebied zelf wonen, is Walstroom een enorme verbetering voor de lokale lucht- en leefkwaliteit. Diverse studies hebben aangetoond dat een schip per dag 10-tallen liters zware dieselolie kan verstoken als het de generator gebruikt. De overlast wordt verder vergroot doordat alle uitstoot op dezelfde plek terecht komt, wat kan leiden tot serieuze gezondheidsklachten voor de omwonenden. De dieselaggregraten hoeven immers niet te voldoen aan enige Euronorm. Deze uitstoot wordt door het gebruik van Walstroom vermeden. Een bijkomend voordeel is dat Walstroom ook leidt tot aanzienlijke reductie van geluidsoverlast door dieselaggregaten.

Bas Durieux, directeur van Seijsener: “Deze 21 nieuwe locaties zijn een grote stap voorwaarts in de uitrol van het Nederlandse Walstroom in Europa. Het totaal aantal locaties waar Walstroom beschikbaar is, komt hiermee op meer dan 100. De locaties in Duitsland zullen in de loop van 2019 operationeel worden.”

Volgens Involtum directeur Maarten Hektor geeft deze Nederlandse samenwerking duidelijk aan dat we als Nederland met IoT (Internet of Things) op het gebied van duurzaamheid tot de Europese top behoren. ´Dat is niet voor niets. Nederland is een echt waterland en we zien dat naast auto’s, elektriciteit ook voor het verkeer over het water een steeds grotere rol gaat spelen, zowel voor de beroeps- als de pleziervaart.’

vrijdag 24 mei 2019

Accenture en Gasunie implementeren nieuw digitaal gastransportmanagementsysteem voor een veilige besturing van het Nederlandse gasnet

Nederlandse Gasunie en Accenture hebben een nieuw gastransportmanagementsysteem (GTMS) ontwikkeld en geïmplementeerd. Het systeem is ontworpen om het Nederlandse gasnet waarmee Gasunie aardgas, waterstof en biogas transporteert, beter te besturen.

Het nieuwe systeem, dat zich bevindt in het hart van de kritische en complexe gasinfrastructuur van Nederland, voorziet de centrale commandopost en het onderhoudspersoneel 24 uur per dag van nauwkeurige informatie op het juiste moment. Op basis van geavanceerde software van Schneider Electric, leider op het gebied van digitale transformatie van energiebeheer en -automatisering, maakt GTMS het mogelijk om het Nederlandse gasnet te monitoren en te besturen.

Accenture werkte nauw samen met Gasunie om het nieuwe digitale systeem te ontwerpen, te bouwen en in gebruik te nemen. Dit proces omvatte ook het implementeren van de digitale architectuur en de migratie van data uit het vorige systeem.

GTMS omvat nieuwe Supervisory Control and Data Acquisition-functies (SCADA) en Gas Management System-functies (GMS) die alle communicatie op afstand met Gasunie-stations faciliteren. Dit is vergelijkbaar met Distribution Management Systems (DMS) en Energy Management Systems (EMS) in elektriciteitsnetwerken. GTMS presenteert de opgehaalde informatie op een begrijpelijke manier en voorziet operators van de benodigde informatie voor het efficiënt beheren van het gasnet vanuit de centrale commandopost in Groningen. Dit draagt bij aan een zo veilig mogelijk transport van (aard)gas in Nederland. 

GTMS voorziet Gasunie van realtime inzichten in het hogedruk-gasleidingnetwerk, maakt voorspellingen van de gasvraag tot en met 48 uur in de toekomst en biedt simulaties van gasstromen en -samenstelling. Op die manier is Gasunie in staat haar activiteiten te verbeteren en onderhoud efficiënter uit te voeren. GTMS is geïntegreerd met Gasunie’s geografische-informatiesysteem dat gebruikmaakt van één bron voor assetdata (inclusief gasleidingen, compressors en kleppen) om zo een netwerkmodel van het systeem te creëren, dat fungeert als digitale kopie (digital twin) van het fysieke netwerk. 

Ontbijtsessie biofuels: Veel potentie, weinig risico

Hoe kunnen biobrandstoffen- en gassen bijdragen aan de energietransitie? Energie-Nederland organiseerde op 21 mei een ontbijtsessie waar deze vraag centraal stond. Het was de laatste in een reeks ontbijtsessies, waarin experts ingingen op de betekenis van technische ontwikkelingen voor duurzame opwek. Een nieuwe reeks ontbijtsessies die zal ingaan op de maatschappelijke kant van de Energietransitie gaat in het najaar van 2019 van start.

Kunnen biobrandstoffen een bijdrage leveren aan de Energietransitie? Volgens René Wijffels, hoogleraar Bioprocess Engineering aan de universiteit van Wageningen en onderzoeker naar de productie van biomaterialen, is er nog een heel traject te gaan. De energiesector kan algen nog niet op grote schaal gebruiken voor energieproductie. Toch ziet Wijffels een belangrijke potentie voor biofuels, vanwege de brede mix aan parallelle energiebronnen die de Energietransitie nodig heeft. Die mix is bovendien nuttig voor sectoren die een grote variatie aan brandstoffen bedienen, zoals de luchtvaart.

Volgens Monique Schoondorp, Managing Partner van Omega Green, een jong bedrijf dat innovatieve projecten uitvoert om energie uit algen op te wekken, hebben we voor opschaling nieuwe businessmodellen nodig die breder kijken dan naar enkel energieproductie. Naast de energievoorziening kunnen biobrandstoffen namelijk ook andere markten bedienen. Ze bevatten bijvoorbeeld eiwitten die nuttig zijn voor de voedings- en gezondheidsindustrie, waardoor algenproductie ook voor die sectoren interessant is. Zo kan men de kosten over verschillende sectoren verdelen. Het risico voor energie uit algen is volgens Schoondorp daarom erg laag: “Als algen niet blijken te werken zoals we willen, heb je alsnog een andere markt bediend.”

Warmte-etiket legt resultaten warmtenetten bloot

Vattenfall geeft volledig inzicht in de resultaten van haar Nederlandse warmtenetten. Met het nieuwe en interactieve Warmte-etiket kan iedereen precies zien welke warmtebronnen per warmtenet gebruikt worden en wat dit doet voor het milieu.

“Zowel onze klanten als lokale overheden vinden het steeds belangrijker om te weten hoe in hun eigen stad of regio de warmtenetten presteren”, geeft Alexander van Ofwegen als toelichting. Hij leidt de warmtetak van Vattenfall in Nederland. “De interesse voor stadswarmte groeit nu er alternatieven voor gas moeten komen. Wij helpen door onze bronnen en de bijbehorende CO2-reductie zichtbaar te maken.”

Uit het Warmte-etiket en de eraan gekoppelde CO2-reductieresultaten van het afgelopen jaar komt naar voren dat de Nederlandse warmtenetten van Vattenfall samen 54% CO2-reductie hebben gerealiseerd, ten opzichte van het gebruik van losse cv-ketels. Van Ofwegen: “In vergelijking met het jaar ervoor is dat percentage gelijk gebleven, ondanks dat we 12.000 ton méér CO2-reductie konden noteren. Dat zit hem in het feit dat we een nieuwe NEN-norm toepassen bij de berekening, de NEN 7125. Deze gaat onder meer uit van een conservatieve, minder schone elektriciteitsmix dan in werkelijkheid gebruikt wordt bij de productie van onze stadswarmte.”

Warmtenetten die goed scoren, zijn die van Arnhem en Rotterdam, met een CO2-reductie van respectievelijk 79 en 75%. TNO heeft de methode gevalideerd die Vattenfall gebruikt om de CO2-reductie te berekenen. Bij een controleberekening voor het warmtenet Amsterdam-Zuidoost en Almere kwam het kennisinstituut op nagenoeg identieke cijfers uit.

donderdag 23 mei 2019

Microsoft en Eneco sluiten windpact


Microsoft Corporation en Eneco hebben een nieuwe overeenkomst rond windenergie in Nederland aangekondigd. Microsoft neemt 90 megawatt (MW) af van de in totaal 731,5 MW die opgewekt wordt in het offshore windproject, Borssele III/IV. Dit is een project van het Nederlandse Eneco, leverancier van duurzame energie en ontwikkelaar van windparken.

Het is Microsofts tweede aankoop van windenergie in Nederland binnen één jaar. Hiermee komt de totale aankoop van windenergie op 270 MW in Nederland, een van de grootste zakelijke portfolio’s aan hernieuwbare energie in Nederland. Voor Microsoft is dit internationaal gezien de veertiende samenwerking rond hernieuwbare energie. Het totale portfolio komt daarmee op 1,5 gigawatt te staan, in dienst van de 54 Azure-regio’s die de onderneming bedient.

Mobiele apps hebben enorme milieu-impact

De dertig populairste mobiele apps hebben een enorme milieu-impact. Dat blijkt uit onderzoek dat IT dienstverlener Atos samen met haar partner Greenspector heeft verricht. Zo komt de jaarlijkse energieconsumptie van deze apps (exclusief het gebruik van netwerken en servers van datacenters) overeen met het jaarlijkse elektriciteitsverbruik van Ierland.

De apps Tik Tok, Opera Mini en Twitter verbruiken de meeste energie, zo blijkt uit het onderzoek.

Van de apps is onder identieke omstandigheden het energieverbruik is gemeten. Hieruit blijkt onder meer dat het gemiddelde energieverbruik van webbrowsers en sociale netwerken tot vier keer zo hoog is dan games of multimediatoepassingen.Atos denkt dat door mobiele apps eenvoudiger te maken, hun ecologische impact sterk kan worden verminderd.

Als de gemiddelde app zou worden gebaseerd op de app die in het onderzoek in zijn categorie het beste scoort, kan het energieverbruik met maar liefst 6TWh - het equivalent van een kerncentrale - worden teruggebracht. En als gebruikers zuiniger zouden omgaan met applicaties kan dat een energiebesparing van een derde opleveren.

Tijdens VivaTech 2019 presenteerden Atos en Greenspector een tool waarmee het via de cloud mogelijk is om het energieverbruik van apps, websites en binnenkort ook and IoT-toepassingen te meten.Het gebruik van smartphones - inclusief de gebruiks- en productiefase - vertegenwoordigt alleen al 11 procent van de wereldwijde digitale energieconsumptie.