Pagina's

vrijdag 30 september 2016

Netwerk van thuisbatterijen vormt duurzame back-up voor landelijk stroomnet

Huisbatterijen gaan een belangrijke rol gaan spelen in het balanceren van het (inter)nationale stroomnet. Dat is het uitgangspunt van CrowdNett, een nieuwe dienst die Eneco met hulp van Tesla, SolarEdge en Ampard aanbiedt.

Het aanbod van en de vraag naar stroom op het elektriciteitsnet moet 24 uur per dag in evenwicht zijn. Het is een van de voornaamste taken van landelijke netbeheerder TenneT om dit evenwicht te handhaven. Voor een groot deel is zowel vraag als aanbod te voorspellen. Toch is er continu een aanzienlijke reservecapaciteit nodig om onverwachte pieken en dalen in het net te kunnen opvangen. Tot nu kopen TenneT en andere landelijke netbeheerders in Europa deze capaciteit vooral in bij gas- en kolencentrales. Zij zijn echter in toenemende mate op zoek naar flexibele en duurzame alternatieven.

Volgens Eneco kan de thuisbatterij, waarmee een huishouden zelf opgewekte zonnestroom kan opslaan, hierin een grote rol spelen. Door een netwerk van batterijen – een CrowdNett - op gewenste momenten te laden of ontladen kunnen ze gezamenlijk reservecapaciteit leveren aan het landelijke stroomnet. Door de vergoeding die de landelijk netbeheerder betaalt voor reservecapaciteit door te geven aan de eigenaar van een thuisbatterij wordt het bezit van een batterij veel aantrekkelijker. En zijn er minder fossiele energiecentrales nodig als back-up.

Eneco werkt voor de technische realisatie samen met Tesla, SolarEdge – een grote leverancier van omvormers voor zonnepanelen – en het Zwitserse Ampard. De laatste twee zorgden voor de technische aanpassingen aan de omvormers en de hard- en software waarmee de batterij op afstand aangestuurd kan worden. Ampard slaagde er vorig jaar al in om met een netwerk van thuisbatterijen reservecapaciteit aan te bieden aan een Zwitserse netbeheerder.

Eneco gaat het netwerk in de komende maanden opbouwen met Tesla’s thuisbatterij Powerwall. Daarvoor zoekt het energiebedrijf huishoudens die interesse hebben in een voordelige thuisbatterij, met als doel om een netwerk van in eerste instantie 400 batterijen te kwalificeren als reservecapaciteit bij TenneT. Meer informatie over deelname aan dit netwerk is te vinden op de website van Eneco CrowdNett.

Onderzoekscentra bundelen hun krachten

Verschillende Nederlandse onderzoekscentra gaan hun krachten bundelen. ECN, TNO en Wageningen Research voegen diverse activiteiten samen tot twee nieuwe onderzoekscentra: één voor energie-innovatie en één voor voedselinnovatie. De ministerraad heeft hiermee ingestemd op voorstel van minister Kamp van Economische Zaken, mede namens minister Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu, minister Schippers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en staatssecretaris Van Dam van Economische Zaken.

Onderzoeksorganisatie TNO heeft veel expertise op energiegebied. Het duurzame energieonderzoek van ECN naar bijvoorbeeld zonne- en windenergie en energiebesparing sluit aan op deze expertise. Met dit besluit wordt ECN's onderzoek naar duurzame energievoorziening samengevoegd met de energiepoot van TNO. Dit zal leiden tot meer focus en samenhang in het onderzoek en zo ontstaat één herkenbaar onderzoekscentrum. De intentie is dat dit onderzoekscentrum van start gaat op 1 januari 2018.

Het onderzoek en advies dat ECN uitvoert als 'rekenmeester' van het kabinet op het gebied van energiesubsidies, de Nationale Energieverkenning en diverse beleidsmaatregelen, wordt ondergebracht bij het Planbureau voor de Leefomgeving. Op deze manier wordt de onafhankelijkheid van het rekenmeesterschap gegarandeerd.

ECN wordt gesplitst waarbij het onderzoek naar duurzame energievoorziening en de nucleaire energieactiviteiten uit elkaar worden gehaald. Nadat het energieonderzoek samengaat met TNO, resteren in ECN nog de nucleaire activiteiten van de Nucleair Research and Consultancy Group (NRG) en het verwerken en afvoeren van historisch radioactief afval.

NRG is de dochteronderneming van ECN voor nucleair onderzoek in Petten en is Europees marktleider in de levering van medische isotopen voor geneeskundige toepassingen. Daarnaast is de onderneming verantwoordelijk voor de veilige afvoer van historisch, nucleair afval dat in Petten opgeslagen ligt. Met dit besluit komen het kabinet en ECN een financieel arrangement overeen. Het kabinet stelt € 40 miljoen beschikbaar bestemd voor het verwerken en afvoeren van het historisch radioactief afval. Daarnaast geeft het arrangement, in combinatie met de eerder genomen maatregelen, NRG de financiële ruimte om te blijven voorzien in de levering van medische isotopen aan miljoenen patiënten wereldwijd.

Eemnes: Stedin misleidde ons met tarieven zonneveld

De gemeente Eemnes gaat bij de ACM (Autoriteit Consument & Markt) een klacht indienen over netbeheerder Stedin. Het college voelt zich door de netbeheerder misleid bij het zonneveld-project, meldt de Gooi en Eemlander.

B en w hebben aan Stedin gevraagd hoe het zit met de aansluitkosten voor zonnevelden in Eemnes. Daarop kwam als antwoord dat men niet mag afwijken van het gereguleerde tarief. Dit blijkt nu onjuist te zijn, meldt het college.

'Ze vragen zo'n driekwart miljoen voor het aansluiten van een zonneveld van 13.000 panelen, waarvoor KiesZon deze week SDE+ aan moet vragen. Lagere aansluitkosten zou eerder inschrijven en een grotere kans op subsidie betekenen. Maar Stedin beweerde tegenover ons dat er niets aan de gereguleerde standaardprijs te doen was.'

Nuon positioneert zichzelf als zorgzame energieleverancier

Nuon heeft een nieuwe merkpositionering ontwikkeld. De energieleverancier gaat zich nog meer focussen op de werkelijke behoeftes van klanten en mensen laten voelen dat ze bij Nuon in goede handen zijn. Deze merkpositionering is creatief doorvertaald in een geïntegreerde merkcampagne met als boodschap: 'Luisteren geeft energie'.

Energie is low interest. Mensen willen er best even induiken, maar niet te lang. Uit cijfers van Nuon blijkt dat klanten gemiddeld 6 minuten over hun energie leverancier willen nadenken. Mensen verwachten een goede dienstverlening maar willen zich er niet druk over maken. Ze verwachten dat hun energiebedrijf hen pro actief helpt. Nuon begrijpt dit als geen ander en speelt hier op in met de nieuwe merkpositionering en haar diensten. Voor Nuon is daarom de switch van energieaanbieder naar serviceverlener een logische.

Friso Westenberg, marketing communicatie manager van Nuon legt uit:"We weten dat klanten geen verrassingen willen hebben op hun jaarrekening maar dat ze ook niet regelmatig hun energie stand checken. Wij willen ze daarmee helpen door regelmatig een berichtje te sturen om te vertellen hoe het er voor staat met hun energieverbruik."

Om de herpositionering te lanceren is een geïntegreerde merkcampagne gemaakt met als boodschap: Luisteren geeft energie. Daarom luisteren wij naar u. Westenberg: "Met deze campagne richten we ons op het hoofd, maar vooral ook op het hart van mensen. Door ze te laten zien dat door naar elkaar te luisteren, we elkaar beter leren begrijpen." De campagne bestaat onder andere uit verschillende tv-commercials, nieuwe serviceproposities en verschillende online middelen.

Provincie schept klimaat voor energietransitie

De Provinciale Staten van Utrecht hebben 19 september de energieagenda goedgekeurd. In de agenda staan maatregelen waarmee de provincie drempels weghaalt voor kansrijke initiatiefnemers in de energietransitie.

De transitie naar schone energie heeft prioriteit voor de provincie. Isolatie van huizenblokken, samen een energieneutrale wijk bouwen, energiebesparing in woningen en bedrijven; er zijn veel kansen om het gebruik van fossiele brandstoffen te verminderen. Daarom is de agenda opgesteld en stelt de provincie 8 miljoen beschikbaar.
\
Doel is een provincie waarin we in 2040 alleen nog maar schone energie gebruiken. De provincie fungeert als een ‘loods’ waar kansrijke initiatieven alles kunnen halen wat ze nodig hebben om hun duurzame oplossing succesvol te maken: kennis, contacten en financiering.

De focus ligt op het helpen van goede, opschaalbare initiatieven. Met bijvoorbeeld financiële en juridische experts die met hun adviezen de blokkades voor een project wegnemen. Zo kunnen veel mensen verleid worden om energiemaatregelen te nemen.

De energietransitie biedt economische kansen voor onze provincie. Elke 10% energiebesparing levert onze inwoners en bedrijven 250 miljoen euro op. De investeringen die nodig zijn voor energiebesparing en duurzame energieopwekkings- en -opslagsystemen leveren nieuwe werkgelegenheid op in de regio. Zowel voor hoger als voor lager opgeleide inwoners en vooral voor kleine en startende ondernemers.

donderdag 29 september 2016

Hoogezand-Sappemeer geeft vergunning voor omstreden zonnepark

Het bedrijf Powerfield krijgt een omgevingsvergunning voor de bouw van het tot nu toe grootste zonnepark van Nederland bij Sappemeer. B en W van Hoogezand-Sappemeer hebben besloten de vergunning af te geven, meldt RTV Noord.

Er worden 400.000 zonnepanelen geplaatst in het gebied tussen het Achterdiep Noordzijde en de Lodijk. Ondanks diverse bezwaren zien B en W geen reden om de vergunning te weigeren.

Assen krijgt miljoenen door verkoop aandelen Enexis

Assen krijgt miljoenen extra door de verkoop van aandelen in netbeheerder Enexis. Netwerkbeheerder Enexis heeft een deel van de Asser aandelen nodig om oude leningen af te lossen die jaren geleden afgesloten werden voor bedrijfsactiviteiten en investeringen.

Assen verkoopt zo'n twintig tot veertig procent van de aandelen, wat tussen de 6 en 11,5 miljoen euro oplevert.

Plaatsing tijdelijke geofoon op NAM-locatie Harkstede

De Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) start donderdag 29 september 2016 met het plaatsen van een zogeheten diepe geofoon op de NAM-locatie Harkstede. Deze locatie ligt in Meerstad. Het gaat om een tijdelijke situatie, de geofoon wordt voor de periode van maximaal een jaar geplaatst. 

Op de NAM-locatie Harkstede in Meerstad wordt geen aardgas gewonnen, de locatie wordt door NAM alleen gebruikt voor de observatie van het Groningse gasveld. De diepe geofoon wordt in de aanwezige put geplaatst. Dit werk is in november 2015 gestart en wordt nu afgerond. Voordat dit zover is worden er nog enkele voorbereidende werkzaamheden uitgevoerd. Er wordt een container geplaatst waarin de meetapparatuur staat opgesteld. De werkzaamheden nemen naar verwachting ongeveer twee weken in beslag, medio oktober is het werk afgerond.

Direct omwonenden merken weinig van de werkzaamheden, maar anders dan gewoon zijn er nu wel activiteiten op de locatie. Voor de uitvoering van de werkzaamheden zijn er werknemers en voertuigen op en bij de locatie aanwezig en wordt apparatuur gebruikt, dit geeft geringe overlast.

De werkzaamheden worden op werkdagen en bij daglicht uitgevoerd. Het kan bij uitzondering nodig zijn ’s avonds en ´s nachts werkzaamheden uit te voeren. Ook kan het mogelijk zijn dat er een fakkel ingezet wordt om eventueel aanwezig aardgas veilig af te kunnen voeren. Om ’s avonds veilig te kunnen werken wordt de locatie verlicht. Lichthinder wordt voorkomen door het licht te richten op de werkplekken binnen de locatie.

De NAM voert verschillende onderzoeken uit om de relatie tussen gaswinning, aardbevingen en de veiligheid boven het Groningen-gasveld beter te begrijpen. Met de plaatsing van een diepe geofoon kan beter worden gemeten op welke diepte bevingen in de ondergrond plaatsvinden. Dat is belangrijk, omdat de diepte van een aardbeving mede bepaalt hoe de grond aan de oppervlakte beweegt bij een aardbeving.

Europese subsidie voor biomassaproject

Twee projecten die bijdragen aan de ontwikkeling van het platteland hebben in totaal ruim €650 duizend subsidie ontvangen. Het geld is bedoeld voor glastuinbouwbedrijf Zandvoort Flowers en voor het project Biomassa in het Haarloseveld en Olden Eibergen en omstreken.

Het project 'Biomassa in het Haarloseveld en Olden Eibergen en omstreken: Organisch stof tot nadenken' is gericht op agrarisch waterbeheer. Het doel van het project is het verbeteren van de waterkwaliteit en de bedrijfsvoering van de betrokken agrariërs. Dit project ontvangt een subsidie van €186.600.

Provincie start studiegroep voor energiebesparing bij varkenshouders

De provincie Groningen en adviesbureau DLV Advies beginnen vanaf dit najaar een studiegroep 'Energiebesparing voor Groningse varkenshouders'. Samen met de deelnemers wordt gekeken naar hun energieverbruik en naar maatregelen die ze kunnen nemen om energie te besparen. Daarnaast krijgen de deelnemers uitleg over het toepassen van alternatieve energiebronnen en energiebesparende materialen, zoals LED-verlichting. De provincie wil de varkenshouderijsector de komende jaren duurzamer maken.

De studiegroep gaat in de tweede helft van september van start. In oktober en november wordt voor iedere deelnemer een individuele energie-inventarisatie gemaakt. Op deze manier krijgen deelnemers inzicht in hun eigen verbruik per dieren de score ten opzichte van een referentie. Ook krijgt elk bedrijf een energiebesparingsplan. Hierin staat hoe bedrijven praktisch kunnen besparen zonder kosten te maken en hoe ze rendabele investeringen in het bedrijf kunnen doen.

Van november 2016 tot april 2017 organiseren de provincie en DLV Advies een aantal informatiebijeenkomsten over energiebesparing voor varkenshouders. Voorbeelden van onderwerpen die aan bod komen zijn:

woensdag 28 september 2016

Allego geen stroomaanbieder

Oplaadbedrijf Allego manifesteert zich niet als elektriciteitsleverancier. Dat heeft de rechter bepaald in navolging van toezichthouder ACM.

Nuon betichtte Allego van het overtreden van de Elektriciteitswet en is van mening dat Allego oneerlijk concurreert. Maar de rechter heeft geen overtreding van de Elektriciteitswet vastgesteld.

Allego blijft volhouden dat het een Charge Point Operator is die zelf geen elektriciteit levert. Allego heeft een samenwerking met Vandebron, zij verzorgen de elektriciteit. 'We hopen dat Nuon inziet dat de markt voor elektrisch vervoer juist gediend is met samenwerking. Er is nog veel te doen in Nederland.'

Allego voldoet met zijn werkwijze aan de wet. Dat wordt ook bevestigd door de wetgever, de minister van Economische Zaken en de toezichthouder Autoriteit Consument & Markt (ACM).

Allego wil zo snel mogelijk toe naar een situatie in Nederland waarin de e-rijder vrije keuze van energieleverancier aan de laadpaal heeft. De e-rijder bepaalt dan welke energieleverancier de stroom voor zijn of haar auto levert. Een CPO faciliteert de e-rijder dan maximaal en alle energieleveranciers kunnen dan hun diensten aanbieden. Zover zijn we nog niet in ons land en er moet op het gebied van wetgeving en systemen van alles nog worden ingeregeld. In het belang van elektrisch vervoer in Nederland zet Allego hier vol op in, ondanks weerstand van partijen als Nuon die kiezen voor een gesloten systeem waarin afnemers gebonden zijn aan hun laadpalen.

Meer hoge en efficiënte windmolens op land

Nederlandse windmolens hebben in 2015 met 7,6 miljard kilowattuur ruim 30 procent meer elektriciteit opgewekt dan in 2014. In 2015 stonden 139 windmolens op zee. Op land staan ruim 2 000 windturbines en worden steeds hogere en efficiëntere molens geplaatst. Dat meldt CBS.

Afgelopen jaar werd 6 procent van alle in Nederland gebruikte elektriciteit met molens opgewekt. Dat is genoeg om 2,5 miljoen huishoudens een jaar lang van stroom te voorzien. Driekwart van de verbruikte energie wordt in Nederland nog altijd opgewekt met het stoken van aardgas en kolen. De rest komt van biomassa en zonne-energie of uit het buitenland.

Windpark Lely uit IJsselmeer verwijderd

Nuon is deze week begonnen met de ontmanteling van het windpark Lely dat in het IJsselmeer staat zo’n 0.6 kilometer vanaf de haven van Medemblik. Het windpark is gebouwd in 1992 en heeft 22 jaar trouwe dienst gedaan. Het gaat om 4 windmolens van totaal 2 MW. Het is voor het eerst voor Nuon dat een windpark offshore verwijderd wordt.

Op tweede kerstdag in 2014 viel van een van de molens de rotor-kop met twee bladen naar beneden het water in. De gondel zat nog op de turbine. Het ging om een twee-bladige molen, de kop en beide wieken lagen circa 1 meter onder water. De turbines draaiden niet op het moment dat dit gebeurde omdat het windstil was. De resterende drie turbines zijn vervolgens uit voorzorg stilgezet.

Nuon heeft daarna onderzoek gedaan naar de oorzaak. De oorzaak bleek metaalmoeheid te zijn. Bij de andere molens was hiervan geen sprake. Toch heeft Nuon besloten om het windpark af te breken De reden hiervoor was dat het gaat om een relatief klein windpark dat al aan het einde van de levensduur zat en daardoor ook minder rendabel werd.

De molens staan 0.6 kilometer vanaf de wal. De werkzaamheden vinden op het water plaats en er wordt gewerkt met o.a. kraanschepen en sleepboten. Eerste worden de molens zelf weg gehaald. Daarna de funderingen en tot slot de kabels die op de bodem van het meer liggen.

Stedin en Peeks starten pilot met flexibele energievraag

Netbeheerder Stedin slaat de handen ineen met de Delftse start-up Peeeks. De twee starten samen een pilottraject in het najaar van 2016.

Doel van de pilot is om door middel van slimme sturing het elektriciteitsnet minder te belasten op momenten dat er veel vraag naar energie is. De beide partners hopen hiermee op innovatieve wijze de capaciteit van het regionale elektriciteitsnetwerk te verbeteren en hierdoor kosten te besparen.

"Met de ontwikkelingen van duurzame opwekking en de ophanden zijnde elektrificatie zullen piekbelastingen steeds vaker en steeds heftiger voor gaan komen, wat nieuwe investeringen in het net tot gevolg kan hebben. Voor die piekmomenten kijkt Stedin naar innovatieve technieken, zodat onze klanten verzekerd blijven van energielevering. Peeeks heeft hiervoor een buitengewoon interessante oplossing”, aldus David Peters, directeur Strategie van Stedin. David Beijer, CEO van Peeeks: “Op basis van door bedrijven aangeleverde informatie prioriteert Peeeks de verschillende energievragen. Hierdoor krijgt ieder bedrijf de energie die het nodig heeft, maar is de levering slim verspreid en zijn de piekmomenten daardoor minder hevig. Dit betekent lagere kosten voor de netbeheerder en dus lagere kosten voor de klanten”.

Stedin en Peeeks zullen gezamenlijk een pilot uitvoeren waarin vraagsturing in de regio zal worden toegepast om de piekbelasting te reduceren. In de pilot zal Peeeks de rol van aggregator (verzamelaar van flexibiliteit) op zich nemen en blijft Stedin haar rol als netbeheerder uitvoeren. Dit betekent dat er echt gestuurd gaat worden, bij echte klanten, in een echt netwerk, onder realistische voorwaarden. Aan de pilot kunnen bedrijven in de omgeving van Ridderkerk meedoen.

Het regionale netwerk is ontworpen om iedereen, op elk moment van de dag, in zijn of haar behoefte aan energie te kunnen voldoen. Op een gemiddelde dag kan het net de belasting gemakkelijk aan, maar wanneer iedereen tegelijk de wasmachine, stofzuiger én magnetron aanzetten, krijgt het netwerk het zwaar te verduren. Deze piekbelastingen vragen om slimme oplossingen en Peeeks voorziet hierin.

Start-up Peeeks is opgericht door een aantal TU Delft alumni met een succesvol ondernemersverleden in de energiewereld. Als specialist op het gebied van Demand Response (vraagsturing), weten zij alles over het beheersen van fluctuerende energiebelastingen. Peeeks plant de energievraag van zakelijke gebruikers slim in, en houdt hierbij rekening met de toestand van het landelijke of regionale netwerk. Als expert op het gebied van energieplanning en –sturing is Peeeks bij uitstek een effectieve partner voor netwerkbedrijven die op duurzame en innovatieve wijze hun netwerken toekomstbestendig willen maken.

Energiescan voor sportaccommodaties

Veel Drentse sportclubs met eigen accommodatie kampen met hoge energielasten. Om deze lasten te verminderen stelt het college van Gedeputeerde Staten op initiatief van Provinciale Staten een subsidie beschikbaar van € 364.150,- aan SportDrenthe. Naast het aanbieden van energiescans wordt samen met het Drents Energieloket ook een energieloket voor sportverenigingen ingericht.

De provincie Drenthe bieden 200 sportclubs Drenthe een gratis energiescan aan. De scans moeten verenigingen helpen werk te maken van energiebesparing.

De begroting van de gemiddelde sportvereniging bestaat voor een groot deel uit energielasten. Om Drentse sportverenigingen te helpen hun energielasten te verminderen, kunnen zij een energiescan aanvragen bij SportDrenthe. Voor besparingsmaatregelen kunnen zij vervolgens een subsidie aanvragen bij het Rijk.

Om de sportverenigingen te begeleiden wordt er een Energieloket opgericht waar zij terecht kunnen voor vragen en advies en begeleiding over besparingsmaatregelingen. Gedeputeerde Tjisse Stelpstra: “Veel verenigingen hebben het financieel niet gemakkelijk en energielasten vormen een grote kostenpost. We willen verenigingen helpen bij energiebesparing. Met de gratis energiescans en begeleiding willen we hen over de streep trekken. Daarmee dragen we ook bij aan een duurzamer Drenthe.”

ACM stelt regels vast om redelijke inkomsten van beheerder net op zee te bepalen

ACM heeft voor de periode 2017 tot en met 2021 regels vastgesteld om te bepalen hoe hoog de inkomsten mogen zijn van de beheerder van het toekomstig elektriciteitsnet op zee (TenneT). Met deze regels, oftewel het ‘methodebesluit net op zee’, stelt ACM ieder jaar vast wat voor de netbeheerder redelijke inkomsten zijn: eind 2016 voor 2017, eind 2017 voor 2018, enzovoort. Daarbij moet de netbeheerder zijn investeringen in de aanleg van het net op zee kunnen terugverdienen, voor zover deze efficiënt zijn. Zodra het net op zee in gebruik is genomen, toetst ACM of de kosten die de netbeheerder maakt, efficiënt zijn.

ACM heeft het methodebesluit reeds twee weken nadat het ministerie van Economische Zaken TenneT had aangewezen als netbeheerder op zee, kunnen vaststellen. TenneT heeft daarmee zo snel mogelijk de zekerheid gekregen die ze nodig had om verder te gaan met de aanleg van het net op zee. Dit net gaat de nieuwe windparken op zee verbinden met het net op land. Een tijdige oplevering van het net is belangrijk om de doelstellingen uit het Energieakkoord te kunnen behalen.

Het methodebesluit voor de taken van TenneT op land is voor het grootste deel toepasbaar op de taken van TenneT op zee. Ook voor het net op zee kiest ACM voor een reguleringsperiode van vijf jaar. Verder kiest de toezichthouder voor hetzelfde redelijke rendement en voor een vergoeding voor operationele kosten zonder verrekening achteraf. Bij de consultatie van het besluit had TenneT voorgesteld om alle operationele kosten juist wel achteraf te verrekenen. ACM heeft dit voorstel niet overgenomen omdat dit de prikkel wegneemt om deze kosten efficiënt te houden.


Het kabinet wil 3500 MW aan extra windvermogen aanleggen voor de kust. Dit draagt bij aan zijn beleid om in 2023 energie voor 16 procent hernieuwbaar te laten zijn. De verduurzaming van de energievoorziening moet ook betaalbaar en betrouwbaar zijn. De toezichthouder reguleert de beheerder van het net op zee omdat die een monopolie heeft.

dinsdag 27 september 2016

Hoofdgebouw na renovatie ‘s werelds duurzaamste onderwijsgebouw

Na de lopende renovatie is het Hoofdgebouw van de Technische Universiteit Eindhoven het meest duurzame onderwijsgebouw ter wereld. Het ontwerp van het gebouw krijgt de hoogste BREEAM-score ooit voor dit type gebouwen (93,86). BREEAM is de meest gebruikte methode voor het meten van de duurzaamheid van gebouwen, die wereldwijd al is toegepast op 250.000 gebouwen. Dinsdag 27 september krijgt de universiteit het duurzaamheidscertificaat uitgereikt.

De score van 93,86% is goed voor de maximaal te behalen vijf BREEAM-sterren en het predicaat ‘Outstanding’. Wanneer dit duurzame ontwerp ook daadwerkelijk in de praktijk is gerealiseerd, heeft het gebouw niet alleen de hoogste score wereldwijd in de categorie onderwijsgebouwen, maar komt het ook in de top-3 van alle duurzaamste gebouwen in Nederland. Dit laat de Dutch Green Building Council (DGBC) weten, die in Nederland het duurzaamheidskenmerk BREEAM-NL beheert. DGBC-directeur Annemarie van Doorn reikt dinsdag het certificaat uit aan het bestuur van de TU/e.

Het Hoofdgebouw, dat na de renovatie ‘Atlas’ gaat heten, heeft straks geen gasaansluiting meer. Alle benodigde verwarming en koeling krijgt het gebouw uit het campusbrede WKO-systeem (warmte-koude-opslag) van de TU/e. Dit systeem slaat warmte en koude apart op in de ondergrond, en haalt die er weer uit wanneer gebouwen verwarmd of gekoeld moeten worden. Dit WKO-systeem is een van de grootste van Europa. Daarnaast komen er zonnepanelen die 500 megawattuur per jaar gaan opleveren, wat het overgrote deel van het elektriciteitsverbruik van het gebouw afdekt.

Ook bijzonder is dat het gebouw voorzien wordt van ‘nachtspoeling’. In de zomer schuiven de etagehoge ramen ’s nachts naar buiten om het gebouw te koelen en de lucht te zuiveren. Bovendien kunnen alle gebruikers de ramen zelf open of dicht doen. Verder krijgt het hele gebouw slimme en zuinige LED-verlichting, die standaard op een relatief laag lichtniveau staat. Gebruikers kunnen via een app zelf de lichtinstelling aanpassen als ze dat nodig vinden. De universiteit gaat met dit systeem ook onderzoek doen naar hoe mensen omgaan met personaliseerbare lichtinstellingen. Door alle ingrepen gaat de CO2-uitstoot van het gebouw met zo’n 80 procent omlaag, terwijl het aantal ‘bewoners’ van het gebouw meer dan verdubbelt.

De toon aangeven
“We zijn ontzettend trots en blij met dit resultaat”, zegt Jo van Ham, vice-voorzitter van het college van bestuur van de TU/e. “Duurzaamheid is een enorm belangrijk thema in ons onderwijs en onderzoek, en daar horen wat ons betreft gebouwen en bedrijfsvoering bij die de toon aangeven. We investeren al ruim vijftien jaar extra in duurzaamheid, onder meer door een campusbrede warmte-koude-opslag. Daar wordt ook gebouw Atlas op aangesloten, wat een van de pijlers is van de duurzaamheid van dit gebouw.”

“Wat een geweldige ambitie die de TU/e hier toont”, reageert DGBC-directeur Annemarie van Doorn. “Wanneer dit BREEAM-NL Ontwerpcertificaat ook daadwerkelijk wordt omgezet in een Oplevercertificaat, dan is het hoofdgebouw een wereldwijd voorbeeld voor alle universiteiten en hogescholen. Wij juichen investeren in duurzaamheid, en dus ook in gezondheid, van harte toe. En zeker in onderwijsgebouwen, waar de toekomst van Nederland wordt opgeleid.”

Atlas wordt het vierde gebouw van de TU/e dat geen gasaansluiting heeft, en een vijfde gebouw staat in de planning om ‘gasloos’ te worden. Sinds 2002 is het gasverbruik van de universiteit meer dan gehalveerd, en met alle geplande ingrepen komt de TU/e uiteindelijk uit op een afname in het  gasgebruik van driekwart. Ook is de universiteit qua gas en elektra nu klimaatneutraal. De TU/e gebruikt alleen groene stroom en compenseert CO2-uitstoot van gasverbruik door onder andere bosaanplant.

Gebouw Atlas wordt het onderkomen van de faculteit Industrial Design, de faculteit Industrial Engineering & Innovation Sciences, het universiteitsbestuur en de ondersteunende diensten. Het originele gebouw stamt uit 1963, heeft zestien bouwlagen en heeft een vloeroppervlak van 44.000 vierkante meter.

De uitreiking vindt plaats op een kennismiddag rond duurzaam bouwen, waarin onder meer belicht wordt hoe de bijzonder hoge duurzaamheid van het gebouw bereikt wordt. Dit open kennisevent is op dinsdag 27 september en begint om 12:30 uur.

Opstartbijdrage voor energie-initiatieven in aardbevingsgebied

De komende jaren is zo'n 400.000 euro subsidie beschikbaar voor bedrijven en inwoners in het aardbevingsgebied die iets met energie willen.

Het geld kan aangevraagd worden voor het oprichten van een coöperatie, een ledenwerfcampagne of een haalbaarheidsstudie.

De subsidieregeling is een initiatief van de Provincie Groningen, Grunneger Power, Groninger Energie Koepel en Natuur-en Milieufederatie Groningen.

Er kan maximaal 10.000 euro worden aangevraagd per initiatief.

Allegro plaatst snelladers bij McDonalds Schiphol Noord

Allego, de aanbieder van laadoplossingen voor elektrisch vervoer, heeft twee snelladers geplaatst bij McDonalds Schiphol Noord.

E-rijders kunnen hierdoor binnen 15 tot 20 minuten hun auto voldoende opladen. De snelladers bevinden zich nabij de snelweg (A4) en aan de rand van luchhaven Schiphol waardoor ze goed bereikbaar zijn.

Inmiddels heeft Allego het grootste snellaadnetwerk van Nederland met 65 snelladers in Nederland en 155 in Europa.

'Te smerige brandstof via Nederlandse havens naar Afrika '

Extreem vieze brandstof, die honderden keren de EU-normen overschrijdt, verdwijnt via de havens van Rotterdam en Amsterdam richting Afrika. De zwaar vervuilende benzines en diesels dragen bij aan de snelgroeiende luchtvervuiling in Afrika. Daarmee brengen ze de gezondheid van miljoenen mensen in gevaar.

Vele miljarden liters aan zeer vervuilde brandstoffen worden jaarlijks naar Afrika vervoerd en lokaal verstookt. De Zwitserse organisatie Public Eye heeft drie jaar lang onderzoek gedaan en voor het eerst de handelsstromen van deze brandstoffen in kaart gebracht. Grote Zwitserse bedrijven spelen een belangrijke rol als producent, handelaar en soms ook als benzinepomphouder. Onder de bedrijven zijn Trafigura, bekend van het schandaal rond het dumpen van afval door het gifschip de Probo Koala, en het Nederlands-Zwitserse Vitol.

In EU-landen mag in benzine en diesel 10 ppm (parts per million) zwavel zitten. In veel vooral West-Afrikaanse landen zijn die normen vele malen hoger. Public Eye heeft aan de pomp monsters genomen in acht Afrikaanse landen en kwam voorbeelden tegen tot wel 3780 ppm. De organisatie trof nog andere giftige stoffen in de brandstoffen aan in concentraties die in de EU verboden zijn, waaronder benzeen.

In het rapport valt verder te lezen dat de bedrijven niet alleen de smerige brandstoffen verhandelen, maar ook zelf produceren. Dat gebeurt door verschillende soorten brandstoffen te mengen. Ze gebruiken daarvoor eigen opslagtanks in de havens van Rotterdam, Amsterdam en Antwerpen. Zo krijgen Afrikaanse landen die goede kwaliteit ruwe olie leveren aan Europa, in ruil daarvoor extreem smerige brandstof terug.

Milieudefensie vindt, net als Public Eye, de praktijken van deze bedrijven ongeoorloofd en in strijd met het mensenrecht op gezonde lucht. Volgens de VN hebben de inwoners van de grote Afrikaanse steden al te maken met de snelst groeiende luchtvervuiling ter wereld. Milieudefensie-directeur Donald Pols: “De bedrijven die de smerige brandstof naar Afrika brengen, moeten zich schamen dat ze achteloos brandstof in Afrika dumpen, waarvan de EU vindt dat ze te gevaarlijk voor de volksgezondheid zijn. Daarmee overtreden ze internationale afspraken om in elk land waar het bedrijf actief is de mensenrechten te respecteren. De export van vervuilende brandstoffen die niet aan EU-regels voldoen, moet verboden worden.”

Subsidie voor zonnecel onderzoek

Bart Vermang (onderzoeker op het gebied van duurzame energie bij imo-imomec) heeft een Europese onderzoeksbeurs van twee miljoen euro in de wacht gesleept. De prestigieuze ERC Starting Grant voor jonge wetenschappers wordt uitgereikt door de European Research Council – na een strenge selectieprocedure.

Met zijn onderzoek wil Bart Vermang (imo-imomec) CiGS(e)-cellen (een type dunne-filmzonnecellen) verbeteren door geavanceerde technieken toe te passen die ook bij silicium-zonnecellen worden gebruikt. Dat zou moeten leiden tot duurzamere cellen met een hogere efficiëntie tussen de 23 en 26%. “Dit type cellen is bijzonder geschikt om te integreren in bouwmaterialen en constructie-elementen. Een markt die zeer belangrijk wordt, want de Europese regelgeving voorziet dat nieuwe gebouwen in de toekomst energieneutraal moeten worden.”

De ERC-onderzoeksbeurzen zijn een van de meest prestigieuze beurzen voor Europese wetenschappers.

maandag 26 september 2016

Twee nieuwe hybrides in Top 10 zuinige auto’s

De Kia Niro Hybrid en de Suzuki Baleno Smart Hybrid zijn belangrijke nieuwkomers in de Top 10’s Zuinige Auto’s voor het derde kwartaal van dit jaar. De Kia voert direct ook de lijst van zuinige ‘Grote Benzineauto’s’ aan. De Top 10’s worden vier keer per jaar samengesteld door de ANWB en Natuur & Milieu.

De Kia Niro Hybrid is een SUV met een hybrideaandrijving. Voor een grote benzineauto springt hij zo zuinig om met brandstof dat hij direct de eerste plaats inneemt in de Top 10 Grote Benzineauto’s. Hij haalt in de praktijk 1 op 17,6 gemiddeld. Het is de enige auto in deze top tien die genoegen neemt met net iets minder dan zes liter benzine per 100 kilometer. De Ford Mondeo Hybrid, die op plaats twee staat, komt tot 1 op 16,5 wat gelijk staat aan 6,0 liter per honderd kilometer.

De Suzuki Baleno Smart Hybrid – te koop vanaf vijftienduizend euro – komt op de tiende plek binnen in de lijst ‘Kleine Benzineauto’s’. De Japanner dankt zijn lage brandstofverbruik vooral aan zijn lage wagengewicht. Hij weegt maar 840 kilogram. Het praktijkverbruik bedraagt 1 op 17,2. De fabriek claimt trouwens een gemiddeld verbruik van 1 op 25. De Baleno heeft geen echte hybride aandrijving maar een lichtgewicht pakket (van zo’n 40 kg) dat bestaat uit een lithium ion accu waarin remenergie wordt opgeslagen. Hiermee worden elektrische componenten gevoed waardoor er minder belasting is van de dynamo en een minder zware loodaccu nodig is.

Aanleg NordLink-kabel van start

De projectpartners TenneT, Statnett en KfW (vertegenwoordigd door KfW IPEX-Bank) hebben onlangs de eerste spade in de grond gestoken voor de bouw van het Duitse converterstation voor de NordLink-interconnector, een onderzeese kabel tussen Duitsland en Noorwegen. Daarnaast werd een symbolische kabeltrekhandeling uitgevoerd in aanwezigheid van Robert Habeck, minister van energie van de Duitse deelstaat Sleeswijk-Holstein, de Noorse ambassadrice Elisabeth Waalas, en de burgemeesters van de Noord-Duitse plaatsen Wilster en Nortorf. De ceremonie werd bijgewoond door een groot aantal politici op nationaal, regionaal en deelstaatniveau, evenals vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties.

“De NordLink-kabel verbindt twee landen die elkaar perfect aanvullen als het gaat om de uitwisseling van duurzame energie: aan de ene kant Duitsland met zijn wind- en zonne-energie, en aan de andere kant Noorwegen met zijn waterkracht”, aldus Lex Hartman, lid van de Raad van Bestuur van TenneT. “Projecten zoals NordLink maken een geïntegreerde Europese energiemarkt mogelijk. Zo kunnen we ervoor zorgen dat elektriciteit efficiënt wordt getransporteerd naar de verbruikscentra, op een eenvoudige, veilige en milieuvriendelijke wijze”, aldus Hartman.

“Het NordLink-project speelt een belangrijke rol in de energietransitie. De kabel faciliteert de opwekking van wat vroeger de ‘basislast’ werd genoemd”, aldus Robert Habeck, plaatsvervangend minister-president van Sleeswijk-Holstein en minister van energie, landbouw, milieu en plattelandsgebieden. “Deze ‘groene’ verbinding zorgt voor een koppeling met de capaciteit van waterkrachtcentrales in Noorwegen en zal bijdragen aan het tegengaan van congesties in het Duitse transportnet”, voegde Habeck toe.

Wanneer er veel vraag naar elektriciteit is, zal de import van voordelige waterkrachtenergie een positief effect hebben op de elektriciteitsprijzen. De Duitse consumenten zullen hiervan profiteren. Een aanzienlijk deel van de sociaal-economische voordelen van de NordLink-kabel ontstaat door de opbrengsten uit de handel in transportcapaciteit via de interconnector. Deze opbrengsten zullen worden ingezet voor de financiering van andere netprojecten of voor het verlagen van de energietarieven.

Verkenning windmolens Nieuwgraaf Duiven

Waterschap Rijn en IJssel verkent de mogelijkheden voor het plaatsen van maximaal twee windmolens op het terrein van de rioolwaterzuivering op het industrieterrein Nieuwgraaf in Duiven. Op donderdag 29 september houdt zij hiervoor een informatieavond voor omwonenden en geïnteresseerden in Zalencentrum Wieleman, dorpsstraat 11 te Westervoort.

Om 20.00 uur is een korte algemene toelichting. Daarna is er gelegenheid voor persoonlijke gesprekken over bijvoorbeeld geluid, schaduw, natuur, duurzame energie en (ook financieel) meedoen. De zaal is open vanaf 19.30 uur.

Het terrein van de rioolwaterzuivering lijkt te voldoen aan de wettelijke eisen qua afstand tot woningen, natuur en gasleidingen. Of de windmolens daadwerkelijk wenselijk, haalbaar en betaalbaar zijn, gaat het waterschap de komende maanden onderzoeken. Hiervoor voert zij gesprekken met de direct omwonenden en de gemeente Duiven.

Duiven is de derde locatie waar het waterschap zich oriënteert op windenergie. Eerder werd al bekend dat de waterzuivering in Etten en de dijk bij de waterzuivering in Zutphen mogelijke locaties zijn.
Het algemeen bestuur van het waterschap maakt uiteindelijk de afweging of, waar en hoeveel windmolens zij wil realiseren. Hierbij weegt zij alle onderzochte locaties tezamen af, en welke technische, financiële en ruimtelijke (vergunningen) aspecten daarbij komen kijken. Dan wordt ook bepaald op welke locatie(s) een vervolgtraject gestart wordt.

Het waterschap ziet dagelijks de gevolgen van de klimaatverandering en wil haar verantwoordelijkheid nemen op dit gebied. Met name rioolwaterzuiveringen verbruiken veel energie. Daarom wil zij 100% energieneutraal worden. Dit betekent dat zij evenveel energie duurzaam wil opwekken, als dat ze verbruikt: namelijk 32 miljoen kWh (evenveel als het verbruik van 9.000 huishoudens).

zaterdag 24 september 2016

STORM halverwege 80-daagse wereldreis op elektrische motor

De 23 studenten van team STORM die in 80 dagen de wereld rondreizen op hun zelfontwikkelde elektrische motor zijn halverwege. Na ruim 10.000 kilometer te hebben afgelegd is het team volgens schema aanbeland in Nanjing in China. Tijdens de rondreis, waarmee de studenten de potentie van elektrisch vervoer willen aantonen, beleven ze de nodige avonturen: technische problemen, een presidentieel overlijden en zelfs een kleine botsing.

Na een spectaculaire start in Eindhoven, waarbij het team werd uitgezwaaid door onder meer ambassadeurs Jan Peter Balkenende en Rick Nieman, ging het vrij snel mis. Op de tweede dag, op weg naar Wenen, viel de motor uit. Een complete dag was nodig om de benodigde reparaties aan de motor te doen, maar in de dagen erna kon het team deze vertraging weer goed maken. Na tussenstops in Roemenië, Bulgarije en Turkije, vervolgden ze hun avontuur in Centraal-Azië.

In Iran kregen de studenten te maken met extreme hitte, slechte wegen en chaotisch verkeer. De schrik sloeg hen om het hart toen de motor in aanraking kwam met een lokale taxi. Gelukkig kon zonder al te grote schade de weg vervolgd worden richting Oezbekistan. Daar viel hun aankomst samen met het overlijden van president Islam Karimov. Vanwege de afgekondigde nationale rouw waren de geplande evenementen en locaties niet toegankelijk en zagen de studenten zich genoodzaakt het land snel te verlaten.

De motor rijdt intussen al ruim een week door China, waar het team morgen verwacht aan te komen in Shanghai. Vervolgens is het zaak om de batterijen op transport te zetten naar Seattle, zodat STORM haar wereldreis kan vervolgen in de Verenigde Staten. Op woensdag 2 november verwachten de studenten, tachtig dagen na hun vertrek, terug te keren in Eindhoven.

Spectaculair transport van loodzware transformator naar Breukelen

Dit weekend voert Mamoet in opdracht van TenneT een groot transport uit van een transformator via het Amsterdam-Rijnkanaal richting de A2.

Omdat de transformator ongeveer 6 meter hoog, 3,5 meter breed en 10 meter lang is en circa 325.000 kilo weegt, betreft het hier een groot transport. Hierbij wordt de transformator, eerst door een enorme kraan van het schip over de spoorlijn (Amsterdam-Utrecht) gehesen om vervolgens op een speciaal transport vervoerd te worden tot Shell station Ruwiel langs de A2.

In de nacht van 8 op 9 oktober as. gaat het transport verder over de A2 naar het in aanbouw zijnde hoogspanningsstation Breukelen-Kortrijk. Aangekomen bij station Breukelen-Kortrijk gaat de transformator over een speciaal aangelegde hellingbaan naar de eindbestemming.

vrijdag 23 september 2016

Aardgasproductie in Groningen verlaagd

De ministerraad heeft op voorstel van minister Kamp van Economische Zaken besloten over het definitief instemmingsbesluit gaswinning uit het Groningenveld. Met dit besluit wordt het winningsniveau voor de komende jaren vastgesteld en neemt het kabinet extra maatregelen om de veiligheid in Groningen te vergroten en de schade te verminderen.

De komende vijf jaar wordt de gaswinning uit het Groningenveld beperkt tot 24 miljard kubieke meter per jaar. Enkel in koude winters en voor zover strikt noodzakelijk mag extra gas worden geproduceerd. Er wordt gestreefd naar een zo vlak mogelijke winning met zo min mogelijk fluctuaties. In 2021 komt er een nieuw instemmingsbesluit. Bij een jaarlijks ijkmoment kan blijken dat nieuw verworven kennis of verandering van feiten en omstandigheden, aanleiding geven om aanpassing van het instemmingsbesluit te overwegen. Het inspectieprogramma van de Nationaal Coördinator Groningen wordt onverminderd voortgezet.

Het kabinet baseert dit instemmingsbesluit op adviezen van Staatstoezicht op de Mijnen (SodM), de Mijnraad, de Technische Commissie Bodembeweging, en de analyse van GTS. Daarnaast is rekening gehouden met adviezen van provincies, gemeenten en waterschappen, zienswijzen die zijn ingediend en het overleg met de Tweede Kamer.

Minister Kamp: “Voor het kabinet is de veiligheid van de inwoners van Groningen leidend bij het nemen van besluiten over de gaswinning. De aanpak van het kabinet was er de afgelopen jaren op gericht om de veiligheidsrisico’s en de schade voor de Groningers zoveel mogelijk te beperken. Inmiddels is het aantal bevingen en de zwaarte ervan significant gedaald. Met dit besluit verminderen we de gaswinning tot 24 miljard kubieke meter: een halvering sinds 2012. Daarnaast wordt de schadeafhandeling verder verbeterd, de benodigde versterking van gebouwen uitgevoerd en de maatregelen ter versterking van de regio voortgezet. Het kabinet werkt zo aan het herstel van vertrouwen van Groningers.”

Naast de inbreng van diverse adviesorganen en experts, zijn ook de inbreng van gemeenten, provincies en de zienswijzen van betrokken mensen en organisaties meegenomen in het definitieve instemmingsbesluit over de gaswinning in Groningen voor de komende vijf jaar. In totaal werden 5530 zienswijzen ingediend, waarvan 252 unieke zienswijzen en 29 reacties van overheden.

Met de regio zal de komende maanden worden overlegd over hun betrokkenheid bij de jaarlijkse ijkmomenten. Vast staat dat NAM voor 1 oktober 2020 een nieuw winningsplan moet indienen, zodat per 1 oktober 2021 een nieuw besluit kan ingaan.

Het definitieve instemmingsbesluit over gaswinning in Groningen met daarbij een reactie op de zienswijzen ligt vanaf 30 september 2016 zes weken ter inzage. Tegen het definitieve instemmingsbesluit kan beroep worden ingesteld bij de Raad van State.


Han Fennema nieuwe voorzitter Nederlandse gasvereniging KVGN

Han Fennema, CEO van infrastructuurbedrijf Gasunie, is benoemd tot voorzitter van het bestuur van KVGN, de Nederlandse branchevereniging voor spelers in de gaswereld zoals producenten, leveranciers, bestuurders en beleidsmakers. Fennema neemt het voorzitterschap over van Gertjan Lankhorst, CEO van GasTerra, die sinds 2012 voorzitter was en wiens bestuurstermijn deze maand afliep.

Fennema: “De energievoorziening in Nederland verandert. Als gassector zijn we bezig om samen met andere betrokkenen onze rol in de energietransitie vorm te geven. We zien het als onze verantwoordelijkheid om samen met anderen de overgang naar een CO2-vrije energievoorziening mogelijk te maken. We willen samen met de overheid bekijken hoe we ook de beschikbare gasreserves en de bestaande infrastructuur hiervoor het beste kunnen inzetten. De gassector wil een open gesprekspartner zijn op basis van een nieuwe visie waarin aardgas een maatwerk-rol heeft in een gevarieerd samengesteld energiesysteem. We noemen dat: ‘gas-op-maat’, waarbij aardgas flexibel wordt ingezet op plekken waar geen duurzame alternatieven zijn. Tegelijkertijd groeit de inzet van groen gas.  De gassector werkt aan concrete plannen die bijdragen aan een schone, betrouwbare en betaalbare energievoorziening. Samen met stakeholders willen we deze verder uitwerken en uitvoeren. Ik ben er trots op dat ik als voorzitter van een actieve, zich vernieuwende KVGN aan dit transitieproces kan bijdragen.”

Havenbedrijf Amsterdam: 'Scheepvaart kan schoner'

Havenbedrijf Amsterdam is samen met GoodFuels Marine een pilot gestart voor het gebruik van duurzame biobrandstof voor haar eigen vloot. Bij succes zal de hele vloot van het havenbedrijf op deze brandstof gaan varen. Dit zou dan een reductie van 14% op onze eigen CO2 voetafdruk opleveren.

Met dit initiatief zet het havenbedrijf zich in voor een verlaging van haar CO2 voetafdruk. Deze wordt voor circa 50% bepaald door het dieselverbruik van de patrouillevaartuigen. Hiermee neemt ze haar verantwoordelijkheid door het goede voorbeeld te geven door schone scheepvaart te stimuleren. Biobrandstoffen zijn brandstoffen die niet afkomstig zijn van fossiele bronnen zoals olie en gas. Deze brandstoffen worden bij GoodFuels alleen gemaakt van duurzame afvalstromen.

Deze pilot draagt bij aan de verduurzaming van de Amsterdamse haven. Andere initiatieven op dit gebied zijn uitbreiding van het aantal walstroompunten en LNG bunkerfaciliteiten, investeringen in zonne- en windenergie en werkt Havenbedrijf Amsterdam actief aan een verlaging van overlast door de plaatsing van geurdetectoren (eNose) en de isolatie van woningen.

Marleen van de Kerkhof, havenmeester Havenbedrijf Amsterdam: "De impact van de scheepvaart op het klimaat en de omgeving wordt een steeds belangrijker discussiepunt. De scheepvaart kan schoner. Daaraan willen wij graag bijdragen. Daarbij zorgt het gebruik van biobrandstoffen voor een belangrijke stap in de verduurzaming van onze operatie."

Doryan Daamen, Commercial Director Marine GoodFuels: "Havenbedrijf Amsterdam heeft ons vanaf het eerste begin gesteund met het ontwikkelen van de markt voor duurzame marine fuel. Wij zijn daarom zeer verheugd over deze stap van het havenbedrijf om deze brandstof nu ook zelf te gaan gebruiken. Op de korte termijn worden onze brandstoffen nog van afgewerkt frituurvet gemaakt. We zijn samen met het havenbedrijf hard bezig om biobrandstoffen van nieuwe rest- en afvalstromen te ontwikkelen die schaalbaar zijn."

Voor deze pilot is gekozen voor een gehydrogeneerde marine biofuel. Door het gebruik van schoon waterstofgas bij de productie zijn alle onzuiverheden uit de grondstoffen gekraakt. Hierdoor blijft kwalitatieve hele hoogwaardige biobrandstof over. De pilot duurt circa 4 maanden.

TNO gaat emissies binnenvaart meten

De langdurig opgebouwde kennis van de uitstoot van schadelijke stoffen door voertuigen op de weg zet TNO nu in voor de binnenvaart. In de vandaag ondertekende Green Deal Emissies Binnenvaart is afgesproken dat TNO de uitstoot aan boord van schepen in de praktijk gaat meten met een speciaal voor dit doel ontwikkeld apparaat.
Inzicht in de daadwerkelijke emissies is van belang omdat de binnenvaart de komende jaren met steeds strengere milieuvoorschriften te maken krijgt.
De stap van de weg naar rivier en later ook zee past in de ambitie van TNO om via innovaties schoon, zuinig en duurzaam varen te realiseren. TNO heeft een methode en apparatuur ontwikkeld om praktijkemissies inzichtelijk te maken. Handhavende organisaties kunnen op basis van die gegevens controleren of de schepen aan de vereiste emissielimieten voldoen. En binnenvaartschippers kunnen hiermee inschatten welke maatregelen zij moeten nemen als ze nog niet aan de eisen voldoen.

Het door TNO eerder voor het wegverkeer ontwikkelde apparaat, Smart Emission Measurement System (SEMS), komt aan boord van zes tot acht schepen. Een half jaar lang wordt daarmee de daadwerkelijke uitstoot van NOx en CO2 gemeten, evenals het brandstofverbruik. Schippers krijgen zo inzicht in hun vaarprofiel en TNO kan hen op basis van de meetgegevens adviseren met welke maatregelen zij uitstoot en verbruik kunnen terugdringen. Ook gebruikt TNO de data voor het ontwikkelen van een online tool die schippers tijdens het varen adviseert hoe dit schoner en zuiniger kan.

De metingen doet TNO onder de vlag van het EU Horizon 2020 project PROMINENT (Promoting Innovation in the Inland Waterways Transport Sector), waarin het in een consortium met bedrijven, organisaties en kennisinstellingen uit verschillende landen samenwerkt. De resultaten van het project deelt TNO met het ministerie van IenM en de partners in de Green Deal. In PROMINENT ontwikkelt en beoordeelt TNO verder procedures voor het certificeren van emissie-eisen en doet het aanbevelingen voor Europese regelgeving voor emissies van zowel nieuwe motoren als aanpassingen aan bestaande schepen. Daarbij houdt TNO rekening met zowel de belangen van de schippers als de wetgever en handhavers.

Voor het schoon en zuinig maken van de binnenvaart zet TNO in op verschillende fronten: ontwikkeling van technologieën om de uitstoot te verlagen zoals uitlaatgas nabehandeling, LNG (vloeibaar aardgas) als brandstof, schonere diesel, slimme energiesystemen, aanpassingen in de aandrijflijn en het scheepsontwerp.

donderdag 22 september 2016

Actievoerders klimmen over hek van gaslocatie

Actievoerders hebben vandaag op de gaswinningslocatie van de NAM spandoeken uitgerold. Ze protesteerden tegen het nieuwe gasbesluit van minister Kamp. In dit besluit wordt de gaswinning voor de komende vijf jaar vastgelegd op het onveilige niveau van 24 miljard kuub per jaar.

Een groep van twintig Groningers en actievoerders van Milieudefensienzijn met ladders over het hek van de NAM-locatie geklommen. Op hun spandoeken staat de slogan: ‘Samen gas terug’. Zij vinden dat de gaskraan veel sneller en veel verder dicht moet, zodat de aardbevingen afnemen en Nederland zo snel mogelijk fossielvrij wordt.

Na ruim twee uur heeft de politie de actievoerders van het terrein gesleept. Hierbij zijn geen arrestaties verricht. Deze actie is een opmaat naar meer protest, zoals de actie ‘Laat de NAM beven’ op 24 september 2016 bij het NAM hoofdkantoor in Assen. De Coalitie Gasverzet Groningen organiseert een protest waarbij aanwezigen massaal zullen springen, om zo een aardbeving te veroorzaken en de NAM laten voelen wat veel Groningers al jaren meemaken.

DELTA heeft onverminderd last van slechte energiemarkt

Het resultaat van de DELTA Groep over het eerste half jaar 2016 wordt sterk bepaald door mutaties in de voorziening voor de Gasflexportfolio. Zonder die mutaties in de voorziening bedraagt het nettoresultaat 5,3 miljoen euro (2015: 36,8 mln).

In het eerste halfjaar realiseerde DELTA een omzet van 448,4 miljoen, een daling van 25,9 procent ten opzichte van vorig jaar.

DELTA Netwerk Groep is vanwege de op handen zijnde splitsing niet begrepen in deze omzetcijfers. Het nettoresultaat over de eerste zes maanden van 2016 bedraagt inclusief de mutatie in de voorziening Gasflexportfolio 81,3 miljoen.

DELTA groep als geheel lijdt onder de situatie van de slechte marktomstandigheden op de eigen energiemarkt en de verlieslatende centrales (Sloecentrale en EPZ).

De negatieve ontwikkelingen op de energiemarkt hebben een sterk effect op de kasstroom. De afgelopen zes maanden was de kasstroom 26,6 miljoen negatief. In de laatste twaalf maanden daalde het saldo kasmiddelen met 151,2 miljoen. Door deze grote liquiditeitsbewegingen en de risico’s die dit mee zich meebrengen is het noodzakelijk om door te gaan met het ingrijpende herstructureringsproces waar DELTA in zit.

Stedin internationaal uitgeroepen tot sterkste energiemerk

Stedin is dinsdagavond tijdens de Energy Branding Conference in Reykjavik uitgeroepen tot het sterkste energiemerk van de wereld. De netbeheerder kreeg deze titel in de categorie 'energietransporteur en -distributeur'. Stedin ontving de prijs uit handen van de IJslandse minister van Industrie en Handel Elin Ragnheidur Arnadottir.

Stedin was samen met de Nederlandse netbeheerder TenneT, het Finse Fingrid en Wellington Energy uit Nieuw-Zeeland genomineerd. Een jury van energie-experts, marketeers en consultants boog zich over de deelnemers en koos Stedin als beste merk. De jury kwam unaniem tot deze conclusie vanwege Stedins duidelijke positie naar de toekomst, waarin zij de klant zien als partner in de energietransitie. De jury prees de vertaling hiervan in een sterk merk, niet alleen voor de eigen organisatie, maar ook voor klanten, partners en belanghebbenden.

Samenwerking Enexis en Enedis om de energietransitie te versnellen

Het smart grid project Interflex, dat geleid wordt door het Franse Enedis (voorheen ERDF) is samen met 6 andere projecten geselecteerd voor het Horizon 2020 (H2020) programma van de Europese Commissie. Enexis leidt het programma in Nederland met verschillende pilots op bedrijventerrein Strijp in Eindhoven. Met het Interflex programma krijgen de DSO’s (netbeheerders) de mogelijkheid hun rol als leiders van de digitale revolutie in de elektriciteitsnetten te versterken. Deze week is in Eindhoven de officiële start van Interflex in aanwezigheid van Christian Buchel, Deputy-CEO van Enedis, CEO Peter Vermaat en directeur Asset Management  Jan Peters van Enexis en wethouder Mary-Ann Schreurs van Eindhoven (Innovatie en Design, Duurzaamheid en Cultuur).​

De oproep van de Europese Commissie voor H2020 heeft geleid tot de inzending van 28 voorstellen waaruit een keuze gemaakt moest worden. Enedis heeft vier Europese DSO’s weten samen te brengen voor het Interflex project:  Enexis in Nederland, CEZ Distribuce in Czech Republic, Eon in Sweden en Avacon in Duitsland. Voor dit demonstratieproject zullen 15 gespecialiseerde technologische partners (zoals TNO in Nederland) samenwerken. Dat maakt het mogelijk te testen vanuit verschillende innovatieve invalshoeken.

Inmiddels zijn 95 procent van alle hernieuwbare energiebronnen met het elektriciteitsnet verbonden. Overheden in Europa geven de komende decennia grote prioriteit aan miljoenen oplaadpunten en –stations voor het groeiende elektrisch vervoer. Gedrag van consumenten en technologie veranderen snel. In deze context moet het elektriciteitsnet kunnen rekenen op een systeem dat lokale behoeften en ontwikkelingen centraal stelt.

Interflex heeft tot doel om in Eindhoven en elders in Europa de volgende generatie slimme netwerken te ontwikkelen om daarmee de energietransitie te versnellen.  

De pilots in Eindhoven, die door Enexis worden geleid, vinden plaats op bedrijventerrein Strijp. Hier zullen alle elementen van het smart grid worden getest, het is de combinatie van lokale opslag, EV, slim laden, slimme meters en distributie automatisering. Samen met ElaadNL is Enexis de leidende partner voor de ontwikkeling van smart charging in Europa (Enexis ontwikkelde een laadprotocol dat de norm in Europa is geworden). 

Voor het project werkt Enexis nauw samen met ElaadNL, TNO en de Gemeente Eindhoven.

Enexis heeft bij de start de aanpak voor het project gedemonstreerd, samen met partners ElaadNL, TNO en de Gemeente Eindhoven. ElaadNL en TNO zullen in Interflex een technologisch smart grid platform uitbouwen met open interfaces waardoor er een flexibel elektriciteitsnet kan ontstaan gebaseerd op nieuwe bedrijfsmodellen.  

TNO kan daarbij bogen op eerder verworven kennis en technologie uit internationale projecten. ElaadNL brengt kennis in over laadinfrastructuur, interfaces en algoritmen in zulke netwerken.

'ING investeert opnieuw vele miljoenen in vervuilende kolenbedrijven'

"ING heeft een lening verstrekt van 300,1 miljoen euro aan Uniper, de fossiele afsplitsing van Eon, die in de afgelopen week naar de beurs is gegaan in Frankfurt," zo meldt Eerlijke Bankwijzer. Uniper is eigenaar van kolen- en gascentrales in verschillende landen. ING is de enige Nederlandse bank die investeert in dit bedrijf. ING heeft ook plannen tot financiering van een nieuwe kolencentrale in Indonesië. Dit is tegenstrijdig met het in november 2015 aangescherpte kolenbeleid van ING, waarin de bank zegt geen nieuwe kolencentrales meer te financieren. De Eerlijke Bankwijzer en BankTrack roepen ING op om alle financiering van kolenbedrijven te stoppen en leningen aan fossiele energiebedrijven stapsgewijs af te bouwen.

Ike Teuling, woordvoerder Eerlijke Bankwijzer: "ING maakt zich belachelijk met al haar mooie woorden over haar nieuwe kolenbeleid zolang het lening na lening blijft verstrekken aan kolenbedrijven. De bank slaat zich zelf op de borst over haar score op duurzaamheidsranglijsten maar hiermee blijft de bank, in tegenstelling tot diverse andere Nederlandse banken, hoofdzakelijk een fossiele bank. ING maakt onvoldoende tempo met de cruciale overstap naar hernieuwbare energie en draagt niet bij aan een effectieve aanpak van klimaatverandering zoals vorig jaar afgesproken in Parijs."

Uniper heeft kolen- en gascentrales in Nederland, maar heeft ook bijvoorbeeld belangen in gaspijpleidingen, opslagfaciliteiten en gasvelden in Rusland. Uniper lobbyt actief tegen sluiting van kolencentrales. Uniper werd door de bekende Duitse energiewetenschapper Heinz-Josef Bontrup beschreven als een 'sterfhuis', aangezien dit bedrijf niet inspeelt op de sterk toenemende vraag naar duurzame energie en bewust is afgestoten door voormalig moederbedrijf Eon. Eon gaat zich nu volledig richten op duurzame energie-opwekking.

Begin dit jaar verstrekte ING Bank nog een nieuwe lening van 100 miljoen aan de grootste Russische kolenproducent . Yann Louvel, klimaatwoordvoerder van BankTrack: "ING heeft eind 2015, aan de vooravond van de VN-Klimaattop, nieuw beleid op kolen ingevoerd waarin de bank duidelijk stelt geen nieuwe kolencentrales te financieren. Eind augustus 2016 werd bekend dat ING met een consortium van 5 banken in totaal $640 miljoen wil uitlenen aan een nieuwe kolencentrale in Indonesië, Cirebon 2. Dit is een flagrante schending van ING's nieuwe beleid. ING moet deze deal afblazen ".

In de afgelopen jaren leende ING Bank 8 keer meer aan fossiele energiebedrijven dan aan duurzame energiebedrijven, zo bleek uit praktijkonderzoek van de Eerlijke Bankwijzer eind 2015.

Eerlijke Bankwijzer en BankTrack roepen ING Bank op haar kolenbeleid verder aan te scherpen en geen kredieten meer te verstrekken aan kolenbedrijven. ING dient duidelijke doelstellingen te stellen hoe de bank bij zal dragen aan een maximale temperatuurstijging van 1,5e graad, conform het Klimaatakkoord van de VN.

woensdag 21 september 2016

'Gebruik de begrotingsruimte voor de energietransitie'

Nu Nederland er financieel beter voor staat, zou de regering fors moeten investeren in de energietransitie, vindt installateurskoepel UNETO-VNI. Titia Siertsema, voorzitter van UNETO-VNI ziet veel mooie plannen, maar te weinig daadkracht en investeringen. 'We kunnen honderdduizenden woningen en gebouwen energieneutraal maken. Waarom zet het kabinet daar niet zwaar op in?'

De Nederlandse installatiebranche beschikt over de kennis, de mensen en de mogelijkheden om de gebouwde omgeving te verduurzamen in een aanzienlijk hoger tempo dan nu gebeurt. Met eenvoudige maatregelen kan de overheid verduurzaming financieel aantrekkelijker maken en de omslag naar een energieneutrale gebouwde omgeving realiseren. Volgens Siertsema schuift het kabinet de problemen keer op keer voor zich uit. 'Waarom krijgen woningcorporaties die investeren in verduurzaming geen korting op de verhuurdersheffing?', vraagt de UNETO-VNI-voorzitter zich af. 'Waar blijven de fiscale stimuleringsmaatregelen voor huiseigenaren die een energiebesparende verbouwing overwegen? Wanneer maakt het kabinet de salderingsregeling voor zonnepanelen definitief? Zulke maatregelen zijn goed voor het milieu, leveren tienduizenden banen op en bezorgen burgers een lagere energierekening.'

Hoewel de daadkracht ontbreekt, is UNETO-VNI wél blij met de aandacht van het kabinet voor een duurzame energievoorziening. Het plan om energiebesparing in de energie-intensieve industrie te stimuleren door de Energie Investerings Aftrek (EIA) te verruimen, is een stap in de goede richting. Ook op andere punten kan de werkgeversvereniging zich vinden in de voorgenomen kabinetsmaatregelen. Zo staat UNETO-VNI positief tegenover het Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie dat het kabinet in 2017 laat opstellen om de gevolgen van steeds extremere regenval op te vangen. De installatiebranche draagt graag innovatieve oplossingen aan om wateroverlast te voorkomen. Verder kan het beleid van het kabinet dat erop gericht is om ouderen langer zelfstandig te laten wonen, rekenen op de instemming van UNETO-VNI. Al mist de vereniging ook daar concrete, stimulerende maatregelen om de gestelde doelen te realiseren.

'Energieleveranciers informeren consumenten beter over aanbod'

Energieleveranciers informeren hun klanten beter dan voorheen over het contract, de voorwaarden en de kosten. Hierdoor ziet de consument sneller wat hij precies betaalt en kan hij het aanbod van verschillende aanbieders beter vergelijken. Dit concludeert toezichthouder Autoriteit Consument & Markt (ACM) op basis van een uitgebreide analyse. ACM is blij met deze verbetering. Als volgende stap wil ACM dat ook de jaar- en eindafrekening van energieleveranciers duidelijker en begrijpelijker wordt voor consumenten.

De wet schrijft voor dat energiebedrijven hun klanten volledig, duidelijk en juist informeren. Voorheen was dit niet altijd het geval. Consumenten konden daardoor lastig inschatten hoe hoog hun energiekosten zouden zijn. ACM heeft energieleveranciers daarom eind 2014 gevraagd consumenten beter te informeren. Sindsdien hebben de energieleveranciers stappen gezet om hier gehoor aan te geven. ACM moest daarbij soms druk uitoefenen door een last onder dwangsom op te leggen. Het resultaat is:
  • De consument krijgt duidelijke en beter vergelijkbare aanbiedingen dankzij het zogenaamde ‘aanbod op maat’;
  • De consument krijgt een contract met duidelijke informatie over de voorwaarden, de looptijd en het termijnbedrag. Daardoor weet hij vooraf wat hij gaat betalen en voor hoe lang;
  • Leveranciers moeten prijswijzigingen vooraf duidelijk melden aan klanten, zodat klanten een keuze hebben om gebruik te maken van een betere aanbieding;
  • Leveranciers informeren klanten duidelijk over de manier waarop het contract wordt voortgezet na afloop van de contractduur.
ACM wil dat de jaar- en eindafrekening transparant en duidelijk zijn. Het is belangrijk dat de consument deze rekeningen begrijpt, omdat hij in deze nota’s zijn werkelijke kosten ziet (na verrekening van voorschotten). En die moeten kloppen met de afspraken in het contract.

Ook Nuon energiegegevens bij datalek

Op 13 september werd door brancheorganisatie Netbeheer Nederland bekend gemaakt dat bij de monitoring van de centrale registers bij EDSN is gebleken dat de energiedata van 2 miljoen Nederlandse huishoudens zijn gestolen door een medewerker van een andere energieleverancier. EDSN beheert namens de netbeheerders alle gegevens over de energie aansluitingen van consumenten en bedrijven.

Nuon-klanten die zich afvragen of hun gegevens onderdeel van de diefstal zijn geweest kunnen contact opnemen. De gestolen gegevens betreffen informatie over het energiecontract van klanten, zoals jaarverbruik, type aansluiting en de einddatum van de contracten. Met deze gegevens zou gericht een aanbieding vanuit een andere leverancier gedaan kunnen worden. Vooralsnog is niet gebleken dat deze gestolen informatie ook daadwerkelijk is gebruikt.

 Uit onderzoek is gebleken dat ook gegevens van een aantal Nuon klanten zijn gestolen door deze andere energieleverancier. Klanten van Nuon die zich zorgen maken en willen weten of hun gegevens onderdeel van de diefstal zijn geweest, kunnen contact op met onze klantenservice. De netbeheerders hebben per energieleverancier een lijst met de gestolen klantgegevens samen gesteld. Netbeheer Nederland is een juridische procedure gestart tegen de energieleverancier waar de gegevens zijn ontvreemd en heeft vernietiging van de gestolen data geëist. De diefstal van de gegevens is aan het licht gekomen bij de monitoring van de centrale registers door de netbeheerders.

‘Energietrends 2016’: Nederlandse energievoorziening in cijfers

Hoe is het gesteld met de energievoorziening in Nederland? Slagen we erin om meer duurzame energie op te wekken? Hoeveel elektrische auto’s zijn er op de weg? Hoe betrouwbaar zijn onze energienetten? Deze en andere vragen worden beantwoord in ‘Energietrends 2016’.

In deze publicatie zijn cijfers over de energievoorziening in samenhang gepresenteerd. Energietrends biedt informatie over energiegebruik door consumenten en bedrijven, geeft inzage in de internationale energiehandel en –productie en biedt inzicht in de ontwikkelingen van de energienetten. Energietrends 2016 is een gezamenlijke uitgave van onderzoeksinstituut ECN en brancheorganisaties Energie-Nederland en Netbeheer Nederland.

Energietrends laat zien dat de energievoorziening in Nederland steeds duurzamer wordt. Steeds meer partijen gaan met de energietransitie aan de slag. De energiebedrijven investeren in duurzame alternatieven voor fossiele energieproductie. De hoeveelheid zonnepanelen op daken blijft sterk groeien. Ook het aantal windturbines op land neemt toe. Het aandeel van hernieuwbare energiebronnen zal de komende jaren verder groeien door de inzet van biomassa en de aanleg van windparken op zee.
Tegelijkertijd is duidelijk dat er meer nodig is. In 2020 moet de CO2-uitstoot met 25% zijn gedaald ten opzichte van 1990. Daarnaast zal Nederland als gevolg van de verminderde aardgaswinning veel sneller dan voorzien op zoek moeten naar alternatieven voor de warmtevoorziening. Dit alles heeft gevolgen voor het hele energiesysteem: van productie, handel en levering tot en met het transport via de energienetten. Alle ontwikkelingen maken de energietransitie tot een omvangrijke taak, waarbij steeds meer mensen en organisaties zijn betrokken.

dinsdag 20 september 2016

Vinding zet apparaten automatisch uit

Vier TU/e studenten ontwikkelen een product waarmee verlichting, gewone en met internet verbonden apparaten automatisch uit worden gezet na gebruik, om irritaties binnen huishoudens te voorkomen en om energie te besparen. Verder zijn lichtschakelaars vanaf nu overbodig als het aan de studenten ligt.

Volgens de bedenkers is hun slimme schakelaar in staat om apparaten zoals een ventilator of lampen slim, bijvoorbeeld bij beweging, zonsondergang of op een vast tijdstip, te schakelen. De gebruiker stelt deze zogeheten ‘triggers’ slechts eenmalig in via zijn smartphone, vanaf dat moment schakelt de Aucasi Socket écht automatisch.

Niet alleen gewone apparaten kunnen worden geschakeld door de Aucasi Socket, slimme apparaten zoals een thermostaat van Toon en een TV kunnen ook automatisch worden bediend. Zo kan elk huis volledig geautomatiseerd worden.

Zondag staan de bedenkers met een stand op het 18 Septemberplein in Eindhoven, iedereen kan dan zelf meemaken wat Aucasi allemaal kan doen. Voorbijgangers kunnen ook een praatje maken met het jonge ontwikkelteam en kans maken om een Philips Hue starterkit te winnen.

Tim Beckers en Duco van den Akker zijn de bedenkers van de Aucasi Socket, die tijdelijk te koop is via de crowdfundingscampagne voor 49 euro. De verkoopprijs zal later 69 euro bedragen. Je kan zelfs een bingoavond voor bejaarden weggeven, die door de heren zal worden georganiseerd. Daarvan zal een videoverslag op hun website verschijnen.

Emissiemetingen biofilters bij Attero Wijster

Attero beschikt over diverse afvalverbrandingsinstallaties (Moerdijk en Wijster) en meerdere composteringsinstallaties (o.a. Wijster, Venlo, Maastricht en Wilp). Hiermee is het bedrijf in staat jaarlijks meer dan 3 miljoen ton afval te verwerken. Naast de (half)jaarlijkse emissiemetingen die Tauw al sinds 2009 uitvoert bij de verbrandingslijnen, zijn nu ook de ammoniak- en geurmetingen rondom de biofilters van Attero Wijster (zes keer per jaar) aan Tauw gegund.

Eén van de redenen om Tauw de metingen te gunnen was de positieve ervaring die Attero heeft met onze eerdere rapportages. ‘Als je niet elke rapportage door hoeft te spitten om er fouten uit te halen, scheelt dat een heleboel werk. We hebben goede ervaring met de rapportages die Tauw heeft opgesteld na emissiemetingen aan de verbrandingslijnen’, aldus Koos Bos, Milieucoördinator bij Attero.
Automatisering en standaardisatie
Tauw heeft wat betreft emissiemonitoring de afgelopen jaren flink geïnvesteerd in het automatiseren van de voeding van velddata in rapportages. Uiteraard is dit nog deels mensenwerk, maar omdat er minder getallen overgetypt hoeven te worden, is de kans op fouten kleiner.

Om alle veldgegevens te verzamelen is het softwareprogramma Field Lab Consultancy (FLC) ontwikkeld. Bij de uitwerking worden alle gegevens vanuit FLC automatisch in Excel-sheets geplaatst en kunnen analysegegevens automatisch worden toegevoegd. René Dam, projectcoördinator bij Tauw, vertelt: ‘Als je een rapport kunt genereren dat voor een groot deel gestandaardiseerd is, scheelt dat een hoop tijd. En tijd is natuurlijk geld.’

Onderzoekers ontrafelen directe omzetting van aardgas naar methanol op kamertemperatuur

Voor het eerst sinds de techniek twintig jaar geleden ontwikkeld werd, weten we wat er precies gebeurt bij de directe omzetting van aardgas of methaan naar methanol op kamertemperatuur. De ontdekking kan een revolutie betekenen in de productie van methanol en alle afgeleiden ervan die we in ons dagelijks leven gebruiken.

Methanol is één van de meest gebruikte stoffen in de chemische industrie. Er worden bijvoorbeeld brandstoffen of oplosmiddelen van gemaakt, maar ook allerlei soorten plastic die we in ons dagelijks leven gebruiken. De stof wordt gewonnen uit aardgas (methaan). In de industrie kan de grootschalige omzetting van methaan naar methanol tot nu toe enkel in meerdere stappen, onder hoge druk en aan een hoge temperatuur. Het proces vergt dus bijzonder veel energie. Daarom ontwikkelden onderzoekers in de jaren 90 een directere manier om methanol te maken, die zelfs extra energie produceert. Maar ze wisten niet wat er precies gebeurt tijdens dit proces: het was een soort ‘black box’ waar ze methaan in stopten met een grote kans dat er aan de andere kant methanol uit zou komen. Postdoctoraal onderzoeker Pieter Vanelderen (Centrum voor Oppervlaktechemie en Katalyse) is er nu voor het eerst in geslaagd om de werking van deze techniek volledig te begrijpen.

Chemische processen worden vaak op gang gebracht door een bepaalde stof toe te voegen, een zogenaamde katalysator. Veel katalysatoren zijn opgebouwd uit zeolieten, mineralen met een roosterstructuur, waaraan een bepaald atoom wordt toegevoegd. In het geval van de omzetting van methaan naar methanol gaat het om een ijzeratoom. “Wij hebben nu voor het eerst kunnen aantonen dat het atoom zich in een vlakke, gebonden oriëntatie moet vastzetten in het zeoliet (zie afbeelding)”, zegt professor Bert Sels.

“Bovendien hebben we exact kunnen definiëren hoe het ijzeratoom eruitziet dat nodig is voor de omzetting van methaan naar methanol op kamertemperatuur. En we kunnen ook omschrijven waarom deze omzettingsmethode zo succesvol is”, licht Pieter Vanelderen toe.

Nu wetenschappers weten hoe de katalysator eruitziet, kunnen ze hem gaan nabouwen en optimaliseren in het labo. Dat biedt onder meer mogelijkheden voor de omzetting van stikstofoxiden en dus ook voor het zuiveren van uitlaatgassen.

De doorbraak is te danken aan een intensieve samenwerking van de Leuvense chemici met biochemici uit Stanford. “Zij zijn gespecialiseerd in het gebruik van eiwitten als katalysator in een chemische reactie”, zegt Vanelderen. “Met hun onderzoekstechnieken hebben ze als het ware een ‘foto’ gemaakt van wat er gebeurt bij de omzetting van methaan naar methanol. Op basis daarvan konden wij zien welk specifiek ijzeratoom aan het werk was en waar het zich precies bevindt in het zeoliet.”

Nu wetenschappers weten hoe de katalysator eruitziet, kunnen ze hem gaan nabouwen en optimaliseren in het labo. Dat biedt heel wat mogelijkheden voor de toekomst. Zo zal de productie van het methanol dat nodig is voor de productie van plastic heel wat goedkoper worden. De katalysator kan bovendien nuttig zijn voor de omzetting van stikstofoxiden en dus ook voor het zuiveren van uitlaatgassen.