Pagina's

dinsdag 30 juni 2015

Meer stroomverbruik tijdens hittegolf: stijging van 10 procent verwacht

Het tropische weer dat voor de komende dagen is voorspeld, zal ervoor zorgen dat Nederland meer elektriciteit verbruikt dan normaal. Dat meldt energiebedrijf Essent. Dat komt omdat de airconditioning en ventilatoren dan op volle toeren draaien.

Op de dagen dat het kwik de 30 graden aantikt, verbruiken we met elkaar zo’n 10 procent meer elektriciteit dan gemiddeld. Zodra de temperatuur daalt, vlakt de piek in het stroomverbruik af. Naar zo’n 7,5 procent bij temperaturen rond de 27 graden.

Om het huis aangenaam koel te houden, zonder meer stroom te verbruiken, geeft Essent huishoudens de volgende tips:

-       Slim ventileren: houd bij zomers weer ramen en deuren zoveel mogelijk gesloten en beperk het temperatuurverschil tussen binnen en buiten bij voorkeur tot 5 graden. Zet ramen en/of deuren pas open op de momenten dat het buiten koeler is, zoals ’s ochtends, ’s avonds en ’s nachts;

-       Energiezuinig verlichten: laat het licht niet branden in een kamer die niet wordt gebruikt en vervang gloeilampen door spaar- of ledlampen. Die geven minder warmte af, waardoor een airco of ventilator minder hard hoeft draaien om het huis koel te houden. Bovendien levert dit een extra besparing op: minimaal 20 euro per jaar bij de vervanging van twee gloeilampen van 40 watt door twee ledlampen.

-       Goed isoleren: door de spouwmuur, dak of vloer te laten isoleren, blijft het in de zomer binnen lekker koel. Zo valt bovendien tot 30 procent  energie te besparen.

-       Heb je toch een airco nodig, kies dan voor een energiezuinig exemplaar. Dat levert een besparing op tot 60 euro per jaar en een bijdrage aan een beter milieu.

Meer praktische tips om te besparen op energiekosten zonder in te leveren op comfort zijn te vinden op www.essent.nl/bespaartips

Voor elke kilo CO2-uitstoot, gaat Vodafone er 25 besparen

Vodafone Nederland gaat voor elke kilo CO2 die het zelf uitstoot, 25 kilo CO2 besparen met zijn communicatiediensten bij zijn klanten. Die ambitie stelt Vodafone in zijn geïntegreerd jaarverslag 2014-2015, dat vandaag is gepubliceerd.

Als eerste telecombedrijf publiceerde Vodafone daarin een milieu winst- en verliesrekening die de impact op het milieu in euro’s uitdrukt. Hieruit blijkt dat de totale milieubelasting van het Vodafone netwerk, toestellen, retailkanaal en medewerkersverkeer ruim 21 miljoen euro is. Door onder andere Het Nieuwe Werken en machine-to-machine (M2M) oplossingen voor bijvoorbeeld afvalinzameling vermijden klanten van Vodafone echter bijna twee keer zoveel milieubelasting. Hierdoor draagt Vodafone naar eigen zeggen significant bij aan het beperken van de milieu-impact van bedrijven en individuen. De milieu winst- en verliesrekening past in de wereldwijde ontwikkeling om prestaties van bedrijven veel meer te bekijken vanuit de totale waarde die wordt gecreëerd voor de omgeving.

Vodafone betrekt in zijn berekening niet alleen de impact van de eigen onderneming, maar heeft ook gekeken naar de milieu-impact van de keten, waaronder toestelfabrikanten en netwerkleveranciers. Circa 9 procent van de milieudruk wordt veroorzaakt door de eigen operatie. Het netwerk, dat draait op windenergie, de invoering van Het Nieuwe Werken en stimulering van gebruik van het openbaar vervoer zorgen voor dit relatief kleine aandeel. Ook zamelt Vodafone gebruikte toestellen in voor hergebruik en recycling en heeft Vodafone de eco-score ingevoerd, inmiddels de internationale standaard, om klanten te helpen een duurzame keuze te maken.

Organisaties kunnen een relatief grote milieuwinst boeken door ICT slim in te zetten en hierdoor CO2-emissies te vermijden. De grootste CO2-besparingen liggen op het gebied van Het Nieuwe Werken. Ook ‘track en trace’-oplossingen voor met name vrachtverkeer zorgen voor CO2-reductie bij klanten. Hierbij zijn M2M-diensten van cruciaal belang geworden. Vodafone heeft op het gebied van M2M een marktaandeel van meer dan vijftig procent.

Boskalis verwerft contract voor windpark

Koninklijke Boskalis Westminster N.V. (Boskalis) en partner VolkerWessels (Volker Stevin International) hebben een contract verworven van Veja Mate Offshore Project GmbH voor het ontwerpen, inkopen, fabriceren, leveren, transporteren, installeren en testen van zevenenzestig (67) windmolen- funderingen voor het Veja Mate offshore windpark in het Duitse deel van de Noordzee. 

De contractwaarde bedraagt circa 500 miljoen euro, waarin Boskalis een 50 procent aandeel heeft.
Het Veja Mate offshore windpark ligt 130 kilometer ten noorden van de Eemshaven en zal een totale capaciteit van 400 MW genereren. Het project zal eind 2015 van start gaan en de oplevering wordt in het vierde kwartaal van 2016 verwacht. 

De strategie van Boskalis is erop gericht om te profiteren van de belangrijkste macro-economische factoren die de wereldwijde vraag opdrijven op onze markten: de groei van de wereldhandel, stijgende energieconsumptie, de groeiende wereldbevolking en de uitdagingen die gepaard gaan met klimaatverandering. Dit project hangt samen met de ontwikkeling van duurzame energieopwekking als gevolg van de verandering van het klimaat en een toenemende energieconsumptie.

Eneco neemt belang in Peeeks

Eneco neemt een belang in de Delftse start-up Peeeks. Dat meldt het FD. De startup heeft een systeem ontworpen dat volautomatisch apparatuur aan- of uitschakelt. Veel industriële processen hoeven niet continu in bedrijf te zijn, zoals pomp-, koel- en verwarmingsinstallaties.

Op dit moment maken alleen de koelkast en het aquarium op de Delfste incubator Yes Delft gebruik van Peeeks, maar er liggen volop kansen, vindt Eneco. ‘

Door de samenwerking met Eneco krijgt Peeeks versneld toegang tot de juiste netwerken. Het komend half jaar worden de eerste proefprojecten gestart.

Energieprestatievergoeding voor nul-op-de-meter woning

Verhuurders die hun woningen tot een (bijna) energieneutrale woning of nul-op-de-meter woning renoveren, mogen een energieprestatievergoeding aan hun huurders vragen. Dit staat in een wetsvoorstel van de ministers Stef Blok (Wonen en Rijksdienst) en Ard van der Steur (Veiligheid en Justitie) dat bij de Tweede Kamer is ingediend.

In het Burgerlijk Wetboek en in de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte wordt naast de huurprijs, vergoeding voor de nutsvoorziening en servicekosten een mogelijkheid opgenomen voor afspraken over een energieprestatievergoeding. De hoogte van deze energieprestatievergoeding moeten huurder en verhuurder samen overeenkomen.

In het Energieakkoord staat dat in 2030 alle gebouwen in Nederland gemiddeld een energielabel A hebben. Om deze doelstelling te bereiken zijn grote renovaties van woningen nodig . Dit is goed voor de innovatie en werkgelegenheid van de bouw.

Bij een (bijna) energieneutrale woning of nul-op-de-meter woning worden energiebesparende maatregelen gecombineerd met energieopwekkende voorzieningen, zoals zonnepanelen, zonneboilers of warmtepompen. Via een (beperkte) huurverhoging en een energieprestatievergoeding kan een verhuurder de forse investeringen in de huurwoning terugverdienen.

De verhuurder levert energie aan de huurder voor eigen gebruik door de energieopwekkende voorzieningen. De verhuurder mag hiervoor straks een energieprestatievergoeding in rekening brengen. Minister Blok komt nog met een voorstel over de maximale hoogte van deze energieprestatievergoeding..

Het streven is dat de totale woonlasten voor de huurder niet stijgen. Waar de huurder voorheen huur betaalde aan de verhuurder en de energierekening aan de energiemaatschappij, zal hij na renovatie huur en een energieprestatievergoeding betalen aan de verhuurder.

Energiearchitect verduurzaamt bedrijfsgebouw

Negen werkzoekenden in Midden-Brabant gaan aan de slag als energiearchitect. Ze gaan kijken hoe bedrijfsgebouwen in Midden-Brabant energiezuiniger gemaakt kunnen worden.

De start van het project is op 26 juni. Uit onderzoek is gebleken dat het mogelijk is om veel meer energie te besparen bij gebouwen op bedrijventerreinen. Werkgevers hebben niet het personeel in dienst om dit op te pakken. Daarvoor is de functie van energiearchitect in het leven geroepen. Zij hebben kennis van de technologie die nodig is voor energiezuinige maatregelen en hebben zicht op de kosten die bespaard kunnen worden. En ze weten met welke partijen ze kunnen samenwerken om gebouwen zo aan te passen dat ze minder energie verbruiken.

Energiearchitect is een nieuw beroep. De mensen die aan de slag gaan, zijn ervaren krachten die eerst in de bouw werkten. Het gaat om een proef op initiatief van de Midden-Brabantse ontwikkelingsmaatschappij voor energie en duurzaamheid (MOED), de gemeente, het UWV en de bedrijven Hoppenbrouwers, Van Wijlen, Sun-burst, FD Architecten en Evert Vrins Energie Advies.
De kandidaten krijgen een opleiding en een leer-/werkplek aangeboden. Via een test is gebleken dat ze geschikt zijn voor deze baan.

maandag 29 juni 2015

Eneco wil in gesprek met politiek over dreigende splitsing

De Hoge Raad heeft vorige week een uitspraak gedaan over de gedwongen splitsing van de Nederlandse energiebedrijven. De Hoge Raad oordeelde dat de Wet Onafhankelijk Netbeheer (WON) niet in strijd is met het Europees recht. Voor een uitspraak over inbreuk op eigendomsrecht, waar Eneco en Delta ook een beroep op doen, verwijst de Hoge Raad terug naar het Gerechtshof van Amsterdam. Hierdoor is er nu nog steeds geen finale duidelijkheid in deze langslepende zaak.

Splitsing van Eneco in een separaat netwerk- en leveringsbedrijf is om een aantal redenen niet in het belang van Eneco en de duurzame transitie van de energievoorziening in Nederland. Nederland is dan immers het enige land in Europa waar energiebedrijven gedwongen zijn gesplitst. Dat leidt tot oneerlijke concurrentie. Buitenlandse energiebedrijven die actief zijn in Nederland hoeven in hun eigen land namelijk niet te splitsen.

Door deze wet in werking te laten treden, dreigt uitverkoop van de Nederlandse energiebedrijven Delta en Eneco en verlies van invloed over onze nationale energiesector. Bovendien zal bij Eneco Groep er op korte termijn sprake zijn van verlies van ruim 400 miljoen euro aan investeringsmogelijkheid voor bijvoorbeeld de bouw van windparken en biomassa-installaties, en de aanleg van warmteleidingen. Ook zal het tot onvermijdelijk banenverlies leiden dat kan oplopen tot 1.000 banen.

Volgens Eneco is de politiek nu aan zet om te bepalen of nut en noodzaak aanwezig zijn om splitsing ook daadwerkelijk af te dwingen. Eneco heeft zich altijd tegen de splitsingswet verzet.


Sterke groei aandeel hernieuwbare energie

In 2014 maakte hernieuwbare energie 5,6 procent van het totale Nederlandse energieverbruik uit. Dat is aanzienlijk meer dan de 4,8 procent uit 2013. Deze toename is een stuk groter dan de toename in de laatste jaren. Nederland streeft naar 14 procent hernieuwbare energie in 2020. Dit maakt CBS bekend.

De opmerkelijke stijging van 0,8 procentpunt tussen 2013 en 2014  is voor 0,5 procentpunt het gevolg van een daling van het totale eindverbruik van energie en voor de rest door de stijging van het verbruik van hernieuwbare energie. De daling van het verbruik was vooral het gevolg van het lagere verbruik van aardgas door het warme weer in 2014. Daarnaast daalde ook de afzet van motorbrandstoffen fors.

Hernieuwbare energie wordt verbruikt voor warmte, elektriciteit en vervoer. Vorig jaar is het gebruik van hernieuwbare energie voor warmte en vervoer toegenomen, terwijl het verbruik voor elektriciteit ongeveer constant bleef. In 2014 was ongeveer de helft van het verbruik van hernieuwbare energie bestemd voor warmte, 40 procent voor elektriciteit en ruim 10 procent voor vervoer.

Het verbruik van hernieuwbare warmte steeg in 2014 met ongeveer 10 procent naar 54 petajoule. De sterkste toename zat bij de biomassaketels voor warmte bij bedrijven. Deze toename wordt onder andere veroorzaakt doordat deze techniek nu in aanmerking komt voor subsidie.


Ook via andere technieken steeg het verbruik van hernieuwbare warmte. Groei zat vorig jaar bij het verbruik van warmte afvalverbrandingsinstallaties, aardwarmte, bodemenergie en biogas. De belangrijkste techniek voor de benutting van hernieuwbare warmte blijft biomassa bij huishoudens. Het gaat dan vooral om houtkachels.

Vorig jaar rapporteerde het CBS nog een aandeel hernieuwbare energie van 4,5 procent voor 2013. Nu is het 4,8 procent voor 2013. Dit hogere percentage is een gevolg van het doorvoeren van een revisie als gevolg van het verwerken van resultaten uit nieuwe onderzoek en methodologische verbeteringen. In het artikel Revisie Hernieuwbare Energie 2015 wordt deze revisie toegelicht.

Energie aanbiedingen zeer populair onder Nederlanders (i.m.)

In Nederland zijn veel energieleveranciers actief, veel van hen bieden energie aanbiedingen aan die een hoop geld kunnen besparen.

Energie aanbiedingen met welkomstcadeau
Energie aanbiedingen met een welkomstcadeau zijn zeer in trek, zo kun je bij veel energieleveranciers een gratis tablet of gift cards krijgen wanneer je voor lange tijd een energie contract afneemt. Gift cards van bijvoorbeeld bol.com en mediamarkt zijn ideaal om je eigen welkomstcadeau te kiezen. Indien je bijvoorbeeld een wasmachine wilt kopen, dan kan de gift card tevens functioneren als korting wanneer je over het budget bent. Aan de andere kant is het mogelijk om meerdere producten aan te schaffen met het gift card bedrag.

Een nadeel aan dit soort energie aanbiedingen is wel dat je vaak een hoger vast recht betaald tijdens je energie contract en dus deels betaald voor je welkomstcadeau. Het blijft echter vaak voordeliger om over te stappen naar een energieleverancier met een welkomstcadeau, dan om vast te blijven zitten met hoge energietarieven bij een oud contract.

Energie acties van de energieleveranciers
De energie acties die aangeboden worden door energieleveranciers bevatten niet altijd een welkomstcadeau. Energieleverancier Nuon biedt bijvoorbeeld drie maanden gratis stroom aan bij een 1 jaar contract voor gas en stroom. Zeker wanneer je veel stroom verbruikt binnen je huishouden kan dit veel geld besparen. Mocht je uiteindelijk niet tevreden zijn met Nuon, dan kun je altijd na het korte contract weer overstappen van energieleverancier.

Een andere manier die energieleveranciers hanteren om energie acties aan te bieden, is door een welkomstbonus terug te storten op je rekening of door lage prijzen aan te bieden. Zo biedt groene energieleverancier Qurrent bijvoorbeeld een laag energietarief van groene stroom voor dezelfde prijs als dat van grijze stroom.

Vier miljoen euro voor maatregelen tegen bodemdaling in 2014

De Commissie Bodemdaling heeft in 2014 ruim vier miljoen euro toegekend aan de voorbereiding en uitvoering van preventieve maatregelen als gevolg van bodemdaling door de aardgaswinning in onze provincie. Daarmee komt het totaal uitgekeerde bedrag sinds de oprichting van de commissie in 1984 op 204 miljoen euro. Dat staat in het jaarverslag (PDF PDF-bestand, 2 MB) van de commissie.

In 2014 heeft de Commissie Bodemdaling 36 verzoeken tot schadevergoeding ontvangen. Het totaal toegekende bedrag van ruim vier miljoen euro is hoofdzakelijk besteed aan de bouw van een gemaal en een sluis bij Usquert en aan de bouw of versterking van andere objecten, zoals dijken, bruggen en kades.

De bodemdaling heeft vooral gevolgen voor de waterhuishouding. Als er geen maatregelen getroffen worden zal door het dalen van de bodem de waterstand, en daarmee ook het grondwaterpeil, stijgen. Dat kan leiden tot lagere opbrengsten voor de landbouw. Een lage waterstand zorgt er bovendien voor dat de doorvaarthoogte van bruggen lager wordt en dat dijken lager komen te liggen.

De Commissie Bodemdaling beoordeelt welke maatregelen noodzakelijk zijn om effecten als gevolg van bodemdaling door aardgaswinning te voorkomen en bekijkt welke kosten in aanmerking komen voor vergoeding. De Commissie Bodemdaling komt voort uit twee overeenkomsten die in 1983 zijn afgesloten tussen de provincie Groningen en de NAM en het Rijk en de NAM.

Gunstig moment voor isolatie door laag BTW tarief

Per 1 juli 2015 wordt het BTW-voordeel voor renovatie en herstel van woningen afgeschaft, maar het gunstige BTW-tarief voor het uitvoeren van woningisolatie blijft vooralsnog gelden. Uit berekeningen van voorlichtingsorganisatie Milieu Centraal blijkt dat de BTW-korting voor het toepassen van vloer-, dak-, gevel- of glasisolatie bij een gemiddelde eengezinswoning een voordeel kan opleveren van honderd tot bijna vierhonderd euro per maatregel.

In 2009 verlaagde de overheid het BTW-tarief voor vloerisolatie, dakisolatie en gevelisolatie van woningen van 21 naar 6 procent. Later kwam daar ook het plaatsen van dubbel glas bij. Dit lage tarief geldt alleen voor het arbeidsloon en niet voor materiaalkosten. De btw-korting levert een besparing van honderd euro op bij vloerisolatie oplopend tot bijna vierhonderd euro bij het laten isoleren van een schuin dak.

Milieu Centraal adviseert woningeigenaren om nu dit voordeel te pakken en te kijken welke mogelijkheden er voor energiebesparing in hun woning zijn. De tool www.verbeteruwhuis.nl helpt hen daarbij. Isoleren levert lagere maandlasten en meer comfort in huis op, en het draagt bij aan de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen.

Oproep ICT Milieu Award 2015

Stichting ICT Milieu roept ICT-bedrijven op om projecten in te dienen voor de ICT Milieu Award 2015. De award - een initiatief van ICT Milieu - wordt uitgereikt aan de meest innovatieve en aansprekende ICT-toepassing van 2015 op het gebied van duurzaamheid, energiebesparing, recycling en reductie van grondstoffengebruik.

Een bedrijf komt in aanmerking voor de ICT Milieu Award 2015 wanneer zij aan één of meerdere van onderstaande criteria voldoet.

Uw ICT-product of -toepassing: •verbruikt minder energie bij productie en tijdens gebruik dan vergelijkbare andere toepassingen
•draagt bij aan het terugdringen van het energieverbruik in andere processen of sectoren
•levert verbeteringen op voor de inzameling en recycling van afvalstoffen en zorgt daarmee voor een vervanging van schaarse nieuwe grondstoffen
•heeft een significant positief effect op het milieu
 Alleen toepassingen die in Nederland zijn ontwikkeld of worden toegepast, dingen mee naar de ICT Milieu Award.

Criteria
De inzendingen voor de ICT Milieu Award 2015 worden beoordeeld op: 1.Innovatiekracht: de inzending moet betrekking hebben op een nieuwe technologie of een nieuwe, innovatieve toepassing van een bestaand ICT-product of bestaande ICT-dienst
2.Visie: het bedrijf dient een heldere visie te hebben op de mogelijkheden van ICT om milieu- en energievraagstukken aan te pakken
3.Concrete toepasbaarheid: het product/de dienst moet in de komende jaren daadwerkelijk breed geïmplementeerd kunnen worden
4.Communicatieve waarde: de toepassing moet een breed publiek aanspreken en daarmee het belang van energiebesparing door ICT en het milieuvraagstuk kunnen agenderen
5.Respect voor het milieu: de toepassing dient significant bij te dragen aan een schoner milieu, bijvoorbeeld door besparing van energie en grondstoffen.

Via deze link kunt u tot en met 3 augustus toepassingen kandideren voor de ICT Milieu Award 2015. Let op: alleen ICT-bedrijven die in Nederland zijn gevestigd, mogen zich inschrijven voor de award.

Inschrijfformulier ICT Milieu Award 2015
 De uitreiking van de ICT Milieu Award 2015 vindt plaats op 3 september 2015 tijdens de Avond van de Digitale Economie.

Alle inzendingen voor de ICT Milieu Award 2015 worden na aanmelding beoordeeld of ze voldoen aan bovengenoemde criteria. Bovendien dient u voldoende informatie over de ICT-toepassing te hebben bijgevoegd. Wanneer dit niet het geval is, neemt ICT Milieu contact met u op.

vrijdag 26 juni 2015

Provincie steunt zonnecollectieven in Groningen met premie

Wie samen met anderen zonne-energie wil produceren kan van de provincie een geldbedrag krijgen. Projecten waarbij bijvoorbeeld zonnepanelen op gymzalen of op braakliggende grond worden geplaatst, zijn vaak ingewikkeld om op te zetten en komen nu nog onvoldoende op gang. De provincie wil dit soort initiatieven ondersteunen en stelt daarom in totaal 200.000 euro beschikbaar.

Met een financiële bijdrage (de zogeheten postcoderoospremie) en deskundig advies wil de provincie een aantal kansrijke projecten verder helpen. Andere initiatieven kunnen daardoor leren hoe collectieve zonne-energieprojecten het best kunnen worden opgezet. De projecten moeten uiterlijk in 2016 worden uitgevoerd en voldoen aan geldende planologische kaders.

Leden van coöperaties en Verenigingen van Eigenaren kunnen dankzij de Regeling Verlaagd Tarief van het Rijk een belastingkorting van 7,5 cent per kilowattuur krijgen op hun gezamenlijk opgewekte zonne-energie. Deze regeling is bekend als de 'postcoderoosregeling' en geldt voor kleinverbruikers die samen eigenaar zijn van een productie-installatie en die in een zogenaamde postcoderoos rondom deze zonnepanelen wonen.

De provincie heeft een handboek opgesteld (PDF PDF-bestand, 6 MB) dat de postcoderoosregeling beter bruikbaar maakt. Dit handboek moet samen met de nieuwe postcoderoospremie van de provincie ervoor zorgen dat de eerste vier projecten nog dit jaar van start kunnen gaan. Het is de bedoeling dat de zonnecollectieven hun ervaringen delen, zodat andere initiatieven daarvan kunnen profiteren.

Het Servicepunt Lokale Energie Voorwaarts (LEV) adviseert collectieven en voert de postcoderoospremie uit. Het Servicepunt LEV wordt gefinancierd door de provincie en uitgevoerd door de Natuur en Milieufederatie Groningen en Groninger Dorpen.

Start praktijktest energieopwekkende geluidsschermen

Naast de A2 bij Den Bosch staan twee proefstukken geluidswering waarmee zonne-energie opgewekt wordt. Het doel van de vandaag officieel gelanceerde praktijktest met deze proefstukken is de economische en technische haalbaarheid van energieopwekkende geluidsschermen in beeld te krijgen. De hoofdrol is weggelegd voor de gekleurde LSC-panelen, mede ontwikkeld door TU/e-onderzoeker Michael Debije.

De doorzichtige, gekleurde panelen zijn een nieuw type energiebron, mede ontwikkeld aan de TU/e. Deze ‘luminescent solar concentrators’ (LSCs) vangen het licht op en leiden dat naar de zijkant van het paneel. Daar landt het licht in geconcentreerde vorm op een traditionele zonnecel. “De LSC is met zijn kleuren veel mooier om te zien, wat een voordeel is voor toepassing in de gebouwde omgeving”, vertelt Debije, van de faculteit Scheikundige Technologie, die al jaren onderzoek ernaar doet. “Bovendien is het materiaal goedkoop, je kan het uitvoeren in elke kleur, het is stevig en de LSC’s doen het ook nog wanneer het bewolkt is. Het heeft enorme potentie.” Afgelopen maart liet Debije in Nature zijn licht schijnen over het meest recente onderzoek op dit gebied.

In Den Bosch is het startsein gegeven voor een praktijktest van een jaar, geleid door bouwbedrijf Heijmans. De onderzoekers bekijken de mogelijkheden om elektriciteit op te wekken met zonnecellen die zijn geïntegreerd in geluidsschermen, ook wel SONOB genoemd (Solar Noise Barriers). Het is de eerste keer in Nederland dat een dergelijke praktijktest - op ware grootte - plaatsvindt. De test moet beter inzicht geven in de hoeveelheid elektriciteit die semi-transparante geluidsschermen opwekken onder verschillende omstandigheden. Ook zaken zoals vandalismebestendigheid en onderhoud maken onderdeel uit van de test. Door de test in de openbare ruimte uit te voeren, kunnen de onderzoekers waardevolle inzichten opdoen die niet verkregen kunnen worden in een laboratorium.

De twee geluidsschermen van de praktijktest zijn ieder 5 meter breed en 4,5 meter hoog en bevatten naast de LSC-panelen ook semi-doorzichtige panelen waarin klassieke zonnecellen zijn verwerkt, als vergelijking. De eerste onderzoeksresultaten laten zien dat 1 kilometer aan energieopwekkende geluidsschermen genoeg elektriciteit opwekken om 50 huishoudens van elektriciteit te voorzien.

Stijn Verkuilen, projectleider van Heijmans: “In Nederland staan genoeg geluidsschermen en de benodigde zonneceltechnologie is ook beschikbaar. Onze praktijktest is een eenvoudige optelsom, waarin we onderzoeken wat de mogelijkheden zijn om zonneceltechnologie op robuuste en esthetische wijze te integreren in geluidsschermen”.

De partners in het SONOB-project zijn Heijmans, de TU/e, Van Campen Industries, SEAC, Airbus Defence and Space Netherlands en ECN en mede mogelijk gemaakt door de Gemeente ’s-Hertogenbosch, Willemspoort, SPARK campus, het Ministerie van Economische Zaken en Scheuten.

Informatiedagen voor informatie en advies over wooncomfort en energiebesparing

Essent organiseert voor de inwoners van Sittard, Geleen en omgeving Informatiedagen bij GAMMA Sittard en GAMMA Geleen. Tijdens de Informatiedagen kunnen belangstellenden zich door energieadviseurs van Essent laten informeren over de mogelijkheden om het comfort in het huis te verbeteren en de energierekening te verlagen. Ook kunnen zij met specifieke vragen over zonnepanelen, isolatie en CV-ketels en installatie daarvan terecht bij specialisten van Volta, de servicepartner van Essent in de regio Limburg.
De Informatiedagen vinden plaats op:
  • Zaterdag 27 juni
  • Zaterdag 11 juli
  • Zaterdag 25 juli
Er is geen vast programma. Geïnteresseerden zijn van harte welkom op de stand van Essent in GAMMA Sittard op de Doctor Nolenslaan 124 of GAMMA Geleen op Egelantier 2 tussen 9 en 18 uur. 

donderdag 25 juni 2015

Aanleg noordtak warmtenet Arnhem haalbaar

De gemeente Arnhem, de provincie Gelderland en een aantal belangrijke partners zien goede mogelijkheden om het Arnhemse warmtenet, een duurzame warmtevoorziening, uit te breiden met een zogenoemde 'noordtak'. Onderzoek heeft uitgewezen dat de aanleg van zo'n noordtak technisch mogelijk én financieel haalbaar is.

Vooral een tracé van Velperbinnensingel langs Apeldoornseweg naar Rijnstate en Koninklijke Burgers' Zoo is kansrijk omdat de riolering hier met ingang van eind 2016, begin 2017 vervangen wordt. Er kunnen dan twee vliegen in één klap geslagen worden, ofwel kan er 'werk met werk' gemaakt worden.

Gemeente en provincie én de betrokken partners Rijnstate, Burgers' Zoo, Nuon, Alliander DGO en de GGZ-instelling Pro Persona hebben op basis van de uitkomsten van het onderzoek besloten om samen verder te gaan met de ontwikkeling van de noordtak (kosten op basis van huidige inzichten: circa 6 miljoen euro). Dat betekent dat de komende tijd onder meer nader onderzoek wordt gedaan, de financiering wordt geregeld en vergunningen worden aangevraagd. Zo wordt bijvoorbeeld onderzocht of en hoe het nieuwe tracé verder uitgebreid kan worden. Naar verwachting volgt eind dit jaar het definitieve 'go-no go' besluit.

Een warmtenet met restwarmte afkomstig van onder andere afvalverbrander AVR draagt bij aan een schone, gezonde en duurzame regio, zónder dat de energierekening voor de eindgebruiker stijgt. Streven is juist dat die minder gaat betalen.

Onderzoek heeft uitgewezen dat in de regio Arnhem-Nijmegen een groei van het aantal aansluitingen op het net mogelijk is van 27.000 nu tot circa 90.000 in 2030.

Bij een warmtenet wordt restwarmte uit industriële processen via ondergrondse heet water leidingen getransporteerd naar woningen en bedrijven. Nu gaat het nog om restwarmte die overblijft nadat bij afvalverbranding elektriciteit is opgewekt. In de toekomst kunnen ook nieuwe duurzame warmtebronnen worden aangesloten.

Om zich nadrukkelijk te verbinden aan de ontwikkeling van de 'noordtak warmtenet' hebben de betrokken partijen hiertoe officieel een intentieverklaring ondertekend tijdens een bijeenkomst van het netwerk New energy made in [Arnhem] op 24 juni.

Shell Moerdijk verbetert fabrieksontwerp en procedures

Een jaar na het ernstige incident bij Shell Moerdijk gaat de reparatie van de beschadigde MSPO-2 fabriek de laatste fase in. Het eigen onderzoek heeft verbeterpunten in kaart gebracht: Shell Moerdijk heeft de fabriek aangepast, waardoor herhaling is uitgesloten. Ook worden de bedrijfsvoeringsinstructies versterkt, en wordt de wijze van risicobeoordeling en veiligheidscultuur verder verbeterd.

De fabriek MSPO-2 raakte begin juni vorig jaar beschadigd nadat een onverwacht optredende reactie tijdens het opstarten van de installatie tot een ontploffing van een reactor leidde. Het interne onderzoek heeft uitgewezen wat er is gebeurd en welke verbeteringen er nodig zijn.
Bij de opstart werd de katalysator, een hulpstof voor het productieproces, opgewarmd met warm ethylbenzeen. Door een onverwachte reactie tussen de katalysator en ethylbenzeen (EB) tijdens het opwarmen liep de temperatuur en druk in korte tijd sterk op.

In het verleden is het gebruik van de katalysator in combinatie met ethylbenzeen onderzocht, maar een chemische reactie is hierbij niet aan het licht gekomen. We zijn er altijd vanuit gegaan dat EB niet met onze katalysator kon reageren. In de loop der tijd zijn enkele veranderingen in de installatie en proces condities doorgevoerd. Hierbij zijn nieuwe risicobeoordelingen uitgevoerd, maar daarbij is de reactie niet meegenomen of ontdekt.

Op basis van de uitkomsten van het onderzoek kan worden gesteld dat de opwarmstap opnieuw had moeten worden beoordeeld, bijvoorbeeld bij de selectie van een nieuwe katalysator. Gebleken is dat de nieuwe katalysator reactiever was dan de daarvoor gebruikte katalysator. Dit heeft onder de gewijzigde omstandigheden het incident mogelijk gemaakt. Met de eerder gebruikte katalysator had het incident niet kunnen plaatsvinden.

‘We betreuren het ten zeerste dat dit incident heeft plaatsgevonden en bieden onze excuses aan’, zegt Paul Buijsingh, General Manager van Shell Moerdijk. ‘Wanneer bekend was geweest dat deze reactie kon optreden, had Shell Moerdijk ethylbenzeen niet gebruikt in combinatie met de katalysator bij het opstarten. De fabriek is nu zodanig aangepast dat bij het opstarten inert stikstof in plaats van ethylbenzeen wordt ingezet bij het opwarmen van de katalysator. Herhaling van eenzelfde incident is daarmee uitgesloten.’

Naast de aanpassingen in de fabriek worden er aanvullende maatregelen genomen met het oog op een verdere vergroting van de veiligheid. Shell Moerdijk werkt aan het verbeteren van de procedures van bedrijfsvoering bij het opstarten van de fabriek. Hierbij wordt bovendien gekeken naar de wijze waarop de procedures in de toekomst worden aangepast, beoordeeld en goedgekeurd. Ook zet Shell Moerdijk in op een grotere effectiviteit van de wijze waarop risico’s van chemische reacties worden beoordeeld.

Deze verbeteringen zijn van toepassing op de fabrieken van Shell Moerdijk en op vergelijkbare fabrieken elders in de wereld. Omdat de leerpunten niet alleen relevant zijn voor Shell, delen wij deze met de gehele industrie.

Het incident is veroorzaakt door een samenloop van omstandigheden en we willen zekerstellen dat die samenloop niet meer plaats kan vinden. Daartoe wijzigt Shell Moerdijk de organisatie en zet het in op een versterkte procesveiligheidscultuur. We hebben een veranderingsteam opgezet dat zich richt op een meer gestroomlijnde organisatie met extra focus, ook op het gebied van veiligheid en de manier waarop we werken. In ons veranderingsprogramma maken we gebruik van interne en externe best practices.

Inspecties laten zien dat de borging van veiligheidsprocessen bij Shell Moerdijk goed is. We zien echter de ruimte voor verdere verankering van veiligheidsdenken in gedrag. Dat vereist leiderschap met duidelijkere verantwoordelijkheden en meer aandacht voor training van competenties. Dit en meer discipline in de uitvoering van gestandaardiseerde en uniforme werkprocessen zijn kernbegrippen in die verandering. Dat dit werkt hebben we gezien bij andere productielocaties van Shell waar ze deze elementen al toepassen en goede resultaten opleveren.

Experts van Shell werken samen met vooraanstaande externe professionals op het gebied van veiligheid en het implementeren van nieuwe inzichten. Voor het verbeterprogramma wordt bijvoorbeeld samengewerkt met dr. Jop Groeneweg van de Universiteit Leiden. Groeneweg heeft toonaangevend onderzoek verricht naar het vermijden van incidenten.

Bij het incident liepen twee medewerkers brandwonden op. Direct na het incident is een uitgebreid onderzoek gestart gevolgd door sloopwerkzaamheden. Begin dit jaar is definitief besloten de fabriek volledig te herstellen. De herbouw van de fabriek verloopt volgens planning en de verwachting is dat Shell Moerdijk de installatie in de periode van december 2015 tot maart 2016 weer in bedrijf zal nemen.

woensdag 24 juni 2015

Uitspraak rechter in Klimaatzaak Urgenda 'historische overwinning'

Vandaag oordeelde de rechtbank dat de Nederlandse Staat meer moet doen om de klimaatverandering tegen te gaan. De Staat moet ervoor zorgen dat de CO2 uistoot in 2020 25% lager is dan in 1990. Met het bestaande kabinetsbeleid zal dat niet lukken. Op initiatief van GroenLinks-Tweede Kamerlid Liesbeth van Tongeren zal de Tweede Kamer in debat gaan met minister-president Rutte. Van Tongeren: "Extra maatregelen, zoals een groener belastingstelsel, zijn onontkoombaar. Ik wil van het kabinet horen hoe en hoe snel zij zulke maatregelen gaan invoeren."

Urgenda heeft samen met ruim 900 burgers de Staat aangeklaagd omdat die te weinig maatregelen neemt tegen klimaaatverandering. Nederland bungelt onderaan de lijstjes als het gaat om het terugdringen van CO2 uitstoot of het opwekken van schone energie.
 
Van Tongeren: "Onze buren kunnen het wel. Duitsland zet bijvoorbeeld heel grote stappen in de strijd tegen klimaatverandering."
 
De rechtbank heeft nu geoordeeld dat de nederlandse Staat de plicht heeft om de leefomgeving van mensen te beschermen. De Staatmoet daarom meer doen om de klimaatverandering tegen te gaan. De rechtbank heeft de Staat nu bevolen om te zorgen voor verdere vermindering van de CO2 uitstoot. Van Tongeren: "Een historische overwinning voor iedereen die vecht tegen vieze energie. Maar het is natuurlijk een schande dat de rechter er aan te pas moet komen om het kabinet op zijn zorgplicht te wijzen."

Op initiatief van Van Tongeren zal de Kamer met minister-president Rutte debatteren over de gevolgen van de uitspraak voor het kabinetsbeleid. "Het kabinet moet nu vol aan de bak met maatregelen voor meer schone energie", aldus van Tongeren.
 

Mulder (CDA) over gasbesluit: het roer is om

“Het roer is eindelijk om, de gaswinning gaat definitief verder omlaag. De staatskas staat niet langer voorop, maar de veiligheid voor inwoners en de leveringszekerheid. Daar vraagt het CDA al jaren om.” Dat zei CDA woordvoerder energie Agnes Mulder in haar reactie op het besluit van minister Kamp om de gaswinning zo ver als momenteel haalbaar is, te verminderen. Daarom wordt de gaskraan in Groningen in de tweede helft van dit jaar verder dichtgedraaid.

In het advies van het Staatstoezicht op de Mijnen staat dat het terugbrengen van de winning zorgt voor een kleiner aantal en minder hevige aardbevingen. Kamp wil de winning voor heel 2015 beperken tot maximaal 30 miljard kuub. Dat betekent dat er in de tweede helft van dit jaar nog maximaal 13,5 kuub mag worden. De gaswinning in Groningen werd eerder dit jaar al teruggeschroefd van 39,5 miljard kuub voor heel 2015, naar 16,5 miljard kuub voor de eerste helft van dit jaar. Op 1 juli 2015 wordt in de Tweede Kamer gedebatteerd over dit gasbesluit.
Het CDA wil al langere tijd dat de gaswinning wordt teruggebracht naar het laagste niveau dat vanuit leveringszekerheid haalbaar is.

30 procent minder gas betekent 5 procent krimp economie Groningen

De Groningse economie krimpt daardoor in 2015 naar verwachting met 5,0% en de schatkist loopt 1,2 miljard euro mis ten opzichte van de raming in de Voorjaarsnota.

Op 23 juni heeft minister Kamp van EZ in een brief aan de Tweede Kamer bekend gemaakt dat het productieplafond voor 2015 is bepaald op 30 miljard m3 aardgas. Dit impliceert volgens ING een 5% krimp van de Groningse economie. De economie van de COROP regio Overig Groningen (inclusief de Stad Groningen) krimpt zelfs met 6%. De inzet van het recent gesloten akkoord van het nieuwe bestuurscollege van de provincie Groningen gaat overigens nog een stap verder. Het college wil de gasproductie met nog 3 miljard verlagen naar 27 miljard m3 in 2015 en zo snel als mogelijk naar 12 miljard m3 per jaar in de toekomst. Dat zou ook voor de komende jaren krimp van de Groningse economie betekenen.

De Groningse economie is voor 40% afhankelijk van de gaswinning. Ook exclusief de gaswinning blijft de regionale groei achter bij de nationale groei (circa 1,5% versus 2,0%).De oorzaak hiervan is dat de momenteel flink aantrekkende sectoren industrie, groothandel, bouw en transport minder sterk vertegenwoordigd zijn in deze regio dan landelijk.

Door verlaging van het productieplafond dalen de aardgasbaten in 2015 naar 7,7 miljard euro. Een forse afname omdat in 2014 nog voor 10,3 miljard euro aardgas werd verkocht. De Voorjaarsnota hield rekening met een daling tot 8,9 miljard euro. Het productieplafond leidt dus tot een nieuwe tegenvaller van 1,2 miljard euro. ING hanteert als vuistregel dat elke 2,5 miljard m3 verlaging van de gasproductie de BBP-groei drukt met 0,1%-punt. Voor geheel 2015 betekent dit een negatief effect op de economische groei van circa 0,5%.

Aardgaswinning lijkt een krimpsector te worden, maar Groningen sorteert al voor op nieuwe groeimogelijkheden. Er zijn ook volop kansen voor extra groei. De bouw van een nieuw stikstof mengstation in Zuidbroek om geïmporteerd gas geschikt te maken voor het Nederlandse net is daarvan een voorbeeld. Ook de flink aantrekkende bouwsector ziet mogelijkheden. Herstel van aardbevingsschade levert extra werk op. Vaak blijft het niet bij herstel alleen. Veel Groningers grijpen de kans aan om zonnepanelen te installeren of hun woning te isoleren. Op de middellange termijn zal het noorden echter vooral haar kaarten moeten zetten op de al aanwezige innovatieve technologieën, zoals energie (´Energy Valley´ Eemshaven), agrifood (‘biobased economy’) en ICT (´Datagateway to Europe´ met onder andere Google, IBM en start-ups rond de campus van de Rijksuniversiteit van Groningen).

Installateurskoepel UNETO-VNI: energiebesparing fiscaal belonen

Installateurskoepel UNETO-VNI pleit er in een brief aan de financieel specialisten in de Tweede Kamer voor om energiebesparing en duurzame energieopwekking voortaan fiscaal te belonen. Dat kan volgens de installateurskoepel door huiseigenaren die energiebesparende maatregelen nemen en zo hun woning een groener energielabel geven, per 'labelstap' een eenmalige korting op de inkomstenbelasting te geven. Hoe groter de labelsprong, des te hoger de heffingskorting.

Het voorstel van UNETO-VNI levert geen extra administratieve lasten op. De energielabels van woningen zijn beschikbaar en openbaar toegankelijk via het Kadaster. De overheid kan van die gegevens gebruikmaken en hoeft geen inkoopfacturen te controleren. Ook huiseigenaren hoeven geen extra handelingen te verrichten. Controle op de energiebesparende maatregelen heeft al plaatsgevonden in verband het de registratie van het verbeterde energielabel. Ook voor bedrijven levert deze fiscale maatregel geen extra administratieve lasten op.

Voorzitter Titia Siertsema van UNETO-VNI: 'Dankzij deze maatregel brengen wij de CO2-uitstoot omlaag en komen de doelen van het energieakkoord binnen handbereik. We helpen woningbezitters om hun energierekening omlaag te brengen en wonen betaalbaar te houden. Bovendien geven we een impuls aan het groene bedrijfsleven en stimuleren we de innovatiekracht van onze industrie.'

Per 1 juli aanstaande vervalt het verlaagd btw-tarief voor renovatie- en onderhoudswerkzaamheden. Daarmee eindigt volgens Siertsema een maatregel die voor veel investeringen in energiebesparing heeft gezorgd. Siertsema: 'Ons voorstel om energiebesparing fiscaal te belonen kan net zo'n positief effect hebben op vergroening van de bestaande bouw als de lage btw.'

Vandaag debatteert de Tweede Kamer over herziening van het belastingstelsel.

Op weg naar een klimaatneutrale toekomst

De gemeente en Platform COOL hebben de afgelopen maanden samen met organisaties, ondernemers en bewoners een route uitgezet naar een klimaatneutrale toekomst. In workshops en verdiepingssessies met o.a. bewoners, regiogemeenten, lokale partners in de industrie, woningbouwcorporatie en de interne gemeentelijke organisatie is onderzocht hoe we samen kunnen werken om de omschakeling naar hernieuwbare energiebronnen en het terugdringen van de CO2-uitstoot te versnellen. Maastricht gaat deze omschakeling samen met de stad vormgeven en steeds meer mensen aan deze opgave verbinden.

Nu is de volgende fase aangebroken. Er liggen een aantal concrete projectvoorstellen die naar goedkeuring van de budgetten door de Raad uitgevoerd worden. Na de zomer leggen we afspraken vast in het Maastrichts Energie akkoord over de inzet van partijen voor een klimaatneutrale toekomst. Daarvoor lopen nu de onderhandelingen.

Wethouder Gerdo van Grootheest: “De tijd van top-down keuzes maken is echt voorbij. Energietransitie is een gezamenlijke opgave, die we alleen kunnen realiseren door krachten te bundelen. We nemen samen onze verantwoordelijkheid voor de omslag naar duurzame energie. Samen met de stad gaan we voor milieuwinst en nieuwe economie. We zijn op het moment aangekomen dat we zichtbare stappen gaan zetten.”

Voor bewoners komt er onder andere een Energieloket, een duurzame voorbeeldwoning en Energiecoaches voor advies aan huis. Voor bedrijven/industrie een energiecoördinator ter ondersteuning bij het treffen van energiebesparende maatregelen. De gemeente gaat gericht initiatieven ondersteunen en neemt een coördinerende rol op zich.

Het Maastrichts Energie Akkoord is dynamisch. Grote en kleine partners gaan de komende jaren tekenen. Gemeente Maastricht is een van de partijen en neemt ook haar eigen verantwoordelijkheid en voorbeeldrol en sluit op een aantal thema’s een akkoord. Enkele voorbeelden zijn e-car sharing voor het zakelijk verkeer; op termijn alleen nog maar elektrisch busvervoer en het verduurzamen van vastgoed  en openbare LED-verlichting.

De basis voor deze aanpak ligt bij Platform COOL waarin meer dan 20 organisaties actief zijn zoals ENCI, Mosa,Sappi, woningcorporaties, de Universiteit Maastricht, Zuyd Hogeschool en burgerinitiatieven. Samen met de gemeente heeft het platform onderzocht in welke sectoren de grootste kansen liggen voor de omslag naar duurzame energie en de besparing van fossiele energie. Uit dit onderzoek zijn de volgende actielijnen naar voren gekomen: Wonen (gebouwde omgeving) – Industrie – Mobiliteit – Gebiedsontwikkeling en de gemeente Maastricht zelf. Op termijn kan deze aanpak verbreed worden naar andere sectoren.

Stedin zorgt voor altijd energie in Utrecht bij start Tour de France

Op 4 en 5 juli start één van de grootste sportevenementen ter wereld in Utrecht: de Tour de France. Ruim tweehonderd wielrenners gaan drie weken lang strijden om de winst in etappes en klassementen. Netbeheerder Stedin is partner van de organiserende Stichting Utrecht 2015 en zorgt met een robuust netwerk en duurzame aansluitingen dat er altijd energie is bij het evenement.

Een groot, internationaal sportevenement zoals de Tour de France kan niet zonder een veilige, betrouwbare en duurzame energievoorziening. Stedin heeft daarom haar oudere elektriciteitskabels en gasleidingen bij de route van de wedstrijd en publiekslocaties voor zover nodig compleet vernieuwd en deels verlegd. Een investering waarvan bewoners en ondernemers in de omgeving van onder andere het Domplein, de Croeselaan en de Maliebaan blijvend profiteren ook na de Tourstart.

Naast een betrouwbaar net zorgt Stedin voor de fysieke aanleg van tijdelijke elektriciteitsaansluitingen voor de faciliteiten van Le Tour Utrecht: op de publieksvenues, voor de servicepunten en op de hospitalitylocaties. In totaal gaat het om zes locaties in het Jaarbeursgebied en om aansluitingen op zowel het Anne Frankplein als de Archimedeslaan. Hierdoor zijn milieuonvriendelijke aggregaten grotendeels overbodig.

,,Zowel het vernieuwen van het net als de tijdelijke aansluitingen passen uitstekend bij onze missie om altijd duurzame energie te hebben voor onze klanten’’, zegt Stedin’s operationeel directeur Frans van de Noort. ,,Leveringszekerheid is de kerntaak voor de netbeheerder. Dit partnership sluit daarbij aan en past ook bij ons verantwoordelijksgevoel om bij te dragen aan de duurzaamheidsdoelstellingen van een groot evenement in ons werkgebied.’’


Minder betalen voor energie

De energierekening van een gemiddeld huishouden duikt voor het eerst sinds 3 jaar onder de 1.700 euro. Een gemiddeld huishouden dat overstapt op het goedkoopste energiecontract kan maar liefst 350 euro per jaar besparen op gas en elektriciteit, stelt prijsvergelijkingssite Gaslicht.com.
.
“Het is opmerkelijk dat de jaarkosten zo laag zijn, ondanks de stijging van de energiebelasting en de heffing ‘opslag duurzame energie’”, zegt Sanne Bins van Gaslicht.com. “Redenen hiervoor zijn de lagere olieprijs, grote concurrentie, en veranderingen op de groothandelsmarkt. Hierdoor kan energie goedkoper worden ingekocht.” Energiebedrijven bieden volgens haar hoge welkomstpremies en lage actietarieven.

Ruim de helft van de Nederlanders (55 procent) is sinds 2004 één of meer keren overgestapt naar een andere leverancier. Maar 38 procent is in de afgelopen 10 jaar nog nooit geswitcht. Een belangrijke reden voor consumenten om niet te wisselen is dat ze tevreden zijn over de huidige leverancier, blijkt uit onderzoek van de ACM. Ook de angst voor ‘gedoe’ speelt hier een rol. “Mensen zijn soms bang dat ze even zonder stroom komen te zitten als ze overstappen”, zegt Bins. “Ze realiseren zich niet altijd dat het een puur administratief proces is.”

dinsdag 23 juni 2015

'Gaswinningsbesluit opmaat naar verdere vermindering'

Een volgende stap in de goede richting en bemoedigend voor allen die zich inzetten voor een veiliger Groningen. Dat is de reactie van de provincie en de twaalf betrokken Groninger gemeenten op het besluit van minister Henk Kamp om de gaswinning in 2015 terug te brengen naar 30 miljard kubieke meter. Kamp maakte zijn besluit bekend op dinsdag 23 juni in Den Haag.

De regio ziet het terugdringen van de gaswinning als een noodzakelijke opmaat naar verdere vermindering. De rijksinspectiedienst Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) heeft in haar advies duidelijk aangegeven dat de gaswinning aanmerkelijk naar beneden moet. Hoeveel dat moet zijn om de veiligheid te garanderen is volgens de dienst nog niet precies duidelijk. Dat hangt ook samen met de mate van versterking die er wordt gerealiseerd. Zodoende blijft het nog onduidelijk wat het effect is van de vermindering op de risico’s van bevingen.

In aanloop naar het gaswinningsbesluit voor het jaar 2016 moet er volgens de provincie en gemeenten verder gewerkt worden aan het verkrijgen van meer duidelijkheid over de inschatting van de risico’s, het onderzoek dat daar naar verricht wordt en de risicoaanpak. De regio dringt er daarom op aan dat alle informatie in de vorm van onderzoeken en adviezen volledig openbaar wordt.

Energieveilingen passen veilingproces aan

Online energieveilingen hebben naar aanleiding van een onderzoek van de Autoriteit Consument & Markt (ACM) hun veilingproces aangepast vanwege mededingingsrisico’s. In plaats van alleen biedingen van energieleveranciers ter hoogte van de referentieprijs of daarboven te accepteren, worden voortaan ook biedingen onder de referentieprijs toegelaten. Hierdoor krijgen energieleveranciers meer mogelijkheden om aan een veiling mee te doen. Daarnaast wordt het aanbod aan consumenten die via deze veilingen willen overstappen van energieleverancier vergroot en kunnen zij nu ook kiezen voor een scherp aanbod dat onder de referentieprijs ligt. Anita Vegter, bestuurslid ACM: “Het is goed dat energieveilingen hun werkwijze hebben aangepast. Dit leidt tot meer mogelijkheden voor leveranciers en meer keuze voor consumenten.”

Bij energieveilingen die werken met een referentieprijs bepaalt de veilingmeester na eigen marktonderzoek vooraf een minimumprijs.  Biedingen van energieleveranciers die lager zijn dan deze referentieprijs werden voor het onderzoek vaak van verdere deelname aan de veiling uitgesloten.
Vorig jaar zomer is ACM een onderzoek gestart na signalen uit de markt en media over mogelijke prijsafspraken en misleiding van consumenten bij energieveilingen. Onderzocht is of veilingen die werken met een referentieprijs eerlijk verlopen en of consumenten wellicht voordeel mis lopen. Daarnaast is gekeken of consumenten volledig worden geïnformeerd over het veilingproces.

Vanuit het oogpunt van mededinging is het werken met een referentieprijs verboden als dit de concurrentie merkbaar beïnvloedt. Uit het onderzoek van ACM blijkt echter niet dat dit hier het geval was. Energieveilingen bedienen slechts een klein deel van de energiemarkt en consumenten zijn voor een goedkoop aanbod niet afhankelijk van energieveilingen. ACM heeft daarom geen overtredingen geconstateerd.

Echter wanneer meer energieleveranciers alleen via energieveilingen hun aanbod aan consumenten doen én er enkel gewerkt wordt met een referentieprijs voorziet ACM wel mededingingsrisico’s. Het aanbod voor consumenten wordt dan beperkt en het wordt voor hen lastiger om buiten een veiling om een goedkoper aanbod te krijgen. Om deze risico’s voor de toekomst weg te nemen heeft ACM met marktpartijen afgesproken dat voortaan ook biedingen onder de referentieprijs mee doen in de veiling en dat consumenten deze ook kunnen accepteren.

Uit het onderzoek blijkt ook dat de informatievoorziening aan consumenten beter kon, zoals een betere uitleg over het veilingproces en de wijze waarop prijzen tot stand komen. Omdat de algehele informatievoorziening aan consumenten al langer onder de maat is, heeft ACM vorig jaar concrete afspraken met de energiesector gemaakt hoe consumenten beter te informeren en welke informatie zij moeten krijgen om een geïnformeerde keuze te kunnen maken. ACM constateert dat energieveilingen consumenten vanaf eind 2014 beter zijn gaan informeren.

Gaswinning Groningen in 2015 verder verminderd tot 30 miljard kubieke meter

Er zal dit jaar niet meer dan 30 miljard kubieke meter gas uit het Groningenveld worden gewonnen. In de tweede helft van 2015 zal de gaswinning worden beperkt tot 13,5 miljard kubieke meter. Dit heeft het kabinet vandaag besloten op basis van advies van toezichthouder Staatstoezicht op de Mijnen (SodM). SodM adviseert hierin de gaswinning zo ver als realistisch mogelijk terug te dringen en de gaswinning voor de tweede helft van 2015 niet hoger te laten zijn dan 16,5.

Minister Henk Kamp van Economische Zaken: "De veiligheid van de Groningers staat voorop. De gaswinning uit Groningen wordt zo ver als momenteel haalbaar is verminderd. Daarom besluit het kabinet voor 2015 tot een reductie naar 30 miljard kubieke meter.” De bewindsman besprak zijn voornemen tot dit besluit gisteren met bestuurders en bewoners in de regio.

Om de veiligheid van de Groningers te vergroten en conform adviezen van SodM, verminderde het kabinet eerder al de winning rond Loppersum met 80% en stelde voor 2014 een plafond in van 42,5 miljard kubieke meter. Vervolgens werd voor 2015 de gaswinning verder teruggebracht tot een plafond van 39,4 miljard kubieke meter. Voor het eerste halfjaar van 2015 werd een nadere beperking opgelegd tot 16,5 miljard kubieke meter.

In het nieuwe advies beveelt SodM aan de gaswinning voor de tweede helft van 2015 opnieuw niet boven de 16,5 miljard kubieke meter te laten uitkomen. Dit zou een gaswinning van in totaal 33 miljard kubieke meter betekenen. Dit is het minimaal benodigde niveau voor de leveringszekerheid. In Nederland zijn zeven miljoen huishoudens voor het koken en het verwarmen van hun huis afhankelijk van het Groninger gas. Hetzelfde geldt voor huishoudens in België, Frankrijk en Duitsland.

Het kabinet heeft eenmalig de mogelijkheid om drie miljard kubieke meter uit de gasopslag bij Norg te onttrekken omdat deze vorig jaar enige tijd uit bedrijf is geweest. Door dit gas nu in te zetten, kan de winning uit het Groningenveld in 2015 beperkt blijven tot 30 miljard kubieke meter. Daarnaast houdt het kabinet de mogelijkheid open om maximaal twee miljard kubieke meter extra te winnen indien dit strikt noodzakelijk is vanwege technische problemen in het systeem van gaslevering.

Voor 1 januari 2016 wordt onderzocht of een andere benadering van gaswinning mogelijk en wenselijk is waarbij meer gas uit het buitenland wordt geïmporteerd. Er hoeft dan minder gas uit het Groningenveld te worden gewonnen, maar onze importafhankelijkheid zal toenemen. Ook wordt door SodM bekeken wat de invloed op de veiligheid zou zijn van sterke schommelingen in de gaswinning, veroorzaakt door de temperatuurverschillen tussen jaren. Daarnaast wordt onderzocht of een gelijkmatig maar veilig niveau van gaswinning kan worden vastgesteld.

Kaders voor milieuonderzoek windmolens Korendijk

Gedeputeerde Staten (GS) van Zuid Holland hebben het Advies reikwijdte en detailniveau voor windlocatie Spui in gemeente Korendijk vastgesteld. Dit is het definitieve kader voor het uit te voeren milieuonderzoek (MER) voor het Provinciaal inpassingsplan en alle benodigde vergunningen en ontheffingen voor het realiseren van windenergie.

Naar aanleiding van de inspraakreacties en het advies van de Commissie voor de m.e.r. heeft de provincie het milieuonderzoek uitgebreid. Er wordt meer aandacht besteed aan de locatieafweging en hinder door geluid en slagschaduw. Parallel aan het milieuonderzoek is de provincie gestart met participatie-gesprekken met belanghebbenden in een klankbordgroep en met bewoners.

De opzet van het milieuonderzoek - de conceptnotitie Reikwijdte en Detailniveau - heeft ter inzage gelegen van 8 januari tot en met 4 februari 2015. De provincie ontving in totaal 58 zienswijzen, waarvan 1 door 617 (van 318 verschillende adressen) en 1 door 39 volwassenen is medeondertekend, en 6 reacties van andere overheden.

De inspraakreacties en het advies van de Commissie hebben geleid tot aanpassingen van het milieuonderzoek (MER). Zo zal er in het MER meer aandacht zijn voor de vergelijking en onderbouwing van mogelijke locaties.”

De door de gemeente Korendijk en insprekers aangedragen alternatieve locaties binnen de gemeentegrens van Korendijk worden in de locatievergelijking meegenomen. De beoordelingscriteria van locaties worden uitgebreider beschreven. Doel van het milieuonderzoek is toetsen of windenergie op de voorgenomen locatie aan het Spui realiseerbaar is. Deze vergelijking van mogelijke locaties resulteert in één of meerdere voorkeurslocatie(s) waar de windenergieopgave gerealiseerd kan worden.

Het milieuonderzoek beschrijft de te verwachten milieueffecten en hinder. Aspecten die de kwaliteit van de leefomgeving beïnvloeden, zoals geluid en slagschaduw, worden uitgebreid getoetst en beschreven. Het milieuonderzoek bevat straks ook inrichtingsalternatieven voor de voorkeurslocatie(s): opstelling van en aantal windturbines op basis van realistische windturbines. Per alternatief worden de te verwachten milieueffecten en hinder onderzocht en beschreven. Het project Swaneblake wordt als een mogelijk scenario beschouwd bij de uitwerking van de inrichtingsalternatieven op locatie Spui.

Veel inspraakreacties op de conceptnotitie Reikwijdte en Detailniveau gaan over onderwerpen die strikt genomen geen betrekking hebben op de reikwijdte en het detailniveau van het milieuonderzoek. Ze gaan bijvoorbeeld in op de voorgeschiedenis van de locatie, nut en noodzaak van windenergie, vermeende schade en financiële haalbaarheid en de aanlegfase. Gelet op de complexe voorgeschiedenis rond de beoogde locatie is in de Nota van Beantwoording uitgebreid op deze onderwerpen ingegaan.

Koenders: investeren in nieuwe energiepartners

Nederland en Europa moeten volgens minister Koenders (Buitenlandse Zaken) meer investeren in relaties met nieuwe spelers op de energiemarkt en de bestaande relaties versterken. ‘Energiediplomatie wordt de komende jaren steeds belangrijker om onze gastoevoer te diversifiëren’, aldus de minister. De EU-ministers spraken vandaag in Luxemburg over energiediplomatie. Dit is een onderdeel binnen de doelstellingen van de Energie Unie.

Koenders gaat onder meer de banden met landen in Noord Afrika en Centraal Azië en in het Midden-Oosten aantrekken. Ook goede relaties met doorvoerlanden als Oekraïne en Turkije en met buurlanden ten oosten en zuidoosten van de EU, kunnen helpen om de afhankelijkheid van Rusland als energieleverancier verminderen. Daarnaast wil Koenders nauwer optrekken met de VS en China als het gaat om energie.

Momenteel is Rusland de grootste energieleverancier voor Europa. ‘De crisis in Oekraïne laat zien dat politiek en energie soms nauw verweven kunnen zijn: er waren moeizame onderhandelingen nodig om afgelopen winter Russisch gas ongehinderd naar Oekraïne te krijgen’, zegt Koenders. ‘Je moet er niet aan denken dat de EU in een soortgelijke situatie terechtkomt. Daarom is afhankelijkheid van Rusland voor de EU op langetermijn zeer onwenselijk, juist omdat we de komende decennia steeds afhankelijker gaan worden van import. We moeten zorgen dat we meerdere bronnen hebben en niet op één paard blijven wedden.’

Koenders is dan ook te spreken over de Energie Unie waarover de EU begin dit jaar naar buiten trad. ‘De koers is uitgezet. Het is nu van belang om ook stevig door te varen’, stelt de minister. Hij hoopt op een stroomversnelling als het gaat om het voltooien van de interne, Europese energiemarkt, het vergroten van de eigen energieproductie met hernieuwbare energie en het verminderen van de energievraag door energie te besparen.

Volgens de minister is de manier waarop we onze energievoorziening regelen en beschermen één van de grootste politieke kwesties van onze tijd. Volgens hem zal de nabije toekomst meer en meer worden bepaald door energie, duurzaamheid en klimaatverandering.
Ook zal energie vaker worden ingezet als politiek drukmiddel, zeker nu geopolitiek weer terug is op het toneel. Koenders stelt dat alles op alles moet worden gezet om dit te voorkomen. ’Het is in het belang van iedereen dat we ons verzetten tegen de inzet van energie als politiek middel.’

Workshops duurzaam gebruik bermgras

Hoe zorg je als overheid voor een hoogwaardige verwerking van bermgras? Bijvoorbeeld tot duurzame energie? Drie workshops geven uitkomst. Georganiseerd door drie overheden, waaronder de provincie Flevoland. Ze zijn bedoeld voor wie zich bezighoudt met het beheer of de aanbesteding van bermgras.

De samenwerkende overheden nodigen betrokkenen uit om deel te nemen aan de drie workshops over het duurzaam, innovatief en hoogwaardiger aanbesteden en verwerken van bermgras.

De eerste workshop is op 30 juni 2015 van 9.30 uur tot 12.30 uur (locatie volgt nog). In september is de tweede workshop en in oktober of november de derde. In januari 2016 volgt een eindconferentie waarop de resultaten van de workshops worden gepresenteerd.

De workshops zijn onderdeel van het project Kansen voor bermgras. In dit project werken de gemeenten Haarlemmermeer, Amstelveen, de provincie Flevoland, de Amsterdam Economic Board en de Ontwikkelingsmaatschappij Flevoland samen. Zo willen zij betrokkenen ondersteunen bij de aanbesteding en pilots op het terrein van innovatie, duurzaam en hoogwaardiger verwerking van bermgras. Behalve diensten die aanbesteden, zijn ook marktpartijen bij dit traject betrokken.

De workshops worden begeleid door Arjen Brinkmann van Brinkmann consultancy en expert op het terrein van innovatief aanbesteden Jan IJzerman. Ze hebben als doel één of meer concrete pilots voor het innovatief en duurzaam aanbesteden van bermgras te realiseren. En tegelijk aanbevelingen en handreikingen te formuleren die andere organisaties kunnen gebruiken bij toekomstige aanbestedingen.

Aan de workshops kan iedereen meedoen die zich bezighoudt met het beheer of de aanbesteding van bermgras. Dat geldt ook voor organisaties die in de projectperiode geen aanbesteding kunnen doen. Wel is het van belang dat de deelnemers draagvlak in de eigen organisatie hebben, belang hechten aan het leertraject en commitment tonen.

maandag 22 juni 2015

Eneco en LochemEnergie niet gelukkig over gelijke behandeling bezitters zonnepanelen

De rechtbank Den Haag heeft vorige week het beroep verworpen dat Eneco en energiecoöperatie LochemEnergie hadden ingesteld tegen een uitspraak van de Belastingdienst inzake de verschuldigdheid van energiebelasting. De Belastingdienst is van mening dat eigenaren en huurders van zonnepanelen op andermans dak belasting moeten betalen over de stroom die is opgewekt omdat er sprake zou zijn van ‘levering’ van de stroom.

Eneco en LochemEnergie zijn het niet eens met het standpunt van de Belastingdienst en betreuren de uitspraak van de Haagse rechtbank. Volgens Eneco en LochemEnergie wordt zo ongelijkheid voor een grote groep burgers die geen geschikt eigen dak heeft in stand gehouden. Deze burgers willen meedoen aan de transitie naar een duurzame energievoorziening door te investeren in zonnepanelen of door deze te huren in een collectief zonnepark. Maar zij krijgen niet dezelfde opbrengst uit hun zonnepanelen. Zij moeten belasting betalen voor de 'levering' van stroom terwijl dit al hun eigen, zelf opgewekte stroom is, uit zelf betaalde zonnepanelen elders. Het enige onderscheid is dat hun zonnepanelen niet op hun eigen dak (kunnen) liggen maar elders in collectief verband zijn geïnstalleerd. De zonne-energie wordt echter wel degelijk voor hun eigen rekening en risico opgewekt. Eigenaren van zonnepanelen op eigen dak hoeven die belasting niet te betalen.

De uitspraak zorgt er voor dat duurzame energie voor heel veel burgers niet bereikbaar gaat worden. De uitspraak zal nu uiteraard eerst goed worden geanalyseerd en later zal besloten worden op welke wijze eventuele verdere actie wordt ondernomen.

RWE, YARD ENERGY en Blaaswind betreuren gemiste kans op dialoog in Meeden

RWE, YARD ENERGY Development en Blaaswind vinden het van groot belang om de omgeving in de plannen van het Windpark N33 te blijven betrekken. Maar dat lijkt niet te lukken. In de gemeente Menterwolde was een voorlichtingsavond gepland. Met deze informatieavond zou iedereen in de gelegenheid gesteld worden zich te laten informeren én zienswijzen in te dienen met betrekking tot het Windpark N33. Die avond is niet doorgegaan.

Op de informatieavonden in de gemeenten Veendam en vooral in Scheemda waren er volop discussies en veel vragen. Het energiebedrijf zegt: 'Door met ons het gesprek aan te gaan, weten wij nu beter welke vragen er leven onder de bewoners en welke zorgen er zijn, en kunnen we samen zoeken naar de optimale uitkomst. Naast het gesprek met elkaar aangaan, bieden wij ook de mogelijkheid een groot windpark te bezoeken in de omgeving en op deze manier zelf ervaring met een windpark op te doen. Vorig jaar zijn deze excursies ook georganiseerd en is op deze manier ervaren wat de afstand is, hoe ze eruit zien en/of welke hinder er ondervonden wordt.'




De Ministeries van Economische Zaken en Infrastructuur en Milieu kijken samen met Provincie Groningen en drie betrokken gemeenten waar de windturbines het beste geplaatst kunnen worden. RWE is bij dit project in beeld sinds de zomer van 2014 toen op verzoek van de Provincie Groningen, en gesteund door een motie in de Tweede Kamer, een zesde variant aan het lopende project is toegevoegd.

Arnhem kiest voor LED-verlichting

Alle openbare verlichting in Arnhemse wordt volledig uitgevoerd met energiezuinige LED-armaturen. Dat heeft het college van burgemeester en wethouders besloten.  Onderzoek wijst uit dat hiermee op termijn 40% bespaard kan worden op het elektriciteitsverbruik. Omdat de besparing op energiekosten de hogere aanschafkosten van de LED-verlichting compenseert kan de gehele operatie kostenneutraal worden uitgevoerd.

Sinds 2012 wordt in Arnhem op de hoofd- en ontsluitingswegen al standaard gebruik gemaakt van LED-verlichting. Daar komen nu de woonwijken, de fietspaden en bedrijventerreinen bij. Uitgangspunt is hierbij dat de LED-verlichting zal worden geplaatst zodra de huidige verlichting aan vervanging toe is. Bij herstructurering of bouw van nieuwe wijken zal standaard gebruik gemaakt geworden van LED-verlichting. De verwachting is dat over ongeveer 20 jaar heel Arnhem is voorzien van LED-verlichting.

Het besluit om in de stad over te gaan op energiezuinige LED-verlichting past naadloos in de duurzame ambities die stad heeft met haar programma Energie Made in [Arnhem]. Ook wordt een bijdrage geleverd aan het Nationaal Energieakkoord uit 2013 waarin Nederland als geheel streeft naar een energiebesparing van 50% in 2030.

zondag 21 juni 2015

GroenLinks: Geen Btw-verhoging, maar vergroening

GroenLinks wil de belasting op milieuvervuiling verhogen. Dat zegt fractievoorzitter Jesse Klaver. Vandaag maakte hij de belangrijkste inzet van zijn partij openbaar voor de gesprekken over een nieuw belastingstelsel.

Klaver stelt een vergroening van de belastingen van 2 miljard euro voor, door de energiebelasting te verduurzamen en vrachtverkeer, vlees het bebouwen van open ruimte en het lozen van restwarmte zwaarder te belasten.

Het geld dat wordt opgebracht met de belastingherziening moet wat Klaver betreft niet alleen gebruikt worden om lasten te verlichten, maar ook om te investeren in de koopkracht van mensen en duurzame energie.

Klaver: 'GroenLinks wil een fundamentele herziening van het belastingstelsel. Wij zitten niet aan tafel om de BTW te verhogen, maar omdat we klimaatverandering willen aanpakken, ongelijkheid willen terug dringen en mensen aan een baan willen helpen.'

De vergroeningsmaatregelen en aanpak van belastingontwijking die GroenLinks voorstelt zijn, in verschillende varianten, terug te vinden in de verkiezingsprogramma’s van ChristenUnie, D66 en de PvdA. De generieke verhoging van de BTW staat bij geen enkele partij in het verkiezingsprogramma.

vrijdag 19 juni 2015

Laadpaal maakt opslag zonne-energie mogelijk

Lokale zonnepanelen gekoppeld aan slimme oplaadpalen voor elektrische auto’s. Een consortium nam onlangs in Utrecht een wereldprimeur in gebruik. De slimme laadpalen worden gekoppeld aan zonnepanelen op de omliggende huizen van bewoners, daken van bedrijven en openbare gebouwen zoals scholen. De publieke palen kunnen de accu van alle types elektrische auto’s laden én ontladen waardoor de auto kan worden gebruikt als energieopslag.

De Utrechtse wethouder Lot van Hooijdonk, inititatiefnemer Robin Berg en Stedin’s manager duurzaamheid Marko Kruithof stelden de eerste van twintig ‘Vehicle-to-grid’ laadpalen in de Utrechtse wijk Lombok in werking. Het consortium bestaat uit Stedin, gemeente Utrecht, GE, Vidyn, Last Mile Solutions, Economic Board Utrecht en LomboXnet. Deze partijen en ondermeer ook de gemeente Amersfoort ondertekenden bovendien de intentie tot verdere uitrol van deze veelbelovende innovaties.

Marko Kruithof, manager Duurzaamheid & Vernieuwing bij Stedin: ,,Of de zon nu wel of niet schijnt, dankzij deze wereldprimeur kunnen onze klanten in Utrecht altijd over duurzame elektriciteit opgewekt uit zon beschikken. De elektrische auto is door de slimme laadpaal voor het eerst geschikt voor tweerichtingsverkeer en wordt daardoor een kleine 'energiecentrale'.’’

Slimme laadnetten zoals ontwikkeld in Lombok, zijn een onmisbaar onderdeel in de stad van de toekomst. Wethouder Lot van Hooijdonk: ,,Nu moet het Rijk ruimte bieden, zodat dit soort experimenten kunnen groeien. Om het grote aantallen elektrische auto’s te kunnen laden, is de komende jaren alleen al in Nederland een verzwaring van het stroomnet nodig die 40 tot 60 miljard euro gaat kosten. Het investeren in slimme laadnetwerken is een zeer schoon en voordelig alternatief voor deze verzwaring.’’


De nieuwe technologie zorgt voor banen en schone lucht, versnelt de energietransitie en voorkomt investering in netverzwaring, wat aangesloten klanten miljarden euro’s scheelt. Hiervoor is wel aanpassing van wet- en regelgeving nodig zodat Nederland op gelijk speelveld komt als de VS, Duitsland en China.

 Dagelijks worden er wereldwijd 700.000 zonnepanelen geïnstalleerd. Om die stroom ook te kunnen gebruiken als de zon niet schijnt, is opslag cruciaal. De race voor de levering van batterijen voor deze opslag is reeds geopend door bijvoorbeeld automerken Tesla en BMW. Met de slimme laadpaal, made in Utrecht, kunnen ook de steeds grotere batterijen in elektrische auto’s worden ingezet om zonne-energie op te slaan. Daarmee kan Nederland inspelen op de wereldwijde uitdaging van opslag van duurzame energie.

Nu is de tijd aangebroken voor opschaling, wat grote kansen biedt voor extra werkgelegenheid voor Nederland. Zo voorspelt Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) 10.000 banen in 2020 en 50.000 banen in 2030 dankzij elektrische auto’s. Daarnaast zorgen proeftuinen zoals in Utrecht voor het aantrekken van wereldbedrijven naar Nederland. Zo heeft GE vanwege het project in Utrecht besloten haar divisie laadinfrastructuur in Nederland te behouden en werd Nissan partner in het project.

Op dit moment is er sprake van forse investeringen in het net ten behoeve van duurzame energie, door netbeheerder Stedin. Met opslag is verzwaring niet meer nodig. Dit is voordelig voor aangesloten klanten, die deze investeringen rechtstreeks betalen.

‘Groen gas Booster’ maakt grootschalige productie van duurzaam groen gas mogelijk

Netwerkbedrijf Enexis, landelijk gasnetbeheerder Gasunie Transport Services (GTS) en afvalverwerker Attero hebben vandaag de overeenkomst getekend voor de start van een unieke pilot om grootschalige groengasinvoeding te faciliteren; de Groen gas Booster. Deze compressor verbindt het grote regionale aanbod van groen gas met de landelijke vraag. De Groen gas Booster wordt hiervoor gerealiseerd nabij de groengasproductielocatie van Attero in Wijster (Drenthe). Met het faciliteren van grootschalige groengasproductie leveren Enexis, GTS en Attero een belangrijke bijdrage aan de duurzame energietransitie.

Het potentieel van groengasproductie is aanzienlijk. Alleen al in het Enexis-verzorgingsgebied werd in 2014 35 miljoen kubieke meter groen gas geproduceerd. Groen gas wordt bij voorkeur zo lokaal mogelijk ingevoed, waar de druk lager is en het groen gas direct door omliggende huishoudens en industrieën wordt afgenomen. In de zomer is de lokale vraag naar gas echter beperkt, terwijl de productie van groen gas continu hoog blijft.

Met de inzet van de Groen gas Booster zou in het geval van Attero in Wijster jaarlijks nog eens 17.000 huishoudens kunnen worden voorzien van groen gas. Dat is een gebied ter grootte van bijvoorbeeld Hoogeveen of Landgraaf.


Door in de zomermaanden met behulp van de Groen gas Booster groen gas te comprimeren naar hoge druk, kan het lokale overschot aan groen gas ingevoed worden in het landelijke gasnet. De landelijke vraag naar gas is namelijk wel het hele jaar door voldoende groot. Omdat de Groen gas Booster slechts het ‘overtollige’ groen gas hoeft te comprimeren, zorgt dit voor een compact en efficiënt systeem. Dit biedt bovendien ruimte aan nieuwe aanbieders om ook hun groen gas in het lokale net in te voeden.

Door het bundelen van de kennis, ervaring en vaardigheden van Enexis, GTS en Attero wordt deze pilot mogelijk gemaakt. Met het faciliteren van grootschalige productie van groen gas leveren zij een belangrijke bijdrage aan het realiseren van de duurzame energiedoelstelling voor de productie van 14% hernieuwbare energie, zoals afgesproken in het Energieakkoord. De realisatie van de Groen gas Booster is in voorbereiding. De verwachting is dat de Groen gas Booster voor het eerst in productie genomen zal worden aan het eind van 2016. - See more at: http://www.gasunie.nl/nieuws/groen-gas-booster-maakt-grootschalige-productie-van-duurzaam-groe#sthash.p3kjRKO3.dpuf