Pagina's

vrijdag 29 november 2013

Nuon investeert in Arnhemse warmte

Vattenfall, moederbedrijf van Nuon, gaat flink investeren in de warmtevoorziening in de regio Arnhem. Hiertoe is een investeringsbesluit van 19 miljoen euro genomen voor de aanleg van een koppelleiding tussen de warmtenetten van Duiven, Westervoort en Arnhem.

De vraag naar stadswarmte stijgt in het gebied vanwege nieuwbouw en stadsvernieuwing. De aan te leggen koppelleiding verbindt de warmtenetten van Duiven, Westervoort en Arnhem met elkaar. De koppelleiding zorgt ervoor dat in de toekomst de warmte voor Arnhem geleverd kan worden vanuit Westervoort. De aanleg van de warmtekoppelleiding past goed in de strategie van Nuon om CO2 –uitstoot terug te brengen. Bovendien draagt dit bij aan het behalen van de duurzaamheidsdoelstellingen van de provincie Gelderland en de gemeenten Arnhem, Duiven en Westervoort.

De woningen in Arnhem worden in de toekomst verwarmd met restwarmte uit de afval- en energiecentrale van AVR in Duiven. Deze centrale verwerkt huishoudelijk afval en bedrijfsafval. De warmte die vrij komt bij het verbrandingsproces, vormt nu al de bron voor de warmte in de woningen in Duiven en Westervoort.
Nuon start dit jaar nog met de start van de aanleg van een koppelleiding. De eerste werkzaamheden vinden plaats in de omgeving van de AVR/Duiven. De verwachting is dat de koppelleiding eind 2014 gereed zal zijn.

Tot 10 procent meer opbrengst uit zonnepanelen

Mastervolt introduceert met Soladin WEB de nieuwste generatie omvormers voor zonne-energie. Deze leveren tot 10% extra opbrengst en kunnen al worden toegepast vanaf drie zonnepanelen. De omvormers zijn ontwikkeld door Mastervolt in Amsterdam en worden geproduceerd door Prodrive Technologies op het Science Park in Eindhoven. Hans van Nikkelen Kuijper, CEO van Mastervolt: "Met de Soladin WEB introduceren wij een Nederlands kwaliteitsproduct dat een impuls geeft aan de groei van de Nederlandse markt voor zonne-energie en aan de installatiebranche."
Het omslagpunt, waarbij zonnestroom goedkoper is geworden dan traditionele stroom, is onlangs ook in Nederland bereikt. De Soladin WEB brengt deze ontwikkeling in een stroomversnelling dankzij het IntelliConcept: acht slimme innovaties die samen zorgen voor tot 10% extra opbrengst. Zij verlengen de bedrijfstijd, houden rekening met bewolking, schaduw en temperatuursveranderingen en garanderen een stabiel hoog rendement. Zo worden verliezen in de bekabeling tot 80% gereduceerd. Hans van Nikkelen Kuijper: "Met IntelliConcept wordt 20 jaar aan kennis en ervaring op het gebied van zonne-energie gebundeld. De omvormers zijn eenvoudig te installeren en aan elkaar te koppelen, zodat voor ieder huis, hoe klein of groot ook, kan worden voorzien in de dagelijkse energiebehoefte. Het is eenvoudig zelf te monitoren dankzij ingebouwde WiFi en kostenloze IntelliWeb service."
Mastervolt verzorgt op donderdag 28 november in samenwerking met Prodrive Technologies de officiële introductie van Soladin WEB. Naast een korte introductie over de ontwikkeling en het zeer geavanceerde productieproces in Eindhoven geven gastsprekers Wim Sinke en Hans Biesheuvel hun visie op respectievelijk de ontwikkeling van de markt voor zonne-energie en de 'revival' van fabricage in Nederland. Na de presentaties is er ruimschoots de gelegenheid om vragen te stellen, bijvoorbeeld tijdens de paneldiscussie onder leiding van Robert-Jan Knook. Het volledige programma treft u aan in de bijlage.

donderdag 28 november 2013

Baas wint Enexis Contractor Safety Award 2013

"Het is machtig om hier te staan. Zeker als je bedenkt dat we zo'n 2,5 jaar geleden aan een schier onmogelijke opdracht leken te zijn begonnen". Algemeen directeur Tiemen Schra van aannemer Baas uit Capelle aan den IJssel toonde zich enorm verheugd toen hij op woensdag 27 november uit handen van Maarten Blacquière, lid van de Raad van Bestuur van Enexis, de Enexis Contractor Safety Award kreeg overhandigd. De prijs, die kan worden gezien als een aanmoedigingsprijs, werd zes jaar geleden door Enexis in het leven geroepen. De andere genomineerde dit jaar was Visser & Smit Hanab regio Noord.

De Enexis Contractor Safety Award wordt jaarlijks door Enexis uitgereikt aan de aannemer die het beste presteert op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu. Op basis van de DART-rate en input vanuit de regio zijn tien aannemers geselecteerd. Uiteindelijk zijn op basis van motivatie en het ongevalsonderzoek twee aannemers geselecteerd: Visser & Smit Hanab regio Noord en Baas B.V. Deze twee zijn de afgelopen tijd in een cultuurmeting beoordeeld op onder meer het gebied van HSE en op basis van input vanuit de regio waar de bedrijven werkzaam met daaraan toegevoegd een jurybeoordeling.

Juryvoorzitter Maarten Blacquière noemde tijdens de prijsuitreiking van de award de keuze tussen de twee genomineerde bedrijven "een lastige vraag". "Want veiligheid staat bij zowel Visser & Smit Hanab regio Noord als bij Baas op een hoog plan of zijn op een hoog plan gebracht. De nominatie is voor beide bedrijven is dan ook een compliment." Uiteindelijk koos de jury toch voor Baas. "Het inspireert Enexis enorm dat deze aannemer is vertrokken vanuit de missie ongevallen te voorkomen. Bovendien laat het zien dat veiligheid niet alleen geld hoeft te kosten, maar ook geld kan opleveren", aldus Blacquière.

Baas is een aannemer die in Noord en Zuid werkzaam is bij het aanleggen en monteren van kabels en leidingen voor de infrastructuur van Enexis. Baas werkt solo voor Enexis of gecombineerd met opdrachten van andere partijen, zoals bijvoorbeeld waterleidingbedrijven. Tiemen Schra benadrukte tijdens de prijsuitreiking de belangrijke rol van de medewerker in het kader van veiligheid. De toekenning van de Enexis Contractor Safety Award ziet hij dan ook als een grote stimulans. "Wij danken deze mooie award aan de enorme steun van alle collega's en gaan zeker door op de weg die we zijn ingeslagen."

MKB-Nederland en Essent belonen Slagerij Rutten voor energiebesparing

Slagerij Rutten uit Panningen bespaart het gemakkelijkst energie. De slager wint daarmee de Easy to be Green Award, een prijs die door MKB-Nederland en haar kennispartner Essent wordt uitgereikt aan de ondernemer die op eenvoudige wijze energiebesparende maatregelen in zijn bedrijf toepast. Slagerij Rutten liet in de finale de twee Friese genomineerden, Ambachtelijke Bakker Braaksma en tuincentrum GroenRijk Hans Menken, achter zich.
De Limburgse slager dankt de prijs aan het gemak, waarmee hij het energieverbruik- en de bijbehorende kosten in zijn onderneming heeft weten te verlagen. Dit deed hij door het plaatsen van een nieuwe koeling (30 procent besparing), het plaatsen van hoogfrequente TL5 verlichting (40 procent besparing op lichtverbruik) en door een systeem van warmteopwekking met terugwinning vanuit de koeling (70 procent besparing op gasverbruik).
De jury, bestaande uit Helga van Leur (expert duurzaamheid), Bert de Vries (Ministerie van Economische Zaken), Diane Klok (Essent) en Leendert-Jan Visser (MKB-Nederland), prees vooral de eenvoud en kopieerbaarheid van de genomen maatregelen. Daarmee is de slager een goed voorbeeld voor andere ondernemers die ook energie willen besparen. Funs Rutten, eigenaar van Slagerij Rutten: "Het is heel easy om green te zijn als ondernemer. Je moet gewoon weten wat je wilt en genoeg informatie inwinnen."
Slagerij Rutten ontving de Easy to be Green Award tijdens de Week van de Ondernemer in de RAI Amsterdam. Aan de award is een bedrag van vijfentwintighonderd euro verbonden, waarmee MKB-Nederland en Essent de slager willen steunen om zijn bedrijfsproces nog verder te verduurzamen. "Ik ben heel erg blij met deze prijs", vertelt Funs Rutten trots. "Het is een waardevolle erkenning van de maatregelen die we hebben genomen om zuinig met energie om te gaan. En met het bedrag kunnen we nog meer doen om ons steentje bij te dragen aan een beter milieu en om onze energiekosten in de hand te houden."
De Easy to be Green Award is een initiatief van MKB-Nederland en haar kennispartner Essent. Met deze prijs belonen zij de ondernemer die, binnen de MKB Green Deal, het meest 'easy' energiebesparende maatregelen in zijn bedrijf heeft toegepast. De MKB Green Deal is een overeenkomst tussen MKB-Nederland en het ministerie van Economische Zaken, en gericht op energiezuiniger ondernemen met simpele maatregelen. Binnen de MKB Green Deal lopen 22 projecten, waaraan 625 bedrijven deelnemen.



 



 



Links:


http://www.mkb.nl/greendeal

Organisatie info:



Essent N.V.      



Afdrukken:


Share on print



Deel persbericht op:


Share on twitter

Share on linkedin

Share on facebook

Share on hyves



Permanente link:

http://www.perssupport.nl/apssite/permalink/79693


Stuur door:


Share on email



Persberichten van deze organisatie:

•Nieuwe bron van energie: HarvestaGG en Essent maken biogas uit gras
•Energiebedrijf Essent heeft beste werkplek van Nederland
•Elektriciteitsverbruik hoger in de wintertijd
•Schaatskalender is weer uit




Gemeenten krijgen kosteloos inzicht in energieverbruik op wijkniveau

Enexis, Liander en Stedin geven gemeenten vanaf 2014 volledig gratis inzicht in hun energieverbruik en opgewekte elektriciteit binnen de gemeentegrens. De drie netbeheerders hebben hiervoor ‘Energie in Beeld’ ontwikkeld. Deze applicatie visualiseert het gebruik en het opwekken van energie anoniem, tot op postcodeniveau. Voor gemeenten kan dit een hulpmiddel zijn bij het lokale energie(besparings)beleid om klimaatdoelstellingen te realiseren.
Ook het SER-akkoord benadrukt het belang van deze data voor het ontwikkelen van lokaal energiebeleid. De gemeente Den Haag maakt al langer tevreden gebruik van Energie in Beeld​. 'Wij weten nu precies waar onze energiebesparingskansen liggen’, zegt Rabin Baldewsingh, o.a. wethouder duurzaamheid gemeente Den Haag. 'Concreet levert Stedin via Energie in Beeld ons inzicht in het effect van ons klimaatbeleid. En het laat ons zien waar precies in de stad de beste kansen liggen voor zaken als energiebesparing, energienetten en armoedebestrijding via de energierekening. Kortom, voor ons is dit een uitstekend instrument.’
Energie in Beeld is ontwikkeld in 2011. Tot nu toe maken enkele tientallen gemeenten tegen betaling hiervan gebruik.De kosten voor een jaarabonnement vormen voor andere gemeenten nog een bezwaar. Enexis, Liander en Stedin bieden de applicatie daarom vanaf 2014 gratis aan in hun eigen verzorgingsgebied. Per wijk is het totale en gemiddelde elektriciteits- en gasverbruik te zien, uitgesplitst naar particulieren en bedrijven. Ook wordt zichtbaar òf en hoeveel duurzame elektriciteit op wijkniveau wordt opgewekt. Op basis van deze gegevens kunnen gemeenten gericht beleid ontwikkelen voor energiebesparing en CO2-reductie. Met ‘Energie in Beeld’ kan ook het effect van klimaatbeleid in beeld worden gebracht.
Met het gratis aanbieden van Energie in Beeld, willen de netbeheerders een structurele bijdrage leveren aan het realiseren van de Nederlandse klimaatdoelstellingen en de transitie naar een duurzame energiehuishouding. Het SER-akkoord benadrukt het wegnemen van barrières voor de lokale productie van hernieuwbare energie. Het verschaffen van gedetailleerde data over verbruik en opwek van energie, levert hieraan een belangrijke bijdrage. ​

Nieuwe Biobased Vouchers voor MKB in Zeeland

Provincie Zeeland stelt opnieuw 120.000 euro beschikbaar aan Impuls en Syntens voor de aanvraag van nieuwe Biobased Vouchers voor het MKB in 2013- 2014.

In 2012 heeft de Provincie voor het eerst deze subsidie beschikbaar gesteld voor het stimuleren van het uitwerken van innovatieve biobased ideeën van Zeeuwse ondernemers.

Door het verstrekken van een financiële bijdrage tot maximaal 10.000 euro per business idee en inhoudelijke begeleiding vanuit Impuls en Syntens konden MKBers de plannen toetsen op haalbaarheid. Omdat de Biobased Vouchers heel goed blijken te voorzien in de behoeften van de MKBers heeft de Provincie Zeeland besloten om de regeling voort te zetten.

Dit project past in de businesscase Biobased Economy van de Economische Agenda 2013-2015 van de Provincie Zeeland. Provincie Zeeland heeft deze subsidie toegekend omdat ervaring met toepassing en verwerking van biobased grondstoffen en materialen het Zeeuwse MKB een belangrijk concurrentievoordeel kan opleveren.

Grote groei verwacht van biobased economy

Het gebied rond de mondingen van Rijn, Maas en Schelde is bij uitstek geschikt om zich te ontwikkelen tot een topgebied voor de biobased economy. De Vlaams-Nederlandse Delta (VN Delta) heeft de infrastructuur om grote volumes biomassa aan te voeren, deels afkomstig van landbouwgebieden in de buurt. Het gebied beschikt verder over een hoogwaardige kennisinfrastructuur én over grootschalige industrie die de biomassa kan verwerken tot een nieuwe generatie plastics en kunststoffen, medicijnen, voedingssupplementen, (fijn)chemicaliën, natuurlijke bestrijdingsmiddelen en bouwmaterialen.

De VN Delta is niet alleen een gebied, maar ook een netwerkorganisatie, waarin drie Nederlandse provincies (Zeeland, Noord-Brabant en Zuid-Holland), 3 Vlaamse provincies (West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen en Antwerpen), kennisinstellingen en bedrijven samenwerken. Deze triple helix-partijen presenteerden tijdens het congres een bundel interviews over de kansen voor een biobased economy in de Deltaregio.
De heer Palma Andrés, directeur bij de Europese Unie, reageerde positief op de grensoverschrijdende samenwerking. Hij moedigde overheden, kennisinstellingen en bedrijfsleven aan om met een verder uitgewerkte, gezamenlijke visie te komen. Brussel heeft voor de periode 2014-2020 € 70 miljard uitgetrokken voor onderzoek en innovatie. Een deel van dit geld is beschikbaar voor investeringen in biobased economy.

De werkgelegenheid bij bedrijven in de Vlaams-Nederlandse Delta die 100% biobased produceren is in de periode 2011-2012 gestegen met 80%. Onderzoekers van de universiteit van Antwerpen en de Erasmus Universiteit maakten dat gisteren bekend. Het gaat om innovatieve MKB-bedrijven. Het is de verwachting dat deze groei de komende jaren sterk zal doorzetten, terwijl de werkgelegenheid in de havens en landbouw juist afneemt. De overgang naar  een volledig duurzame (circulaire) economie zet door en neemt naar verwachting 20-30 jaar in beslag.

De intentie van provincies, kennisinstellingen en bedrijven om grensoverschrijdend nauwer samen te werken, volgt op eerdere afspraken die minister-president Rutte en de Vlaamse minister-president Peeters op 8 oktober 2013 in Maastricht maakten over het versterken van de economische banden tussen Nederland en Vlaanderen. Onderdeel van die afspraken is om innovatie en duurzame technologie te stimuleren door intensiever samen te werken op het gebied van de topclusters high tech-systemen & -materialen, chemie & biobased economy, en life sciences & health. Ook werd afgesproken dat Nederland en Vlaanderen vaker gezamenlijk een beroep zullen doen op EU-fondsen.

woensdag 27 november 2013

Rotterdamse taxi’s gaan elektrisch rijden

Chauffeurs van de Rotterdamse Taxi Centrale (RTC), de op een na grootste van Nederland, stappen over op elektrische taxi's. Vrijdag 6 december worden de eerste drie elektrische taxi's van het Chinese merk BYD en een luxe Tesla Model S gepresenteerd tijdens het Ecovloot Event in Rotterdam. Binnen twee jaar wil de centrale 25 elektrische taxi's hebben rijden.
Twee jaar geleden schafte de centrale al 110 bussen en 15 taxi's aan die op aardgas rijden. ,,Dat betekent dat inmiddels bijna een kwart van onze vloot van 650 taxi's groen rijdt," zegt woordvoerster Laura Mout van de RTC. Omdat de regio Rotterdam te kampen heeft met luchtverontreiniging van verkeer en omdat haar taxi's de hele dag op de weg zitten, vond de centrale dat zij het goede voorbeeld moest geven. ,,Elektrisch rijden is de nieuwe trend en daarin konden wij niet achterblijven," aldus Mout.
Het Chinese BYD, wat staat voor Built Your Dreams, levert met de e6 een auto die behalve emissieloos ook stil en comfortabel is voor passagiers. Een chauffeur van de taxicentrale heeft de wagen de afgelopen maanden uitgetest. De actieradius is groot genoeg om er de hele dag mee te rijden en tijdens pauzes kan de auto snel opgeladen worden. Voor het hogere segment schaft de RTC een sportieve Tesla aan.
De centrale heeft een eigen laadpaal voor de BYD's. Een tweede laadpaal komt bij het Van der Valk hotel in Ridderkerk. Eigenaar Freek van der Valk tekent 6 december een convenant met de RTC. ,,Hij rijdt zelf een Tesla en is een voorstander van elektrisch rijden. In het convenant staat dat hij als eerste BYD's bij ons kan bestellen voor zijn klanten. Voor ons is het belangrijk dat de elektrische taxi's daar zowel een standplaats als een oplaadpunt hebben," zegt Mout.
De groene taxi's worden 6 december van 13.00 tot 14.30 uur feestelijk gepresenteerd tijdens het Ecovloot Event in het Elektrisch Vervoer Centrum in Rotterdam. De Rotterdamse wethouder Alexandra van Huffelen van duurzaamheid, binnenstad en buitenruimte zal met een groene taxi komen aanrijden.
De vergroening van de taxi's sluit ook aan bij het landelijke Project A15, dat van deze verkeersader de eerste 100 procent duurzame snelweg ter wereld wil maken. Dat kan met behulp van groene stroom uit windmolens en zonnepanelen en 3500 elektrische auto's.
De RTC wil het aantal elektrische taxi's geleidelijk uitbreiden. ,,Voor 1 juni 2015 willen we er 25 hebben. Dat is een hele stap, maar we doen het omdat we zien dat het moet en omdat we een groen hart hebben. Onze directeur rijdt zelf in een elektrische Opel Ampera. Op deze manier kunnen wij als bedrijf een bijdrage aan een schoon milieu leveren," aldus Mout.

GS staan windturbines in Den Helder niet toe

Gedeputeerde Staten (GS) van Noord Holland hebben de gemeente Den Helder laten weten dat onderdelen van het bestemmingsplan Duinzoom 2013 niet in werking zullen treden. Het gaat om de mogelijkheid om windturbines te bouwen op grond met de bestemming Agrarisch Gebied. GS hadden in augustus reeds gevraagd het concept bestemmingsplan op een aantal punten aan te passen, maar dat is voor dit onderdeel niet gebeurd, waardoor GS zich nu genoodzaakt zien een reactieve aanwijzing geven. Dat betekent dat het bestemmingsplan voor dit onderdeel niet in werking treedt.

In de provinciale structuurvisie is vastgelegd dat in Noord-Holland alleen ruimte is voor een windturbinepark in het Windplan Wieringermeer in de gemeente Hollands Kroon. In de daarbuiten gelegen gebieden kunnen reeds bestaande windturbines alleen één op één worden vervangen door dezelfde of kleinere windturbines. Nieuwe windturbines zijn in Noord-Holland niet toegestaan.

GS hadden ook bezwaar gemaakt tegen de voorgenomen mogelijkheid om schuilhutten te bouwen voor vee buiten de bestaande bouwpercelen. De gemeente is aan dat bezwaar tegemoet gekomen door aanvullende criteria op te nemen, zoals dat het gebouw alleen voor huisvesting, voeden en verzorgen van dieren op een agrarisch perceel gebruikt mag worden en dat er geen enkele vorm van opslag is toegestaan. Met deze aanvullende criteria voldoet de gemeente aan de wens van GS om mogelijke schijnconstructies te voorkomen.

Meest transparante universiteit over duurzaamheid

Wageningen UR is van alle Nederlandse universiteiten het meest transparant over hoe duurzaam onderwijs, onderzoek en bedrijfsvoering zijn. Op de Transparantiebenchmark 2013 scoort Wageningen UR wéér beter dan vorig jaar, toen het in de categorie Universiteiten ook al de lijst aanvoerde. De Transparantiebenchmark, opgesteld door het Ministerie van Economische Zaken, verscheen op 21 november 2013.
In het jaarverslag van 2012 legde Wageningen UR niet alleen de financiële cijfers vast, maar ook hoe de organisatie scoort op duurzaamheid. Onderzoek, onderwijs en bedrijfsvoering werden allemaal langs de duurzaamheidslat gelegd en daarover is uitgebreid verslag gedaan volgens de richtlijnen van het Global Reporting Initiative. Dit alles maakt dat Wageningen UR 159 punten scoort (op een schaal van 200) op de Transparantiebenchmark 2013. Van alle bedrijven in Nederland neemt Wageningen UR de 66e positie in op deze lijst; in de categorie Universiteiten staat het eerste.
Volgend jaar hoopt Wageningen UR nog hoger te scoren op de Transparantieladder. Fennet van de Wetering, Duurzaamheidscoördinator van Wageningen UR: "In het Jaarverslag 2012 hebben we opgeschreven hoe we denken over duurzaamheid/maatschappelijk verantwoord ondernemen en wat we er aan doen. We zijn nu bezig om ook de maatschappelijke betrokkenheid beter vast te leggen door in het verslag van 2013 bijvoorbeeld aandacht te besteden aan dilemma’s en dialogen die we hebben met betrokkenen."

dinsdag 26 november 2013

Nederlandse technologie in het zonnetje

Nederlandse technologie gaat in Qatar gebruikt worden voor het ontwikkelen en produceren van zonnepanelen. Onder toeziend oog van minister Kamp van Economische Zaken (EZ) sloten verschillende Nederlandse bedrijven zondag 24 november 2013 miljoenencontracten in Qatar.
'In de helft van alle zonnepanelen die wereldwijd wordt gemaakt, zit een stukje Nederlandse techniek. We lopen voorop in deze sector', aldus minister Kamp. 'Dankzij deze contracten rollen hier over een paar maanden nog meer zonnepanelen van de band met Nederlandse technologie.'
Het Nederlandse bedrijf Eurotron gaat de komende maanden voor miljoenen euro’s een high-tech productielijn bouwen voor een Qatari fabrikant van zonnepanelen. De machines kunnen dankzij de Nederlandse technologie een nieuw type zonnepaneel produceren, dat efficiënter is dan de huidige generatie.
Het nieuwe type zonnepaneel is een vinding van Energie Centrum Nederland (ECN) en haalt tot 10% meer energie uit zonlicht dan de huidige panelen. ECN tekende vandaag een contract voor het oprichten van een onderzoekinstituut in Qatar voor de ontwikkeling van zonnepanelen die gebruikt kunnen worden in woestijngebieden.
De komende dagen bezoekt Kamp samen met 28 Nederlandse ondernemers en kennisinstellingen nog meer bedrijven in Qatar en Abu Dhabi. Het bezoek richt zich op de kansen voor Nederlandse ondernemers op de groeiende afzetmarkt in de Golfstaten. De meereizende Nederlandse bedrijven zijn voornamelijk actief op het gebied van energie en infrastructurele projecten.

Duurzaamheid in de bouw wordt steeds belangrijker

Duurzaamheid in de bouw wordt volgens Konings (directeur van Holonite) steeds belangrijker. "Een paar weken geleden was ik bijvoorbeeld bij een potentiële klant in Duitsland, en we hadden het nog niet eens over de prijs of de techniek van het product gehad of hij begon meteen over de duurzaamheid van het materiaal, en of het gerecycled kon worden. Dat vond ik erg opvallend."
"De concurrentie in de bouw is hevig, en we moeten ons op alle mogelijke fronten onderscheiden om onze concurrentiekracht te vergroten. Er bestaan heel veel ecolabels, en zonder daar een oordeel over te vellen - wij hebben iets nodig wat als internationaal paspoort kan fungeren. Dan kom je al gauw uit op Cradle to Cradle productcertificering."
De Zeeuwse fabrikant van gegoten composietsteen Holonite heeft na een grondig en onafhankelijk inventarisatieproces voor al zijn materiaal het Cradle to Cradle certificaat behaald. Hierdoor zijn in één keer al zijn producten zoals composieten dorpels, vensterbanken en muurafdekkers 'Cradle to Cradle Certified'.
Om aan de Cradle to Cradle standaard voor productcertificering te voldoen, moeten materialen voldoen aan hoge kwaliteitseisen volgens 5 kernthema's: veilig en gezond materiaalgebruik, hergebruik van materialen, (toepassing van) hernieuwbare energie, waterkwaliteit en sociale aspecten.
Paul Konings, directeur van Holonite legt uit: "Wat ik vooral goed vind aan Cradle to Cradle is dat het heel concreet is. We leveren aan de bouw, en dat is heel recht toe recht aan, niet al te filosofisch - en dit kun je gewoon heel goed uitleggen. Het zijn vijf pijlers, het gaat over materiaal waar je vervolgens weer nieuwe producten mee maakt - het is hartstikke duidelijk."
Holonite profiteert al snel van de certificering: "Zowel in Nederland als in België worden steeds meer gebouwen neergezet vanuit de Cradle to Cradle gedachte, wat voor ons leidt tot hele specifieke aanvragen voor gecertificeerd materiaal. Door onze Cradle to Cradle gecertificeerde producten weten mensen ons te vinden."
"Ook spreekt Cradle to Cradle onze werknemers en leveranciers aan. Mensen pikken het op, denken mee, en er wordt gewoon extra energie in gestoken - dat is heel positief. Zeker als je dan concreet een certificaat haalt, is dat echt een mijlpaal."

Duurzame energie Made in Flevoland

Hoe kan Flevoland zich beter profileren als duurzame provincie en meer groene bedrijven en investeerders aantrekken? Hoe kan de productie van duurzame energie meer opleveren voor de economie en werkgelegenheid? Deze vragen werden gesteld aan een groep internationale experts die  in Flevoland was in het kader van het Europese samenwerkingsproject Regions4GreenGrowth. Op vrijdag 8 november presenteerden de experts hun bevindingen aan gedeputeerde Jan-Nico Appelman.
Eén van de conclusies is dat windenergie de ‘big fish’ is voor Flevoland, maar dat er veel meer uit te halen valt. Van een provincie met windturbines in het landschap, zou de windindustrie ontwikkeld moeten worden tot een systeem waar alle bewoners van profiteren, in de vorm van werkgelegenheid, lage energietarieven, als aandeelhouder of als motor voor sociale cohesie. Naast windenergie, zou Flevoland zich ook moeten richten op bijvoorbeeld energiebesparende maatregelen en duurzaam transport. Jan Nico Appelman, gedeputeerde provincie Flevoland: “De adviezen geven duidelijk richting aan het verder stimuleren van groene groei, en de Flevolandse kansen daarin. Nauwe samenwerking tussen overheid, bedrijfsleven, kennisinstellingen en burgers is echt de sleutel tot het verder ontwikkelen van Flevoland als duurzame provincie.”
De groep van 15 experts uit Zweden, Spanje, Bulgarije, Roemenië en Engeland had de gelegenheid om te discussiëren met stakeholders vanuit de overheid en het bedrijfsleven en legden verschillende veldbezoeken af. Onder andere naar Harvestagg, Acrres en diverse initiatieven op het gebied van windenergie, om een compleet beeld te krijgen van duurzaamheid in Flevoland. Ook is er een Masterclass gegeven over nieuwe business modellen en branding.
Het doel van Regions4GreenGrowth is het aanjagen van investeringen in duurzame energie. Als onderdeel van het project zijn in alle 13 deelnemende regio’s zogeheten ‘peer reviews’ georganiseerd, studiebezoeken van experts uit verschillende regio’s die het beleid en de praktijk van duurzame energieprojecten in een regio onder de loep nemen en aanbevelingen doen voor verbeteringen. Regions4GreenGrowth wordt gefinancierd uit het INTERREG IVC programma. De provincie Flevoland is ‘lead partner’ van het project. De overige partners zijn de regio’s Noord-Brabant, Manchester (UK), Norrbotten en Västernorrland (SE), West Griekenland, Valencia (ES), Sofia (BU), Prahova en Maramures (RO), Észak-Alföld (HU), Lazio en Abruzzo (IT). Ook de Assembly of European Regions (AER) is partner in het project, dat loopt van januari 2012 t/m december 2014.

maandag 25 november 2013

Energiefonds Utrecht stelt 6 miljoen euro beschikbaar

Met name voor MKB bedrijven is het vaak lastig om via reguliere bancaire wegen duurzame energie en energiebesparende projecten gefinancierd te krijgen. Energiefonds Utrecht vult nu het gat op voor projecten die te groot zijn voor het MKB om zelf te financieren, maar vaak nog te klein voor bancaire financiering.
Het fonds, dat a.s. maandag 25 november gelanceerd wordt in de Jaarbeurs,  is geïnitieerd door de gemeente Utrecht en valt onder de Stichting Energietransitie Utrecht. Samen met Europees geld is er bijna 6 miljoen Euro te besteden aan duurzame leningen. Naast een verwachte directe CO2- besparingsimpact van 2.500 ton levert dit de stad naar verwachting in de loop der jaren structureel ook nog eens zo’n 100  “groene” banen op.
Klaas Strijbis (Bestuurslid Energiefonds Utrecht): “Naast een directe impact hopen we met dit fonds een duurzame hefboomeffect te bewerkstelligen waarbij ondernemingen in een tweede fase zo’n 24 miljoen Euro aan reguliere financiering aan moeten kunnen trekken.  Als we daarmee de markt voor duurzame projecten echt aan de gang hebben gekregen dan zal de CO2-besparingsimpact en de daarbij behorende nieuwe  “groene banen”  nog een veelvoud hiervan worden. Met het verstrekken van leningen op 25 november aan Solease, Lomboxnet en MKB Energie Financiering zetten we gezamenlijk die eerste belangrijke stap“.
Pierre Vermeulen (Oprichter/CEO Solease): “Dankzij deze lening en het vertrouwen dat onze eerste klanten zoals het UMC Utrecht, Universiteit Utrecht en Van Benthem & Keulen,  in ons als jonge onderneming hebben gesteld, kunnen we nu concreet de eerste 50 huishoudens in Utrecht van duurzame zonne-energie voorzien. Als medewerkers van deze werkgevers namelijk via Solease zonder investering, gedoe en risico zelf een onafhankelijke groene energieproducent worden met hun eigen dak,  dan levert dat per werknemer naast een kostenbesparing tot 10%, ook nog eens een CO2 besparing van 2 ton per jaar op.Oftewel het equivalent van 15.000 autokilometers per jaar of de jaaropname van 100 bomen.”
Op maandag 25 november wordt het Energiefonds Utrecht gelanceerd in de Jaarbeurs Utrecht. Het Energiefonds Utrecht is een non-profit fonds dat leningen verstrekt aan bedrijven in de stad die willen investeren in energiebesparing en opwekking van duurzame energie. Energie besparen is lucratief, al moet er wel vaak eerst worden geïnvesteerd. In het huidige economische klimaat is het soms lastig om voor dit soort investeringen een lening af te sluiten bij een bank. Hierbij biedt het fonds uitkomst. Het fonds is geïnitieerd door gemeente Utrecht en valt nu onder de Stichting Energietransitie Utrecht. Bestuursleden zijn Klaas Strijbis, Marlies Muus en Bouwe Taverne. Er is samen met Europees geld bijna 6 miljoen te besteden aan leningen.
Solease wil zonne-energie bereikbaar maken voor iedereen middels het verhuren van zonnepanelen. Zonder investering, gedoe en risico wordt een particulier zelf een onafhankelijke groene energieproducent met zijn eigen dak. Solease verhuurt via werkgevers en woningcorporaties zonnepanelen aan deze particulieren middels dit totaal ontzorgde concept. Hierbij werkt Solease met een vast maandbedrag dat de financiering, installatie, monitoring, onderhoud, reparatie en verzekering afdekt. Solease is onderdeel van de Utrechtse incubator UtrechtInc. en hét Europese cleantech programma, Climate-KIC.

Burger schuift energietransitieproces teveel voor zich uit

Nederlanders zijn zich bewust van het feit dat de energietransitie, de overgang naar een duurzame energievoorziening, belangrijk is. Maar liefst 69 procent is van mening dat de inzet van duurzame energiebronnen noodzakelijk is om de klimaatverandering tegen te gaan. Aan de andere kant overheerst het gevoel dat het allemaal niet zo'n vaart zal lopen. Energietransitie wordt door 86 procent van de Nederlanders met de toekomst geassocieerd. Slechts 9 procent denkt dat er in 2030 niet voldoende energie meer beschikbaar is. Dit blijkt uit onderzoek dat door Blauw Research in opdracht van GasTerra en Quintel Intelligence is uitgevoerd.
Nederlanders overschatten het aandeel van wind en zon in de totale energieproductie in Nederland. Beide duurzame bronnen dragen elk namelijk nog geen 1 procent bij. Het aandeel van aardgas (25 procent tegen in werkelijkheid 42 procent) en aardolie (18 procent tegen in werkelijkheid 39 procent) wordt daarentegen zwaar onderschat. De voorkeur van de burger gaat duidelijk uit naar de energiebronnen zon en wind.
Uit het onderzoek blijkt ook dat Nederlanders inhoudelijk onbekend zijn met de Europese energiedoelstellingen. Slechts 6 procent is goed bekend met de doelstelling dat in 2050 de CO₂-uitstoot van Europa met 80-95 procent moet zijn gereduceerd. Daarnaast verwacht men dat deze doelstellingen weinig persoonlijke consequenties zullen hebben. Zo denkt bijvoorbeeld 81 procent van de Nederlanders weinig gevolgen te ondervinden van de doelstelling dat in 2020 alle nieuwbouwhuizen energieneutraal moeten zijn.

Met ‘smappee’ meer grip op energieverbruik in huis


Of het nu gaat om de lamp op gang, de televisie, de computer of de kruimeldief: iedereen weet inmiddels dat energieverspilling zonde is en dat je elektrische apparaten beter niet op stand-by kunt laten staan. Maar dat bijvoorbeeld het sluimerverbruik in huis gemakkelijk kan oplopen tot 200 euro per jaar, daar staat de gemiddelde consument geen seconde bij stil. Om grip te krijgen op de grote en kleine stroomvreters in huis brengen onze zuiderburen smappee naar Nederland. Een intelligente energiemonitor die jou, via een app op smartphone en tablet, inzage geeft in je eigen energieverbruik.
Eenvoudig én intelligent
Smappee laat zich zeer eenvoudig in huis installeren met één sensor die om de hoofdkabel wordt geklemd in de meterkast. En omdat ieder apparaat een eigen ‘storingspatroon’ heeft, meet smappee vanaf dat ene punt niet alleen het totale energieverbruik in huis, maar herkent hij ook het verbruik van de apparaten afzonderlijk. Deze gegevens zijn via de smappee-app direct zichtbaar op smartphone en tablet. Zo zie je precies of er nog per ongeluk ergens lampen branden of dat er een spelcomputer aan staat, maar ook welke apparaten de meeste stroom verbruiken.
De smappee energiemonitor is per direct verkrijgbaar via de smappee e-shop tegen een adviesprijs vanaf 169 euro inclusief BTW. Voor de versie inclusief het monitoren van zonnepanelen betaal je slechts 30 euro extra.

vrijdag 22 november 2013

Nieuwe NOGEPA Aardgas Update over werken in de olie of gaswereld

InnovatieAardgas en aardolie spelen een belangrijke rol in Nederland. Met aardgas verwarmen we onze woonkamers, koken we onze aardappelen en verwarmen we ons kraanwater. Aardolie is onder andere nodig voor medicijnen en make-up.
De olie- en gaswereld staat te springen om goed opgeleide professionals. In bjigaande aflevering van AardgasUpdate gaat NOGEPA (Nederlandse Olie en Gas Exploratie en Productie Associatie) naar plekken waar professionals werken.
Innovaties zijn erg belangrijk, denk daarbij aan hernieuwde oliewinning in Schoonebeek. Horizontale putten, stoominjectie en hoogrendementspompen maken het sinds twee jaar opnieuw mogelijk om de dikke stroperige olie te winnen. Een andere innovatie is stikstofinjectie in een bijna leeg gasveld tussen Hoogeveen en Meppel. Het laatste restje gas wordt uit dit gasveld gedrukt met behulp van stikstofinjectie.
Bedrijven, waaronder NAM, die in Nederland vergunningen hebben om gas of olie op te sporen en te winnen worden door NOGEPA vertegenwoordigd. NOGEPA behartigt de belangen van al haar leden en geassocieerde leden en hecht daarbij groot belang aan de maatschappelijke context. Ontwikkelingen op het gebied van veiligheid, duurzaamheid en klimaat worden nauwlettend gevolgd. Namens haar leden zoekt NOGEPA voortdurend naar de optimale balans tussen economische haalbaarheid en duurzame ontwikkeling.

Knallende energie uit aandachtswijken op Landelijke Bewonersdag

Meer dan zevenhonderd actieve vrijwilligers uit aandachtswijken uit heel Nederland hebben zich al ingeschreven voor de Landelijke Bewonersdag in het Evoluon, in Eindhoven op 23 november. Deze mensen zijn de bron van energie in aandachtswijken. Zonder hen zouden de wijken er een stuk slechter voor staan. Op de Landelijke Bewonersdag praten deze vrijwilligers over wijkenbeleid en bewonersenergie met politieke spoken en engelen uit het verleden en heden, zoals Ella Vogelaar en Stef Blok.
Op deze grote energieke bijeenkomst kijken we terug en vooruit naar de veranderende rol en positie van de burger. Bewoners die zich inzetten voor hun buurt zijn goud waard: zij zorgen voor de verandering in wijken. Doen ze dat dankzij of ondanks overheidsinterventie? Hoe staat het met de energie van de vrijwilligers in de wijken? Voelen ze zich gesterkt of verlaten door de politiek? Er wordt, ondanks vele beloftes, bijna geen cent meer in de wijkaanpak gestoken, anderzijds worden 'participatie' en 'burgerkracht' door het hele kabinet bijna heilig verklaard.
Elk jaar doen honderden mensen uit aandachtswijken moeite om naar de Landelijke Bewonersdag te komen. Ze reizen uren, bijvoorbeeld vanuit Leeuwarden, Delfzijl en Groningen om op deze conferentie voor actieve bewoners aanwezig te zijn. Waarom? Hier wordt in vele dialecten geleerd, genetwerkt en energie doorgegeven.
De grootste bewonersbijeenkomst van het jaar wordt al ruim 20 jaar georganiseerd door de vereniging van bewoners uit aandachtswijken: het LSA, dit jaar in samenwerking met de Nederlandse Woonbond, het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, bewonersplatform Woensel Noord, de gemeente Eindhoven en de woningcorporaties Trudo en 'thuis.

donderdag 21 november 2013

Eternal Sun wint Cleantech Open Global Ideas Award

De Delftse startup Eternal Sun heeft afgelopen nacht de Cleantech Open Global Ideas Award gewonnen. ‘Het winnen van deze award is een geweldige erkenning voor Eternal Sun’, aldus een van de oprichters Chokri Mousaoui. ‘Niet alleen opent het de juiste deuren, de Cleantech Open staat internationaal echt bekend als de meest prestigieuze Cleantech prijs. Dat wij als Nederlands bedrijf in Silicon Valley deze prijs in de wacht slepen, geeft ons echt de boost die we nodig hebben om de volgende stappen te gaan zetten.’
Eternal Sun levert zonnesimulatoren voor het efficiënt testen van zonnepanelen. Het kunnen bepalen van het rendement van zonnepanelen is essentieel voor het succes van zonne-energieprojecten. Eternal Sun maakt met haar zonnesimulatoren op een efficiënte manier inzichtelijk wat het rendement is van elk type zonnepaneel. De Delftse spin-off  wil hiermee bijdragen aan de ontwikkeling en groei van zonne-energie als duurzame energiebron.
Tijdens de Climate-KIC US Tour heeft Eternal Sun de kans gekregen om zichzelf te presenteren voor het grootste netwerk van Cleantech ondernemers, investeerders en ook grote corporates van de Cleantech Open in Silicon Valley. Voor een zaal vol Silicon Valley Cleantech kopstukken presenteerde oprichter Chokri Mousaoui met trots en overtuiging de ontwikkelingen en toekomst kansen van zijn bedrijf. Een geweldige kans volgens Mousaoui: ‘Hier presenteren alleen al opent zoveel deuren, dit geeft ons echt de kans om voet aan wal te zetten in Californië, een grote groeimarkt voor Eternal Sun.‘

Wageningen UR ondersteunt Oekraïne bij kansen voor biomassa

Oekraïne ontdekt de mogelijkheden van biomassa. Dit is te danken aan Pellets for Power, een driejarig project dat Wageningen UR samen met bedrijven en met steun van Agentschap NL heeft uitgevoerd. Op termijn kunnen ook Nederland en andere EU-landen gebruikmaken van duurzaam geproduceerde biomassa uit het Oost-Europese land, verwachten de onderzoekers.
Van 2011 tot en met 2013 deed Wageningen UR onderzoek naar brandstofpellets uit biomassa. Dit gebeurde in nauwe samenwerking met de bedrijven Control Union (Nederland), Phytofuels (Oekraïne), Tuzetka (België), kennisinstelling Poltava State Agrarian Academy (Oekraïne) en met lokale boeren. Het onderzoek spitste zich toe op drie soorten biomassa: stro, riet en switchgrass. De onderzoekers wilden weten of uit deze soorten biomassa een economisch rendabele en duurzame productie van pellets mogelijk is. Vooral riet en switchgrass zijn kansrijk, zo wees het onderzoek uit.
Projectleiders Wolter Elbersen en Ronald Poppens van Wageningen UR Food & Biobased Research zijn optimistisch over de kansen van riet. Elbersen: “Oekraïne beschikt over 1,2 miljoen hectare aan moerasland, waar veel riet groeit. We hebben allereerst vastgesteld dat de kwaliteit van het riet goed genoeg is om tot pellets te worden verwerkt. Bovendien is een duurzame oogst onder voorwaarden mogelijk.” Poppens legt uit: “Rietoogst leidt tot minder uitstoot van broeikasgassen, omdat het riet nu vooral wordt verbrand om jagen en vissen beter mogelijk te maken. De biodiversiteit blijft behouden door bijvoorbeeld pas te oogsten als er een beschermende ijslaag ligt en door bufferzones langs de waterrand in stand te houden. Belangrijk is ook dat de rietteelt niet ten koste gaat van landbouwgrond voor voedselproductie: er is geen sprake van indirect land use change (iLUC).”
Ook switchgrass biedt volop mogelijkheden voor Oekraïense telers, zegt Poppens. “Oekraïne beschikt over een uitgestrekt areaal met uitstekende bodems, maar er is ook ongebruikte grond met minder goede condities. We hebben aangetoond dat switchgrass ook op deze marginale grond perspectief biedt.” Dit levert volgens Elbersen wel een dilemma op: “Teel je op marginale grond, dan is de kostprijs iets hoger dan wanneer je op goede grond teelt. De broeikasgasbalans per unit geproduceerd product valt dan ook minder gunstig uit. Daar staat tegenover dat er geen iLUC optreedt. Dit vraagt om een goede afweging.”
Pellets for Power heeft ertoe geleid dat de eerste Oekraïense bedrijven inmiddels riet produceren voor lokale warmteproductie. Zo heeft Phytofuels, als onderdeel van meerjarige ontwikkelingsprogramma’s, rietoogstcontracten gesloten met dorpen. Deze zijn namelijk volgens de wet de rechtmatig eigenaren van het riet. Op basis van de samenwerkingsovereenkomsten, de door het project geleverde wetgevingsstudies en richtlijnen voor duurzaamheid hebben de autoriteiten vergunningen verleend voor de oogst van ongeveer 9.000 hectare riet. Naar verwachting volgen op termijn ook vergunningen voor de productie van switchgrass.
Breidt de productie zich uit, dan kan biomassa voor de overwegend arme Oekraïense bevolking uitgroeien tot een betaalbaar alternatief voor het dure aardgas dat uit Rusland wordt geïmporteerd. Lukt het om de productiekwaliteit verder te verbeteren en de kosten per unit te verlagen, dan kunnen Nederland en andere EU-landen op termijn ook gebruikmaken van het potentieel aan duurzame biomassa in Oekraïne.
Een eerste partij van 10 ton aan rietpellets is in het voorjaar van 2013 als test naar Nederland geëxporteerd. Deze partij is in de biomassacentrale van Marum getest. Met de opbrengst kon onder andere het plaatselijke zwembad worden verwarmd.

Provincie Friesland geeft richting aan windenergie

Gedeputeerde Staten hebben in een brief de Provinciale Staten geïnformeerd over het vervolg op de ontwerpstructuurvisie windenergie. GS stelt voor om een knip tussen het IJsselmeer en het vaste land te maken. Hiermee doet de provincie recht aan de zienswijzen op de structuurvisie en komt de provincie tegemoet aan de afspraken met het Rijk.
GS zet de procedure om windmolens toe te staan in het IJsselmeer voort. In april stellen de Staten hiervoor de structuurvisie vast.
De procedure voor de twee locaties op het land wordt niet doorgezet. Het proces om te komen tot een goede invulling op het vasteland wordt opnieuw vormgegeven. Daarom wordt voor windmolens op het land in de besluitvorming een pas op de plaats gemaakt. De uitgangspunten ten aanzien van draagvlak, participatie en sanering uit de ontwerp structuurvisie blijven in tact.
Het Comité Hou Fryslân Mooi, de Friese Milieufederatie en het Platform Duurzaam Fryslân hebben een voorstel gedaan voor een nieuwe invulling op land. De basis van het voorstel van deze partijen is om te onderzoeken waar draagvlak is voor windenergie. Dit leidt tot een overzicht van mogelijke locaties voor windmolens op het vasteland. Op basis hiervan nemen de Staten een besluit over waar windenergie op het vaste land wordt toegestaan. Daarna kunnen de gemeente dan wel de provincie de ruimtelijke procedure starten. Wij verwachten dat dit proces beter aansluit op de vragen die in de maatschappij leven rond om windenergie

Bijdrage voor project duurzaam reinigen met stoom

Autoverzorging Polandia in Groningen ontvangt een bijdrage van ruim 15.000 euro voor het project The Steamcompany. Het bedrijf wil onder andere auto's op een milieuvriendelijke manier met stoom gaan reinigen. Polandia is gespecialiseerd in het afleveringsklaar maken van auto's. Het bedrag komt uit het subsidieprogramma Innovatief en Duurzaam MKB Groningen.
Polandia wil de autoverzorging duurzamer maken en de activiteiten uitbreiden. De stoomreiniging wordt ondergebracht in The Steamcompany. Het schoonmaken met stoom is milieuvriendelijk omdat er minder chemische reinigingsmiddelen, water en energie worden verbruikt. Naast auto's wil het bedrijf ook onder andere badkamers, meubels en matrassen met stoom gaan reinigen.
Het subsidieprogramma Innovatief en Duurzaam MKB Groningen bestaat sinds 1 januari 2013 en is een groot succes. In tijden waarin het voor veel ondernemers lastig is om een krediet bij banken te krijgen, is het verstrekken van deze subsidie een belangrijke steun in de rug. Er was drie miljoen euro subsidie beschikbaar. Inmiddels is het budget uitgeput. De lopende subsidieaanvragen worden nog afgehandeld.

woensdag 20 november 2013

Stedin tekent mee aan nieuwe Green Deal tijdens innovatie estafette

Stedin heeft dinsdag 12 november in Amsterdam één van de zeven nieuwe ‘Green Deals’ met de ministeries van Economische Zaken en Infrastructuur & Milieu ondertekend. De netbeheerder gaat meedoen aan de ontwikkeling en introductie van de zogenoemde ‘Fair Meter’. Dit is een slimme energiemeter die op maatschappelijk verantwoorde wijze uit 'eerlijke materialen' wordt geproduceerd.
De Green Deal is gesloten tijdens de Innovatie Estafette in de Amsterdam RAI. Naast beide ministeries en Stedin tekenden ook colleganetbeheerders Alliander en Cogas. In 2020 maakt tachtig procent van de Nederlandse huishoudens gebruik van een slimme energiemeter. De netbeheerders gaan deze digitale, op afstand uitleesbare meter de komende jaren grootschalig plaatsen.
Het samenvoegen van materiaal, design en gebruik voert in deze Green Deal de boventoon. Het plan is om de meter te vervaardigen uit opnieuw gebruikte en recyclebare materialen. De Fair Meter maakt zo min mogelijk gebruik van nieuw gewonnen grondstoffen. Daarnaast krijgt de meter vanaf 2015 een grondstoffenlabel. Dit is een etiket met daarop vermeld welke materialen gebruikt zijn. Zo kunnen deze in de toekomst mogelijk opnieuw hergebruikt worden.
Het doel is dat in 2020 elke uitgeleverde meter voor meer dan 98% bestaat uit gebruikte grondstoffen en materialen en hergebruikt kan worden. De Green Deal start met een gecontroleerd experiment van ten minste duizend Fair Meters. De initiatiefnemers gaan met elkaar in overleg om te bepalen waar dit gaat plaatsvinden.


Laatste subsidies Innovatief en Duurzaam MKB Groningen verleend

De laatste twee subsidies uit het provinciale programma Innovatief en Duurzaam MKB Groningen gaan naar Energy Vision uit Foxhol en KIM uit Vlagtwedde. Energy Vision krijgt 100.000 euro voor de productie van biologische dieselolie uit afval en het bedrijf KIM 33.000 euro voor het verder ontwikkelen van een waterinjectiesysteem voor personenauto’s. Dit systeem levert een forse besparing op in het brandstofverbruik.
Het bedrijf KIM uit Vlagtwedde heeft in de eigen bedrijfsauto’s een waterinjectiesysteem gebouwd, waarbij water in de motor wordt geïnjecteerd bij het verbranden van de brandstof. Dit levert een forse besparing op in het brandstofverbruik. Dit systeem zal nu verder worden verbeterd en getest. Het is een vernieuwend project, want op dit moment zijn er geen waterinjectiesystemen voor personenauto’s op de markt.
Energy Vision wil de productie van duurzame dieselolie (biodiesel) in de regio stimuleren, waarbij deze grondstoffen uit de directe omgeving komen. De dieselolie wordt gemaakt uit huisafval, plastic, kunststof, bermgras en andere organische materialen, een techniek ontwikkeld door Siemens. De verwerking tot bio-olie gebeurt op locatie. De olie is makkelijk op te slaan en te gebruiken, waardoor er geen extra infrastructuur nodig is voor het transport.
Het subsidieprogramma Innovatief en Duurzaam MKB Groningen is gestart op 1 januari 2013 en is een groot succes. In tijden waarin het voor veel ondernemers lastig is om een krediet bij banken te krijgen, is het verstrekken van deze subsidie een belangrijke steun in de rug. Er was drie miljoen euro subsidie beschikbaar. Dit bedrag is nu volledig besteed aan investeringsprojecten. In totaal hebben 34 bedrijven subsidie gekregen voor duurzame innovatie.

dinsdag 19 november 2013

70 miljoen voor extra energiezuinige woningen

De woningcorporaties in Gelderland krijgen 70 miljoen euro van de provincie om tenminste 10 duizend sociale huurwoningen extra duurzaam te kunnen maken. Dat hebben Provinciale Staten woensdag besloten. Dit zorgt voor meer werkgelegenheid en ook voor minstens 150 leerwerkplaatsen extra.
Installatie van zonnepanelen op een dak; bron provincie GelderlandDe subsidie van 70 miljoen euro maakt deel uit van de robuuste investeringsimpuls voor de Gelderse economie en werkgelegenheid, waartoe Provinciale Staten eind juni hebben besloten. De woningcorporaties kunnen met deze bijdrage tenminste 10.000 woningen, die in 2014 en 2015 toch al zouden worden aangepakt, nog energiezuiniger maken.
Het voordeel is voor de huurders. Hun energiekosten worden lager en dat kan bij gelijk energieverbruik zo’n tien tot vijftig euro per maand schelen. Daarnaast levert het plan ook voordeel voor particuliere woningbezitters in de wijken die worden aangepakt.
Wanneer ook zij kiezen voor het aanbrengen van energetische maatregelen, krijgt de particulier een aanbieding in de vorm van prijs- en organisatievoordeel. Daarnaast kunnen zij in veel gevallen een bijdrage van de provincie ontvangen uit de provinciale regeling voor particuliere bezitters, die via de gemeenten loopt.
‘Bij het invulling geven aan de motie van Provinciale Staten voor de robuuste investeringsimpuls, hebben we gekeken naar initiatieven die aansloten bij provinciale programma’s én waarvan de uitvoering gegarandeerd op korte termijn zou kunnen beginnen’, aldus gedeputeerde Josan Meijers. ‘Al het goede komt in drieën, zegt men wel. Dat gaat hier zeker op: de bewoners krijgen een lagere energierekening, de provincie behaalt haar energiedoelen en we zorgen voor werkgelegenheid. Dank aan de corporaties voor de manier waarop zij gehoor hebben gegeven aan de oproep van de Staten.’
De vereniging van bouw- en infrabedrijven Bouwend Nederland is verheugd over de beslissing van de Provinciale Staten. ‘Dit is goed nieuws voor de bouwsector, die wel een steuntje in de rug kan gebruiken. Prima dat nu een deel van het stamkapitaal wordt aangewend om de Gelderse economie uit het slop te trekken’, aldus Robert ter Hoek, manager Bouwend Nederland Regio Oost. Ook directeur Erik Evers van Bouwmensen Gelderland zegt blij te zijn met de aandacht voor het opleiden van leerlingen in de bouw en met de extra werkplekken die nu gecreëerd worden. ‘Voor de leden van UNETO-VNI, de ondernemersorganisatie voor de installatiebranche, zijn de op stapel staande projecten een mooie uitdaging. Installatiebedrijven hebben bij uitstek de kennis om woningen optimaal te verduurzamen’, stelt Berthold van Benthem, regiomanager Oost Nederland.

Windpark kan tot 5 procent meer stroom leveren

Toepassing van het gepatenteerde Active Wake Control (AWC) systeem van Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) kan de elektriciteitsproductie van windparken met 0,5 tot 5 procent verhogen en de onderhoudskosten met 3 procent verlagen. Dat blijkt uit diverse testen die ECN met de nieuwe tool heeft uitgevoerd. ECN wil het Active Wake Control systeem nu testen op grote schaal in een offshore windpark.
Het gepatenteerde systeem zorgt ervoor dat de windturbines zich zo positioneren, dat deze minder last hebben van elkaars zog (windvang). Windturbines die in een ideale opstelling naast elkaar staan leveren 100 procent vermogen, maar krijgen ook 100 procent belasting op assen en bladen. Als windmolens achter elkaar komen te staan, levert de voorste turbine nog steeds 100 procent vermogen, maar daalt dat bij de turbines daarachter tot 60 en 50 procent. Door het zog (wake) neemt de belasting echter toe tot 110 en 115 procent. Daardoor nemen ook de onderhoudskosten evenredig toe.
Door de stand van de turbinebladen en de stand van de gondel van de voorste turbine een paar graden te draaien wordt de turbulentiewind afgebogen, zodat achterliggende turbines er minder last van hebben. Zij kunnen zo met meer vermogen en minder belasting draaien.
"Dit is een manier om de elektriciteitsproductie van het hele windpark te verhogen en de belasting, en daarmee de onderhoudskosten, fors te verlagen," legt Haico van der Heijden van ECN uit.
ECN heeft het systeem eerst via simulaties getest, daarna op vijf 2,5 megawatt turbines en vervolgens op tien kleinere schaal turbines in zijn testpark in de Wieringermeer. Het resultaat was steeds hetzelfde: De elektriciteitsproductie van het park steeg met 0,5 tot 5 procent en de belasting daalde met 3 procent.

Energie-efficiënte gebouwen effectiefst voor terugdringen CO2-uitstoot

Gebouwen zijn goed voor ongeveer 40% van de mondiale energievraag en vertegenwoordigen dus een ongekende mogelijkheid, maar nog niet benut potentieel, voor het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen. Dit is één van de vele punten die naar voren zal worden gebracht door Jørgen Tang-Jensen, CEO van de VELUX Groep, tijdens het belangrijkste zakelijke evenement de World Climate Summit, die tegelijk met de UNFCCC COP19 op 17 november plaatsvindt in Warschau, Polen.
"Energie-efficiëntie in gebouwen zou het eerste gebied moeten zijn waarnaar gekeken wordt bij het identificeren van effectieve beleidsmaatregelen om de uitstoot van broeikasgassen op nationaal en regionaal niveau te beperken", zegt Jørgen Tang-Jensen. De aanbeveling is in lijn met de conclusies van het Internationaal Energie Agentschap (IEA), die erop gewezen heeft dat de industrie-, bouw- en transportsector de beleidsterreinen zijn waar de grootste en meest efficiënte vermindering kan worden bereikt. Als binnen deze sectoren volledige inspanning wordt bereikt, zou de uitstoot al in 2020 kunnen worden gehalveerd, concludeert het IEA rapport 'Redrawing the Energy-Climate Map'.
Duurzaamheid is een integraal onderdeel van het businessmodel en de producten van de VELUX Groep. Samen met een aantal andere mondiale bedrijven, zal de VELUX Groep tijdens de World Climate Summit haar volledige steun kenbaar maken om in 2015 een mondiaal bindend akkoord te bereiken tijdens COP21 in Parijs. "Het aanpakken van de klimaatverandering is echter niet alleen een kwestie van het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen, maar ook van het creëren van oplossingen die de gezondheid en het welzijn van mensen verbeteren en een verschil maken in hun dagelijks leven," benadrukt Jørgen Tang-Jensen.
Het strategische programma, Sustainable Living in Buildings, is de reactie van de VELUX Groep om de uitdagingen, waaronder klimaatverandering, van toekomstige generaties aan te gaan. "De ervaring met onze duurzame demonstratiewoningen, toont aan dat veel kan worden bereikt met duurzaam bouwen en renoveren, zoals verbeterde energieprestaties, een betere gezondheid en een hogere arbeidsproductiviteit," vervolgt Jørgen Tang-Jensen.
Een studie van Copenhagen Economics schetst dat het jaarlijkse bruto voordeel van energie- efficiënte renovaties van gebouwen voor de samenleving in de EU op kan lopen tot 104-175 miljard euro in 2020, afhankelijk van het investeringsniveau tussen 2012 en 2020. Door het verbeterde binnenklimaat wordt het voordeel voor de volksgezondheid geschat op een bedrag van 42-88 miljard euro per jaar op het totale bedrag.
"We moeten naar de hele levenscyclus van gebouwen kijken en een meer holistische benadering toepassen wanneer we proberen om de energieprestaties te optimaliseren, om te voorkomen dat gebouwen niet te veel geïsoleerd worden met onvoldoende daglicht en toevoer van verse lucht. Dit is hoe wij een bijdrage kunnen leveren aan het creëren van een betere leefomgeving en een duurzame toekomst kunnen vormgeven", zegt Jørgen Tang-Jensen.

-

Huishoudens stappen al voor miljoen euro in eigen windmolen

Al 1.100 consumenten gaan vanaf volgend jaar een deel van de stroom die zij thuis verbruiken zelf opwekken. Dat doen zij door winddelen te kopen van 'De Witte Juffer', een windmolen in Culemborg. De deelnemers profiteren van de opbrengst van deze molen. Gemiddeld kochten zij 4,7 winddelen per huishouden en daarmee is inmiddels 1 miljoen euro voor de aankoop bijeen gebracht. Van de Culemborgse molen is nog een beperkt aantal winddelen te koop.
Met het initiatief 'Stukje Windmolen' biedt Vereniging Eigen Huis consumenten de mogelijkheid om zelf op afstand stroom op te wekken en zo minder afhankelijk te worden van grote energiebedrijven. Huishoudens kunnen dat eenvoudig realiseren door winddelen te kopen. De stroom die de windmolen opwekt wordt rechtstreeks in mindering gebracht op de energierekening van de deelnemers. Vereniging Eigen Huis werkt hiervoor samen met De Windcentrale en Greenchoice.
Verenging Eigen stimuleert het gebruik van windenergie, maar stelt wel voorwaarden. Belangrijkste voorwaarde is dat windmolens zo veel mogelijk in perifere gebieden of op zee worden gebouwd. In bewoond gebied zijn windmolens voor de vereniging alleen acceptabel als omwonenden kunnen participeren in de molens en als er een compensatieregeling bestaat voor waardeverlies van nabij gelegen koopwoningen.

maandag 18 november 2013

Duurzaam programma Buurkracht helpt bij energie besparen of opwekken


Met de overhandiging van het certificaat 'Eerste Buurkrachtbuurt van Nederland' aan Jaap Pannekoek, mede-initiatiefnemer van de buurt Ruwaard-Staatsliedenbuurt in Oss, heeft Enexis het duurzame programma 'Buurkracht' gelanceerd. De overhandiging vond plaats op vrijdag 15 november, tijdens 'Hier Opgewekt', het kennisplatform voor lokale duurzame energie-initiatieven.
Het programma Buurkracht helpt mensen die energie willen besparen of opwekken om samen in de buurt maatregelen te nemen, zoals dak-, vloer- en spouwmuurisolatie, zonnepanelen en dubbel glas. Enexis biedt buurtbewoners daarbij vanuit een faciliterende rol ondersteuning en geeft de bewoner inzicht in hun eigen energieverbruik.
Buurkracht is ontstaan vanuit de maatschappelijke verantwoordelijkheid van Enexis om bij te dragen aan een duurzame toekomst en omdat energiebesparing bijdraagt aan een evenwichtig gebruik van de energienetten. Bekend is dat ruim 3,5 miljoen mensen in Nederland open staan voor energiebesparende maatregelen. Maatregelen die het energieverbruik soms met tientallen procenten omlaag kunnen brengen. Toch blijkt dat het er in de praktijk vaak niet van komt. Maar wat soms individueel onmogelijk lijkt, kan samen wel lukken. Hier speelt het project Buurkracht op in.
Met de slimme meter, die vanaf 2014 ruim wordt aangeboden, krijgen buurtbewoners inzicht in hun energieverbruik. In buurten die meedoen aan Buurkracht, worden deze slimme meters kosteloos en met voorrang door Enexis geplaatst. De individuele meetgegevens, die alleen voor het individu zichtbaar zijn, worden via een afgeschermd gedeelte op www.buurkracht.nl aan de deelnemers beschikbaar gesteld. Hierbij is een aantal beveiligingsstappen ingebouwd, waarbij onder meer een persoonlijke toegangscode wordt gehanteerd. In dit afgeschermde gedeelte kunnen de deelnemers hun energieverbruik ook vergelijken met het gemiddelde verbruik in de buurt. Zodat ze nog gemotiveerder raken om hun eigen energieverbruik omlaag te brengen.
In Oosterhout, Oss, Berkum en Loosbroek zijn de eerste Buurkrachtacties van start gegaan. Buurten in Beesel, Leeuwarden, Oud Dongen Vasse en Den Bosch staan op het punt daarmee te beginnen. Buurkracht wil volgend jaar 50 buurten begeleiden bij het besparen en opwekken van energie en is hiertoe al in gesprek met verschillende gemeentes, energie coöperaties en bewoners.

Servicepunt Energie Lokaal Groningen en Zonnepanelendelen samen voor meer zonne-energie

Vrijdag sloten het Servicepunt Energie Lokaal Groningen en crowdfundingplatform Zonnepanelendelen een samenwerkingsovereenkomst tijdens het evenement Hier opgewekt in Amersfoort. Zij vinden elkaar in het ondersteunen van lokale energie-initiatieven en in het bijzonder bij het plaatsen van grootschalige collectieve zonnepaneleninstallaties.
Het uitverkochte evenement Hier opgewekt vormde voor Carlien Hoedemaker-Bos, projectleider van het Servicepunt Energie Lokaal Groningen, een logische plek voor bekrachtiging van de samenwerking. “Het evenement wordt bezocht door honderden lokale energie-initiatieven en vele richten zich op zonne-energie. We willen hen graag zo gericht mogelijk ondersteunen. Hiervoor kunnen we nu gebruik maken van de deskundigheid van Zonnepanelendelen.”
Zonnepanelendelen gaat onder andere deel uitmaken van het deskundigenpanel van het Servicepunt, dat door lokale initiatieven ingeschakeld kan worden voor maatwerkadvies. Sven Pluut, een van de oprichters van Zonnepanelendelen en voorzitter van Stichting 1miljoenwatt : “Wij hebben veel specifieke kennis over de juridische, financiële en technische kanten van grootschalige collectieve zonprojecten. Met het succesvolle crowdfundingproject voor zonnepanelen op de Euroborg hebben we veel praktijkervaring opgedaan. Via het Servicepunt willen wij deze kennis met zoveel mogelijk initiatieven delen om zonne-energie een groot succes te laten zijn in de provincie Groningen.”
Het Servicepunt Energie Lokaal Groningen wordt gerund door de Natuur en Milieufederatie Groningen in samenwerking met Groninger Dorpen. Het Servicepunt heeft afgelopen jaar al met meerdere partijen samenwerkingen gesloten, waaronder de Hanzehogeschool, de RUG en Grunneger Power. Zonnepanelendelen is een crowdfundingplatform voor collectieve zonne-energieprojecten, die het mogelijk maakt dat ook mensen zonder geschikt dak gezamenlijk zonne-energie kunnen opwekken. Begin volgend jaar gaat het platform van start.

Middelgrote energieverbruikers kunnen tot 40 procent besparen door flexibel energieverbruik

Middelgrote bedrijven kunnen tot 40 procent besparen op hun energiekosten als zij hun vraag aanpassen op het aanbod van energie. Dat blijkt uit een ‘proof of concept’-studie in het project 'Flexiquest' van TNO in samenwerking met Alliander, Essent, Powerhouse, EvoSwitch, Kloosterboer en Partner Logistics.
In de studie is gekeken hoe het energieverbruik directer kan worden afgestemd op het fluctuerende aanbod van duurzaam opgewekte elektriciteit en welke consequenties dat heeft voor producenten, netbeheerders en middelgrote energieverbruikers. Speciale aandacht lag hierbij op veranderende business en verdienmodellen. Flexiquest is het eerste onderzoek dat zich focust op partijen over de gehele energieketen en middelgrote energieverbruikers
Duurzaam opgewekte elektriciteit is beperkt voorspelbaar en zorgt daarnaast voor meer grilligheid in het aanbod van elektriciteit. Om op grote schaal gebruik te maken van duurzame energiebronnen is het noodzakelijk dat het aanbod optimaal wordt benut. Oftewel, elektriciteit gebruiken wanneer de zon schijnt of wanneer het waait. Het Flexiquest-onderzoek toont aan dat middelgrote energieverbruikers in theorie tot 50 procent van hun energievraag kunnen aanpassen aan het aanbod. Een variabele prijs, waarbij duurzame energie voordelig wordt aangeboden bij een hoog aanbod, is daarbij een belangrijk sturingsmechanisme. Als middelgrote energieverbruikers reageren op een hoog aanbod kunnen zij tot 40 procent voordeliger duurzame energie inkopen.
Als middelgrote energieverbruikers hun energieverbruik flexibel inzetten, kan dat bijdragen wind- en zonfluctuaties in de toekomst op te vangen en het aandeel duurzame energie in de energiemix te vergroten. Dit biedt zowel kansen als uitdagingen voor verschillende partijen in de energieketen. Zo kunnen producenten meer duurzame energie toevoegen aan hun productportfolio en krijgen netbeheerders te maken met een veranderde netwerkbelasting. Daarnaast kan bundeling van 'flexibele energieverbruikers’ plaatsvinden of kunnen nieuwe markten gevormd worden die middelgrote energieverbruikers kunnen helpen bij verdere flexibilisering van in- en verkoop.

zaterdag 16 november 2013

Duurzame energie van waterschappen kansrijk

Water biedt veel kansen voor lokaal klimaatbeleid. Dat bleek op 15 november tijdens het congres HIER Opgewekt! De dag stond in het teken van het SER Energieakkoord en de ontwikkeling van de ' energieke samenleving'. De waterschappen presenteerden er voorbeelden voor de productie van duurzame energie, zoals energie uit afvalwater en toepassingen van waterkracht en wind- en zonne-energie in het waterbeheer.
Net als vele andere organisaties hebben de waterschappen zich aan het Energieakkoord verbonden. Hennie Roorda, bestuurslid van de Unie van Waterschappen, presenteerde de Kansenkaart Afvalwaterketen aan Staatssecretaris Wilma Mansveld van Infrastructuur en Milieu. Deze tool brengt de mooiste kansen en voorbeelden voor de productie van duurzame energie in beeld. De mogelijkheden zijn sterk plaatsgebonden. Hennie Roorda: "De waterschappen nodigen gemeenten uit om de lokale kansen samen te ontdekken en te verzilveren. Concrete voorbeelden laten zien dat duurzaam echt niet duur hoeft te zijn, maar juist kosten voor de burger bespaart."
De waterschappen verzorgden op het congres enkele workshops gericht op samenwerking met de gemeenten aan de hand van de Kansenkaart, gebaseerd op de eerder opgestelde gezamenlijke Routekaart Afvalwaterketen 2030 van de Unie van Waterschappen en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Deze Routekaart wijst de weg naar een duurzame transitie van het afvalwatermanagement en is nu ook in het Engels verkrijgbaar. Hiermee willen de waterschappen in internationaal verband de Nederlandse aanpak en visie op afvalwatermanagement laten zien. Roorda: "Met de unieke innovaties die hier worden toegepast

vrijdag 15 november 2013

Wageningen UR en Arke werken samen aan duurzame vliegtuigbrandstoffen

Luchtvaartmaatschappij Arke en Wageningen UR (University & Resarch centre) gaan samenwerken aan de ontwikkeling van duurzame vliegtuigbrandstoffen uit algen. Microalgen bieden een groot potentieel voor de productie van duurzame biobrandstoffen, zoals biokerosine, waarop vliegtuigen in de toekomst mogelijk kunnen vliegen. Wageningen UR doet het komende halfjaar, in opdracht van Arke en met subsidie van Centre for Biobased Economy (CBBE), onderzoek naar de techno-economische haalbaarheid van op algen gebaseerde biobrandstoffen voor de luchtvaart.
De teelt van microalgen biedt belangrijke voordelen boven andere biomassa die momenteel ingezet wordt voor de productie van biobrandstoffen. Per hectare leveren microalgen een grote hoeveelheid olie, koolhydraten en eiwitten op, afhankelijk van de algensoort en kweekwijze. Bij de algenteelt kan men gebruik maken van afvalstromen zoals CO2 uit rookgas en nutriënten uit afvalwater. Bovendien kunnen algen worden gekweekt op locaties die ongeschikt zijn voor landbouw en in zeewater zodat er geen concurrentie is met voedselproductie.
Om vliegen duurzamer te maken bestaat er binnen de luchtvaartbranche grote behoefte aan de ontwikkeling van een klimaatneutraal, duurzaam alternatief voor kerosine. Arke, de airline van TUI Nederland, heeft Wageningen UR daarom opdracht gegeven de mogelijkheden van biokerosineproductie uit microalgen te verkennen. Doel van Arke is om, wanneer deze biokerosine inderdaad een techno-economisch haalbaar en concurrerend alternatief voor de huidige kerosine kan bieden, biokerosine op grote schaal te produceren en in te zetten als vliegtuigbrandstof. Casper Maasdam, directeur external affairs and development bij airline Arke: “Arke werkt hard om in 2015 de airline met de laagste CO2-uitstoot per luchtvaartpassagier per kilometer van Nederland te zijn, en een van de laagste wereldwijd. Om dit te bereiken verbeteren we vliegprocedures, vernieuwen we de vloot, proberen we zoveel mogelijk gewicht te besparen en werken we samen met Wageningen UR om duurzame vliegtuigbrandstof te ontwikkelen.” TUI Nederland heeft al sinds 1998 een strategie op het gebied van duurzaam toerisme en maatschappelijke verantwoord ondernemen. Tien jaar geleden was ROBINSON, onderdeel van TUI Nederland, de eerste touroperator wereldwijd die een bijdrage voor CO2-compensatie in de pakketprijs integreerde, in samenwerking met GreenSeat. Nu heeft ROBINSON wederom de primeur te pakken met een bijdrage voor biobrandstof. Vanaf zomer 2014 werkt ROBINSON, door een bijdrage aan zowel de GreenSeat klimaatprojecten als het AlgaePARC, aan een korte en lange termijn aanpak van het klimaatprobleem.
Het onderzoek naar de mogelijkheden die microalgen bieden voor de productie van vliegtuigbrandstoffen is uniek in Europa. In 2011 heeft Wageningen UR ‘AlgaePARC’ geopend, een faciliteit waar men specifiek onderzoek doet naar de productie van chemicaliën en brandstoffen uit microalgen. De Wageningen UR leerstoelgroep BioProcess Engineering en onderzoeksinstituut Food & Biobased Research hebben met onderzoek binnen deze faciliteit een vooraanstaande positie opgebouwd op het gebied van algenonderzoek. In AlgaePARC kweekt en oogst Wageningen UR op pilotschaal microalgen voor verdere verwerking, en wordt bekeken voor welke toepassingen microalgen gebruikt kunnen worden. Ook wordt bekeken op welke wijze en in welke omgeving men algen optimaal kan kweken en oogsten. Het Centre for Biobased Economy (CBBE), een samenwerkingsprogramma dat onderwijs, onderzoek en innovatie op het gebied van de Biobased Economy realiseert, is medefinancier van dit onderzoeksproject.
Een belangrijke uitdaging voor de rendabele productie van biobrandstoffen uit algen is dat de kosten met een factor tien of meer moeten worden verlaagd. Om deze verlaging te kunnen realiseren zijn naast technologische ontwikkelingen de winning van waardevolle nevenproducten (zoals eiwitten) uit microalgen van groot belang. Bioraffinage, een proces waarbij meerdere ingrediënten uit biomassa duurzaam benut kunnen worden, biedt hiervoor interessante mogelijkheden, die verder onderzocht moeten worden. Wageningen UR gaat ook onderzoek doen naar de economische aspecten van op algen gebaseerde biokerosine, middels benchmarking met huidige vliegtuigbrandstoffen, het opstellen en evalueren van businessmodellen en identificatie van partners voor het ontwikkelingstraject. Tot slot zal een analyse gemaakt worden van duurzaamheidsaspecten: met name CO2-besparing maar ook water- en energiegebruik. Op basis van de uitkomsten van het onderzoek worden een routekaart en een programma opgesteld voor onderzoek, ontwikkeling en demonstratie van grootschalige biokerosine productie uit algen met de juiste specificaties en tegen concurrerende kosten.

Grote som BTW terug bij aanschaf zonnepanelen

Specialist in zonne-energie OpdeZon lanceert OpdeZon BTW Service. In samenwerking met belastingadviseur SOS Business Support neemt OpdeZon hiermee voor bezitters van zonnepanelen de aanvraag BTW teruggave uit handen.
Donderdag 7 november maakte de belastingdienst bekend dat particulieren die vanaf 20 juni 2013 zonnepanelen hebben aangeschaft, recht hebben op teruggave van de BTW. De uitspraak betekent dat deze groep bezitters van zonnepanelen een cadeautje krijgen ter waarde van 500 euro voor kleinere installaties (5 zonnepanelen) tot maar liefst 1.600 euro bij een installatie van 24 zonnepanelen.
OpdeZon wil voor deze groep particulieren het onderste uit de kan halen en werkt daarom met een succes garantie: de particulier betaalt slechts voor de service bij daadwerkelijke BTW teruggave. Paul Dalebout, directeur van OpdeZon: 'Met de OpdeZon BTW Service willen we de bezitters van zonnepanelen het papierwerk van de aanvraag uit handen nemen. Ook willen we de zekerheid bieden dat de aanvraag goed geschied en het beste resultaat oplevert.'
 De OpdeZon BTW service is er niet alleen voor klanten van OpdeZon, maar ook voor (toekomstige) bezitters van zonnepanelen die hun zonnepanelen niet door OpdeZon hebben laten installeren.
 De OpdeZon BTW Service is een samenwerking tussen OpdeZon en SOS Business Support. OpdeZon is specialist op het gebied van zonne-energie. SOS Business Support is geregistreerd belastingadviseur en verzorgt de financiële administratie van particulieren en MKB bedrijven.

Grontmij ondersteunt Malmö’s doel om de duurzaamste stad ter wereld te worden

Advies- en ingenieursbureau Grontmij voorziet Malmö van adviesdiensten ter ondersteuning van de ecologische transitie van de stad naar een grotere duurzaamheid. Het raamcontract met Malmö wordt aangegaan voor de duur van twee jaar en heeft voor Grontmij een waarde van € 2,2 miljoen. De derde stad van Zweden zet zich in voor de ontwikkeling van milieuvriendelijke energie, transport en recyclingsystemen met het oog op het doel om in 2020 het duurzaamste stedelijke gebied ter wereld te zijn.
Eén van de belangrijkste aspecten bij het realiseren van dit doel is het aantrekken van financiering. Sinds 1998 heeft Malmö voor zijn transitie steun ontvangen van de Zweedse overheid en de Europese Unie. Grontmij zal bijdragen aan de ontwikkeling van toepassingen voor de financiële ondersteuning van overheids- en andere bronnen voor een duurzame stedelijke ontwikkeling. Daarnaast zal Grontmij netwerken voor de ontwikkeling van nieuw beleid, nieuwe programma’s en projecten gedurende de tweejarige contractperiode. Per-Anders Tauson, Water & Energy manager bij Grontmij in Zweden: ‘Het betreft hier geen traditionele adviserende rol, maar meer een creatief proces waarin wij als Grontmij een bijdrage kunnen leveren aan de voortdurende ontwikkeling van Malmö naar een ecostad.’
De bijdrage van Grontmij omvat ook strategie- en conceptontwikkeling. ‘Hierbij komt ons hele scala van expertise van pas – energie, duurzame gebouwen, water, lightrail en wegen & snelwegen,’ aldus Tauson. ‘We zijn er trots op dat onze expertise in duurzaamheid op al deze gebieden op waarde is geschat en we nu een plek hebben verdiend in dit toekomstgerichte en prestigieuze plan.’
Grontmij is gespecialiseerd in multidisciplinaire projecten en plannen op het gebied van stedelijke duurzaamheid. Onlangs heeft Grontmij Verenigd Koninkrijk een raamovereenkomst met Scotland Excel ondertekend voor adviesdiensten op het gebied van wegen en infrastructuur, vervoer en verkeer en milieu-engineering voor diverse overheidsinstanties. In Nederland is in juli 2013 een vierjarig raamcontract ondertekend met een groot waterschap voor de verbetering van water- en afvalwaterbeheer.