Consument erkent voordelen nieuwe energiezuinige verlichting

De Nederlandse consument heeft mentaal afscheid genomen van de gloeilamp en gebruikt steeds meer nieuwe energiezuinige varianten. Dat blijkt uit onderzoek in opdracht van de Nederlandse Lichtassociatie (NLA) en Stichting LightRec. Gaf in 2009 nog een groot deel van de consumenten aan gloeilampen te zullen gaan hamsteren, nu blijkt vier op de vijf Nederlanders hier überhaupt niet aan te beginnen. Acht op de tien ondervraagden prefereert een energiezuinige lamp boven een gloeilamp.
Het onderzoek bevestigt dat het merendeel van de consumenten al is overgestapt op nieuwe verlichtingsbronnen. Bijna 80% van de Nederlanders geeft aan het dan ook een goede zaak te vinden dat de gloeilamp uit het assortiment verdwijnt. Van nostalgie rondom het peertje is geen sprake meer. Motieven als een lagere prijs of een betere lichtkwaliteit van de gloeilamp spelen bij consumenten nog maar nauwelijks een rol.
In twee jaar tijd zijn Nederlanders anders tegen licht aan gaan kijken, aldus Marcel van Haren van de NLA. "Consumenten begrijpen dat de gloeilamp niet zaligmakend is. Deze lamp heeft ons de afgelopen eeuwen natuurlijk veel gebracht, maar inmiddels heeft de technologie ervoor gezorgd dat er veel betere en vooral ook
zuinigere alternatieven zijn. Consumenten zien de voordelen van de nieuwe verlichting beter in dan drie jaar terug," aldus Van Haren. "Nu zoeken consumenten nog vooral retrofit modellen ter vervanging van de gloeilamp. Maar we verwachten dat ook deze op korte termijn steeds vaker vervangen zullen worden door geïntegreerde
verlichtingstoepassingen, een armatuur met vaste leds er in. Deze techniek zal overigens een ongekende hoeveelheid designmogelijkheden teweegbrengen en grote invloed hebben op huis- en werkomgevingen."
De grote uitdaging is niet meer consumenten overtuigen van het feit dat er betere alternatieven zijn voor de gloeilamp. Maar wel dat energiezuinige lampen apart ingeleverd moeten worden. "Omdat energiezuinige lampen inmiddels de normaalste zaak van de wereld zijn, is het bewustzijn dat deze lampen niet in het huisvuil mogen
worden gegooid essentieel", aldus Jeroen Bartels, manager van Stichting LightRec. "Er zullen de komende jaren steeds meer energiezuinige lampen gebruikt worden en dus ook kapot gaan. Veel consumenten weten wel dat deze lampen apart ingeleverd moeten worden, maar gooien deze toch uit gemakzucht in de glasbak of
vuilniscontainer. Door de lampen gescheiden in te leveren kunnen we ze voor ruim 90% recyclen. De basisgrondstoffen kunnen we hergebruiken,. Dat wordt gewoon gebruikt voor de productie van nieuwe lampen."
In totaal zijn er momenteel 450 miljoen lampen in Nederlandse huishoudens aanwezig, waarvan circa 110 miljoen exemplaren op voorraad. De uitfasering van de gloeilamp in Europa levert een geschatte energiebesparing op die gelijk staat aan het energieverbruik van alle Nederlandse en Belgische huishoudens samen. Ook voor
huishoudens zelf scheelt het gebruik van energiezuinige lampen tientallen euro's op jaarbasis. Van Haren: "Hoewel de prijs van een energiezuinige lamp wat hoger ligt dan die van een gloeilamp, verdient een consument dit door de besparingen dus wel gemakkelijk binnen een jaar terug."
Vanaf 1 september aanstaande zullen er geen nieuwe gloeilampen meer op de markt komen. Het marktaandeel van energiezuinige varianten is dan ook groeiende. Vooral ledlampen worden, zeker in vergelijking met andere Europese landen, steeds meer verkocht in Nederland. In vijf jaar tijd verzesvoudigde de afzet van het aantal ledlampen.
Naar verwachting zal de markt voor ledlampen de komende vijf jaar nog eens verdriedubbelen. De markt voor spaarlampen