Ads Top

Dienstensector speelt aanzienlijke rol in stedelijke energievraag

Meer inzicht in de energievraag van de verschillende gebruikers in de stad – huishoudens én diensten als scholen, kantoren en winkels – kan de stedelijke energietransitie vooruit helpen. Dit inzicht verschaft Nina Voulis met haar proefschrift ‘Harnessing Heterogeneity’ waarmee ze op 22 februari 2019 bij de TU Delft promoveerde.

De energievraag is steeds meer geconcentreerd in steden, daarom is de stedelijke energietransitie van groot belang. Waar we echter over de opwek van energie uit hernieuwbare bronnen al veel weten, blijft onze kennis over de specifieke energiebehoefte van gebruikers achter. ‘Tot nu toe werd voor de lokale vraag alleen naar  huishoudens gekeken, maar de realiteit is dat steden een mix hebben van huishoudens en diensten als scholen, kantoren en winkels’, zegt Nina Voulis. “We weten veel over de energievraag op het niveau van gebouwen of consumenten, en op nationale of zelfs internationale schaal. Juist dat tussenliggende, stedelijke niveau is onderbelicht gebleven.”

“Dat heeft alles te maken met onze traditionele elektriciteitscentrales die centraal gestuurd kunnen worden. Voor de overstap naar opwek uit hernieuwbare, niet-stuurbare en gedecentraliseerde bronnen moeten we vraag en aanbod echter veel beter op elkaar kunnen afstemmen”, aldus Voulis. De meeste energiesysteemmodellen maken momenteel gebruik van de vraagprofielen van huishoudens. Haar analyse van meer dan 14.000 stedelijke gebieden in Nederland – gemeenten, wijken en buurten – toonde aan dat de dienstensector niet buiten beschouwing kan worden gelaten bij het modelleren van de stedelijke energievraag.

Een van de belangrijkste uitdagingen bij het modelleren van de energievraag van zowel diensten als stedelijke gebieden is het gebrek aan gedetailleerde, publiek beschikbare data zoals vraagprofielen. Vraagprofielen beschrijven de variaties van de energievraag als functie van tijd: huishoudelijke vraag piekt ’s avonds, terwijl diensten vooral tijdens werkuren elektriciteit gebruiken. Bovendien zijn huishoudens en diensten niet evenredig verspreid over stedelijke gebieden: sommige gebieden hebben een woonfunctie, andere een commerciële of een gemengde functie. De stedelijke energievraag varieert dus heel erg in ruimte en tijd. Deze heterogeniteit beïnvloedt de mate waarin stedelijke gebieden gewonnen energie lokaal kunnen afnemen, en heeft daarmee ook gevolgen voor beleid gericht op opslag of vraagsturing.

De resultaten en inzichten uit het onderzoek kunnen overheden, burgers en bedrijven ondersteunen in hun streven naar een succesvolle energietransitie. 

Geen opmerkingen:

Mogelijk gemaakt door Blogger.